Jacquets op weg 2017
Inhoud blog
  • Dag 6 Doorheen de gevreesde Landes
  • Dag 5: op naar de wijngaarden
  • Dag 4: afzien op de fiets
  • Dag drie: Poitiers was ver en hoog
  • Vandaag geen blog

    Zoeken in blog


    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     


    22-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag drie: Poitiers was ver en hoog
    Dit is dus de derde poging om deze dag te beschrijven. Bijna had ik het opgegeven, maar op algemeen verzoek gaan we toch door.

    Iedereen verscheen opgewekt en monter op het ontbijt om acht uur. Het was een prachtig ontbijtbuffet en er werd dan ook gretig toegetast, eieren, worstejes, spek, vers fruit, diverse soorten hartig en zoet beleg, kaas, melproducten, noem maar op, het was er. Sommigen willen blijkbaar de beroepsrenners navolgen en zo'n kleine 12.000 kcal per dag verorberen. Nu toegegeven, onze sportievelingen, doen er ook heel wat mee en verdikken zal er echt wel niet inzitten. Deze ochtend echter geen medische rubriek, het ging eerder de technische toer op over orgels, accordeons, horloges en dat allemaal naar aanleiding van het niet meer slaan van de Big Ben voor de volgende vier jaar. Waartoe een brexit niet allemaal kan leiden. Na ontbijt was het tijd om de bagage in de wagen te laden en de fietsen van stal te halen. De fietsers wilden eerst nog eens langs het Office de Tourisme in Tours om een kaartje met fietsroutes op te halen, maar dat was buiten de waard gerekend want Fransen zijn de maandag moe van het nietsdoen op zondag en dus is op maandag bijna alles gesloten, dus ook de toeristische dienst. Ikzelf was zonder veel problemen Tours buiten gereden richting Sainte Catherine de Fierbois waar ik hoopte de fietsers te kunnen onderscheppen.

    In Sainte Catherine de Fierbois was het snode plan om mij op een terrasje te nestelen achter een heerlijke café crême en dan vanop mijn troon de zwoegende fietsers prinselijk toe te wuiven. Mis poes! In het klein dorpje was niets, geen café, geen koffie, geen levende ziel en dus vielen mijn plannen van grandeur in het water. Niets is eigenlijk overdreven, er was bijna niets want naast de geparkeerde wagen stond een standbeeld van, jawel onze Jeanne. Overal langs Franse wegen komt men Jeanne d'Arc tegen. Ze zag er woest en strijdvaardig uit, alleen was haar maliënkolder achetraan wat versleten, wellicht door het vele paardrijden. Nu als ze ergens moet staan, dan heeft ze wel reden om hier te staan, want, beste lezer, ze is hier in levende lijve geweest. Het was op de avond van 5 maart 1429 dat ze hier van haar paard is gestapt toen ze op weg was vanuit Vaucouleurs om de koning van Frankrijk in Loches te gaan vertellen dat hij wel degelijk de koning was. Het is haar uiteindelijk niet goed bekomen, want toen hij zijn land, of een groot deel ervan met haar hulp weer op de Engelsen had heroverd, liet hij haar in de steek en hij stak geen vinger uit om haar uit de handen van de Engelsen te redden toe die haar in Compiègne hadden gevangen genomen met als gevolg dat ze in Rouen op de markt werd verbrand. Er zijn er die beweren dat het een andere vrouw was ndie in rook opging, maar ze zeggen zoveel. Zo zijn er kwatongen die beweren dat ze een heks was, dat ze eigenlijk een man was of dat ze van koninklijke bloede was, je zoekt het zelf maar uit. In elk geval kwam ze in het gezelschap van een aantal ridders op die bewuste avond in het dorp aan en ze wou er overnachten, uiteraard niet samen in een kamer met die ridders, wat had je gedacht, neen, ze ging de nacht doorbrengen in de kerk en ze hoorde er verschillende, om precies te zijn drie, missen. De heren mochten overnachten in het nog altijd bestaandepelgrimshotel dat werd gesticht door Maréchal de Boucicaut. Ze zal er ook wel geen koffie gevonden hebben maar dat zal haar geen zorg geweest zijn, vermits ze zich had afgekeerd van alle vleselije geneugten. En dar stopt het nog niet. Enkele weken later zag Jeanne in een droom het zwaard waarmee ze Frankrijk zou bevrijden. In de droom werd ook een GPS meegeleverd waaruit bleek dat dat zwaard te vinden zou zijn nabij het altaar in de kerk van dit dorp. Van Freud hadden ze nog nooit gehoord en dus was zijn droominterpretatie en dito symboliek van lange stevige voorwerpen, nog niet gekend en zij zond haar riders om het zwaard te zoeken in de kerk en wonder boven wonder, ze vonden een zwaard met daarop vijf kruistekens. Nu geloof ik niet alles, maar in de kerk is een gat in de muur en boven dat gat staat de tekst "Ici fut trouvée l'épée de Jeanne d'Arc". In de kerk mag men niet liegen, dus dit moet gewoonweg waar zijn en jullie nu!
    In zo'n dorp wil ik natuurlijk een stepmel krijgen voor mijn pelgrimsboekje en dat is niet zo makkelijk als jullie denken. Je moet al halfdood met je voeten tot aan je knieën binnekomen of vuil in fietserskledij en ruikend naar gezond sportief zweet van aan de deur voor men ook maar overweegt om het stempelkussen boven te halen. Ik met mijn fris gewassen wit hemdje en gestreken short kom niet in aanmerking om mee te spelen in die liga. Maar ik heb er iets op gevonden: ik ga in de zon zitten tot het zweet op mijn voorhoofd parelt, wrijdf wat water in mijn ogen en dis een verhaal op over het genieten vaneen rustdag tussen een loodzware tocht vanuit Torhout bij Groot Oostende en dan willen ze me wel omwille van mijn hondse smekende ogen een stempel geven en zo heb ik er nu al twee mooie. Ik zeg wel twee mooie want niet alle stempels hebben dezelfde waarde. Zo kregen Bruno en anderen een stempel van een lieftallige non in de basiliek van Sint Maarten in Tours. Dirk kreeg er geen omadt hij zijn boekje was vergeten en de heiligenb zo weer eens zote wraak konden nemen voor zijn godslasterlijke truitje. Maar ik, wat had ik die non misdaan? Ik kreeg er ook geen, enkel een bidprentje met het onze vader en Bruno moest het mij dan zelfs nog doorgeven. Ik ben er heilig van overtuigd dat die non in het zwart werkte en zich niet had ingeklokt in de witte kassa. Het is toch duidelijk dat ze niet voor haar eigen baas werkte want Sint Maarten heeft een eigen bedevaart en een eigen boekje voor zijn stempels en nu gaat die non zomaar andere stempels in zijn basiliek ronddelen. Ik moet die non niet. Zou Sint Maarten een ombudsdienst hebben?

    Vanuit dit dorpje ging het richting Dangé Saint Romain waar we hadden afgesproken voor de lunch. Ik reed erheen en dacht plots aan de Engelse spreuk "When in Rome do as the Romans do". Dus kocht ik me een lokale krant en vleidde me neer op een terras met een perrier menthe (let op: geen gewone. menthe à l'eau, noblesse oblige). Ik had nog maar een slok genoemn of ik kreeg Bruno aan de lijn om me te melden dat ze het niet zouden halen en dat het nieuwe rendezvouspunt ni Marcilly  sur Vienne werd en dat om 12.30 u. Dus ik naar daar. Het werd een mooie rit langs kleine binnenwegen en langs de Vienne met hier en daar mooi uitzichten op dit toch brede water. Intussen was het terrein ook aan het veranderen en het werd meer en meer heuvelachtig. In de opmgeving van Ports waren er ook verschillende champignonkwekerijen in grotten. Het dorp zelf was weer zo doods als maar kon. Gelukkig dat hier en daar een deur openstond en je de mensen tot op de straat kon horen praten, want anders zou je hebben gedacht dat er geen levende ziel meer woonde behalve in een kleine winel met annex bar. Dit geheel werd uitgebaat door een grootvader en zijn kleindochter en vermits de mannen nog niet waren aangekomen besloot ik maar een tweede perrie menthe te gaan drinken. Ik de kleine bar hingen een aantal boerenzonen die kleine  tot de boord gevulde glaasjes witte wijn dronken terwijl ze  de kleindochter nauwlettend in het oog hielden. De grootvader had blijkbaar oog voor marketing. Even later kwamen de fietsers dan aan voor de lunch. Ik zal daar nu niet meer details over geven op vraag van de fietsers zelf, maar het was weer overvloedig. Intussen was de patron met de plaatselijke schone verdwenen en was zijn winkel en bar gesloten.
    Er bleef wel wat eten over en net toen ik aan het inladen wilde beginnen kwam een Nederlands echtpaar het kleine kerkpleintje opgefietst. Toen ze ons zagen , zeiden ze: "We are hungry and we have no food." Sommigen onder ons, misschien onder invloed van de barmhartigheid van Sint Maarten die ze gisteren hadden gezien of om toch wat beter te scoren bij de gebelgde heiligen boden de Nederlanders aan dan maar de rest van ons eten te verorberen en zij lieten zich dat geen twee keer zeggen. Demande un chien s'il veut un os, we zijn tenslotte in Frankrijk. Ik zag ze al denken dat ze wel bijzonder begenadigd moesten zijn om dit hemelse manna van die Belgen te krijgen en bovendien gratis! Het eten viel hiet zomaar uit de lucht! In Santiago vallen de sterren uit de lucht maar hier het eten. Er valt hier blijkbaar nogal veel uit de lucht, ik vraag mij af of Urbanus van Anus hier zijn inspiratie heeft opgedaan voor zijn godslasterlijke liedjes over engelen in pyjama die uit de lucht vallen. De fietsers vertrokken en ik moest nog wat blijven tot die Nederlanders gedaan hadden met ons eten. Ik moet wel zeggen dat ze nadien alle afval bij mij hebben terug gebracht zodat ik dat toch kon meenemen. Nederlanders en gratis eten, hij zei op het einde dat het hem heel veel plezier had gedaan, nou mij anders ook wel!

    En dan was het op weg naar Poitiers. Ik achtervolgde de renners en na een tijdje zag ik ze voor me uitrijden in waaiervorm over de weg. Ze schovenineen toen ze een wagen achter zich hoordenmaar ik heb hen toch toegeroepen dat ze hooligans waren. Ik zoefde hen voorbij en stopte een eind verder in een bocht van waaruit ik de eerste actiefoto kon nemen als bewijs voor thuis dat er hier niet alleen gegeten wordt, maar ook effectief wat gefietst. De weg naar Poitiers was rustig tot in de omgeving van de ring rond Poitiers. Zo'n ring heb ik nog nooit gezien. In andere steden vind je wel een aantal grote winkels aan de ring, maar hier is dat een rijgsnoer van grote winkels en bedrijven  zonder ook maar iets van open ruimte, er komt gewoonweg geen einde aan, het is zelfs beklemmend. 
    Poitiers, stad van Eleonora van Aquitanië, stad van de veldslag in 732 van Karel Martel tegen de moslims, waar Clovis de visigoten in 507 versloeg, waar de Black Prince in 1356 de Fransen meer dan een poepje liet ruiken, waar Michel Foucault geboren werd en waar Descartes, Rabelais en Calvijn studeerden, ligt op een hoogte en het is een serieuze klim naar de stad en dat hebben de fietsers gemerkt. Vandaag deden ze maar liefst 132 km. Graag een applaus voor die prestatie, ook al hebben sommige zitvlakken eronder moeten lijden.

    Het hotel lag een eind buiten de stad en we zijn er met de wagen naartoe gereden om te eten in La serrurerie en het was er lekker, zo lekker dat we een dessert namen, wat niet onze gewoonte is. Ofschoon ze een heel lange tocht hadden gemaakt, leken de fietsers er minder vermoeid uit te zien dan de vorige avond, misschien doordat hun benen nu losgereden waren. Bij het avondeten vergastte Dirk ons
     op zijn medische rubriek in uitgesteld relais: de voordelen van Compeed bij een correct gebruik ervan. Dit werd geïllustreerd met realistische cases over fietsers die Compeed hadden gebruikt om bepaalde blessures op bepaalde lichaamsdelen te verzorgen. Dit bleek niet zo'n goed idee vooral wanneer die pleisters moesten worden verwijderd. De pijnlijke blikken en herinneringen bij sommige tafelgenoten spraken boekdelen. Moraal van het verhaal: lees altijd aandachtig de bijsluiter. Na deze wijze woorden gingen we huiswaarts alwaar ik tot tweemaal toe probeerde te bloggen, maar dat weten jullie intussen al.

    Tot morgen,
    Daniël

    22-08-2017, 00:00 geschreven door Daniël Samyn  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    21-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vandaag geen blog
    Je zou er toch wel iets van krijgen. Bij het versturen van de blog van vandaag ging er technisch iets verkeerd en verdween mijn hele tekst in de mist. Er zat niets anders op dan helemaal opnieuw te beginnen en ik raakte heel erg ver in de nieuw tekst tot het internet voor even uitviel en ook die tweede tekst plots volledig spoorloos was en is. Ik zal nu om 23.52 u. niet aan een derde versie beginnen, ik probeer de dag wel in te halen morgen. Dus nu even zonder nieuws naar bed. Sorry.

    Groetejs, Daniël 

    21-08-2017, 23:52 geschreven door Daniël Samyn  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    20-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maandag en de duiven worden gelost.
    Ik moet alweer beginnen met het rechtzetten van een fout in de blog van gisteren. Aandachtige lezers uit het Oostendse hebben mij laten weten dat het aantal personen waarvan ik de slaapplaats heb opgegeven niet klopt met ons aantal reizigers. En inderdaad, na grondige controle heb ik tot mijn schade en schande moeten vaststellen dat ik voor Bruno geen slaapplaats had opgegeven. Misschien dachten jullie dat hij uit grote bezorgdheid in de wagen bij de fietsen was gaan waken en slapen, maar dat klopt niet, Bruno lag wel degelijk in het kasteeltje zelf te rusten. Daarmee hoop ik alle speculaties over de where abouts van Bruno uit de wereld te hebben geholpen.

     Iedereen was stipt op het ontbijt om 8 uur en bovendien in volledige fietstenue. Het ontbijtbuffet was overvloedig en heerlijk en de koffie was, voor Franse normen, heel goed te drinken. Alles was aanwezig om een uitgebreid English breakfast te verorberen, maar we hebben ons allemaal beperkt om met een niet te zware maag op pad te moeten. 

    Bij het ontbijt bleek echter dat er toch nog enige twijfel bestond over het aanbrengen van de zalf die de hogere bilspieren tegen wrijving moet beschermen. Er onstonden meteen twee meningen: een meerderheid die meende dat het zalfje in de broek zelf moest worden aangebracht, maar er werd een minderheidnota ingediend die ertoe strekte dat de zalf rechtsteeks op de lichaamsdelen diende te worden aangebracht. Om uitsluitesel te geven werd via een sms dan maar een beroep gedaan op een ervaringsdeskundige nl. Tom Boonen die radicaal stelde dat het goedje op het naakte lichaam en vooral in den bilnaad diende te worden gewreven. Ik weet niet of het inderdaad ook zo is gebeurd want uiteraard hadden wij ons allen terug getrokken bij het uitvoeren van de operatie. 

    Via het praten over zalf en smeren, slaagde Dirk erin om op een slinkse manier toch even een kleine bijscholing te geven over tethanos en uiercrème. De niet medisch geschoolden onder ons vonden dit wel interessant en er werd dan ook besloten om elke morgen bij het ontbijt een korte medische rubriek in te lassen over veelvoorkomende ziekten in deze streken, zoals daar zijn pest, cholera, typhus en keelonstekingen. Indien Dirk en de andere gastdocenten zich aan hun woord houden, dan zal ik dus vanaf nu elke dag enige medische wetenswaardigheden met jullie kunnen delen.

    Na het ontbijt werd alle bagage ingeladen, er werd afscheid genomen van de waard en we konden vertrekken naar Cloyes sur le Loir. Ik wou daar vlug zijn omdat Bruno en Frederik echt ongeduldig begonnen te worden om de marktplaats met drankgelegenheden die ze vorig jaar hadden bezocht, de markt uiteraard niet de cafés, zeggen ze, terug te zien.  Gedreven door de aandrang om hen ter wille te zijn, kon ik nog net stoppen voor een rood licht dat ik veel te laat zag. Ik moet zeggen dat de achterliggende wagens vanaf dan wat meer afstand hielden. En ja, nadat alle fietsen stevig op de grond stonden en waren belast met tassen en zakjes, kaarten en boordcomputers was het tijd voor de groepsfoto met allemaal lachende gezichten. Daarna konden de duiven voor deze vlucht naar Compostella eindelijk worden gelost. Ze vertrokken en ik ging op zoek naar een bakker die ik ook vond even om de hoek van de hoofdstraat. Daar kocht ik zowaar zes baguettes en een pain. Ik had ook een kleine supermarkt opgemerkt waar ik de rest van de inkopen voor de dag kon doen. Daarna even naar het kerkje met een grote Sint Jacobsschelp in een brandglas en uiteraard het bijhorende Sint Jacobsbeeld waar ik de eerste stempel kreeg voor mijn pelgrimsboekje.
    Onze renners waren echter nog niet ver want op mijn terugweg van de kerk zag ik ze op de hoek van een straat staat, zorgelijk gebogen over de fiets van Bruno. Het uitnemen en weer monteren van het wiel had de fiets blijkbaar geen deugd gedaan maar met wat sleutelen kwam het allemaal in orde.

    Ik besloot, na nog wat te hebben rondgewandeld in een heel mooi park achter het Hotel de Ville om de fietsers op hun weg door het glooiende landschap met de wagen te volgen. Langs kleine wegjes slingede de route zich omhoog. Aan een bosweg kwam ik midden in een groep jagers met een meute honden terecht en ik moest uitkijken geen van die dieren aan te rijden want zo'n soort blauw wild als de wagen hadden ze blijkbaar nog niet tussen de tanden gehad. Het was een schilderachtige weg langs de Loir en hoe snel ik ook reed, ik kreeg onze fietsers maar niet in zicht. Onderweg kwam ik een eenzame pelgrim tegen, zwaar bepakt en voorzien van een grote landkaart die in een plastic zak rond zijn bebaarde hoofd op zijn borst hing. En nog vond ik ze niet. Ik weet wel dat ze snel fietsen maar zo snel kon nu toch ook weer niet. Ik gaf het op en ik besloot dan maar door te rijden naar Vendôme en wonder oh wonder (op een pelgrimstocht ben je altijd in gezelschap van een of andere heilige), net voor een brug over de Loir zag ik ze staan waar ze eigenlijk niet hadden moeten staan. Rond Morée was het even verkeerd gelopen en bleek de bewegwijzering niet volledig te kloppen met de uitgestippelde route op de gehanteerde kaartjes en dat betekende een aantal extra kilometers erbij. Maar goedgemutst hervatten ze de tocht en we spraken af dat ze me zouden bellen wanneer ze in de omgeving van Vendôme zouden komen.

    Vendôme is een heel mooi stadje met een prachtige abdijkerk in rayonante en flamboyante gotiek. De dichter Pierre Ronsard werd hier geboren en Balzac liep er school. Het geheel is mooi bewaard en in het zonlicht zag de marktplaats met terrasjes en betoverend aantrekkelijk uit. Net toen ik van plan was om een grand crème te gaan drinken, belde Bruno om te zeggen dat ze over een uurtje in Ambloy, even buiten Vendôme zouden zijn. Ik dus op weg daarheen om de lunch voor te bereiden. Het werd bijna reepaté want op de weg naar het onooglijke dorpje sprong plots een ree uit een gracht over de weg de bosrand in. Ik zocht een parking aan het kleine gemeentehuis en de fietsers kwamen natuurlijk aan bij de kerk. Door honger gedreven hebben ze dan de burgerlijke authoriteit vervoegd en kon de lunch beginnen. Er werd vers Frans stokbrood geserveerd samen met een smeuige camembert, rauwe Italiaanse ham, Italiaanse salami en een konijnenpaté. Als dessert was er voor iedereen rijstpap en banaan. Dit alles werd rijkelijk overgoten met fris bronwater. De reacties van de eetgasten laten vermoeden dat ze dit etentje ten zeerste konden smaken en dat gerust meer van hetzelfde mag volgen. Ik heb het dus zeker aan mijn been om voor de komende dagen te winkelen. Alleen jammer dat ik geen picknicktafel had ontdekt aan het gemeentehuis. 's Avonds vertelden de fietsers mij dat er tien meter verder dan waar wij hadden gegeten een dergelijke tafel aanwezig was. Dus een slechte verkenning van mijnentwege en iets dat zeker zal aangerekend worden in mijn evaluatie.

    Na het eten vertrokken de fietsers vanuit het dorp om op de route te komen bij Chateau Renault en ik besloot om nu rechtstreeks naar Tours te rijden waar ik omstreeks 14.45 u. aankwam in het hotel. Het was nu wachten op een eventueel telefoontje van te velde om mij te melden waar ik hen eventueel zou moeten oppikken want het initiële idee was om toch nog voorbij Tours te rijden en dan met de wagen terug te keren naar het hotel. Om 17.30 u. kreeg ik de oproep met de melding dat ze rechtstreeks naar hier zouden komen. Eenmaal hier werden de fietsen veilig in de garage gestald en friste iedereen zich op zodat we om 18.30 u. naar Tours konden om iets te eten wat rond te kijken. De pelgrims zagen er vermoeid uit en dat was niet verwonderlijk na een tocht van 124 km, het was iets langer uitgevallen dan aanvakelijk gedacht doordat hier en daar van de route was afgeweken of doordat de bewegwijzering niet correct was aangebracht en dat laatste zal wellicht nog meer gebeuren want sommige deelnemers tergen toch wel de heiligen. Ik verklaar mij nader: zoals eerder gemeld worden pelgrims begeleid door heiligen die hen de nodige bescherming bieden en erover waken dat ze op de juiste weg blijven, maar ook heiligen hebben hun grenzen en hun goedheid wordt toch wel erg op de proef gesteld wanneer deelnemers rondrijden met een reclameshirt waarop in letters en tekening de naam van de club wordt vermeld, ik durf het bijna niet te schrijven, "de preutetrappers". Geef nu toe, beste lezer, dat een heilige al een ijzeren zenuwgestel moet hebben om dit alles door de vingers te blijven zien. Je zou voor minder hier en daar wat bordjes verkeerd draaien of gewoon laten verdwijnen. Ik vrees dus voor de rest van de tocht.

    We vertrokken dan naar Tours om een kort bezoek te brengen aan de basiliek van Sint Maarten. Velen hadden geluk en konden nog net voor een nonnetje haar winkeltje sloot een stempel voor hun wegboekje van haar krijgen maar Dirk had zijn boekje niet bij en kreeg dus lekker geen stempel, wat had je wel gedacht, je kunt niet met de heiligen blijven lachen. Vandaar naar de omgeving van de Place Plumereau waar het wemelde van het volk in dit lekkere weertje. We aten in La manufacture en het was opvallend stil aan tafel, de lange rit begon zijn tol te eisen en velen waren blij dat ze naar het hotel konden terugkeren. We boekten nog vlug een hotel voor de overnachting in Angouleme en dan werd het oogjes toe en snaveltjes dicht. Het zal een welverdiende nachtrust worden, want morgen staat weer een serieuze etappe op het programma die eindigt met een heel zware klim naar Poitiers. En vooral hopen dat de heiligen al wat bekoeld zijn.

    Het internet is hier een ramp in dit hotel, de wifi werkt nu ongeveer al een uur of 4 niet meer en zonder verbinding krijg ik dit niet buiten tot bij jullie. Zouden dat weer die heiligen zijn? We moeten morgen toch eens ernstig praten met Dirk voor of na zijn medische rubriek aan de ontbijttafel.

    Mocht het lukken, dan zend ik alles door en met die vrome wens, wens ik jullie allen een zalige nachtrust toe.

    Groetjes,
    Daniël

      





       

    20-08-2017, 22:47 geschreven door Daniël Samyn  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    19-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 1: Bonneval, Hostellerie du Bois Guibert
    Hier zijn we dan weer. Eerst een korte rechtzetting: in het vorige bericht had ik het over "Aldis" en kenners van bepaalde tv- zenders hebben mij erop gewezen dat het eigenlijk "Haldis" moet zijn, zo van "Haal d'eens een pintje.", niet dat er hier gedronken wordt met al die sportieve mensen, maar correct is correct en vandaar deze rechtzetting. En nu over naar het ernstige werk, het eigenlijke verslag van de dag.

    Na lange voorbereiding en grondige studie van de af te leggen trajecten, was deze morgen dan het uur van de waarheid aangebroken. Zoals afgesproken, stonden Bruno en Francis om 12.00 u. stipt aan de deur om mij op te pikken. Na de nodige omhelzingen en afscheidskussen kreeg ik voor het eerst de wagen onder ogen en ik moet zeggen ons vervoer zag er keurig mooi stralend uit in de middagzon. Voor we doorreden om Dirk op te pikken in Hooglede moesten we nog even bijtanken en gelukkig dat er Francis was, want zonder hem stonden we waarschijnlijk nog steeds op de Elisabethlaan op zoek naar de stop van de tank. Bij Ford had men er niets beter op gevonden dan die te verbergen achter een luikje achter het voorportier van de chauffeur, goed als bescherming tegen benzinediefstal maar voor leken moeilijk te vinden. Enfin met nieuwe diesel in onze tank konden we toch op weg. Na nog een deugddoende kop koffie of een glas water bij Dirk reden we dan door om het team Bonte op te halen. Daar moesten ook de laatste fietsen worden opgeladen en dat bleek toch niet zo simpel. Dus alles eruit en na het demonteren van het voorwiel van Bruno, dus van de fiets van Bruno, raakte alles er nog net in. En dan kon de echte reis beginnen.

    Francis stelde voor om als eerste te rijden en we raakten zonder problemen voorbij de eerste nevralgieke punten Rijsel en de tolpoort in Fresnes. 
    De weg tussen Rijsel en Bonneval is een herinnering aan hoogte -en laagtepunten uit de Franse geschiedenis en cultuur. De wegwijzers langs de weg roepen allerlei gebeurtenissen of personages op die een belangrijke rol hebben gespeeld. Zo reden we langs de Somme en Albert die zoveel leed en ellende hebben gezien in de eerste wereldoorlog, langs het Noyon met zijn kathedraal en het geboortehuis van Calvijn, langs Amiens, stad van de kathedraal en Jules Verne. We kwamen langs Senlis waar onze graaf Boudewijn I van Vlaanderen de dochter van de Franse koning ging schaken en waar er nu een kathedraal staat waarvan het tympaan een plaats heeft in de kunstgeschiedenis, Beauvais met de kathedraal met het hoogste gewelf, Soissons en Clovis met zijn vaas, Compiègne van Napoleon III, de wapenstilstand en de arrestatie van Jeanne d'Arc die we straks op onze tocht zeker en vast nog zullen tegenkomen, het bos van Ermenonville waar J.J. Rousseau zich thuisvoelde en natuurlijk Chartres, de Akropolis van het Noorden, zoals Auguste Rodin placht te zeggen.
    Dus om kort te zijn, even voor Parijs hadden we vlug even de benen gestrekt en een koffietje gedronken. Na Francis kon ik nu het stuur overnemen en mijn eigenlijke job beginnen. Dankzij onze oerdegelijke GPS raakten we vlot door het doolhof van snelwegen rond Parijs tewijl er zich in de omgekeerde richting een kilometelange file ontwikkelde.

    In de wagen was het na een eerste periode van gedachtenwisseling wel heel wat stiller geworden en hier en daar was al eens iemand ingedut. Ik vermoed dat het om "le repos du guèrrier" ging, maar dan omgekeerd, dus voor de strijd gestreden was ofwel ging het hem om een schoonheidsslaapje. Rond Bonneval werkten de geheugenbanken van Bruno en Frederik echter op volle toeren en ze begonnen zich een aantal van hun prestaties van vorig jaar te herinneren. Het daagde ook bij hen dat ze vorige keer eigenlijk al wel flink wat kilometertjes hadden gefietst soms tegen de wind in en bergop. Daar mogen ze gerust al fier op zijn.
    Intussen hadden we ook al een wat dreigend wolkendek geruild voor een zonnige hemel. Onderweg waren wel een paar druppels gevallen maar echt niet de moeite om de ruitenwissers in te schakelen. Houden zo of misschien een kaars branden voor nog iets beter weer, dat kan morgen in de kathedraal  van Tours, als ik eraan denk.

    En dan de eerste overnachting. Het hotel in Bonneval is een echte meevaller. Frederik en Bruno kenden het al van vorig jaar, maar ook de nieuwkomers delen hun mening. Louis, Frederik en Francis slapen in het kasteel zelf en zullen dus ook last hebben van ronddolende spoken en geesten vermis dit kasteel er al bijna 900 jaar staat en er hier dus zeker een en ander moet zijn gebeurd met jonk-en andere vrouwen. Dirk en ikzelf krijgen een ruime mooie kamer in de chalets in de tuin. Blijkbaar weet de eigenaar wie er moet geplaagd worden door geesten en wie niet en wie zal het hem kwalijk nemen, niet ik! 
    We spreken af om 18.30 u. voor het aperitief en de maaltijd. Er was keuze tussen pintade (parelhoen voor de thuisblijvers) en vis. Bruno, die naast het nachtelijk bezoek van geesten ook niet nog eens last wou hebben van een zware maag, koos als enige voor de vis, maar wijzigde toch zijn keuze om het de waard niet lastig te maken. Het werd een mooie en lekkere maaltijd met parelhoen, aardappelwafels en een artichoktaartje gevolgd door kaas (niet voor Louis) en een abrikozentaartje. De wijnliefhebbers (en thuis is het nu raden wie dat zijn) dronken er een mooi gekoelde Saumur Champigny Chateau de Fargé (Pisani) van 2010 bij.
    Markant detail: ons kasteel fungeerde in de tweede wereldoorlog als Duitse Kommandantur en de ijskelder werd gebruikt als gevangenis en folterkamer. Wie zei daar iets van rondspokende geesten?

    Na het eten werd nog even overlegd over de rit van morgen van Cloyes sur le Loir naar Tours of omgeving met wellicht een tussenstop voor een lichte lunch in Vendômes. Een kleine 90 km of iets meer als de benen meewillen. Morgen ontbijt om 8.00 u. en dan met de wagen naar Cloyes sur le Loir waar de draad van vorig jaar wordt opgepikt. Intussen weet ik ook wat te kopen voor de bevoorrading: Frans brood, er zijn hier geen andere, Franse streekkaas, Franse pur porc, Frans water, Frans fruit en gewone bananen. Even werd ook gegaan voor nutella choco maar dat werd na beraadslaging van het menu afgevoerd en oh ja, bij dat fruit, zeker geen pruimen. Zelfs eet ik dat wel graag, maar fietsers zullen zo hun eigen redenen hebben, denk ik dan maar.

    Voor vannacht blijven de fietsen in de wagen. Ik heb even voorgesteld dat we dat zo zouden kunnen doen voor de rest van de reis en gewoon alles gaan bezoeken met de wagen, maar niet iedereen deelde mijn mening. Op deze snode gedachte neem ik afscheid van jullie tot morgen. En bijna vergeten, iedereen vroeg me uitdrukkelijk om hun groeten over te maken aan het thuisfront.
    Slaap zacht.
    Ook nog eens Franse groeten,
    Daniël




    19-08-2017, 22:34 geschreven door Daniël Samyn  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (15 Stemmen)
    17-08-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De start van het avontuur
    Beste lezer,

    Straks start het fietsavontuur in de richting van Compostella. We verlaten dit landje en de regen en vertrekken naar (hopelijk niet met ) de (noorder)zon vanuit Cloyes sur le Loir in de richting van Tours en Poitiers. Welke weg we daarna zullen volgen, weten we nog niet, maar dat zien we wel wanneer we in Poitiers zijn aangekomen.

    Voor sommige moedige fietsers is het de tweede strook na Oostende - Cloyes sur le Loir en voor andere kranige kerels is het de eerste kennismaking met het harde pelgrimsleven op de fiets. Ikzelf zal het gebeuren meemaken vanuit de verkennings-en/of volgwagen als een echte Aldis en daar waar nodig de logistieke bijstand verlenen. Nachtelijke massages van stramme spieren, wegwerken van verzuurde benen en behandelen van blaren en ontstekingen op bepaalde lichaamsonderdelen laat ik natuurlijk wel over aan de deelnemers die over de nodige medische competenties beschikken en daarvan zijn er toch een aantal in ons gezelschap.

    Velen, beter zelfs, allen, hebben hard getraind om de spieren te stalen door bergen (misschien eerder heuvels) op en af te rijden, tochten te maken vanuit Hoegaarden naar Dinant of pedalotochten tussen Nieuwpoort en Oostende met tegenwind en zware zee te trotseren en ik heb alle vertrouwen in de mechaniek van de wagen. We zijn er dus klaar voor.

    Straks afscheid nemen van alle dierbaren en met opgeheven hoofd de wagen instappen om de geschiedenis in te fietsen. Nog even en we kunnen de kreet van de jacquets slaken wanneer ze zicht kregen op de kathedraal van Compostella: Santiago!

    Jullie zullen er nog van horen.

    Groetjes,

    Daniël 

     

     

     

     

     

    17-08-2017, 15:28 geschreven door Daniël Samyn  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    Archief per week
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs