Sinds 17 mei ligt hij in de rekken: de nieuwe spruit van Daft Punk. Het Franse duo dat werd opgehemeld, verguisd, bevraagd en een schare fans er op nahoud die hen in de mystiek waar ze zichzelf als beschermend deken mee omhullen, bijna als goden aanbidden. Hun parcours tot hiertoe was, zoals algemeen te lezen in diverse artikels, interessant en eigenwijs: van geflopte punkgroep naar houseexperiment dat in de vroege jaren negentig met Homework balanceerde tussen mainstream en underground. Het in de slaapkamer van Thomas Bangalter gemaakte album fluctueert dan ook tussen Detroid en Disco, met invloeden van Acid en Electro. Zelfs rockliefhebbers van het eerste uur durfden al eens te worden gecharmeerd door Guy-Manuel en Thomas.
Enkele hits later hebben ze elk hun eigen experimenten in de vorm van Le Knight Club en het label Roulé. Voor de fans is het lang wachten tot het veel commerciëlere, doch even vernieuwende Discovery op de wereld wordt losgelaten. Oud wordt nieuw, standaarden in vraag gesteld en eclectisch tot iets compleet nieuws omgebouwd. Een heel genre ontstaat met dito verzamelalbums: Le Disco Nouveau est arrivé. Enkele jaren later hebben ze hun officiële dip: Human After All is een verdienstelijke poging om housemuziek en Rock te synthetiseren, maar het album slaagt er niet in te bekoren en de beweging te veroorzaken die ze eerder wel deden.
Ze trekken dit echter op magistrale wijze recht met hun live-optreden in een album gegoten Alive 2007. Zeven jaar na hun eerste live album mixen ze hun eigen repertoire in een stijl en techniek zoals alleen zij dat kunnen: alle samples opnieuw bekeken, gemixt, gefilterd. Niet langer Daft en nog steeds Punk. Weer moeten fans geduld oefenen om een nieuw meesterwerk het levenslicht te zien krijgen: de samenwerking met de filmmakers van Tron resulteert in een magistrale digitale opera in collaboratie met een heus symfonisch orkest. Deze filmmuziek is op zijn minst episch te noemen. En het album lijkt soms een diepere verhaallijn te vertellen dan dat je uit de film kunt ontrafelen.
Waarom is dit relevant bij een recensie van hun huidige CD? Naast de historische context, maakt het ook volgend punt duidelijk: Na een dergelijk oeuvre kan je je alleen maar afvragen: Wat rest er nu nog? Kun je blijven vernieuwen? Komen er nog koude douches zoals Human After All? Kunnen ze echt wel nog een album uitbrengen dat het verschil maakt? Wel beste lezer, op de laatste vraag kan ik met een gerust hart JA antwoorden.
Toen ik naar huis reed van de platenboer (ik hou van een tastbaar album om uren naar te turen) en de CD in de autoradio stak, voelde ik het koude water al terug op mijn rug. Wat een flop. Sommige liedjes haalden voor mij op dat moment de titel slaapkamermuziek. Dat is voor enkele tracks ook werkelijk zo. Ze zijn leuk, repetitief, nogal seventies funky, maar daarom niet sprankelend. Loose yourself to dance is weggelopen uit de jaren tachtig en was daar misschien ook beter gebleven. Gelukkig lag dit oordeel ook grotendeels aan de slechte installatie in mijn auto.
Eenmaal thuisgekomen wou ik me er van vergewissen dat de CD werkelijk zo slecht was en ging ik met de hoofdtelefoon achter de laptop hangen. Mijn aandacht werd al snel weggekatapulteerd van het surfen. Gorgio by moroder stelt de hedendaagse popmuziek fundamenteel in vraag en neemt je mee langs een vreemde weg in muziekwereld, langs synthpop, rock en zelfs a touch of jazz. Het fragiele nummer Within is onvermijdelijk verbluffend door de instrumenten alleen al: hoor je ook de snaren van de vleugelpiano resoneren bij die intro? Maar het diepste raakte dit nummer me in mijn emotionele lurven: een analoge orgel die je even terug op de bank achterbank zet als je pa naar Riders on the storm van The Doors aan het luisteren was bij een lange rit. Vervolgens een delicate robotstem (warempel, het is geen contradictio in terminis) die die diepe, intieme momenten van vertwijfeling bezingt die ieder van ons vroeg of laat eens meemaakt. Geen kippenvel, maar meteen de huid van een volwassen kalkoen over mijn hele lichaam gespannen.
En zo blijven er pareltjes opduiken. Touch is als hedendaagse song wat curieus te noemen, maar maakt een boeiende muzikale evolutie door in het nummer. Motherboard doet je dromen van Vangelis, Jarre en andere oude grootmeesters van de synthesizermuziek en Doin It Right heeft die diepe analoge basdrum die diep in je buik gaat. Het is even twijfelen: Hiphop? En dan blijkt het robotgezang evengoed een baslijn te zijn en komt een typisch jaren tachtig zang een compleet contrast vormen.
En wat met Get Lucky die op ogenblik van schrijven op iedere radiozender op ieder moment van de dag te horen is? Een catchy nummer waarvan ondertussen meer remixes op het internet te vinden zijn dan eurocenten op mijn bankrekening. Dat mocht dan misschien geen uitdaging zijn, sommige remixes zijn dat wel en zijn volgens bepaalde critici zelfs beter dan het origineel. Als u dit wil vaststellen voor uzelf, zoek dan zeker eens de vanderwael versie op.
Hoewel niet ieder nummer even briljant is, is met dit album in ieder geval een grote steen gegooid in een steeds dichtbevolkter wordende vijver. Het laatste nummer doet het werk eer aan: er is zeker contact gemaakt en de heren Bangalter en De Homem-Christo blijven trouw aan hun signaturesound en aanpak. Like or Dislike: een album dat iedere rechtgeaarde muziekliefhebber op zijn minst met een open geest grondig moet beluisterd hebben.
04-06-2013, 00:00
Geschreven door Cunst 
|