For this blog to translate into language of your choice? Select your language below.
2 prachtige pps-jes hierboven van Godelieve en ook Mama rechts heeft ze gemaakt Klik op de banner en bekijk nog veel meer moois op haar blog
Klik op de banner hier beneden en ga eens langs bij Lenie voor nog meer moois Alle Ave Maria pps-jes hierboven zijn van haar
Gastenboek
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Wonder
11-08-2009
Laat ons bidden.
God, onze Vader, met groot en klein zijn wij bijeen om ons voor te bereiden op de komst van Uw Zoon Jezus. Wij danken U om Hem, die net als de kaarsen Licht wil zijn voor alle mensen. Wij danken U om het groen van de krans waarmee aan ons allen een teken is gegeven van hoop op een gelukkig leven. Wij danken U om het rood van de liefde, de liefde die ons is aangereikt door Uw Zoon Jezus die van elke mens houdt. Moge Uw Zoon ons voorbeeld en kracht zijn.
N.
HET LEVEN...
Het leven, kleine mens, is toch zo mooi : vol warmte en lieve dingen. En blijft het niet altijd als een droom, toch blijven de vogeltjes zingen.
De zon, die komt op en gaat onder voor jou, de sterretjes blijven gloeien, de zee speelt met eb en vloed, heel getrouw, en de bloempjes blijven bloeien.
Het leven, kleine mens, is een gave van God, dat legt Hij in twee kleine handjes, en jij mag het nu kneden, met volle genot, en versieren met kleurrijke kantjes.
Het leven, kleine mens, is onzichtbare kracht die jou stuurt naar een veilige haven. De zeilen staan bol, de liefde die wacht, goede vaart en dat de reis je moge behagen.
N.
GOD.
God van alle leven, Gij die kinderen laat geboren worden en jongeren laat groeien in wijsheid en kracht, Gij die voor ons allen, Vader én Moeder zijt, houd Uw zorgende hand over onze kinderen. Geef dat wij goed voor hen zorgen en hen helpen te groeien tot kinderen van het licht. Laat hen tot hun recht komen en houd Gij hen vast, als wij hen moeten loslaten, om hun eigen weg door het leven te gaan. Bescherm hen, vang hen op en zegen hen. En zegen ook alle vaders en moeders, alle opa's en oma's, die hen omringen met hun dagelijkse zorg. Dat vragen wij U vandaag op het feest van het licht en het leven, in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. AMEN!
N.
De droom van God.
Niemand vraagt me nog wat, dacht God. Ik hoor zo weinig van de mensen. En Hij begreep niet wat er gebeurd was. Is er dan overal vrede en liefde op aarde ? vroeg Hij zich af. Gaat het er dan eindelijk eerlijk aan toe ? Voelt iedereen zich goed ? Hebben de mensen de weg naar elkaar gevonden ? Dat is het waar ik al zo lang van droom. En vreugde vulde het hart van God. Toen werd Hij nieuwsgierig om zijn droom onder de mensen te zien. Daarom ging Hij naar de aarde.
In een grote stad ging Hij buiten op een terrasje zitten en keek naar de mensen. Iedereen snelde voorbij in een hels tempo, druk bezig met cijfers en moeilijke woorden en ingewikkelde machines, zodat ze geen tijd hadden om naar rechts en links te kijken. En God werd moe van het gehol en het lawaai van de mensen. Hij vroeg zich af waar ze allemaal heen renden en wat hen zo vooruit joeg. Het geluk ligt toch vlakbij, dacht Hij.
Maar niemand bekommerde zich om lieve dingen. God dacht na. En Hij stond op en ging de mensen achterna. Hij hield er een paar tegen om met hen te praten. Ze dachten dat Hij de weg vroeg, maar toen ze merkten dat Hij zomaar even wou praten, liepen ze haastig door, want daarvoor hadden ze geen tijd. En treurig ging God in een park op een bank zitten. Hij zuchtte want de wereld was nog helemaal niet nieuw geworden, integendeel
Tot er een klein kind, dat daar aan het spelen was, naar Hem toekwam en Hem voorzichtig over de wang wreef en Hem vroeg :"Waarom ben je zo verdrietig ? Hier, je mag mijn witte steen hebben. Kijk eens hoe mooi hij is, met een paars streepje bovenaan. Je mag hem houden." God z'n ogen schoten vol tranen. Hij trok het kind naar zich toe en dacht : mijn droom is nog niet helemaal dood. En Hij fluisterde tot het kind : "Hier, neem je steen terug, dan kan je hem geven aan iedereen die je tegenkomt en er droevig uitziet, want alles wordt blij als mensen zijn zoals jij !!"
N.
LIEVE VADER.
Vader, U schiep duizenden soorten bloemen. Wij vinden ze allemaal mooi. Van niet één soort zeggen we: "Die had anders moeten zijn." Van mensen zeggen wij dat vaak wel. God, U gelooft in ons. U bent altijd bereid om onze fouten te vergeven. Wij vragen U: Leer ons van mensen te houden zoals ze zijn met al hun fouten. Laat ons in U geloven zodat wij ook elkaars fouten kunnen vergeven.
N.
10-08-2009
Samuel 6,1-22a De ark naar Jeruzalem.
Opnieuw riep David alle weerbare mannen van Israël samen, dertigduizend in getal, en vergezeld van alle burgers van Juda ging hij op weg om de ark van God te halen, de ark die de naam draagt, de naam van de Heer van de machten die op de kerubs troont. Ze laadden de ark van God op een nieuwe wagen en haalden die uit het huis van Abinadab dat op een heuvel stond. Uzza en Achio, de zonen van Abinadab, begeleidden de wagen met de ark van God; Achio liep voor de ark. David en alle Israëlieten dansten voor de Heer uit en speelden op allerlei instrumenten, op citers, harpen, tamboerijnen, ratels en cimbalen. Maar toen ze bij de dorsvloer van Nakon kwamen, en de runderen daar op hol dreigden te slaan, stak Uzza zijn hand uit naar de ark van God en hield haar vast. Toen ontbrandde de woede van de Heer tegen Uzza; op de plaats zelf strafte God hem voor zijn vergrijp en hij viel dood neer, naast de ark van God. David was diep geschokt door de slag waarmee de Heer Uzza had getroffen. Daarom heet de plaats tot op de dag van vandaag Peres-Uzza. David werd daardoor zo bang voor de Heer dat hij dacht: `Hoe zal de ark van de Heer ooit bij mij komen?' Daarom zag David ervan af om de ark van de Heer bij zich in de Davidsstad te halen; hij liet haar onderbrengen in het huis van Obed-Edom de Gatiet. Drie maanden lang stond de ark van de Heer in het huis van Obed-Edom de Gatiet, en de Heer zegende Obed-Edom en heel zijn familie. Maar toen David hoorde dat de Heer de familie van Obed-Edom en heel zijn bezit gezegend had, omdat de ark van God daar stond, ging hij erheen en bracht de ark van God uit het huis van Obed-Edom vol vreugde naar de Davidsstad over. Nadat de dragers van de ark zes stappen gezet hadden, offerde David een gemeste stier. Onderweg danste hij geestdriftig voor de Heer uit, slechts gekleed in een linnen efod. Zo brachten David en alle Israëlieten onder gejuich en bazuingeschal de ark van de Heer over. Bij de aankomst van de ark van de Heer in de Davidsstad keek Mikal, de dochter van Saul, door het venster toe. Toen zij koning David zag dansen en springen voor de Heer, begon ze hem te minachten. De ark van de Heer werd de stad binnengedragen en op haar plaats gebracht, midden in de tent die David voor haar had opgezet. Daarna droeg David brand- en slachtoffers op aan de Heer. Na het opdragen van de brand- en slachtoffers zegende hij het volk met de naam van de Heer van de machten. Aan alle aanwezigen, aan alle Israëlieten die daar bijeen waren, mannen en vrouwen, liet hij een plat brood, een klomp dadels en een rozijnenkoek uitdelen. Daarna ging iedereen naar huis. Toen David thuiskwam en zijn familie begroette, liep Mikal, de dochter van Saul, naar hem toe en zei: `De koning van Israël heeft zich vandaag bepaald onderscheiden: als de eerste de beste landloper heeft hij zich onder de ogen van zijn slavinnen uitgekleed!' Maar David antwoordde: `Ik heb gedanst ter ere van de Heer! Hij heeft mij uitverkoren boven jouw vader en heel zijn huis; Hij heeft mij aangesteld tot vorst over Israël, het volk van de Heer. Ik ben bereid mij nog dieper voor Hem te vernederen en in mijn eigen achting te dalen.'
N.
Uit de brief van Paulus aan de Korintiërs, hoofdstuk 12.
Er zijn verschillende gaven, maar de Geest die ze geeft, is één en dezelfde Er zijn veel vormen van dienstverlening, maar de Heer die de opdracht geeft, is één en dezelfde. Er zijn allerlei activiteiten maar het is één en dezelfde God die alles in allen tot stand brengt. Zoals het lichaam een eenheid is en de ledematen een veelheid en alle ledematen ondanks hun veelheid toch één lichaam vormen zo is het ook met Christus Een lichaam bestaat nu eenmaal niet uit een enkel deel, maar uit vele delen. De voet kan wel zeggen: Omdat ik de hand niet ben, behoor ik niet tot het lichaam, maar hij hoort er toch bij. En het oor kan wel beweren: Ik maak geen deel uit van het lichaam omdat ik het oog niet ben, maar ondanks dat maakt het toch deel uit van het lichaam. Als het hele lichaam oog was, waarmee kon het dan horen? Of als het alleen maar oor was, hoe kon het dan ruiken ? Het oog kan niet tegen de hand zeggen: Ik heb je niet nodig. En het hoofd kan niet tegen de voeten zeggen: Ik heb jullie niet nodig. Als één orgaan lijdt, lijdt heel het lichaam er onder. En als één deel wordt geëerd, delen alle anderen in de vreugde. Allemaal samen zijt ge het lichaam van Christus: afzonderlijk is ieder er een deel van. In de gemeenschap heeft God allerlei mensen een plaats gegeven: ten eerste zijn er apostelen, ten tweede de profeten, ten derde leraars vervolgens mensen die wonderen kunnen doen en personen die gaven hebben om zieken te genezen er zijn anderen die hulp verlenen, weer anderen die leiding geven. We zijn niet allemaal apostel, profeet of leraar. We kunnen niet allemaal wonderen doen en we hebben niet allemaal gaven om te genezen. Zet uw zinnen op de belangrijkste gave: de liefde Want al sprak ik de talen van engelen en mensen, als ik de liefde niet had was ik niet meer dan een galmende gong of een rinkelende bel.
N.
Lucas 10,1-11 Zending van de tweeënzeventig.
Hierna wees de Heer nog tweeënzeventig anderen aan en zond hen twee aan twee voor zich uit naar alle steden en plaatsen waar Hij zelf nog komen zou. Hij zei tegen hen: 'De oogst is wel groot, maar arbeiders zijn er weinig. Vraag daarom de eigenaar van de oogst om arbeiders in te zetten voor zijn oogst. Ga nu, maar weet wel, Ik stuur jullie als lammeren onder de wolven. Neem geen beurs mee, geen reistas en geen schoenen, en groet onderweg niemand. Als je bij iemand in huis komt, zeg dan eerst: "Vrede aan dit huis." Woont daar een vredelievend mens, dan zal jullie vrede op hem rusten; zo niet, dan zal die naar jullie terugkeren. Blijf in dat huis en eet en drink wat men je aanbiedt, want de arbeider is zijn loon waard. Trek niet van het ene huis naar het andere. Als je in een stad komt waar men je ontvangt, eet dan wat men je voorzet. Genees er de zieken en zeg tegen hen: "Het koninkrijk van God is nu dichtbij u gekomen." Maar als je in een stad komt waar men je niet ontvangt, ga daar de straat op en zeg: "Zelfs het stof uit uw stad dat aan onze voeten zit, mag u houden - wij vegen het af. Maar weet wel, het koninkrijk van God is dichtbij."
N.
Psalm 111 .
Halleluja. Ik prijs de Heer met heel mijn hart zodat iedereen het hoort in de kring van de oprechten. Groot zijn de werken van de Heer, de aandacht waard van hen die er hart voor hebben; aan zijn daden, zijn glorie en pracht, en zijn weldadig werk komt geen einde. Wonderen doet Hij, om nooit te vergeten: Hij is genadig, barmhartig, de Heer. Brood geeft Hij aan hen die hem vrezen, Hij blijft zijn verbond in gedachten houden. Hij toont zijn volk zijn machtige werken: Hij schonk hun het gebied van andere volken. Wat zijn handen hebben geschapen is trouw en gerechtigheid. Men kan op zijn wetten bouwen: die blijven staan, voor altijd, voorgoed, die zijn gevormd naar trouw en recht. Hij bracht zijn volk verlossing; eeuwig blijft zijn verbond - dat heeft Hij bepaald. Heilig en vreeswekkend is zijn naam. De grondslag van de wijsheid is ontzag voor de Heer, iedereen die daarnaar handelt krijgt inzicht. Gods roem houdt stand, in eeuwigheid.
N.
HET GLORIERIJKE KRUIS. (Schriften van Madeleine ).
ZEVEN EN TWINTIGSTE VERSCHIJNING
Vrijdag, 21 maart 1975 om 15.30 uur
Jezus verschijnt aan Madeleine zoals gewoonlijk, met zijn handen in begroeting uitgestrekt, en zegt :
"Begint morgen een noveen, om u op de taak voor te bereiden die Ik u vragen zal. Deze noveen bestaat uit één geheim per dag gevolgd door het gebed dat ik u geleerd heb en een tientje van de rozenkrans. Bidt het in stille overpeinzing en nederig."
Madeleine vraagt :
" Wanneer, Heer, zult u mij de taak laten weten, die ik vervullen moet ?"
"Op Goede Vrijdag."
Hij glimlacht naar Madeleine en verdwijnt.
Hij keek haar ernstig aan maar niettemin allerlieflijkst en uiterst goedhartig.
Lezing uit de 2e brief van de apostel Paulus aan de Corinthiërs 9,6-10. Psalmen 112(111),1-2.5-6.7-8.9. Heilig Evangelie van Jezus Christus volgens Johannes 12,24-26.
Lezing uit de 2e brief van de apostel Paulus aan de Corinthiërs 9,6-10.
Bedenkt het wel: wie spaarzaam zaait, zal spaarzaam maaien; en wie onbekrompen zaait, zal onbekrompen maaien. Ieder geve, zoals hij het in zijn hart zich heeft voorgenomen, maar niet met tegenzin of noodgedwongen. Want God heeft een blijmoedigen gever lief; en God is bij machte, om u een overvloed te schenken van allerlei gunsten; zodat gij onder alle opzichten en ten allen tijde ruimschoots het nodige zult bezitten, en nog zult overhouden voor ieder goed werk; zoals geschreven staat: "Milddadig deelt hij aan de armen uit: Zijn gerechtigheid houdt in eeuwigheid stand." Hij toch, die den zaaier zaad verschaft en brood tot spijze, Hij zal ook u het zaad verlenen, het doen gedijen, en de vruchten uwer gerechtigheid doen wassen.
Psalmen 112(111),1-2.5-6.7-8.9.
Halleluja! Heil den man, die Jahweh vreest, En zijn geboden van harte bemint: Zijn kroost zal machtig op aarde zijn, Het geslacht der vromen zal worden gezegend. Heil den man, die weggeeft en leent, En zijn zaken beheert volgens recht; Want in eeuwigheid zal de rechtvaardige niet wankelen, En hij blijft in de herinnering voor eeuwig. Voor kwade geruchten is hij niet bang; Zijn hart blijft rotsvast op Jahweh vertrouwen, Onverstoorbaar, onbevreesd, Totdat hij op zijn vijanden neerziet. Milddadig deelt hij aan de armen uit: Zijn gerechtigheid houdt in eeuwigheid stand, En zijn hoorn verheft zich in ere.
Heilig Evangelie van Jezus Christus volgens Johannes 12,24-26.
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Zo de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft ze alleen; maar zo ze sterft, brengt ze rijke vruchten voort. Wie zijn leven liefheeft, zal het verliezen; maar wie in deze wereld zijn leven haat, zal het behouden ten eeuwigen leven. Zo iemand mijn dienaar wil zijn, hij volge Mij na; en waar Ik ben, daar zal ook mijn dienaar zijn. Zo iemand Mij dient, dan zal de Vader hem eren.
Bron : Petrus Canisius bijbelvertaling.
Dankgebed .
Zend uw engel, machtige God, om al onze gaven en gebeden op te dragen naar het altaar van uw heerlijkheid. Wij bidden U, dat wij die aan deze tafel gemeenschap vieren rond Jezus uw Zoon, van U gezegend zullen zijn, vol van genade.
Gij weet wat er in ons mensen omgaat, Heer, onze dwalingen en onze dromen zijn U bekend. Gij weet wat onze waarheid is en onze leugen, Gij kijkt met uw hart hoe wij zoeken nu eens zeker, overmoedig, dan weer roekeloos of vol twijfels, wanhopig kunnen wij zijn Zo kent Gij ons en zo laat Gij ons onze weg banen, want Gij houdt van ons meer dan wij kunnen denken.
Daarom zond Gij uw Zoon. Hij was uw stem in deze wereld, de open deur naar uw Liefde. Door de weg te gaan tot de dood, opende Hij voor ons de weg van de liefde.
Vriend noemen wij Hem, herder, raadgever, lotgenot, voorbeeld ten leven, kracht in de woestijn, licht der lichten, dienaar van allen.
In die laatste nacht nam Hij brood in zijn handen
Om Hem te gedenken delen ook wij vandaag het brood, wij breken het met en voor elkaar. We gaan het leven samen achterna. Wij bidden U om zijn Geest opdat Hij ons zou vergezellen en onze voeten zou behoeden voor scherpe stenen, onze benen lening en sterk om de vermoeidheid van spieren te voorkomen. Zo gaan wij uw weg Heer, samen met Hem, en met zovelen, die wij hier ook gedenken.
Zo gedenken wij, Heer, al de barmhartigen, de mensen met open oog en warmkloppend hart, de volgelingen van de Geest, de meesters in het menszijn. We gedenken de zoekers naar het Onzienlijke, die ons - blinden in het leven - bij de hand nemen en ons brengen bij de Bron. Zij die de wonden van het lichaam genazen, gedenken wij; die zich bogen over leed en pijn, die zochten naar genezing voor ziel en lichaam. We vieren om de troosters, die het uithielden in alle ellende, die geduldigen, kruisdragers, tranendrogers van de mensen. Alle lieve mensen die heelmaakten herinneren wij ons, de leraren van het leven die onvermoeid liefde zochten, vertrouwen wekten en de fakkel van de hoop doorgaven aan nieuwe generaties. De ruimhartigen gedenken wij, zij die meeleefden met het lot van de mensen, de sterken die zwakken droegen, hen verdedigden en steunden, die soms zalf niet in hun inzet werden gekend. Wij gedenken hen die zagen dat armoede en leed zich uitbreidden als een sprinkhanenplaag en die toch moedig bleven, opstanding preekten om de aarde anders te maken, de hardlopers voor een betere wereld. Alle lieve mensen gedenken wij die - bekend of onbekend - gingen op de weg van Jezus om voor ons wegwijzers te zijn naar de gemeenschap der heiligen, nu reeds op aarde en voor altijd. Daar al dezen, levenden en doden, door de kracht van uw Geest en door velen die na ons in diezelfde Geest zullen leven zal uw naam eer worden aangedaan: God, machtig worde uw naam op deze aarde. Amen
N.
Mijn kind.
Mijn kind, jij die in mijn armen ligt, jij bent een kleine, zachte last.
Bij mij voel jij je geborgen als een vogel in zijn nest. Ja, mijn armen zullen je dragen, mijn liefde zal je vasthouden. Wees maar niet bang, je bent helemaal van mij.
Maar straks word je groot en iedere dag zal je steeds wat verder van mij wegvoeren. Nooit zal je mij zo nabij zijn als nu. Dit is nu eenmaal het leven, maar nu heb ik jou nog heel dicht bij mij.
Er zijn veel goede dingen die op jou wachten en veel goede mensen die van je houden. Ik zeg het je opdat je zou weten dat het goed is hier te leven.
Maar er zijn ook boze dingen. Je zult ook wel eens wenen en zorgen hebben. Er kunnen uren van pijn in je leven komen. Mag God je altijd nabij zijn.
Het leven, C..., is niet altijd gemakkelijk. En toch kan ik je zeggen : de wereld waarin je leeft is mooi en goed.
God drage zorg om jou, mijn kind.
N.
God.
God, Schepper van al wat is. Bij U begint alles en vindt in U zijn vervulling; Vol vreugde mogen wij gedenken Maria, de moeder Gods. Wij bidden U: dat zij ons blijft verwijzen naar Uw Zoon, de God- met- ons. Geef dat wij onze taak volbrengen in Jezus'naam. Dat vragen wij U voor vandaag en alle dagen. Amen.
N.
Lieve vrouw.
Lieve vrouw, Gij toont ons Uw Zoon als weg, als voorbeeld en toevlucht. Hij geeft ons een roos, een bloem met doornen, teken van het leven, waarin vreugde en pijn samen gaan. Hij houdt van ons, en neemt deel aan ons leven. Samen met U bidden wij om iets van het geloof van Uw Zoon. Dan kunnen wij Zijn kracht planten in de bodem van ons hart. Amen
N.
Laten we nu samen bidden.
Maria We kwamen hier vanavond samen met onze vragen en onze twijfels, met onze vreugde en ons verdriet. Het feit dat we hier bijeen waren, is een teken van hoop en van vrede. Het is een teken van gemeenschap tussen mensen. Help ons dit fijne gevoel van samenhorigheid te bewaren, zodat we weer een tijdje bestand zijn tegen het leven dat soms zo hard kan zijn. Maar help ons ook oog te hebben voor alle mooie en goede dingen die rondom ons zijn. Want elke dag opnieuw is er nieuw leven in de natuur en zingen de vogels hun mooiste lied. Leer ons weer wat meer tijd te nemen om het eens stil te maken in onszelf en te genieten van de eenvoudige dingen. Amen
N.
Moeder zijn.
Is een stukje van de schepping in je handen krijgen, is het wondere begin van het leven in je voelen groeien. Het is een parel, uit Gods hand gevallen, met je zorg omringen. Niet lachen om een kindertraan en woorden in je hart kunnen bewaren.
Moeder zijn is liefhebben, geloven in het leven, geloven in het goede. Het is antwoorden op vele vragen en dromen kunnen raden. Het is veel zien en nog meer zwijgen, een kloppend hart zijn voor het zoekende kind.
Moeder zijn is vertrouwen op de toekomst, kijken naar de verte, Het is goed zijn en wijs.
Moeder zijn is kinderen "groot" brengen, tot zichzelf brengen, om ze dan, met veel pijn in het hart los te laten, op weg te zetten en te laten gaan.
Moeder zijn is afscheid nemen en afstand doen. Het is de kinderen toevertrouwen aan het leven, aan henzelf en aan God.
Het is het stukje van de schepping dat wij bij hun geboorte voor een tijdje hebben gekregen weer bij de Schepper brengen, de parel uit Gods handen gevallen, weer toe te vertrouwen aan Zijn handen.
N.
Wij brengen bloemen naar het Mariabeeld.
Voor vele mensen is de verering van Maria belangrijk in het leven. Wij hopen dat dit Mariabeeld voor ons allen de herinnering en de voorspraak oproepen van Maria, die ons is voorgegaan op de weg naar Jezus.
Wij hebben bloemen meegebracht voor Maria: zeven witte rozen, voor al de blijde dagen die zij heeft gekend. Hiermee willen wij even stilstaan bij het mooie dat wij in ons leven reeds mochten meemaken. Wij denken aan alle mensen van wie we warmte, vriendschap of liefde mochten ontvangen: kinderen, echtgenoot of vrienden met wie we vreugdevolle gebeurtenissen mogen delen, met wie we plezier kunnen maken maar die ons ook dragen in moeilijke dagen. Wij denken ook aan de momenten waarop we zelf iets mochten betekenen voor anderen. Want geven en delen geeft voldoening die niet in woorden is uit te drukken.
We geven ook zeven rode rozen, voor al de droeve dagen die Maria heeft gekend, vooral de dag waarop haar zoon Jezus veel te vroeg is gestorven. En ook hier staan we even stil bij onze eigen moeilijke momenten. Tegenslagen, ruzie met iemand die we eigenlijk wel graag zien, een kwetsend woord dat we soms veel te vlug uitspreken, ziekte of overlijden van een dierbare. Want even stilstaan bij moeilijke momenten werkt ook genezend; het helpt ons in het verwerkingsproces ervan.
N.
Bidden wij nu samen tot Jezus zoals wij vaak doen als wij Maria bezoeken in een kerk, een kapel of ergens anders.
Bidden wij voor alle mensen die met veel verdriet leven, Dat zij door te bidden tot Maria gesterkt mogen worden. Laten wij bidden. Wees gegroet Maria
Bidden wij voor alle mensen die zich alleen voelen, dat zij een sterke schouder vinden om op te leunen en een luisterend oor. Wij hopen dat zij de kracht mogen krijgen om ondanks alle eenzaamheid toch weer blijdschap in het leven te vinden. Laten wij bidden. Wees gegroet Maria
Bidden wij voor alle mensen voor wie de kerk van nu misschien te veel geleerde woorden spreekt. Dat zij dankzij hun geloof en het voorbeeld van Jezus en Maria zich toch thuis voelen in deze kerk. Laten wij bidden. Wees gegroet Maria
Bidden wij voor onszelf, dat wij door deze viering bemoedigd worden en met dankbaarheid en vreugde terugkeren om ons dagelijks leven te hervatten. Laten wij bidden. Wees gegroet Maria.....