Foto
TOESPRAAK VAN PATER PETAR
  • Deel 1
  • Deel 2
  • Deel 3
  • Deel 4
  • Deel 5
  • Deel 6
  • Deel 7
  • Deel 8
  • Deel 9
  • Foto
    Foto
    Het  logo  van  het  Bisdom  Gent  van  MG.  Van  Looy
     
    Origen
    Quantcast
    Met hulp en medewerking van John Pont is dit blog gemaakt
    HOUD UW LAMPEN BRANDEND.
         Image and video hosting by TinyPic
    For this blog to translate into language of your choice? Select your language below.
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
     2 prachtige pps-jes hierboven van Godelieve en ook Mama rechts heeft ze gemaakt
    Klik op de banner en bekijk nog veel meer moois op haar blog
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Klik op de banner hier beneden en ga eens langs bij Lenie voor nog meer moois
    Alle Ave Maria pps-jes hierboven zijn van haar
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Gastenboek

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Foto
    Wonder

    28-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.[Elijah] Isa 7:11-17 (8-9) Vraag een teken van Jahweh, uw...


    Isa 7:11-17 (8-9) Vraag een teken van Jahweh, uw God: diep in het dodenrijk, of hoog aan de hemel.

    Maar Achaz zeide: Ik zal er geen vragen, en Jahweh niet tarten.

    Toen sprak hij: Luister dan, huis van David!

    Is het u niet genoeg, mensen ongeduldig te maken, dat gij ook het geduld van mijn God op de proef stelt?

    Daarom geeft de Heer zelf u een teken: Zie, de maagd zal ontvangen, en een zoon baren; zij zal hem noemen: "God-met-ons". Stremsel van melk en wilde honing zal hij eten, totdat hij het kwade weet te verwerpen, en het goede te kiezen. MAAR VOORDAT DE KNAAP HET KWADE WEET TE VERWERPEN EN HET GOEDE TE KIEZEN, zal het land ontvolkt zijn, waarvan gij de twee koningen vreest. Jahweh zal dagen doen komen Over u en uw volk En over het huis van uw vader, Zoals er nog nooit zijn geweest, Sinds Efraïm afviel van Juda: "Den koning van Assjoer!"

    IK VRAAG ME AF OF DE MENSEN IN DEZE WERELD, DE KARDINALEN BISSCHOPPEN PRIESTERS, EN ALLE LEDEN VAN DE KERK VAN JEZUS CHRISTUS HIER OP AARDE WEL VERSTAAN WAT HIER DAADWERKELIJK GEZEGT WORDT, EN WAT DAT INHOUD: MAAR VOORDAT DE KNAAP HET KWADE WEET TE VERWERPEN EN HET GOEDE TE KIEZEN, zal het land ontvolkt zijn, waarvan gij de twee koningen vreest. ALS JULLIE DENKEN DAT HET KWAAD ZO MAAR VOOR DE KNAAP TE VERWERPEN IS, AAN DE KANT ZETTEN EN ZEGGEN, IK KIES VOOR HET GOEDE, DUS HET KWAAD IS WEG WANT IK VERWERP HET KWAAD EN KIES VOOR GOD; NEE, VERGEET DAT MAAR, EEN WEG MOET ER VOOR AFGELEGD WORDEN, EEN WEG DIE VELEN NIET ZOUDEN WILLEN AFLEGGEN. WAAROM LUKT HET DEZE DAN PAS EERST ALS HET LAND VAN DE TWEE KONINGEN DIE WIJ VREZEN, ONTVOLKT IS ! ZONDER GOD KAN DEZE KNAAP UIT HET GESLACHT VAN EFRAÏM UBERHAUPT NIETS, NIETS EN NOGMAALS NIETS, HIJ HEEFT DE HEMEL NODIG, DE KRACHT VAN DE VADER, DE ZOON EN DE HEILIGE GEEST HEEFT HIJ NODIG, DAAROM ZAL HET DE KNAAP EERST DAN PAS LUKKEN, ALS DE HEMELBEWONERS TOT ONS KOMEN, IN ONS KOMEN, ALS DE HEMEL ZAL ZIJN ONTVOLKT ALS DE TWEE KONINGEN WAARVOOR WIJ EEN HEILIGE GODSVREES HEBBEN, DE VADER EN DE ZOON, IN DE HEILIGE GEEST OP HET MOMENT DAT DE GODDELIJKE VADER, DE SCHEPPER VAN HEMEL EN AARDE HET BEPAALD OM TE NEDERLANDEN ZOWEL NERDERDALEN IN DE KNAAP! Hand. 3:20-21 opdat de tijden mogen aanbreken van ‘s Heren verkwikking, en opdat Hij Jesus doet komen, die u als de Christus is voorbestemd, en die nu in de hemel moet blijven wonen tot aan de tijden van het herstel aller dingen, waarvan God van ouds heeft gesproken door de mond zijner heilige profeten.

    f.m.l.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. Elke nieuwe wet, die weldra door de vijanden binnen Mijn Kerk ingevoerd zal worden, zal de spot drijven met de waarheid die door Mijn Vader vastgelegd werd


    Elke nieuwe wet, die weldra door de vijanden binnen Mijn Kerk ingevoerd zal worden, zal de spot drijven met de waarheid die door Mijn Vader vastgelegd werd

    Donderdag 17 oktober 2013 20.38u

    Mijn zeer geliefde dochter, als er toch maar meer mensen echt in Mij, hun Jezus, zouden geloven, dan zouden zij vrede vinden in hun hart. Waar er geen vertrouwen is, heerst er angst. Angst verhindert dat de liefde van God jullie ziel doordringt, en dan word je een gevangene. Niets, buiten Mijn licht, zal de last opheffen. Wanneer Ik jullie de waarheid vertel, doe Ik dat enkel omdat Ik van jullie houd en omdat Ik snak naar de dag dat we eindelijk verenigd zullen zijn. Wees niet bang voor de waarheid! Mijn liefde zal jullie vervullen met de moed en de kracht om stand te houden en Mij in alles trouw te blijven. Ik bescherm al diegenen van jullie die Mij erom vragen, maar het zijn enkel de zielen die zich geheel aan Mij overgeven, die geen angst zullen hebben. De verdorvenheid van het Beest zal als charmant en modern gemaskeerd worden, en dat zal aan allen achter een dun laagje menslievendheid, liefdadigheid en ‘de zorg voor de armen’ kenbaar gemaakt worden. Geloof voor geen minuut dat Satans aanhangers jullie ooit hun ware aard zullen tonen! Elke leugen die voorgehouden wordt om de waarheid te veranderen, zal logisch en voor het algemeen welzijn van allen lijken. Elke nieuwe wet, die weldra door de vijanden binnen Mijn Kerk ingevoerd zal worden, zal de spot drijven met de waarheid die door Mijn Vader vastgelegd werd in de Tien Geboden, die aan Mozes gegeven werden. Elk gebaar, hoe subtiel het ook moge zijn, zal bedoeld zijn om Mij, Jezus Christus, de Mensenzoon, te beledigen. De Bedrieger kan het niet weerstaan om door zijn dienaren de spot met Mij te drijven want hij haat Mij. Hij zal elk gebruiksvoorwerp in Mijn Kerk smaden door daden, woorden en de toevoeging van satanische symbolen. Enkel diegenen die de waarheid kennen, zullen deze gruwelen zien en exact begrijpen wat die gebaren werkelijk betekenen. De macht van Satan kan Mijn leerlingen verwarren, afleiden en kwellen. Hij, Satan, zal jullie nooit met rust laten, vooral wanneer jullie getuigenis afleggen van de waarheid. Maar weet dit – hij kan overwonnen worden wanneer jullie volkomen op Mij vertrouwen. Wanneer jullie je aan Mij overgeven, zal hij niet de macht krijgen om jullie geloof in Mij te beïnvloeden. Hij, Satan, heeft afgedaan. Zijn heerschappij, hoe pijnlijk het ook was voor de mensheid, is ten einde. Zijn laatste belediging tegenover Mij zal door de Antichrist uitgevoerd worden, die Mij zal imiteren en de wereld zal wijsmaken dat hij gekomen is om de wereld te redden. Wanneer jullie de waarheid kennen, zullen jullie in staat zijn deze bekoring te weerstaan. Wanneer jullie standvastig bij de waarheid blijven, die vervat ligt in de allerheiligste Bijbel, zullen jullie gered worden. De laatste aanval zal snel gebeuren en daarop zal Ik de wereld de waarheid tonen, en enkel diegenen die vervuld zijn van haat jegens Mij, zullen deze ontkennen. Wees niet bang want Ik Ben de enige Redder van de mensheid! Enkel Mijn liefde zal jullie staande houden. Vrees slechts voor die arme zielen, die Mij zullen bespuwen wanneer Ik Mijn hand uitsteek om hen naar het Nieuw Paradijs te brengen.

    Jullie Jezus


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. De slang geeft de Antichrist speciale boodschappen, die hij zorgvuldig documenteert


    De slang geeft de Antichrist speciale boodschappen, die hij zorgvuldig documenteert

    Woensdag 16 oktober 2013 23.27u

    Mijn zeer geliefde dochter, de meest onheilige drie-eenheid, bestaande uit Mijn drie vijanden: de Valse Profeet, de Antichrist en de Draak – waarmee Satan bedoeld wordt – zal nu opstaan in verzet tegen de Allerheiligste Drie-eenheid. Weet dat zij vele duizenden en duizenden toegewijde leerlingen hebben, en terwijl de tijd nadert, zullen er veel geheime en walgelijke ceremonieën plaatsvinden om de slang te eren. De slang is heel erg voorzichtig om zijn ware zelf niet te onthullen. Zijn werkelijke, slechte bedoelingen met ieder kind van God zijn verhuld, en hij doet zich aan zijn selecte groep uitverkorenen voor als een charmante, mooie prins waarbij hij zich voor hen manifesteert op de meest verleidelijke manier. Net zoals er met Mijn eigen uitverkoren profeten gecommuniceerd wordt, geeft de slang de Antichrist speciale boodschappen die hij zorgvuldig documenteert en vervolgens met zijn hiërarchie op aarde deelt. Deze boodschappen bevatten instructies om Mijn Kerk te ontheiligen als voorbereiding op de Antichrist, die zijn troon zal innemen en de wereld zal wijsmaken dat hij de Christus is, de Redder van de wereld. Luister nu aandachtig, jullie allen die deze waarschuwing verwerpen! Weldra zullen veel van Mijn leerlingen, die van Mij houden maar die niet in deze boodschappen geloven, groot gevaar lopen. Het plan om jullie van Mij weg te halen, heeft een aanvang genomen en tenzij jullie voorzichtig en waakzaam blijven, zullen jullie in het hol van de duisternis gelokt worden. Hij, de Antichrist, zal elk aspect van Mijn Godheid, die door de slang aan hen bekend gemaakt worden, trachten te evenaren. Hij, de slang, keek naar Mijn kruisiging en alleen hij beschikt over de kennis van de details die deze verschrikkelijke gebeurtenis omgaven. Hij zal de spot met Mij drijven door zijn toegewijde dienaren op te dragen om de rituelen in Mijn Kerk achterstevoren te reconstrueren. Er zal aan Mijn Woord geraakt worden en er zullen nieuwe, obscene delen aan toegevoegd worden om het Beest te eren, en velen zullen de zwaarwichtigheid ervan niet inzien. Vermaak jullie met de duivel en stel jullie te zijner beschikking, en dat zal tot grote beproevingen leiden! Herhaal de verachtelijke woorden die hij jullie zal inprenten, en jullie zullen je ziel voor hem openstellen! Aanbid hem door van de Antichrist te houden wanneer hij arrogant voor jullie paradeert, en jullie zullen hem in plaats van Mij in jullie hart onderbrengen. Alles wat Ik jullie geleerd heb, zal achterstevoren, ondersteboven en binnenstebuiten gebeuren. Omdat zovelen Mijn onderrichtingen niet echt begrijpen, en omdat maar zo weinigen van jullie aandachtig geluisterd hebben naar de Evangeliën met betrekking tot de gebeurtenissen in de aanloop naar Mijn Tweede Komst, zullen jullie er niet veel wijzer van geworden zijn. O hoe breekt Mijn Hart dit nieuws te moeten onthullen. Hoe zou Ik willen dat jullie niet zo hoefden te lijden. Maar Ik beloof dat Ik jullie pijn zal verlichten en dat zijn heerschappij, wanneer dit zich afspeelt, snel zal verlopen. Aan de zielen die onschuldig bij deze parodie van Mijn Godheid betrokken zijn, zal Mijn barmhartigheid betoond worden. Diegenen die geloven dat zij zullen heersen in een paradijs dat hen door de Bedrieger beloofd is, zullen jammer genoeg merken dat zij in de vuurpoel geworpen werden, waar zij voor eeuwig zullen lijden. Er zal daar niemand zijn om hen te helpen want zij zullen de leugens - die bedacht zijn om hun vertrouwen te winnen - geslikt hebben, wat het verlies van veel zielen, die blindelings hun valse leer zullen volgen, tot gevolg zal hebben. Bid om barmhartigheid voor diegenen die door de koning der duisternis misleid zullen worden!

    Jullie Jezus


    27-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. Jullie werden nu gedurende drie jaar voorbereid. Sta op, neem jullie kruis op en volg Mij!


    Jullie werden nu gedurende drie jaar voorbereid. Sta op, neem jullie kruis op en volg Mij!

    Zaterdag 14 december 2013 15.17u

    Mijn zeer geliefde dochter, de voorbereidingen voor Mijn tussenkomst van grote barmhartigheid, om het hart van de mensen van steen in goud te veranderen, hebben vandaag een aanvang genomen. De tekenen op het gebied van het weer zullen opgemerkt worden door diegenen met ogen die kunnen zien, en diegenen die waakzaam zijn voor Mijn belofte om iedereen een gelijke kans op redding te geven. Diegenen van wie het geloof verzwakt is, zullen door het vuur van de Heilige Geest vernieuwd worden. Wanneer zij het Licht, de stralen van Mijn barmhartigheid aanschouwen, zal de Heilige Geest zo indrukwekkend zijn, dat velen door de kracht ervan tegen de grond geworpen zullen worden. Diegenen die Mij verafschuwen en wier zonden niets voor hen betekenen, zullen geestelijk verder afsterven en in paniek van Mij wegkruipen. Sommigen zullen Mijn tussenkomst niet overleven omdat het hen ondraaglijk zal schokken. Ik Ben alle uitverkoren zielen momenteel aan het voorbereiden door hen op te dragen om te gaan biechten en te bidden voor de zonden van anderen. Mijn tijd komt gauw. Mijn tussenkomst zal snel en krachtig zijn, en vanaf die dag zal de wereld zich in twee opsplitsen. Op die dag zal de wereld binnenstebuiten gekeerd worden, en enkel diegenen die in Mijn genade blijven, zullen de beproevingen doorstaan die overal gezien zullen worden. Jullie werden nu gedurende drie jaar voorbereid. Sta op, neem jullie kruis op en volg Mij! Wees sterk! Ik zal jullie moed schenken want die zullen jullie nodig hebben als de duisternis van die zielen, die Mijn barmhartigheid zullen afwijzen, over de aarde zal vallen en zich dan zal uitspreiden. Alleen diegenen die met de Heilige Geest gezegend zijn, zullen het Licht verschaffen dat al diegenen, die Mijn Koninkrijk willen betreden, zal leiden zodat ze hun weg richting eeuwig leven kunnen vinden.

    Jullie Jezus


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. Gedurende heel Mijn kindertijd wist Ik wie Ik was


    Gedurende heel Mijn kindertijd wist Ik wie Ik was

    Donderdag 12 december 2013 23.15u

    Mijn zeer geliefde dochter, terwijl de dag van Mijn geboortedag nadert, verlang Ik dat overal alle Christenen de reden van Mijn geboorte overdenken. Mijn geboorte werd door Mijn Vader gepland uit Zijn grote barmhartigheid en Zijn buitengewone liefde voor Zijn kinderen. Zijn grootste offer bestond erin Zijn enige Zoon, door Hem verwekt, naar een ondankbare wereld vol zondaars te zenden, die Hem niet onder Zijn voorwaarden wilden kennen. Elk ingrijpen, door middel van de profeten, werd ondernomen om te proberen hun versteende hart erop te richten Zijn glorie te zoeken. Maar zij keerden zich tegen Hem en doodden de profeten, die hen voedden met het voedsel voor hun ziel. Door een onschuldig kind, Zijn enige Zoon, in de wereld te zenden, plaatste Hij zich, als een geringe dienaar van menselijk vlees, voor diegenen die hun Meester zouden moeten dienen. De Meester werd bijgevolg de Dienaar in wat de grootste vorm van nederigheid was. Maar Hij hield zo van Zijn kinderen, dat Hij bereid was er alles aan te doen om hen uit het bedrog en de bekoring van Satan terug te winnen. Gedurende heel Mijn kindertijd wist Ik wie Ik was en wat er van Mij verwacht werd. Ik was tevens heel bang en overweldigd door de kennis van wie Ik was en wat er van Mij verlangd werd. Doordat Ik mens was, leed Ik onder angst. Ik was snel gekwetst. Ik hield van iedereen die met Mij in contact kwam en Ik vertrouwde iedereen omdat Ik van hen hield. Ik wist niet dat ze Mij zouden doden, want Ik dacht dat Mijn koningschap gekomen was. Er waren bepaalde zaken die door Mijn Vader, die niet met Mij communiceerde zoals jullie dat zouden denken, voor Mij verborgen gehouden werden. In plaats daarvan ontving Ik, wanneer Mijn Vader dat wenste, een ingestorte kennis over de taak die Mij toegewezen werd om allen redding te brengen. Elke vorm van goddelijk ingrijpen werd ondernomen om de ziel van diegenen voor zich te winnen, die dachten dat zij de wetten van Mijn Vader kenden maar die deze verdraaiden om ze te schikken naar hun eigen verlangens en ego. Ik bracht veel jaren door bij Mijn geliefde Moeder en vader, de H. Jozef, net zoals elke familie. Ik hield zoveel van hen en Ik was gelukkig. Wij hadden een zeer hechte band en Mijn Moeder was begiftigd met bijzondere genaden, die haar door de kracht van de Heilige Geest geschonken werden. Dat bracht met zich mee dat zij precies wist wat Mijn missie inhield. Zij kende de moeilijkheden die Ik het hoofd zou moeten bieden. De afwijzing. De spot. Maar ook zij wist niet, dat Ik vermoord zou worden. Het was pas na de eerste twee jaar van Mijn missie, waarin Ik twintig uur per dag doorgebracht had met het prediken van de waarheid, dat Ik besefte dat de tegenstand toegenomen was. Al diegenen die Mijn Woord hoorden, hadden er een open oor voor, zelfs wanneer zij niet precies konden begrijpen wat Ik hun probeerde te vertellen. Velen, die aannamen dat wat Ik hun vertelde de waarheid was, vonden het moeilijk Mij na te volgen vanwege de spot waarmee zij te maken kregen. Mijn vijanden konden Mij dan ook niet negeren. Ik was het onderwerp van veel discussie, veel twist en veel wrijving. Zij verspreidden vreselijke leugens over Mij, onder andere over Mijn moraal, Mijn gezond verstand en Mijn bedoelingen – en toch konden zij niet negeren wat Ik deed, wat Ik zei en wat Ik hun vertelde over het Koninkrijk van Mijn Vader. Ik werd verraden door diegenen die van Mij hielden, maar die het aan moed ontbrak om Mij na te volgen. Door de genade van Mijn Vader, verdroeg Ik al deze pijn tot de uiteindelijke verwezenlijking Mij duidelijk werd. Ik wist toen dat ze Mij niet zouden aanvaarden. Naar het einde toe kende Ik de waarheid, maar Ik wist ook dat Ik niet kon opgeven. En dus werd God, doorheen Zijn enige Zoon, door de grootste daad van nederigheid, een Slachtoffer en stond zo toe dat de mens Hem een verschrikkelijk lijden, geseling en een gewelddadige dood toebracht. Deze daad, die door de ogen van Satan gezien werd als een schijnbaar laffe daad, had tot gevolg dat hij eraan twijfelde of Ik inderdaad de Mensenzoon was. En zo werd hij misleid. Satan kon daardoor deze grote daad van nederigheid niet tegenwerken want er was niemand meer om te bekoren. Toen Ik, een gewillig en zwijgzaam slachtoffer, vol liefde voor de mensheid, Mijn dood tegemoet ging, kon hij, Satan, niet wedijveren met deze daad omdat hij geen enkele vorm van nederigheid bezit. En dus ging Ik gewillig heen, met een brandend verlangen om zielen te redden en de wereld de erfenis van het eeuwig leven na te laten. Mijn Koninkrijk bleef echter voor het grootste deel onder de invloedssfeer van Satan. De zielen kenden niettemin de waarheid. Om er nu voor te zorgen dat de mensheid de waarheid begrijpt, kom Ik thans om Mijn Koninkrijk terug op te eisen. Door dat te doen, heb Ik Mij de woede van Satan op de hals gehaald. Zijn plannen om de waarheid te verbergen, zijn nauwkeurig uitgewerkt en geraffineerd. Sluw is hij Mijn Kerk binnengedrongen in deze, zijn laatste, poging om Mij de zielen te ontzeggen voor wie Ik gekomen ben. De zielen die van nature recht hebben op het glansrijk Koninkrijk dat Ik hun beloofde. Ditmaal zal hij niet winnen. Maar er zullen wel veel zielen misleid worden, en als zodanig zal het grootste geschenk, dat door Mijn geliefde Vader aan de mensheid geschonken werd, hen afhandig gemaakt worden. Het behoort jullie toe om voor eeuwig een leven te leiden in Gods heerlijkheid met een volmaakt lichaam en een volmaakte ziel. Jullie allemaal. Verspeel dit niet door toe te laten dat jullie blind zijn voor het ware Woord van God!

    Jullie Jezus


    26-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jakov Colo ontving vandaag zijn jaarlijkse Verschijning van de Gospa.


    Jakov Colo ontving vandaag zijn jaarlijkse Verschijning van de Gospa.

    Bij zijn laatste dagelijkse Verschijning op 12 september 1998 beloofde Maria voortaan jaarlijks aan Jakov te verschijnen op Kerstmis.

    Onze-Lieve-Vrouw gaf de volgende Boodschap:

    "Lieve kinderen, Jezus wilt vandaag heel bijzonder in je hart komen wonen en elke vreugde en pijn met je delen. Daarom, lieve kinderen, vraag jezelf vandaag in het bijzonder af of vrede en vreugde om de geboorte van Jezus je hart veroverd heeft. Kindertjes, leef niet in het donker maar streef naar het Licht en naar Gods heil. Kinderen, kies voor Jezus en geef Hem je leven en je hart want alleen dan zal de Almachtige door je en in je kunnen werken."

    Bron, http://www.bedevaart.net/



    25-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Recentste Boodschap aan Marija Pavlovic.


    Recentste Boodschap aan Marija Pavlovic.

    Kerstboodschap op 25 december 2013:

    "Lieve kinderen, Ik breng u de Koning van de vrede, zodat Hij u zijn vrede kan schenken. Jullie, mijn lieve kinderen, bid, bid, bid. De vrucht van het gebed zal men zien in het gelaat van de mensen die voor God en zijn Koninkrijk gekozen hebben. Ik, met mijn Zoon Jezus, zegen u allen met de zegen van de vrede. Dank dat u aan mijn oproep gehoor hebt gegeven."

    Bron, http://www.bedevaart.net/



    24-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PRETTIG KERSTFEEST.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen


    PRETTIG KERSTFEEST.

    Nelly.


    23-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. De plannen werden door de onheilige drie-eenheid opgesteld, waarbij alles wat waar is, uitgebannen zal worden


    De plannen werden door de onheilige drie-eenheid opgesteld, waarbij alles wat waar is, uitgebannen zal worden

    Dinsdag 15 oktober 2013 15.45u

    Mijn zeer geliefde dochter, het is Mijn verlangen dat al Mijn priesters, uit elk christelijk kerkgenootschap, de allerheiligste Sacramenten beginnen te beschermen. Degenen in de Katholieke Kerk zullen de eersten zijn, die de vernietiging en de ontheiliging van de Sacramenten zullen meemaken. Diegenen die Mij, Jezus Christus, trouw zijn, zullen naarstig voorbereidingen treffen voor deze vreselijke woestijn waarin Mijn Kerk gestort zal worden. Jullie moeten je nu voorbereiden want het zal door jullie trouw zijn, dat al Gods kinderen in staat zullen zijn om de Sacramenten in hun heilige staat te ontvangen. Tot alle andere Christelijke Kerken zeg ik dit: Herinner jullie Mijn belofte om terug te komen op de grote en glorieuze dag van Mijn Tweede Komst! Weet ook dat in de jaren die daar aan voorafgaan, al diegenen die Mij volgen met vreselijke beproevingen te maken zullen krijgen. Diegenen die in al jullie kerkgenootschappen nieuwe machtsposities zullen verwerven, zullen door de Valse Profeet geleid worden, en allen zullen zijn woorden in de mond nemen en zijn handelwijze overnemen. Wee diegenen die partij kiezen voor de Valse Profeet, want hij is de tegenpool van Johannes de Doper en zal de voorloper van de Antichrist zijn, die zal heersen over jullie allen! Jullie zullen door Mij beschermd worden, want weldra zal Ik de enige zijn die jullie hebben om jullie te leiden. Terwijl jullie beïnvloed zullen worden door de ketterijen, die jullie als de nieuwe vorm van moderne christelijke theologie voorgesteld zullen worden, ben Ik de enige die vertrouwd kan worden de waarheid te spreken. Hoe sluw is Satan, want hij zal nooit choqueren – in plaats daarvan zal hij jullie, door diegenen die hem dienen, naar een nieuwe verdraaide, omgekeerde interpretatie van Mijn allerheiligste Woord trekken. De plannen werden door de onheilige drie-eenheid opgesteld, waarbij alles wat waar is, uitgebannen zal worden. En daarop zal alles wat de seculiere wereld aanspreekt, de menselijke hebzucht en het verlangen om de zonde te negeren, door alle Christelijke Kerken aan de gelovigen voorgehouden worden. Deze dag werd in steen gebeiteld en zal de laatste belediging zijn, die door God toegelaten wordt, voordat Hij Mij, Zijn enige Zoon, zendt om al diegenen te verzamelen, die aan het Woord van God trouw blijven. Wanneer de leugens jullie voorgehouden worden, zullen deze een goede zaak lijken. Het kenteken van nederigheid zal in al jullie kerken veel voorkomen aangezien het door diegenen onder hen, die jullie zullen misleiden, aangenomen zal worden. Elke eigenschap die met Mij in verband gebracht wordt – Mijn liefde voor de berooiden, Mijn liefde voor de zwakken en nederigen, Mijn afkeuring van hebzucht, gierigheid en lust – zullen gebruikt worden als onderdeel van de argumenten die aangewend worden om jullie te dwingen deze nieuwe leer aan te nemen – deze nieuwe ene-wereldreligie om de wereld op de heerschappij van de Antichrist voor te bereiden. Deze waarschuwingen om jullie te redden, worden jullie gegeven omdat Ik een liefhebbende Vader ben. Luister nu naar Mij! Al wat Ik vraag, is één ding: Blijf trouw aan Mijn heilig Woord! Mijn heilig Woord werd jullie in de Heilige Bijbel gegeven. Het kan nooit veranderen. Maar de vijanden van God zullen de betekenissen ervan verdraaien. Wanneer dat gebeurt, verwerp dan diegenen die jullie vertellen dat God dergelijke veranderingen zou goedkeuren. Niets zou verder van de waarheid kunnen staan.

    Jullie Jezus


    17-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rozenhoedje: de geheimen van het Heilsplan van God de Vader.


    Wij Groeten U, Dochter van God de Vader, Vrouwe van alle volkeren die eens Maria was, die door de Wil van God de Vader, samen met Uw kroost de kop van de slang zult verpletteren.

    Weesgegroet Maria vol van genade de Heer is met U, Gij zijt de Gezegende onder de vrouwen en Gezegend is Jezus de Eucharistische Vrucht van Uw schoot, Heilige Maria…… Moeder van God de Zoon, Vrouwe van alle volkeren die eens Maria was, die door de Wil van God de Vader, samen met Uw kroost de kop van de slang zult verpletteren. Weesgegroet Maria vol van genade de Heer is met U, Gij zijt de Gezegende onder de vrouwen en Gezegend is Jezus de Eucharistische Vrucht van Uw schoot, Heilige Maria…… Bruid van God de H. Geest, Vrouwe van alle volkeren die eens Maria was, die door de Wil van God de Vader, samen met Uw kroost de kop van de slang zult verpletteren. Weesgegroet Maria vol van genade de Heer is met U, Gij zijt de Gezegende onder de vrouwen en Gezegend is Jezus de Eucharistische Vrucht van Uw schoot, Heilige Maria…… (Van hier af verder als een normale rozenkrans bidden met overweging van de geheimen) 1: De verzoening en de belofte van God de Vader, met Abraham. Na de zondeval van de eerste mens en zijn vrouw door de ongehoorzaamheid, zoekt God na een lange periode en volgens Zijn Plan weer toenadering bij de mens, Abraham, want deze toont aan God: Een gehoorzaam en rechtvaardig leven, vol geloof en gerechtigheid. God bekrachtigde dit door Zijn priester Melkisedek met zegeningen en het offer van brood en wijn. En door te geloven dat hij met Sara op zo`n oude leeftijd nog een eigen zoon krijgt, en het vaste en blinde vertrouwen in de Heer, dat hij deze zoon Isaac voor Hem wilde opofferen, met de achterliggende gedachte, God kan hem naderhand weer levend maken of iets dergelijks, maar houdt Zijn Woord en maakt alles weer goed (Gen. 15,1-6). En daarom schonk God zijn zoon Isaac het leven en sprak: Zie, Ik maak uw nageslacht zo talrijk als de sterren aan de hemel en als de korrels zand op het strand en in uw zaad zullen alle volken der aarde worden gezegend. (Gen.22, 17-18) 2: De Openbaringstent en Tabernakel voor God de Vader door Moses. Moses vroeg God om met hem en Zijn volk mee op te trekken door de woestijn, God stond dit verzoek toe omdat Hij genade in hem vond en omdat Hij Moses simpelweg had uitverkoren. Ook gaf de Vader opdracht om het Tabernakel te maken zodat Hij in hun midden kon wonen. In de Openbaringstent sprak God tot Moses van Aanschijn tot aanschijn zoals iemand spreekt met zijn vriend, en volgens de Schrift ging Moses daarna weer terug naar het kamp, terwijl zijn dienaar Joshua uit de stam Efraïm, de Tent NOOIT verliet.(1) (Ex.25,8) (Ex.33,11-20) 3: De eerste Tempel voor God de Vader door David en Salomon. David sprak tot de profeet Natan: zie, zelf woon ik in een paleis van cederhout, en de Ark van God staat onder tentdoek, laat mij Hem een Huis bouwen! Maar God zei: Nee, niet u, maar het kind uit uw nazaat zal Ik verheffen, Hij zal Mijn Naam een Tempel bouwen. Ik zal voor Hem een Vader zijn en Hij Mij een Zoon, uw huis en uw koningschap zullen voor eeuwig vast staan. Davids zoon Salomon bouwde jaren later de eerste Tempel van cederhout uit de Libanon die vervuld werd door Gods Heerlijkheid. (2 Sam.7, 1-29) (1Kon5:6) 4: De Vader in Jezus, de Levende Tempel, treed op in de tweede Tempel. (van Esdras) De Engel verkondigde aan de eerste levende Tabernakel,… DE H. MAAGD MARIA,.. zie, U zult door de H. Geest een Zoon ontvangen, Hij zal Zoon van de Allerhoogste genoemd worden en zal de troon van zijn vader David ontvangen, en aan Zijn Koningschap zal geen einde komen. (Luk.1,30-35)Zie,… het Woord Gods is in het vlees gekomen, en verblijft onder ons… Niet verbleef, maar verblijft…(Luk.2,41-50) Eens, als 12 jarige vonden Zijn vader en moeder Jezus op de derde dag terug in de Tempel van cederhout uit de Libanon, (Esdras 3:6-7) De Tempel waarvan God door de profeet Haggai zei (Haggai2:9); De glorie van dit tweede huis zal groter zijn dan die van het eerste, in deze plaats zal Ik Vrede geven. In dit Huis van Zijn Vader, waar Jezus naar eigen zeggen moet zijn. Tijdens Zijn openbaar leven trad Hij de tempel binnen, en begon er de kooplieden uit te drijven. Hij dreef allen de Tempel uit en zei, er staat geschreven: "Mijn huis zal heten een huis van gebed voor alle volkeren; maar gij hebt er een rovershol van gemaakt". (Joh.2,13-22) Ook zei Hij: Die Mij ziet, ziet de Vader, Ik spreek niet uit Mijzelf, het is de Vader die in Mij blijft en die de werken in Mij verricht. Breek déze Tempel af en Ik zal Hem in drie dagen weer op bouwen; Jezus sprak over de tempel van Zijn Lichaam, en wel, Z`n tweede, Zijn mystieke lichaam. Na gestorven te zijn en nedergedaald ter helle, stond Jezus in de hof van Josef van Arimathea, in een nieuw graf, dan ook op de derde dag weer op uit de dood! (2) (Joh. 14:9-10) 5: Als een Leeuw die zich kromt, treed Jezus op in Zijn levende Tempel. (mystieke lichaam) Aartsvader Jacob verkondigde al in Gen 49,9 wat in de verre toekomst zal gebeuren; Juda, als een leeuwenwelp stijgt ge omhoog, na de buit, mijn zoon! Hij kromt zich, hij vlijt zich neer als een leeuw, en als een leeuwin, wie durft hem te wekken! Inderdaad Jezus, U hebt duizenden jaren later door de wil van de Vader te doen en in volle gehoorzaamheid aan Hem, door het Kruis de dood weer teniet gedaan, de roof van Adam en Eva, het eeuwig leven hebt U weer voor ons terug verworven, en U bent dan ook ten Hemel opgestegen om ook voor ons een plaats te bereiden. Maar u gaat verder want voor Uw dood hebt U de Eucharistie nog ingesteld tijdens Uw laatste avondmaal, U maakt Uw zelf klein in het Levende Brood of zoals Jacob het zegt; U kromt zich en vlijt zich neer als een Leeuw ter aanbidding in de Tabernakels, op het rustaltaar en bij de uitstelling van Uw Allerheiligste over de gehele wereld. U komt zelfs tijdelijk, met Uw Heilig Lichaam en Bloed de Ziel en Uw Godheid in ons Heer, wanneer wij U tijdens het vieren van het Heilig Kruisoffer mogen ontvangen. U laat ons nu reeds delen (de buit) in Uw Goddelijk Leven. Maar hoe lang nog Heer, wacht U in de Hemel tot de komst van het herstel aller dingen? U wilt toch in ons,…BLIJVEN? U verlangt toch naar de Bruiloft van het Lam? Het Lam dat U zelf bent, U wilt toch in ons, ”Uw Mystieke Lichaam, Uw Levende Tempel” optreden Heer, zoals de Vader in U, en U in de Tempel van Esdras optrad. Ja, en ofschoon wij geheel onwaardig zijn, wilt U toch volgens Uw Plan, in ons,… het Heerlijkste Uwer werken VOLTOOIEN! Maar wij weten ook, dat wij daarvoor Vrij moeten zijn, (Joh.8,30-36) Vrij van de satan. Als een leeuwin,… als een klein tenger twijgje van de top van de ceder des Libanons,(Ez.17,22-24) wie zou U,… de Leeuw van Juda, de Twijg van de stronk van Jesse daarvoor durven wekken, (Isaias 10:33-11:1) U,… die door de H. Geest geënt zijt op de wortel van de gekapte ceder des Libanons. Om samen met U, één geheel te worden… Twee in één! Om de weg te banen naar allen in één, Uw Koninkrijk op aarde! Hiervoor, Heer en onze enige Verlosser, vragen wij net als destijds op de derde dag tijdens de bruiloft te Kana, om de Voorspraak en de Bemiddeling van Uw en onze Moeder, de Medeverlosseres, de Vrouwe van alle volkeren, en wij doen wat U ons zeggen zult!……Ja Heer, spreek slechts dat éne Woord en Gij zult ons Vrij maken! Zodat wij de Vader in U mogen verheerlijken zoals U de Vader verheerlijkt hebt Amen.

    (Joh.12, 28-31) Voetnoot (1) Verwijzing naar het geslacht van de profeet die komen moet en altijd in huis (God) zal blijven, om te wandelen zoals Jezus gewandeld heeft! Joh.8:35-36 De slaaf nu blijft niet altijd in huis; de zoon(uit de stam Efraïm) blijft er voor altijd. Zo dus de Zoon(Jezus) u vrijmaakt, zult gij werkelijk vrij zijn. Voetnoot(2) 2Petrus3,8 dit mag u niet ontgaan, Zie één dag als 1000 jaar en 1000 jaar als één dag. Psalm 90:4 Ja, duizend jaren zijn als de dag van gisteren in Uw oog.

    f.m.l.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BIDDEN.


    BIDDEN.

    Gebeden zijn goed en nodig, de echte gebeden bestaan echter niet in een vloed van woorden, maar in het innerlijk van een ziel die zich stil houdt voor God. Elke vraag, elk gebed, moet uit uw hart komen. Dan vormt de Geest de woorden en geeft ze hun waarde. Ieder gebed is mooi; maar het gebed dat uit uw ziel komt, is beter: het stelt de aanbidding altijd op de eerste plaats. Er zijn lippen die murmelen of zich in eindeloze gebeden bewegen, terwijl het hart en de geest soms zo veraf zijn: echte gebedsmolens! Ze vergeten Mij te laten spreken. Wanneer Ik u tot het gebed uitnodig, maak u dan niet druk om uit te zoeken welk gebed het meest doeltreffend is. Ik verkies een eenvoudige gedachte aan Mij; een nederig en vurig:"Ik bemin U, mijn God!" of eenvoudig "Dank U mijn God!" en, uiteindelijk, het gebed dat mijn Hart het meest raakt: Het Rozenhoedje! Bidden? Dat is ook de dag beleven die Ik geef, hem beleven als offer aan de Liefde. Daar ligt de hoop voor een hart dat in nood verkeert. Dat is het vertrouwen van een liefhebbend hart; dat is het lichtende of duistere geloof dat steeds naar het te bereiken ideaal leidt! Bidden? Dat is offeren, dat is troosten, dat is Beminnen! Er zijn woorden die naar de Liefde leiden, andere die van de Liefde verwijderen ... Kwezelarij is schijnheiligheid en een ergernis voor een ziel die aan God wil toebehoren. Gods wil beleven is ook gebed en dit veronderstelt veel pijnlijke offers voor de menselijke natuur. Het is een vorm van gebed die inspanningen vereist, die door de genade ondersteund worden. Ik houd van het stille gebed van de arme, in de vernedering van zijn ellende en in de rijkheid van het besef van zijn kleinheid. In de stilte neem ik alles aan wat de ziel Mij wil toevertrouwen ... Het is niet nodig alles op te sommen, daar Ik alles weet.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ALLE VLEES IS ALS GRAS, HEEL ZIJN GLORIE ALS DE BLOEM OP HET VELD!


    ALLE VLEES IS ALS GRAS, HEEL ZIJN GLORIE ALS DE BLOEM OP HET VELD!

    HET GRAS VERDORT, DE BLOEM VERWELKT, ALS ER JAHWEH`S ADEM OP BLAAST; JA, DE MENS IS ALS GRAS, MAAR HET WOORD VAN ONZE GOD HOUDT IN EUWIGHEID STAND!

    (Isaias of Jesaja 40:6 (40-9)- 40:8 (40-11).)

    EN DAT WOORD VAN GOD IS VLEES GEWORDEN EN IS ONDER ONS, “EN KOMT NU TELKENS TIJDELIJK IN ONS, TIJDENS DE HEILIGE MIS.” NU IS DE TIJD GEKOMEN DAT GOD DE VADER IN JEZUS CHRISTUS, IN HET VLEESGEWORDEN WOORD, DOOR DE HEILIGE GEEST, IN ONS WIL BLIJVEN WONEN, IK ZEG,” BLIJVEN WONEN”, OPDAT ONS VLEES, DOOR MET EN IN HET VLEESGEWORDEN WOORD VAN GOD IN EEUWIGHEID STAND HOUD!

    Mattheus 11:2-15 Toen Joannes in de gevangenis de werken van Christus vernam, liet hij Hem door zijn leerlingen vragen: ZIJT GIJ HET, DIE KOMEN MOET, OF MOETEN WIJ EEN ANDER VERWACHTEN?

    Jezus antwoordde hun: Gaat en bericht aan Joannes, wat gij hoort en ziet. Blinden zien en kreupelen gaan, melaatsen worden gereinigd en doven horen, doden verrijzen en aan armen wordt het evangelie verkondigd. Zalig is hij, die zich niet ergert aan Mij. Toen ze waren heengegaan, begon Jezus tot de menigte over Johannes te spreken: Wat zijt gij in de woestijn gaan zien? Een riet, dat door de wind wordt bewogen? Neen; wat zijt gij gaan zien? Een mens, in zachte kleren gedost? Zie, die in zachte kleren gedost gaan, zijn in de paleizen der koningen. Waarom zijt gij dan uitgelopen? OM EEN PROFEET TE ZIEN? JA, ZEG IK U, EN MEER DAN EEN PROFEET. Hij is het, van wie geschreven staat: "ZIE. IK ZEND MIJN GEZANT VOOR U UIT, DIE U DE WEG ZAL BEREIDEN." Voorwaar, Ik zeg u: Onder de kinderen der vrouwen is er geen opgestaan, die groter was dan Johannes de Doper; TOCH IS DE KLEINSTE IN HET RIJK DER HEMELEN GROTER DAN HIJ. Van de dagen van Joannes den Doper tot heden toe wordt het rijk der hemelen met geweld bestormd, en de bestormers nemen het weg. Alle profeten en de Wet, TOT JOANNES TOE, (DUS JOANNES ZELF OOK!!!) HEBBEN HET VOORZEGT; EN ZO GIJ HET WILT VERSTAAN: HIJZELF IS DE ELIJAH, DIE KOMEN MOET. Wie oren heeft om te horen, hij hore. (Denkt u eens GOED over deze woorden na, VOOR ALS U STRAKS IN DE WAARHEID WILT BLIJVEN, OF EEN OVERSTAP GAAT MAKEN NAAR DE LEUGEN, in wat Joannes aan Jezus vraagt, en wat Jezus hier op antwoordt en zegt! WANT DEZE VRAAG WORDT U STRAKS GESTELD EN U ZULT EEN KANT MOETEN KIEZEN, GEEN MENS KAN HIER STRAKS AAN ONTKOMEN, JE BENT STRAKS--- VOOR--- OF--- TEGEN--- DE WAARHEID,--- EEN WEG ER TUSSEN, IS ER NIET!) Ten eerste: Joannes laat vragen; Zijt Gij het, die komen moet, of moeten we een ander verwachten? Jezus antwoord hier op; Gaat en bericht aan Joannes, wat gij hoort en ziet., Jezus bedoelt hier; AAN DE GOEDE BOODSCHAP DIE GE HOORT EN DE WONDERBARE WERKEN DIE GE ZULT ZIEN, ZAL JE KUNNEN ERKENNEN WIE “ER KOMEN MOET” EN “WIE WE MOETEN VERWACHTEN” EN WIE HET ZAL ZIJN! Ten tweede: Iedereen zal verwachten dat Jezus hier zichzelf bedoelde, die komen moet, MAAR HIJ ZEGT, DAT WE EEN ANDER MOETEN VERWACHTEN!, HIJ ZEGT DAT HET ELIJAH IS, DIE KOMEN MOET EN DIE WIJ MOETEN VERWACHTEN!, WANT HIJ ZEGT DUIDELIJK, Alle profeten en de Wet, INCLUSIEF JOANNES HEBBEN HET VOORZEGT! HIJZELF IS DE ELIJAH, DIE KOMEN MOET, JEZUS ZEGT NIET; DIE KOMEN “MOEST”, EN DAT DIEGENE ER AL IS, NEE, JEZUS ZEGT, DIE KOMEN MOET, DUS DAT DIEGENE DIE HIJ ELIJAH NOEMT, “NOG MOET KOMEN”. En jezus zegt hier nog meer, want Hij zegt hier; Onder de KINDEREN DER VROUWEN is er geen opgestaan, die groter WAS dan Johannes de Doper. En Jezus zegt hier: TOCH IS DE KLEINSTE IN HET RIJK DER HEMELEN GROTER DAN HIJ. Als u alles zeer goed en eerlijk overweegt dan kunt u hier DUIDELIJK in verstaan dat DAT DIE KLEINSTE IN HET RIJK DER HEMELEN HIER, DE ELIJAH ZAL ZIJN DIE WE MOETEN VERWACHTEN! WAAROM? Jezus zegt ook; en aan armen wordt het evangelie verkondigd, en wat verkondigde Jezus in Zijn Evangelie, DAT HET KONINKRIJK GODS ZOU KOMEN! En Jezus zegt hier; Van de dagen VAN JOANNES DEN DOPER TOT HEDEN TOE wordt het rijk der hemelen met geweld bestormd, EN DE BESTORMERS NEMEN HET WEG! En jezus heeft ons het gebed geleerd; Onze Vader die in de Hemel zijt, Uw Naam worde geheiligd, UW RIJK KOME, UW WIL GESCHIEDE OP AARDE ZOALS IN DE HEMEL! Wat Jezus hier duidelijk wil maken is; dat door het gebed van de bestormers het “KONINKRIJK DER HEMELEN NAAR DE AARDE ZAL AFDALEN EN ONDER ONS ZAL KOMEN, ONDER DE MENSEN MAAR WAT BELANGRIJKER IS; IN DE MENSEN, ZIJN KONINKRIJK ZAL IN ONZE HARTEN KOMEN EN ZIJN ENWEL DOOR DE EUCHARISTIE, EN DEZE ELIJAH WAAR JEZUS OVER SPREEKT ZAL DE EERSTE ZIJN, VAN HEM UIT GAAT JEZUS ALLES BEWERKEN EN HERSTELLEN, DAAROM ZEGT JEZUS OOK; TOCH IS DE KLEINSTE IN HET RIJK DER HEMELEN GROTER DAN HIJ, OMDAT DEZE ELIJAH DE EERSTE ZAL ZIJN IN HET RIJK DER HEMELEN OP AARDE, EN ZOALS MEN HEM ZAL ZIEN ZO ZAL EEN IEDER DAN GAAN WORDEN, DIE ZIJN WOORDEN ZULLEN GELOVEN ALS HIJ KOMT!!! 1 Joh.3:2 Toch weten we, dat wanneer de OPENBARING GEKOMEN IS, WIJ AAN HEM GELIJK ZULLEN ZIJN; WANT WIJ ZULLEN HEM ZIEN, ZOALS HIJ IS. GEEN NIEUW GEBOD SCHRIJF IK U EN GEEN NIEUWE LEER, DEZE WAS ER ALTIJD AL, MAAR EERST NU GEOPENBAARD ZOALS JOHANNES OOK ZEGT IN 1 JOH.3:2 EN HIER BOVEN WORDT OOK DUIDELIJK GEZEGD DAT JEZUS DOOR DE EUCHARISTIE ZAL KOMEN,OM ZIJN KONINKRIJK OP AARDE TE VESTIGEN, DUS IN HET VLEES, ZIJN VLEES, EN IN ELIJAH ZAL JEZUS DIT ALLES BEWERKSTELLIGEN! MEN ZAL DAN OOK KUNNEN ZEGGEN DAT JEZUS “IN HET VLEES IS GEKOMEN” EN NIET DAT HIJ EENS IN HET VLEES KWAM, NEE, IS GEKOMEN, WAT INHOUD DAT HIJ ER NOG STEEDS IS. IN ZIJN TWEEDE BRIEF ZEGT JOHANNES HIER IETS ZEER BELANRIJKS OVER “TEGEN DWAALLERAARS EN DE ANTICHRIST” DIE OOK KOMEN ZAL, EN ALS U DAT LEEST, DAN KUNT U AL VASTSTELLEN DAT U GERUST KUNT ZIJN IN DEZE LEER EN HET HIER NIET OM DE ANTICHRIST HANDELT MAAR OM DE CHRISTUS ZELF! 2 Joh. 1:7-9 Want er zijn veel dwaalleraars uitgegaan over de wereld, die niet belijden, dat Jezus Christus IN HET VLEES IS GEKOMEN, Zo iemand is dwaalleraar en Antichrist. Let op uzelf, opdat gij niet verliest, wat wij tot stand hebben gebracht, maar het volle loon moogt ontvangen. Wie nieuwigheden aanbrengt, en niet in de leer van Christus blijft, hij heeft God niet; maar wie standvastig blijft in de leer, hij heeft zowel den Vader als den Zoon. DUS ZEG IK MET JOHANNES, ALS HET STRAKS ZOVER IS, EN IK ZEG U, DAT HET AL ZOVER IS, U ER ACHT OP SLAAT, OM OP U ZELF TE LETTEN, OPDAT U NIET VERLIEST IN WAT DE KERK TOT NU TOT STAND HEEFT GEBRACHT, MAAR HET VOLLE LOON MOOGT ONTVANGEN. EN ZÉÉR ZEKER ZAL MEN DE HEER EENS ZICHTBAAR IN HET VLEES VAN UIT DE HEMEL ZIEN NEERDALEN, ZOALS HIJ DESTIJDS OPGEVAREN IS, MAAR DAN ALS DE ARK DES VERBONDS OM DIRECT TE OORDELEN, DE LEVENDEN EN DE DODEN. MAAR VOOR DAT GESCHIED, ZAL ONZE HEER JEZUS CHRISTUS DOOR DE EUCHARISTIE, IN DE MENS, “HET HEERLIJKSTE VAN ZIJN WERKEN WILLEN VOLTOOIEN EN HIJ ZAL HET VOLTOOIEN”!

    Wie oren heeft om te horen, hij hore.

    f.m.l.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE DIEPE ACHTERLIGGENDE BETEKENIS VAN EEN VERLICHTE KERSTBOOM.


    DE DIEPE ACHTERLIGGENDE BETEKENIS VAN EEN VERLICHTE KERSTBOOM. DEEP DRIVING MEANING OF AN ILLUMINATED CHRISTMAS TREE.

    Eze 17:22 Dit zegt Jahweh, de Heer: Van de top des ceders zal Ik zelf een takje plukken, Van de spits zijner takken een tenger twijgje breken. Op een hoge en verheven berg zal Ik het planten, Eze 17:23 Op Israëls hoogste toppen zal Ik het zetten; Het zal loten schieten, vrucht vormen, En groeien tot een geweldige ceder. Daaronder zullen alle vogels rusten, Al wat vleugels heeft, zal in de schaduw van zijn takken nestelen. Eze 17:24 En alle bomen van het veld zullen erkennen, Dat Ik, Jahweh, een hoge boom vernederd, Een lage boom verheven heb; Een frisse boom verdroogd, Een dorre boom tot bloei heb gebracht. Ik, Jahweh, heb gesproken, en zal het doen!

    Eze 17:22 Thus saith the Lord God: I myself will take of the marrow of the high cedar, and will set it: I will crop off a tender twig from the top of the branches thereof, and I will plant it on a mountain high and eminent. Eze 17:23 On the high mountains of Israel will I plant it, and it shall shoot forth into branches and shall bear fruit, and it shall become a great cedar: and all birds shall dwell under it, and every fowl shall make its nest under the shadow of the branches thereof. Eze 17:24 And all the trees of the country shall know that I the Lord have brought down the high tree, and exalted the low tree: and have dried up the green tree, and have caused the dry tree to flourish. I the Lord have spoken and I will do it!


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP VROUWE VAN ALLE VOLKEREN (16-12-1949)...


    BOODSCHAP VROUWE VAN ALLE VOLKEREN (16-12-1949) IS ACTUEEL VOOR ONZE TIJD !!!

    DE HOOFDFIGUREN; VATICAAN WOORDVOERDER F. LOMBARDI - EMERITUS PAUS BENEDICTUS -

    DE LEEK (ELIJAH) & PAUS FRANCISCUS! ZIJN HET BEWIJS VAN WAARHEID VAN DE BOODSCHAP!!!

    De pater Jezuïet Federico Lombardi is de geestelijke, die Maria aanhaalt in Haar boodschap en daarmee aangeeft dat zowel paus Benedictus en paus Franciscus exact uitvoeren wat de Hemel van hen verwacht, in het bijzonder paus Franciscus, want Maria zegt in de boodschap; het moet van hoog afkomen, zij moeten afdalen tot de minsten der Mijnen, dan zie ik boven de Paus en de St. Pieter geschreven staan “Naastenliefde, Rechtvaardigheid”. De reden dat Lombardi voor en na het hoogtepunt van de Duitse oude bisschop (paus Benedictus) en de leek in de boodschap aangehaald wordt (dus 2X) betekend dat hij zowel de woordvoerder van Benedictus is als wel van Franciscus. Pater Lombardi die als de woordvoeder van het Vaticaan tussen de mensen staat en spreekt, hij was de woordvoeder van Paus Benedictus en is de woordvoeder van paus Franciscus, en als woordvoerder van paus Franciscus brengt hij het ware (de waarheid) onder de volkeren om zo de komst van de tijden van de leek Elijah voor te bereiden, de 50, 51 en 53, één tijd, tijden en een halve tijd, die zal gaan strijden tegen diegene die later komt (deze laatste) en op een ander gebied.

    DE HELE BOODSCHAP VAN DE VROUWE VAN ALLE VOLKEREN (16-12-1949) Ik hoor de Vrouwe zeggen, terwijl Zij heel streng kijkt en waarschuwend met de vinger heen en weer gaat: “Arm, arm Duitsland. Neem toch de kruisen op en plant ze middenin. Wek toch de geestelijken op. Begin van onderaan. De lagere bevolking moet weer gebracht worden naar Hem. Weet toch dat dat zo werkt!” En de Vrouwe maakt een vuist en laat mij die zien. Zij doet dat heel krachtig, Zij zwaait zelfs haar arm en vuist naar mij toe. Daarna zie ik de St. Pieter. De Vrouwe houdt haar hand daarboven en zegt: “Dat zal en moet beschermd worden. Die andere geest dringt zo ontzettend door.” Dan zie ik voor mijn ogen allemaal wolken, witte en rode, door elkaar gaan. Het is alsof ze heel druk door en langs elkaar heen gaan. Daaronder zie ik silhouetten van allerlei verschillende koepels en kerktorens, door en naast elkaar. De Vrouwe wijst mij op dit beeld en dan is het alsof Zij met de handen de wolken uit elkaar haalt. Ik zie nu een heel diep blauw vlak voor mij en midden in dat blauwe vlak staat een hel licht, net een heel heldere ster, die schittert voor mijn ogen. De Vrouwe tikt met de wijsvinger op dat licht, heel fijntjes maar toch zo krachtig dat ik als het ware de slagen hoor, alsof Zij met een hamer daar tegenaan tikt. Zij zegt dan: “Daar moeten zij heen.” Dan zie ik daaronder zware wolken hangen, heel zwarte en de koepel van de St. Pieter. Ik hoor die stem zeggen: “Strijd zal er komen. Het is hevig, het zal ontbranden. Wij zijn er nog lang niet.” Daarna zie ik de paus voor mij zitten. De Vrouwe kijkt ernstig, wendt het hoofd opzij en zegt: “De onderdanen aansporen. Niet alleen aansporen, maar in de ware christelijke geest moeten zij werken. U denkt dat dit alles goed is, maar er moet met daden gewerkt worden. Ik ben duidelijk genoeg. Nog meer hameren op sociale rechten, rechtvaardigheid en naastenliefde. Maar ... doen, niet in woorden, maar daden. Daden kunnen ze brengen naar het licht, dat Ik u gewezen heb.” Daarna zie ik Europa voor mij. De Vrouwe zegt: “Europa, wees gewaarschuwd! Verenigt u in het goede. Dit is niet alleen een economische strijd, het gaat om de geest te bederven. Politiek - christelijke strijd. Het moet van hoog af komen, zij moeten voorbeelden geven. Maar ook helaas de geestelijkheid, zij moeten afdalen tot de minsten der mijnen.” Dan zie ik boven de paus en de St. Pieter geschreven staan: ‘Naastenliefde, Rechtvaardigheid’. Het staat met grote letters. De Vrouwe zegt: “Dit is de grote fout van deze tijden. Als er niet naar geleefd wordt, zal het steeds erger worden en gaat de wereld steeds dieper en dieper. Ieder voor zich moet zorgen dat hij dit naleeft.” Dan is het alsof de Vrouwe een kruis in mijn hand legt en Zij zegt, terwijl Zij op zichzelf wijst: “Niet mij, maar het Kruis.” Zij laat mij dan lezen op een bord waarop staat: ‘50 - 51 - 53’ en zegt: “Deze periode zal er een strijd komen en rampen.” Dan houdt Zij beschermend haar hand over die koepel en de andere hand voor de ogen. Ik krijg een vreselijke, brandende pijn in mijn hand. “Het is niet om uit te houden”, zeg ik. Dan zegt de Vrouwe met klem: “Die geest zal steeds proberen in allerlei vorm door te dringen, langzaam, geraffineerd. Het zal zo geraffineerd doordringen, dat de volkeren ze niet zullen herkennen. Nogmaals waarschuw Ik je dit door te geven.” Dan zie ik Italië. Daar zie ik een gewone, sobere man, een geestelijke. Het is alsof hij midden in een hele groep mensen staat te spreken. De Vrouwe lacht en wijst daarop. Terwijl ik ernaar kijk zegt Zij: “Die Lombardi, die doet het goed. Die werkt in een richting zoals Wij het willen.” 21 Daarna zie ik twee rijen verschillende kerken voor mij. Dan is het of de Vrouwe naar de voorste rij gaat en heel luchtig met de hand over die rij gaat. Ik zie die kerken als één blok omvallen en verdwijnen. Dan zegt de Vrouwe weer: “Kind,” en Zij tekent een soort ruitvorm voor mij, “kind, dat is het middelpunt.” Ik zie nu een koepel en daaromheen een muur in de vorm zoals Zij het tekende. Ik zie ineens dat het de koepel van de St. Pieter is. Daaromheen loopt een dun stroompje, dat afgescheiden is door een dunne, zwarte streep. De Vrouwe wijst daarop en zegt weer: “Dat is het middelpunt.” Dan gaat Zij heel langzaam en nadrukkelijk met de vinger heen en weer en zegt: “Laat dat het middelpunt blijven. De geesten der wereld zijn bezig dat middelpunt te vernietigen. Ik zal u helpen.” Ik zie nu dat de Vrouwe weer haar hand boven de paus en de St. Pieter houdt. Dan zie ik ineens links van mij een grote, zwarte klauw met lange, puntige nagels. Het is alsof die klauw door alles in de St. Pieter heen woelt. Wat een pijn krijg ik. Het wordt alles roze en rood voor mijn ogen. Dan begint die klauw over alles heen te zweven en op dat moment zie ik een zwarte adelaar in de vlucht. Hij vliegt met brede wiekslagen naar links. Rechts van mij zie ik Duitsland liggen. Dan hoor ik de Vrouwe zeggen: “Duitsland, wees gewaarschuwd!” Over Duitsland zie ik nu een driehoek getekend staan. De Vrouwe zegt: “De geest van de driehoek tracht door te dringen in een andere vorm. De mensen zijn goed, maar zij worden heen en weer getrokken en weten geen uitweg meer. Arm Duitsland. Zij worden en zijn het slachtoffer van dat andere grote.” Ik zie dan ineens een Duitse bisschop voor mij in vol ornaat, een oudere man, een krachtige figuur. Aan mijn rechterkant komt een leek te staan, ook een krachtige mannenfiguur. Ik hoor: “De bisschop op zijn gebied en daar komt iemand op het andere gebied. Maar dat is voor later. Duitsland zal trachten zich eruit te werken, zo ook Italië.” Dan zie ik weer die eenvoudige geestelijke met mensen om zich heen. De Vrouwe zegt: “Hij probeert het ware onder de mensen te brengen.” Dan zegt Zij tegen mij: “Gij zult dit verspreiden, zeg dat toch.”En de Vrouwe is ineens weg.

    DEZE LEEK EN PAUS FRANCISCUS KOMEN IN EEN BIJNA ZELFDE VORM VOOR IN EEN VISIOEN VAN DE DOOR DE ZALIGE PAUS JOANNES PAULUS ZALIG VERKLAARDE ANNA KATHARINA EMMERICK:

    Visioen, Zalige Anna K. Emmerick, 4 Oktober 1820, Toen ik vannacht de heilige Franciscus in het gezicht van een paus zag, die de kerk droeg, zag ik daarna de Sint Pieter door een kleine man, die iets Joods in zijn uiterlijk had, op zijn schouders dragen. Het leek erg gevaarlijk. Maria stond aan de noordzijde van de kerk en spreidde Haar mantel beschermend uit. De kleine man leek in te storten. Hij was nog een leek en mij bekend. Hem zouden de twaalf, die ik altijd zie als nieuwe apostelen, helpen dragen, maar ze waren iets te traag. Hij leek te zinken, als ze allen eindelijk kwamen helpen dragen, en vele Engelen hielpen mee. Het was alleen nog het Priesterkoor en het Altaar, het overige was door de geheime vrijmetselarij en de kerkdienaren zelf afgebroken. Ze droegen de Kerk naar een andere plaats, en het was alsof meerdere paleizen als graanvelden voor hen neer knielden (neer zonken).

    IMPRIMATUR: ANNA KATHARINA EMMERICK: GEHEIMNISSE DES ALTEN UND NEUEN BUNDES; IMPRIMATUR: WÜRZBURG WITTIG, GENERALVIKAR, 24 SEPTEMBER 1969. f.m.l.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP.Ik Ben bovenal een God van grote barmhartigheid


    Ik Ben bovenal een God van grote barmhartigheid

    Zaterdag 7 december 2013 14.25u

    Mijn zeer geliefde dochter, Ik wil dat jullie allen, die van Mij houden, weten dat Ik jullie momenteel oproep om als kleine kinderen tot Mij te komen en voor Mij neer te knielen. Open jullie hart en vestig al jullie vertrouwen op Mij. Vraag Mij dan om, door Mijn liefde voor jullie allen, diegenen barmhartigheid te betonen, die Mij tijdens de Waarschuwing zullen afwijzen. Bid a.u.b. voor deze arme, verdwaalde zielen die zo ver van Mij verwijderd zijn want zij zullen het uiterst pijnlijk vinden om tijdens de Verlichting van het Geweten voor Mijn alziende ogen hun gezicht te tonen. Ik verga van de pijn telkens Ik die mensen gadesla, die Mij niet kennen of die niet beseffen wat er zich in de wereld zal afspelen, aangezien Mijn tijd bijna voor de deur staat. Het zal bijna onmogelijk zijn om deze zielen voor te bereiden want zij zullen hun ogen nooit openen voor het ware Woord van God. En dus moeten jullie, door jullie gebeden, voor hen om barmhartigheid smeken. Ik zal hen met Mijn barmhartigheid overstelpen maar dat zal een ingewikkelde opgave zijn. Ik verzoek de hele wereld om naar deze oproep van vandaag te luisteren. Mijn moment – het moment waarop God zich uiteindelijk aan de wereld bekend zal maken tijdens de grootste openbaring sinds het ogenblik dat Mij Hart ophield met slaan, toen Ik stierf aan het kruis – is bijna daar. Wanneer diegenen van jullie die Mijn belofte om terug te komen kennen, voor Mij komen te staan, verzoek Ik jullie dringend om a.u.b. niet alleen voor jullie eigen ziel maar ook voor de ziel van de verdoemden te bidden. Onthoud wat Ik jullie nu zeg! Op die dag wil Ik dat jullie zeggen: “Jezus, Ik smeek om barmhartigheid voor al diegenen die U afwijzen en die Uw hulp het meeste nodig hebben. Amen.” Wanneer jullie Mij vragen om anderen te helpen, kan Ik op dat moment heel bijzondere genaden uitstorten over diegenen van wie de lotsbestemming door de misleiding van de duivel verijdeld werd. Ik Ben bovenal een God van grote barmhartigheid. Vergeet nooit hoe groot Mijn barmhartigheid is want er is altijd hoop voor diegenen die Mij afgevallen zijn! Er is niets dat Ik niet zou doen om hen naar Mijn liefdevolle armen te voeren. Help Mij hen te redden!

    Jullie Jezus


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. Jullie kennen Mij niet doordat jullie Mij niet herkennen


    Jullie kennen Mij niet doordat jullie Mij niet herkennen

    Zondag 13 oktober 2013 18.00u

    Mijn zeer geliefde dochter, als er onder jullie zijn die zich verlaten voelen en onzeker over Mijn liefde voor de wereld, mogen jullie het nooit opgeven om tot Mij te roepen om jullie te helpen. Jullie zullen van tijd tot tijd een gevoel van uitzichtloosheid, een gevoel van angst en een gevoel van eenzaamheid gewaarworden wanneer jullie aan Mijn heilig Woord, dat door het heilig Evangelie aan de wereld gegeven werd, vasthouden. Zelfs nu, terwijl Mijn heilig Evangelie jullie nog steeds aangeboden wordt, zullen jullie je erg geïsoleerd voelen omdat maar weinig mensen in de praktijk brengen wat Ik hun door Mijn heilig Woord geleerd heb. Als jullie zeggen dat jullie van je naaste houden en hen belasteren, zullen jullie nog steeds bij Mij horen. Als jullie zeggen dat jullie in de Tien Geboden geloven maar deze aanpassen om ze naar jullie levenswijze te schikken, dan zijn jullie blind voor de waarheid. Als jullie de Sacramenten, die jullie door Mij geschonken werden, aannemen maar deze schenden, dan beledigen jullie Mij. Wanneer jullie aan anderen Mijn Woord prediken en jullie dan boven die anderen stellen, door te zeggen dat jullie waardiger zijn in Gods ogen dan zij, dan krenken jullie Mij. Wanneer jullie verklaren dat het Woord van God er niet meer toe doet in een moderne wereld en dat het, om voor een seculiere wereld aantrekkelijk te zijn, aangepast moet worden, dan spuwen jullie in Gods aangezicht. Wanneer jullie menen dat jullie kennis over Mij superieur is aan Mijn heilig Woord, zoals Ik het jullie nu door deze boodschappen geef, en dat er dwalingen in vervat liggen, zijn jullie onwetend betreffende de waarheid. Jullie kennen Mij niet doordat jullie Mij niet herkennen. Dus, zelfs diegenen onder jullie die tevreden zijn met hun begrip van Mijn heilig Woord en Mij nu in deze missie verwerpen – jullie hebben Mij verlaten. Vooral jullie moeten Mijn hulp inroepen want zonder Mij zijn jullie niets!

    Jullie Jezus


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BOODSCHAP. Zodra de Hemel en de aarde één worden, zal er geen vagevuur meer bestaan


    Zodra de Hemel en de aarde één worden, zal er geen vagevuur meer bestaan

    Zaterdag 12 oktober 2013 17.10u

    Mijn zeer geliefde dochter, Mijn troon zal op de vernieuwde aarde geplaatst worden en weldra zal iedereen, overeenkomstig de Wil van God, in vrede en harmonie leven. De wereld zal worden zoals deze was in het begin, en er zal geen onenigheid gevoeld worden. Al Gods kinderen, die uitverkoren zijn om zich aan te sluiten bij de engelen en heiligen, zullen een volmaakt bestaan leiden. Maar weet dit: Diegenen die de realiteit van het Nieuw Paradijs niet aanvaarden, terwijl hen elke kans gegeven werd om te beslissen welke weg zij willen kiezen, zullen geen tweede kans krijgen. Zodra de Hemel en de aarde één worden, zal er geen vagevuur meer bestaan. De enige weg die de zielen, die Mijn barmhartigheid weigeren aan te nemen wanneer dit hun overvloedig aangereikt wordt, zullen nemen, zal deze zijn die naar de hel voert. Velen zullen zo koppig zijn, omdat zij vrijwel geheel op hun intellectuele redenering vertrouwen, dat zij er onbewust voor zullen kiezen om de eeuwigheid in het vuur van de hel door te brengen. Diegenen die niet in God geloven of de waarheid niet aannemen, geloven niet in het bestaan van Satan. Hij, de Bedrieger, zal door leugens hun geest vertroebelen om hen zo naar de folterkamers te lokken. Eenmaal daar zal hij hen, vanwege zijn haat tegen de mens, voor eeuwig onafgebroken laten lijden. Ik kan deze zielen dan niet meer helpen. Hoe ween Ik van bittere smart om de ziel van de arroganten, de onwetenden en diegenen met een versteend hart. Zij zijn zo vervuld van trots dat ze Mij nooit zullen zien doordat ze dat niet kunnen. Het is voor een persoon niet mogelijk Mij te zien of met Mijn waarachtig Woord vervuld te worden, als zij door de zonde van hoogmoed aangetast zijn. Anderzijds, diegenen van jullie die Mij kennen, maar die Mij op jullie eigen voorwaarden aanvaarden – ook jullie houden Mij op een afstand. Waarom zeggen jullie dat jullie Mij kennen en verdraaien dat wat Ik jullie vertelde over het navolgen van Mij? Hoe kan je jezelf een Christen noemen en bereid zijn om een valse theologie en leugens, die jullie verdraaid hebben om ze naar jullie eigen levensstijl te schikken, te accepteren? Wat ben je als je Mij niet navolgt en de volle waarheid van Mijn Leer niet aanneemt? Je bent dan een leugenaar. Je verraadt Mij. Wanneer je Mij eenmaal verraadt, zul je in de verleiding komen om het telkens weer te doen, tot je uiteindelijk in Mijn ogen niet langer een Christen bent. Ik moet diegenen aanspreken, die in Mijn Woord geloven en jullie vragen: Wanneer heb Ik ooit de zonde vergoelijkt? Ik vergeef de zonde, maar Ik vergoelijk deze nooit. Als jullie menen dat Ik zonde door de vingers zie, dan rechtvaardigen jullie de zonde. Jullie zullen boeten voor de dwaling van jullie gewoontes en jullie zijn niet beter dan diegenen die Mij verraadden, Mij bespotten, Mij uitlachten en Mij kruisigden. Denk eraan dat Ik jullie de waarheid onderwezen heb! Niets dan de waarheid zal jullie ertoe brengen om de zaligmaking, die Ik de wereld nu - in deze fase, de eindfase van Mijn Verbond om de mensheid te redden – kom brengen, te aanvaarden. Vergeet nooit dat Ik de waarheid ben! Alleen de waarheid komt van Mij.

    Jullie Jezus


    12-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leonieke citaten deel III
    Klik op de afbeelding om de link te volgen


    Leonieke citaten deel III Citaten uit "Het wonderbaarlijke leven van Leonie Van den Dijck" De citaten werden hoofdzakelijk geselecteerd naar het belang, dat zij hebben voor de toestand van onze dagen. Ze werden in de chronologische volgorde van het boek opgenomen. Veel van de oudere visioenen betreffen de Tweede Wereldoorlog maar de latere slaan merendeels op de tribulaties van onze dagen. DEEL III Pag 252 tot 255 3de HOOFDSTUK

    De H. Aartsengel Michaël straft de ontucht. Profetieën over de dood van drie geestelijken, over de gewelddadige dood van pastoor Duerinck, over ons Vorstenhuis. De wonderbare rozenstruik. Theresia Neumann. Algemene hoogmoed. Rationalisme van zekere geestelijken. Leonie klasseert de geestelijken. Haar vernedering en haar triomf. 1. Visioen van de H. Aartsengel Michaël. Vervloeking en verdelging van een grote massa door het water. Straf voor de ontucht. Ze willen niet luisteren. Leonie vertelde me het volgende over een visioen dat ze de vrijdag in de week vóór 27 juli 1941 had gekregen. Ziehier haar woorden. Plots zie ik een grote mist. Daarin komt een persoon staan die ik niet duidelijk zien kon, de mist was te dik, maar de persoon bevond zich op een kleine afstand van mij. Niettegenstaande deze onduidelijkheid en het moeilijke zicht, wist ik toch terzelfdertijd dat Hij zijn ogen op mij gevestigd hield. Opeens komt er zich een tweede persoon plaatsen tussen mij en de eerste persoon. Terwijl de eerste persoon recht voor mij stond, met het aangezicht naar het mijne, stond de tweede persoon met de linkerzijde naar mij gekeerd en met de rechterzijde naar de eerste persoon. Hij staarde recht voor zich uit en scheen mij niet te zien. De nieuwgekomene kon ik zonder moeite helder zien, als ware er geen mist. Hij bevond zich dicht in mijn nabijheid. Hij is gekleed in een eigenaardig pak met witte en rode strepen, die van boven naar onder lopen. In de lenden draagt hij een band en de broek komt niet lager dan de knieën, waar ze gepoft is. Dat heb ik hier op de wereld nog niet gezien, zulke eigenaardige kledij. Rond zijn benen zijn riempjes bevestigd, maar van zijn voeten kan ik niets zeggen omdat mijn aandacht er niet op gevestigd is geweest. Nu spreekt de eerste persoon in de mist, tot de andere. Wat hij zegt versta ik niet en ik begrijp er niets van, het is voor mij onbegrijpelijke taal. Ze vertelt verder: de tweede persoon heft, zonder iets te zeggen, de linkerhand omhoog, met het binnenste naar mij gekeerd. Zijn gehele hand is open. Plots zijn de vingeren in de palm gesloten, behalve de duim, die naar boven is gericht. Daarna gaat de andere arm ook omhoog, en nu eerst zie ik dat hij in deze hand een zwaard omkneld heeft, dat met de punt ervan de hoogte ingaat. Zo staat hij daar en zijn blikken zijn strak recht voor zich uit gericht. H. Michaël uitvoerder van de straf voor de ontucht. Nu kijk ik ook in deze richting, en ik zie voor mij een totaal onbekend land. Ik zie langs beboste, rotsachtige wegen een hele massa volk dat zich met soldaten vooraan, langs de kronkelende wegen voortbeweegt tot ze in de vlakte komen die zich daar voor mij uitstrekt. Deze vlakte is begrensd door een groot water. Aan de boorden van dat groot water liggen er een ontelbaar aantal schepen, geheel in orde en gereed om te vertrekken (uit te varen); dat zie ik zo maar zonder er meer te kunnen over zeggen. In de vlakte vóór het water krioelt het intussen van deze onafzienbare massa mensen die nog altijd aangroeit. Nu spreekt de eerste persoon weer tegen de tweede, maar ik versta het wederom niet. En onmiddellijk daalt de arm waarmee hij het zwaard omhoog houdt, naar omlaag. Dat zwaard is zeer groot en lang want de persoon moet zich niet eens bukken om met de punt ervan, de waterspiegel te bereiken. Op het ogenblik dat de punt het water raakt, komt uit zijn mond het woord: vervloekt! Het rolt als een orkaan, en het golft als een donder de eindeloze verte in. Op datzelfde ogenblik ligt de ontzettende massa volk in dat wilde, woelende water. De dood moet reeds ingetreden zijn want ze glijden om en langs en over elkander, zonder dat er de minste beweging gedaan wordt. Als bergen rollen de massa´s water over elkaar, en wat een ontzaglijke woeling was dat. Zij worden als in een molen, van onder naar boven gedraaid. Wat een afgrijselijk schouwspel, huiveringwekkend en die ijselijke stilte daarna, en terwijl ik nog altijd toezie, hoor ik een stem die zegt: dat is de straf voor de ontucht! En alles verdwijnt en ik ben wederom alleen. Het water: straf voor de ontucht. Die zonde is een gruwel voor God. Reeds vier jaar geleden sprak ik met Leonie over deze straf, waarover ze vroeger reeds verscheidene malen had gesproken (nml. de straf voor de ontucht), zonder dat ze evenwel in verdere bijzonderheden wou gaan. Soms antwoordde ze dan wel eens bruusk: dat zal het water zijn. En ziedaar, een visioen dat ze ziet ontrollen, jaren later. Zoals dat nog gebeurde wou Leonie niet de minste opheldering geven, bestemd voor het volk of om te kunnen antwoorden op mogelijke vragen. Ze zegt opnieuw: ze willen niet horen, ze luisteren niet, ze zijn veel te slim geworden, maar ze zullen voelen! Ze vervolgde na een wijl: het heeft geen zin meer er over te spreken; ze weten alles beter, maar laat ze maar voortdoen, en laat ze maar verder de schouders ophalen. Telkenmale is Leonie op deze gruwelijke zonde teruggekomen. Ze moet er in visioenen dikwijls gruwelijke zaken over gezien hebben en zoals ze vroeger reeds aanhaalde, worden daarvoor reeds hele massa's gekastijd onder de oorlog. 2. Rake profetie over de naaste dood van drie geestelijken. Harde waarheid over de toestand in de wereld. Leonie's geestelijke raad. Na het overlijden van Monseigneur Ladeuze (Leuven) waren er ter gelegenheid der teraardebestelling veel hoogwaardigheidsbekleders aanwezig: ook Monseigneur Van Crombrugge, Mgr. van Ongevallen en anderen waren daar. Een van twee voornoemden was daar met twee van zijn collega's, en gedrieën hadden ze in de kerk plaats genomen. Toen men aan Leonie een dagblad toonde met de foto van de rouwdienst, gefotografeerd binnen in de kerk en van achter naar voren, en men haar daarop de drie voormelde geestelijken toonde, en ze hen bij naam hoorde noemen, nam Nieke haar bril en vroeg om dat eens te mogen zien. Ze keek er een wijle naar, gaf dan het blad terug en sprak: wel, ge ziet deze drie hier, hé? Zie, vóór dat het jaar zal ten einde zijn, zal men ook voor hen, alle drie, een rouwdienst gecelebreerd hebben, want ze zullen kort na elkander sterven. Deze rake woorden zijn heel juist uitgevallen. Toen Leonie dat zegde waren er zeker minstens een tiental personen in haar huis aanwezig. Uiteenzetting van de slechte zedelijke toestand. De zondenlijst van deze wereld. Geld zal waardeloos worden. Dezelfde dag werd Leonie met honderden vragen bestormd. Nu dat we reeds meer dan één jaar in oorlog waren en de honger zich reeds scherp liet voelen, vroeg men haar: Leonie, gaat het nog lang duren? Leonie komt er met het eten geen beterschap? Nieke gij hebt gezegd dat we eens met de vrede zullen opstaan, wanneer zal dat zijn? Leonie zal er voor ons nog gevaar zijn? Leonie, dit, Leonie, dat. Op eens zegt ze: ze hebben nog maar amper één jaar te lijden van de oorlog en ze reklamen al! Hoort, gaat ze verder, sedert bijna honderd jaar kwam Onze Lieve Vrouw de mensen verwittigen, dat ze zich moesten beteren en bekeren of dat er zware straffen zouden neerkomen. Sedertdien heeft Maria deze boodschap meermaals komen herhalen en in plaats van boete te doen, in plaats van zich te bekeren en een beter leven te beginnen, hebben ze er nog meer op losgeleefd. Sindsdien, spijts alle vermaningen, is de wereld ontzaglijk verslecht. Onze Lieve Heer heeft honderd jaar geduld gehad, Hij heeft Zichzelf en Zijn Heilige Moeder laten bespotten, want alle vermaan werd op een schouderophalen onthaald, en nu zou het al moeten gedaan zijn. Durft er hier iemand beweren dat hij aan niets schuld heeft? Hoeveel hebt gij allemaal reeds geboet? Zijt ge allemaal reeds beter geworden dan vroeger? Ik zal u eens wat zeggen, zei Leonie: heeft iedereen het hoofd reeds gebukt? Is er naastenliefde? Zijn er reeds veel bekeringen? Is het gedaan met het verzuimen van de zondagmis? Is er geen ontucht meer? Hebt ge reeds het geld, als iets totaal waardeloos, langs de straten zien liggen? Is de straf voor de ontuchtigaards er reeds geweest? Is de ziekte-epidemie reeds over de wereld gekomen? Nu zijn het nog altijd straffen door de mensen zelf opgelegd, maar door God toegelaten en gebruikt, maar God heeft ook zelf straffen uit te delen, en zo kan er geen sprake zijn van gedaan. Deze oorlog zal eindigen, bijna even plots als hij gekomen is, maar dan is het nog niet gedaan. Leonie's geestelijke raad: een gerust geweten. Drie vierden van de mensen komen om. Harde berispingen Een goede raad kan ik u geven en dat is: leeft alle dagen of het uw laatste dag was; maakt dat ge altijd gereed zijt; sterven moet iedereen, maar we leven in een tijd van tuchtiging en vergeet niet dat de drie vierden van de mensen zullen omkomen vóór dat er weer vrede op aarde zal komen. Ze ging verder: als ge goed leeft, als uw geweten u gerust laat, als ge bij 't minste gevaar niet meer bang zijt, dan is 't met u in orde, en als dat zo zal zijn zult ge u al de rest niet veel meer aantrekken. Sterft ge, wel, wat is dat? Is er hier zoveel dat u bekoren kan? Of hebt ge misschien ook liever uw hemel hier op aarde? Pas op voor dezen, ze zullen hun hemel hier op aarde trachten te hebben maar hem verspelen, en heel zeker ook deze hierna. Leonie's gereserveerdheid tegenover de eenvoudigen en de goeden. Leonie sprak niet altijd even duidelijke taal tegen de vrienden. Dat hing veeleer af van hun innerlijke toestand. Nochtans is het voorgekomen dat ze tegenover eenvoudige zielen de toestand verzweeg of hem rooskleuriger liet voorkomen dan hij was. Na hun vertrek zegde ze dan: ze hebben werkelijk geen schuld aan wat het volk moet lijden en ik heb met dezen oprecht medelijden. Daarom geef ik hen steeds hoop en zo verstrijkt de tijd ook voor hen. Anderen daarentegen berispte ze soms heel hard en slingerde hen, zonder aanzien van hun persoon, nog al harde woorden naar het hoofd. Pag 263 tot 264 8. Leonie´s klassering van de geestelijken. Drie soorten. Over de Lucifers van heden. Het heidendom keert terug. Hoogmoed wortel van alle kwaad. Hun gedrag tegenover Leonie. Haar triomf. s´Anderendaags sprak Nieke me over de geestelijken in 't algemeen. Ze zegde: ik klasseer de geestelijken in drie soorten. De eerste soort, de ouderen, zijn dezen die het meest het geloof van de oude stempel hebben bewaard. Ze zijn nederig, vervullen goed hun plichten, geloven nog met een oprecht hart, dat God almachtig is, dat Hij mirakelen kan doen, dat er vroeger wonderen geschiedden en dat er heden nog kunnen gebeuren. Hun verstand is nog niet beneveld door de tegenwoordige moderne theorieën. De tweede soort, zijn deze die tussen de ouderen en de jongeren staan. Onder hen zijn er die naar de oude trant overhellen, gelukkig genoeg. Er zijn er echter ook reeds die met de nieuwe trant meegaan en de moderne begrippen overnemen. De derde soort, dat zijn dan de nieuwe, de aankomelingen, de jeugd met de moderne denkbeelden. De ouderen geloven nog tenminste dat God onze Schepper is, en dat Hij de mens naar Zijn evenbeeld heeft geschapen. De jongeren daarentegen nemen aan dat de mens van de aap afstamt, en ze doen hun best om de mensen tot de lage staat van deze dieren terug te brengen. (1) De meeste volken van Europa met hun aloude beschaving worden zo van hoog tot laag naar het heidendom teruggevoerd. Luister maar eens naar de radio en zijn beschamende, wilde negerdansen, die door ons volk reeds overgenomen worden en waarvoor ze nu in oorlogstijd, 's zondags uren ver gaan om aan dat walgelijke gedoe te kunnen meedoen, en waar ze dan nog hun gezondheid maar bovenal hun reine ziel verspelen. De jongere soort, dat zijn de moderne godgeleerden, de moderne wijzen, de moderne kritikasters, de moderne alweters, het licht van onze tijd, in één woord: de Lucifers van heden. (2) Ze vergeten slechts één zaak en dat is dat God voor eeuwig de hovaardij in de hel heeft neergeploft. Ze zouden zich willen boven God verheffen, Hem willen dwingen, wonderen te doen zoals zij dat gaarne zouden hebben, Hem willen verplichten aan hen te verschijnen, opdat ze dan met borst en schouders boven de massa zouden kunnen prijken. Heel sluw en berekend brengen ze het volk op een dwaalspoor en doen het de spot drijven met kinderen, mannen en ouderlingen die van Hierboven met een heilige zending belast werden. En dan zeggen ze: wat zou God of Zijn Heilige Moeder geinteresseerd zijn om tot dat kleine volk te komen. Velen van hen zullen varen als de man met zijn ene talent. Wat mij betreft, ik aanvaard graag al de vernederingen, al die vervolgingen en bespottingen waartoe ze zich verlagen, mij toe te dienen. Ik gun hun dat genot gaarne, maar wat ze me toch niet kunnen ontnemen zijn de verdiensten die ik intussen verzamel. Ik wil, evenals de Meester, een steen des aanstoots zijn. Dat ze maar voortdoen, met mij blijft het niet al te lang meer duren, en het is slechts na mijn dood dat ze zullen weten wie ik was. Na mijn dood moeten ze niet wenen, want ze moesten eens weten hoe ik er naar tracht en verlang! Pag 279 tot 281 8. Verergering van het zedelijk verval. Geen vijf procent waardig te Communie. Vooruitzicht op nog groter verval. God zal ingrijpen en het volk zuiveren. Ziekte en hongersnood. Leonie's zwijgzaamheid. Intenser lijden, ineengedoken in haar zetel. Haar hoestbuien. Afscheid van de vrienden. In de vastentijd 1942, spreekt Leonie terug over de zonden der wereld. Ze zegt: in plaats dat er gebeden wordt en boete gedaan, verergeren de toestanden nog gaandeweg. Velen denken aan vrede, ze zouden ze graag zien aanbreken, ze worden onrustig want hun geld slinkt zienderogen. Het eten vermindert nog, de kolen worden uiterst schaars en het gebrek vermeerdert van dag tot dag. Vrede komt er echter nog niet, ze kan nog niet komen, want de schandelijkste driften uiten zich op de ontzaglijkste wijze, men tergt God op verschrikkelijke wijze. Ik kan het sedert geruime tijd niet meer aanzien wie op de communiebank gaat plaatsnemen. Welke verschrikkelijke heiligschennissen worden er bedreven! Zoals het hier is, gaat het ook op een ander. Ik zeg u dat er van de honderd nog geen vijf waardig zijn om daar te gaan plaatsnemen.(1) Dat ze er toch maar wegbleven. Wat zal hun rekening allerverschrikkelijkst zijn. De kwalen en straffen die dienen om het volk tot bezinning te brengen, worden als dusdanig niet aanvaard, en de wereld schijnt ermee behebt, om van langs om meer naar het botvieren te gaan van alle mateloze driften. Men denkt niet aan straffen en de wereld maakt zichzelf wijs, dat wat heden is, een natuurlijk feit is en het gevolg van zekere natuurlijke omstandigheden. Weet evenwel, dat het God niet zal zijn die het hoofd zal buigen. God zal de aarde zuiveren door allerhande plagen over te zenden, door een opeenvolging van verschrikkelijke straffen over de aarde te doen neerkomen. Zoals men bij voorgaande rampen niet geluisterd heeft, zo zal het heden ook gebeuren, en de tegenwoordige kastijding zal rap vergeten zijn. Opnieuw en meer dan ooit zal men zijn driften de vrije teugel laten en God zal de wereld aan zijn lot overlaten. Het zal echter niet lang duren of de aarde zal gelijk zijn aan een rovershol, en men zal niets kunnen doen omdat er geen eendracht zal zijn. God heeft zich voorgenomen de volkeren hardhandig tot de orde te roepen. Gods hand zal telkens verpletterend neerkomen, zodat ten laatste iedereen de hand Gods zal voelen. Voor dat iedereen gebukt heeft, en het hoofd gebogen heeft tot op de grond, en in het stof gekropen is, komt er geen verpozen. Gij zult nog zeer veel moeten beleven en zien, zelfs de verschrikkelijkste dingen en de zwaarste straffen zullen het volk opruimen, en zij die zullen overleven zullen dan als heiligen zijn. Terwijl mijn geest de wereld doorloopt, zie ik alle zonden bedrijven, in alle landen en door alle soorten van volken. Wat zult ge nog allemaal moeten horen? Nog moeten zien? Op een ander nog erger en meer dan hier! --------------------------- (1) Ook dergelijke uitdrukkingen vinden we terug b.v. bij St. Brigitta als ze sprak over de toestand te Rome. ---------------------------- Besmettelijke ziekten en hongersnood. De overblijvenden zijn heilig. Leonie´s zwijgzaamheid. Er wordt boetvaardigheid gedaan, ik zie van langs om meer, 's nachts veel kloosterlingen hard boeten, gelukkig voor ons land, maar toch komen hier verschrikkelijke straffen. Een hele reeks jaren is er aan verbonden. (Dus zou het bij het eindigen van de oorlog niet gedaan zijn.) Ik meen te verstaan dat er altijd en telkens weer besmettelijke ziekten zullen uitbreken; verschrikkelijke aardbevingen en andere straffen zullen het volk op verschrikkelijke wijze uitdunnen. Er zal dikwijls hongersnood heersen en ongekende straffen zullen over geheel de aarde neerdalen. Een klein gedeelte zal deze tijden doorworstelen, en daarna komt er weer rust op aarde. Spreek daar met niemand over en houd dat voor u, en teken het op, opdat gij het niet zoudt vergeten. Als ik hier niet meer zal zijn moet ge alles bekend maken aan de Kerkelijke Overheid. Sedert geruime tijd zijn mijn lippen toegevallen, spreken helpt niet meer, want men gelooft niet, maar telkens komen ze vragen wat er gaat gebeuren, en als ik hen iets zeg geloven ze het niet en lachen er mee. Nu zal ik niet meer spreken, mijn mond zal niet meer opengaan en dat ze nu toezien en afwachten. Leonie begint zelfs voor haar meest vertrouwde vrienden een koppige stilzwijgendheid aan de dag te leggen. Niets of zeer weinig kan men nog over haar lippen krijgen. Ze sluit zich, hoe langer hoe meer, op in zichzelf. Als er bij de bezoeken, die zeer zeldzaam beginnen te worden, toch iets gevraagd wordt, zegt ze: mijn hoofd doet veel te veel pijn, en wat er nog komt (visioenen, enz.), is voor mij alleen. Als gij gaarne iets weet moet ge het maar aan mijnheer Schellinck vragen. Zo snijdt ze tegenwoordig iedereen de pas af. Ze is het bovenmate beu geworden van nog te spreken. Al haar vermaningen zijn in de wind geslagen geweest, en nu moet iedereen maar afwachten wat komen zal. Pag 284 tot 291 5de HOOFDSTUK De zware straffen voor het groot zedelijk verval. Oorlogsprofetieën. Er komt een schijnvrede. 1. De toekomstige kastijdingen. De drie tijdperken in de geschiedenis. De rozenblaadjes. Vooral de jeugd wordt onnoemelijk slecht. Algemene bandeloosheid. Weest gereed. De zondvloed waarin alle levend wezen van de aarde verdelgd werd, was een straf voor hetzelfde kwaad waardoor nu ook alle volkeren zijn aangetast. Weldra zal het kwaad nu nog groter worden dan in die tijd. Er bestaat een maat die niet mag overschreden worden, en eens deze bereikt, slaat God toe. Zo'n groot kwaad heeft er sinds de Schepping nog maar driemaal op aarde geweest. De eerste maal was het juist vóór de zondvloed; de tweede maal juist vóór de komst van Christus op aarde en nu is het de derde maal. De eerste maal kwam de zondvloed en God verdelgde het mensdom op aarde. De tweede maal zond God Zijn Zoon op aarde en Zijn geboden en wetten werden terug onderhouden. God kan echter Zijn Zoon niet een tweede maal laten geboren worden om de wereld nogmaals te redden, en bijgevolg moet de aarde door onnoemelijke kastijdingen gezuiverd worden. Wie zal echter de wereld terug in zijn goede plooi brengen? Een van onze tegenwoordige mensen kan dat niet meer, omdat de wanorde te groot geworden is. Een nieuwe, die de orde toch zou kunnen herstellen, zal niet geboren worden, omdat de tijden vervuld zijn. Als men hier niet meer zal weten van wat hout pijlen maken, zal God Zijn voet op de aarde plaatsen, en ze onder haar eigen vuil verpletteren. Als Leonie zweeg bleef er nog geruime tijd stilte. Toen werd er gezegd: er wordt tegenwoordig toch veel gebeden. Ja, antwoordde Nieke, er wordt veel gebeden en ook boete gedaan, maar dat gebeurt door enkelingen, door dezen die door de genade geraakt werden, maar vergeet niet dat de massa gaandeweg verder afdwaalt en gedurig slechter wordt, terwijl ze nog altijd aangedikt wordt door nieuwe afvalligen. We zijn in een toestand gekomen, zegt ze, dat de maat bijna vol is, en niemand hier op aarde is nog in staat de orde te herstellen. De chaos zal gaandeweg toenemen, tot het ogenblik gekomen is dat God zal toeslaan, en veel jaren zullen daar niet meer over heen gaan. Na de middag is iedereen van de vrienden tot aan de kapel geweest. Anders ging men samen met Leonie, maar aangezien ze nu lichte pantoffels draagt, wegens de zware pijnen aan de voeten, kan ze niet eens meer tot ginder gaan. Als ze weer bij Leonie zijn deelt ze rozenblaadjes uit en in sommige daarvan ziet men vage tekenen. In het mijne staat het Heilig Aanschijn, zegt er een, en een andere spreekt van Onze Lieve Vrouw, en onwillig worden deze blaadjes overgereikt van hand tot hand, uit schrik ze kwijt te geraken. Deze blaadjes verhuizen dan ook vlug naar een kerkboek of worden voorzichtig in een papiertje gewikkeld en verdwijnen in de handtassen. Leonie begint daarna nog te spreken over de oorlogsgruwelen, die niet gekend zijn, maar alle dagen hele hopen slachtoffers vergen. ´t Is onuitsprekelijk zegt ze, hoevelen de dood ingaan en 't zal maar later geweten worden. Deze die overblijven zullen gruwelen als ze dat eens zullen vernemen. Wat nu gebeurt zou het vroeger barbarenvolk met afgrijzen hebben vervuld. Terwijl er nu zoveel volk opgeruimd wordt leeft de rest van het volk er onverschillig op los en velen zijn op korte tijd onnoemelijk slecht geworden. Bijzonderlijk de jeugd wordt fel aangetast, en 't kwaad grijpt snel om zich heen. Puinhopen verrijzen t' allen kante en massa's gaan de dood in, terwijl op andere plaatsen gruwelijk kwaad bedreven wordt. God wordt op verschrikkelijke wijze getergd zodat Zijn wraak grotelijks toeneemt. Het volk is zover gekomen dat wanneer de oorlog zal gedaan zijn, de wanorde snel op aanzienlijke wijze nog zal toenemen. Toestanden die nu ontstaan zijn zullen daarna met alle middelen voortgezet worden en moord en doodslag zullen als aan de orde van de dag komen. De massa leeft ondereen als een massa wilde dieren; er wordt geroofd en gestolen om het genotsleven te kunnen voortzetten, en inplaats van liefde onder de mensen is er slechts haat overgebleven. Alleen genot is nog van tel, en alle middelen om dat doel te bereiken worden aangewend. De jeugd wordt door een verschrikkelijke bandeloosheid aangegrepen, zodat alle begrippen van godsdienst op een schaterlach onthaald worden. De rampen zullen elkander snel opvolgen en 't volk uitdunnen, totdat Gods arm zal neerploffen en door ongekende straffen de orde zal herstellen. Er is nu niet veel goeds meer te verwachten, leeft dus zodanig dat ge iedere dag gereed zijt. 2. Verdere oorlogsprofetieën. Commentaar van Leonie. Op een der volgende zondagen ben ik met mijn echtgenote en een paar Aalsterse vrienden opnieuw bij Leonie. Bij het bespreken van de oorlogsgebeurtenissen komen deze zodanig onder de indruk dat ze besluiten zich een schuilplaats op te richten. Dat hebben ze ook gedaan en ze hebben het niet gelaten bij één dergelijk schuiloord; ten laatste hadden ze er drie. Dat ging zo. Sedert geruime tijd sprak Leonie over nog in aantocht zijnde straffen. Sommige mededelingen troffen dan zo diep, dat men geen onderscheid meer kon maken met wat betrekking had op de oorlogsfeiten zelf en wat er daarna nog zou komen. De meesten hebben gedacht dat het met het eindigen van de oorlog inderdaad volledig zou gedaan zijn. Dat is niet zo. Toch wil ik de aandacht vestigen op een puntje dat nader dient toegelicht. Bij het uitbreken van de oorlog heeft Leonie wel degelijk gezegd: degenen die de jaren vijftig zullen zien aanbreken, zullen gered zijn. Dat wou noch min noch meer zeggen, dat de oorlog verscheidene jaren zou duren en dat er tot rond de jaren vijftig dus gevaar zou geweest zijn. Uit wat ik later vernam van Leonie, kwam ik tot de gevolgtrekking, dat inderdaad aangekondigde straffen steeds voorwaardelijk zijn, dat de straffen kunnen verzwaren of verminderen naar gelang het volk luistert of niet naar de vermaningen van Hierboven. In ieder geval heb ik in de jaren die de oorlog voorafgingen ook gedacht dat deze er zou komen om het volk tot de werkelijkheid terug te roepen Het is slechts onder de oorlog zelf dat ik langzamerhand tot het besef kwam dat het met het eindigen van de oorlog niet zou gedaan zijn, ik was Leonie veel te goed gewoon geworden om haar niet te begrijpen. Wegens deze wijziging, durfde ik haar echter niet om verdere uitleg vragen, omdat ik wist dat ik op tijd zou ingelicht worden. Toch staat het vast dat indien de volkeren tot een algemene beterschap waren gekomen, de oorlogsgruwel zou volstaan hebben als tuchtiging. De verbetering is er niet gekomen, integendeel, de volkeren zijn zodanig slechter geworden, dat er zich als een wijziging in Gods plannen heeft voorgedaan. De oorlog zou spoediger eindigen maar er zouden andere rampen komen en ze zouden voortduren, altijd verergeren, tot God zelf zou toeslaan om de orde te herstellen. Ten laatste werd mij dat ook door Leonie gezegd in de loop van 1943. Het is ook van dan af dat er in haar optreden tegenover vrienden en kennissen, een grondige wijziging is gekomen. Van dan af begon ze zich van iedereen af te zonderen omdat ook haar talrijke waarschuwingen voor het merendeel in de wind geslagen werden. Het is met haar dan zo geworden, dat ze uiterlijk met iedereen afbrak, maar ze bad en boette verder evenveel en evenzeer voor alle vrienden terwijl ze ogenschijnlijk iedereen als aan zichzelf overliet. 2. De honderd jaar van verwittigingen vóór de straf zijn voorbij. Ernst van die straf. Oorlogsgevaar voorzegd. Ziehier nu hoe ik van Leonie meer vernam en weerom op de haar eigen manier. Op een namiddag in de week, toen het weerom toch zo stil was te Onkerzele, zaten we beiden te praten over de oorlog, de verschijningen en Onze Lieve Vrouw. Plots zegt ze: Schellinck, hoeveel tijd heeft God aan Noë gegeven om de Ark te bouwen, tegen dat de hem aangekondigde straf over het mensdom ging komen? Honderd jaar, antwoordde ik. Inderdaad, zegde ze. Ze vroeg: hoe lang is 't geleden dat Onze Lieve Vrouw de wereld heeft komen waarschuwen voor de in aantocht zijnde rampen? In 1846, antwoordde ik. Dat is nog geen honderd jaar, zegde ze, maar het scheelt niet meer zoveel. Hoor, sprak ze: zo slecht als juist vóór de zondvloed is het nu nog niet, maar die tijd nadert snel, we zijn er vlak bij. God heeft Zijn maat en deze mag niet overschreden worden. Dan kwam de zondvloed. God heeft echter beloofd de aarde niet meer door het water te verdelgen, daarom zal er nu wat anders gebeuren. Deze maal zal het ook niet juist honderd jaar zijn, er zullen nog wel enkele jaren overgaan, maar lang zal het toch niet meer duren vóór dat God zelf zal ingrijpen. De zondvloed was een onbekende straf op aarde in die tijd. Deze maal is het ook een ongekende straf die het volk zal opruimen. Deze maal zal het wat meer dan honderd jaar zijn, omdat we stilaan naar het einde gaan en dergelijke toestanden zich nooit meer op aarde zullen kunnen voordoen. Eens de maat bereikt gaat het zeer snel, en wordt het een ongekende chaos hier op aarde. God heeft alsdan het mensdom aan zichzelf overgelaten. Driemaal heb ik Onze Lieve Heer de wereld zien slaan, maar op een zeker ogenblik zag ik Hem gereed om de aarde met Zijn voet te verpletteren. En ik dacht: nu is 't gedaan, en ik sloeg de ogen neer in afwachting. Toen ik opkeek was het volk zodanig gedund dat meer dan drie vierden waren omgekomen. Ze vervolgde: die tijd is niet meer zo ver verwijderd, maar eerst zullen nog talrijke straffen over 't volk neerkomen, tot de allerlaatste toe, en ze zullen er de vinger Gods in erkennen. Daarna, door de kastijding geleerd, zullen de overlevenden als heiligen leven, maar dat geluk zal ook niet blijven duren, omdat het einde spoedig nadert. Uit wat hier voorkomt kan afgeleid worden dat telkens Leonie over toekomstige straffen spreekt, er niet moet uit verstaan worden dat dit nog onder de oorlog zal gebeuren. Ze spreekt nu terug, en dikwijls, over de onmiddellijk nabije toekomst. Indien het toch voorkomt dat ze over feiten spreekt die op de oorlog betrekking hebben, dan laat ze dat ook goed verstaan. Zo waren beide vrienden waarover het hierboven ging, in bamistijd 1943, weer met ons bij Leonie. Gelijk het met andere vrienden gebeurde, kwamen zij ook achter nieuws vissen, de oorlog bleef immers maar duren. 't Is er nog niet mee gedaan, sprak ze, er moeten eerst nog veel puinen komen en nog veel volk zal verdwijnen. Opeens zegt ze tegen hen: bidt maar goed en blijft standvastig want ge kunt ook nog in gevaar komen. Aalst is een zeer slechte stad en ge woont er middenin. Ik heb gezien (in de geest) dat ze daar tegen u iets aan het oprichten waren en nog op andere plaatsen in de stad, en moest het slecht gaan, er zou ook voor u groot gevaar kunnen komen (ze bedoelde hiermee de versterkte schuil - en afweerplaatsen, die de Duitsers er enkele maanden later zouden oprichten en waarvan er een, inderdaad tamelijk dicht bij hen uit de grond rees). 4. Geheime Duitse wapens aan het licht gebracht. Leonie ziet het bombardement van Chièvres.(1) Er zullen nog erge dingen gebeuren, sprak ze, want in Duitsland zijn ze bezig met geheime wapens te vervaardigen. Er moet veel gebeden worden opdat ze de tijd niet meer zouden hebben, deze nog te gebruiken, want dan zouden er nog zeer veel slachtoffers vallen, ook in ons land. Hoor, zegde ze, ge zult nog zien wat ik u nu ga vertellen. Nog enige maanden en er zal een panische schrik ontstaan onder de vreemde legers en volken. Ik heb iets door de lucht zien vliegen, waaruit langs achter rook kwam en ook vuur. Neen, 't zijn geen vliegtuigen, 't is een van die geheime wapens. Het trekt goed op vliegtuigen, het is echter niet zo groot en de vleugels zijn daarom ook veel te klein. Waar dat neerkomt ontstaan grote puinhopen en veel mensen verliezen er het leven bij. Ook andere tuigen heb ik zien door de lucht schieten en waar deze neerkomen veroorzaken deze even grote en nog grotere puinhopen. Dan zal het volk weer in paniekstemming leven. Later herkenden we in die tuigen, de V1 en de V2. Het is inderdaad gelukkig geweest dat de oorlog tamelijk snel geëindigd is, anders waren de puinhopen niet te overzien geweest en was het verlies aan mensenlevens nog in enorme mate gestegen. Nieke ziet Chièvres bombarderen. Soms zijn er van die dagen waarbij Nieke terugkomt op vroegere visioenen en op de vermaningen die ze gaf aan iedereen en aanzette tot bidden en boeten, waarvan echter niet veel gekomen is. Men heeft niet willen luisteren, zegde ze dan, en men draagt er meer en meer de gevolgen van. Ze vergeten dat hoe verder we gaan, hoe gevaarlijker de toestanden worden. Hier bedoelde ze de oorlogsgebeurtenissen. Plots staat ze recht en zegt: zie, terwijl ze haar arm uitstrekt in de richting van Geraardsbergen, ziet ge die stralen niet? Ik kijk maar zie niets, hoe ik ook iets tracht op te vangen. Ziet ge dat niet, vraagt ze. Ach, waarom nieuwe slachtoffers? ziet hoe de mensen lopen, hele huizenblokken tuimelen neer in puin, wat een verwoesting, en altijd zijn er die ongelukkige, onschuldige kinderen bij. Maar God moet verzoend worden door rein en zuiver bloed. Deze maal is het ook erg, 't is ver van hier. 's Anderendaags vernamen we door de bladen dat de gebombardeerde stad Chièvres was. Ze drijven af, de schurken, en ze verkneukelen zich nog om de rampzalige vlucht van de slachtoffers. Dan zegt ze: morgen zult ge dat wel in de bladen lezen waar het was, maar vergeet niet het uur, zie, het is nu bijna half drie. Een dergelijk feit was niet alleenstaande, er zijn nog van die feiten geweest die ze mij aankondigde op het ogenblik van de voltrekking ervan, waarvan we dan 's anderendaags of een paar dagen nadien, het relaas in de dagbladen vonden. Zoals ze mij gewaarschuwd had over de bombardementen van Aalst, Leuven, Kortrijk en andere steden, waarschuwde ze nu ook weer. Deze bombardementen noemde ze barbaarsheden. -------------------------------- (1) Chèvres bedoeld wordt Chièvres, gemeente in de provincie Henegouwen, ten zuiden van Aat. Bedevaartplaats en voorname, oude heerlijkheid. ----------------------------------- 5. Haar vrienden worden verwittigd voorzorgen te nemen: de vriend aan de kust, Barones de Béthune. De gruwelen van het einde van de oorlog. Afslachtingen. Barbaarsheden. Ik heb destijds op haar aandringen enkele van haar vrienden moeten verwittigen van het gevaar dat ze weerom gingen lopen in de stad of de wijk waar ze woonden. Ik heb er verwittigd die aan de kust woonden, in een villa. Deze mensen vroegen schriftelijk om inlichtingen en ten laatste verlieten ze hun woning en trokken zich terug in een klein stadje hier in het binnenland (wat eigenlijk ook nog niet goed was voor Leonie, daar ze meer op de buiten bedoeld had). Kort na hun vertrek, ginder aan de kust, werden inderdaad daar ook bombardementen uitgevoerd. Hier nog één enkel geval om de juistheid daarvan te staven. Hier in Aalst woonde mevrouw de barones de Bethune, een rijke en aanzienlijke dame. Ik kende haar zeer goed en zij is ook verscheidene malen bij mij thuis op bezoek geweest. Ze was ook een zeer goede vriendin van Leonie. Om zoveel mogelijk menslievende werken te kunnen doen had ze ook dit jaar weer een aanzienlijke hoeveelheid aardappelen en meel ingeslagen. Op zeker ogenblik komt ze me verwittigen dat er bij haar moet ingebroken geweest zijn, vermits veel te veel aardappelen en meel verdwenen waren. Ze zweeg, maar onderzocht langswaar men dat had komen halen, maar ze kon geen enkel spoor vinden. Begin december was ze daar terug om me te komen melden dat nu alles verdwenen was. Zelfs haar eigen rantsoen was weg. Ze vroeg me om daarover raad aan Leonie te willen vragen. Leonie antwoordde dat de meid en de knecht de daders waren. Bij deze verklaring zegde deze dame dat ze de moed niet bezat om ze beiden weg te sturen, en bij een volgend bezoek zegde Nieke daarop, dat ze dan beter deed voor een tijd weg te trekken; bij een van haar dochters, dan moest ze hen niet rechtstreeks wegsturen en 't stelen zou gedaan zijn. Dat vond de dame zeer goed, ze ging bij haar dochter, terwijl aldus meid en knecht naar huis mochten gaan, maar ze verbleef slechts een tiental dagen bij haar dochter en ging toen naar Gent wonen, waar ze slechts korte tijd verbleven heeft om zich daarna te Merelbeke te vestigen. Ze was natuurlijk zinnens later naar Aalst terug te keren. Vier maanden vóór de luchtaanval op Merelbeke deed Leonie de dame verwittigen, dat ze daar niet veilig woonde en moest vertrekken. Ik verwittigde inderdaad de dame maar ze ging er niet weg. Ik dacht er verder niet meer aan. Twee maanden later deed Leonie mij haar weer verwittigen en ik moest haar zeggen dat, indien ze nu niet luisterde, ze de gevolgen zou moeten dragen. Weerom keek de dame uit naar een woongelegenheid te Gent, en ze ging er zich vestigen. Ze was amper veertien dagen uit Merelbeke vertrokken toen de luchtaanval er plaats greep en omzeggens heel het dorp wegveegde. Barbaarse afslachtingen bij het einde van de oorlog. In die tijd sprak Leonie me veel over 't verloop van de oorlog, en ze zegde dan dat hij snel zou eindigen. Vóór dat echter zal gebeuren zullen er nog velen verdwijnen, want 't zal met geen "suiker" zijn dat er vrede zal komen. Er zal nog veel verwoest worden en overal, bijzonderlijk in andere landen zullen zich reusachtige puinhopen opstapelen. Veel mensen zullen daarbij het leven inschieten want hele steden gaan erbij ten onder. Buiten deze gevaren die de gemoederen zullen in spanning brengen, zullen op andere plaatsen ontelbare mensenlevens verloren gaan. Ze worden er afgeslacht zoals men nog nooit met de dieren heeft gedaan. Eindeloze karavanen worden als onnuttige voorwerpen dagelijks de dood ingedreven. Anderen laat men verhongeren en sterven aan een gruwzame dood. Tegenover anderen bedienen ze zich van foltertuigen waarover de oude barbaren zouden blozen, en die slechts uit een duivels brein ontworpen worden. De gruwelen zullen weldra hun toppunt bereiken en als eenmaal de vrede weerkeert zal de wereld er met verstomming kennis van nemen.(1) ------------------------------ (1) Bedoeld worden de concentratiekampen en de uitroeiing der joden. ------------------------------------ 6. Een woordje over de toekomstige bevrijding. De vrede zal een hersenschim zijn. Leonie zondert zich nog meer af, gekluisterd in groot lijden. Ze vervolgt: hoe worden nu deze van over 't water verwacht? Zij zullen als helden ontvangen worden en ze zullen als goden die hulde in ontvangst nemen, die men hen gedurende lange tijd zal brengen. Het zal evenwel vlug blijken, dat ze niet degenen zijn waarop alle hoop moet gevestigd worden. Dan zal blijken dat de zo zeer verlangde vrede maar een hersenschim is geweest. In plaats van rust en eendracht, zijn weer overal de tegenstellingen teruggekomen en nieuwe gevaren hangen dreigend over de wereld. Deze toestand is het lot van de toekomst. Nu eens een schijn van rust; morgen weer dreigende onweerswolken. Gedurende dit tijdperk waren de bezoeken veel verminderd en ze zouden nog verminderen. De tijdsomstandigheden en de gevaren droegen daar natuurlijk veel toe bij, maar van de andere kant had Leonie zich ook van het volk teruggetrokken. Men weet reeds dat ze zelfs niet meer trachtte haar trouwe vrienden nog te zien. Midden de dreigende gevaren die nog in aanzienlijke mate zouden toenemen naar gelang we naar 't einde van de oorlog zouden gaan, kan dit tijdperk als geëindigd beschouwd worden. Er breekt nu inderdaad een tijdperk aan waarin het lijden van Leonie nog in aanzienlijke mate toeneemt; een tijd waarin ze zeer dikwijls voor dagen lang gekluisterd wordt in haar zetel. Het is ook in deze tijd dat ze die dagen zoveel mogelijk gans alleen doorbrengt, omzeggens verlaten van iedereen, vermits ze zelfs de kinderen naar haar dochter doorstuurde.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leonieke citaten deel II
    Klik op de afbeelding om de link te volgen


    Leonieke citaten deel II Citaten uit "Het wonderbaarlijke leven van Leonie Van den Dijck" De citaten werden hoofdzakelijk geselecteerd naar het belang, dat zij hebben voor de toestand van onze dagen. Ze werden in de chronologische volgorde van het boek opgenomen. Veel van de oudere visioenen betreffen de Tweede Wereldoorlog maar de latere slaan merendeels op de tribulaties van onze dagen.

    DEEL II Pag 205 tot 206 Nog twee anderen hadden hetzelfde visioen van de Passie. Het teken voor het westen. Dat grote wonder, dat grootse drama, het grootste en verhevenste aller tijden, had zich op hetzelfde ogenblik dat wij het hadden mogen zien, nog op twee andere plaatsen in de wereld herhaald. Op een zolderkamer in een andere plaats, waar de zienster een vrouw was die te bed lag met rond zich twee andere vrouwen, die dat gebeuren gans onwaardig waren en die maar babbelden en niets van dat verheven drama schenen te begrijpen. Ook nog op een derde plaats waar vier personen tegenwoordig waren, die wel volgden maar niet met al te veel eerbied. Eindelijk zegde ze nog: binnen weinige dagen zal ik een teken krijgen, als bewijs van wat over de wereld zal gaan neerkomen: de straffende hand die reeds lang aangekondigd is. De wereld is verloren, de mensen hebben niet willen luisteren. Let maar goed op, of ge dat teken ook niet zult zien. Toen ik dan op Pasen bij haar kwam zei ze mij, dat ze het teken had gekregen, en dat we er over een paar dagen wel zouden over horen. Het gebeurde op Pasen 1940. Het waren, de zogezegde electrische golven waarover hierna nog enkele woorden volgen. Hiermede zijn eigenlijk de bijzonderste visioenen meegedeeld vanaf 18 december 1933 tot en met het visioen van Goede Vrijdag 1940. In de korte tijdspanne die nog overblijft tot en met de bezetting van de westerse landen, nog slechts gesproken worden over wat ik nog door Leonie vernam, en met de volledige bezetting van het westen. Dat zal dan ook het einde zijn van het tweede tijdperk in haar leven. 6. Aetherstoornissen over heel de wereld. Voorteken en bevestiging van wat er gaat gebeuren. De vijf personen die op Goede Vrijdag bij Leonie getuige waren geweest van haar visioen, hadden dus vernomen dat ook België niet ontsnappen aan de oorlogsgruwel. Bij een gewoon mens wordt de betekenis van een visioen niet onmiddellijk in zijn volle diepte begrepen. Iedereen die dat heeft gezien en gehoord, maakt er zichzelf een eigen denkbeeld van, dat later ver van de werkelijkheid blijkt te zijn, dit ook hier het geval. Spijts het feit dat we allen duidelijk gehoord hadden dat de oorlogsramp over ons zou komen, bleef in ons toch nog de hoop levendig dat we eraan zouden ontsnappen. Toen ik echter hoorde dat Leonie een teken ging krijgen ter bevestiging, drong dan pas de werkelijkheid bij mij door. Het teken zou de bevestiging zijn dat het nu spoedig zou gaan gebeuren. Voor we dag vertrokken had ze mij gevraagd, goed uit te kijken om te zien of ik het teken ook niet zou ontwaren. Vrijdag- en zaterdagavond ging ik er mij van vergewissen of er niets waar te nemen was aan de hemel, maar ik zag niets. Op Pasen was ik bij Leonie en bij mijn binnenkomen vroeg ze me onmiddellijk: wel hebt ge 't gezien? Ik keek haar verwonderd aan, en ze hervroeg nog eens: hebt ge niets gezien? Waarop ik ontkennend antwoordde. Wel, zegde ze, ik heb het over geheel de wereld zien neerdalen, het waren als golven die over de aarde uitgestort werden, lichtende schichten die in alle richtingen de aarde in een web omprangden, en bij iedere golf schoten steeds nieuwe schichten toe. Dat waren de zogenaamde elektrische golven (magnetische stormen), die storingen over de hele wereld veroorzaakt hebben, hier en elders, maar in Amerika moet het nog erger geweest zijn. Die golven werkten zeer krachtig in op het telefoonnet, de telegraaf, de radio, enz. en brachten zulkdanige stoornissen teweeg, dat het volk in Amerika met panische schrik bevangen werd, zodat alle personeel van deze diensten evenals de politie heeft moeten tussenkomen om het volk te kalmeren en gerust te stellen. Deze maal was het aangekondigde teken niet het zogezegde "noorderlicht", zoals we in januari 1938 hadden gezien, maar wel deze elektrische golven, die van in de vroege morgen, en dat gedurende meerdere uren, de aarden bestormden, terwijl de mensen door de klaarte van het daglicht er niets konden van zien. Leonie zegde me later dat ditzelfde teken zich herhaalt, dan eens hier, dan daar. Dat is het derde teken: de elementen van het uitspansel komen in beroering, teken dat niet op voorhand aangekondigd is geweest, noch door de pers noch door de radio. Leonie had me verboden er met iemand over te spreken en ik heb me dus beperkt met neer te schrijven wat ik er over vernam. In verband hiermee, moet ik zeggen dat dit feit voor mij weer een tip oplichtte van het gordijn, waarachter onze gedachten en denkbeelding onmogelijk kunnen doordringen zoals ook de volgende feiten aantonen. Pag 227 tot 229 2. Voorspellingen over het einde van de oorlog. De priesters moeten méér bidden! Na de oorlog zal het terug herbeginnen, ook op 't onverwachts. Drie vierden van de mensen zal verdwijnen. Het einde is nabij. Zoals Leonie had gevraagd, ging ik dus met mijn echtgenote vergezeld van mijnheer en mevrouw S.D.R., de zondag op bezoek , bij Nieke. Het kwam natuurlijk onmiddellijk over de oorlog ter sprake, nu dat het hier voor ons gedaan scheen; en die heer en zijn dame wilden weten hoe dat later zou eindigen. Leonie antwoordde welwillend met volgende woorden: de oorlog zal snel eindigen zoals hij bruusk is begonnen. Alles hangt af van de gebeden van het volk. Indien het volk tot inkeer komt kan dat de rampen verkorten. De gebeden moeten de vrede bespoedigen. Dan gaf ze twee tijdstippen waarop het kon eindigen: of bij het bloeien van de rozen of ook in volle wintertijd. Nieke voegde daar onmiddellijk aan toe: spijtig genoeg bidden de priesters niet mee, of ze doen het toch niet genoeg. Jezus had haar gezegd dat hij er andere zou verwekken. Uit wat ze vertelde kon evenwel opgemaakt worden dat er eerst nog heel wat zou moeten gebeuren vooraleer we vrede zouden hebben. Daarmee is echter alles nog niet gedaan. Na de oorlog maakt men onmiddellijk weer kanonnen. Er zullen zich weer andere gebeurtenissen voordoen, opnieuw bruusk en onverwachts. De mensen zullen in een lange tijd geen rust meer hebben; het ene zal nog bezig zijn als het andere hen reeds zal overkomen. Geweldige zaken moeten nog gebeuren. Drie vierden van de mensen moeten weg, moeten verdwijnen; uit het overschot, dit is de besten, zal God voor de laatste tijd, een andere wereld opbouwen. Een persoonlijke opmerking dringt zich hier op. Later zal men bemerken dat de toestanden opnieuw zullen gewijzigd zijn. Inderdaad: terwijl de volkeren van Europa zo zwaar geteisterd worden, bracht deze kastijding voor hen die het beter hadden, geen verbetering. Integendeel, men dwaalde niet alleen verder af, maar het volk ploeterde steeds meer voort in het kwaad, dat op schrikbarende wijze toenam. Bij het uitspreken van deze woorden, schrikten de heer en mevrouw zienderogen, we waren nu pas veertig begonnen en het zou moeten vijftig worden voor het gevaar zou geweken zijn (van deze straftijd, d.i. de oorlog die bezig is). Leonie kwam onmiddellijk tussen en sprak: alles hangt af van het volk. Is er in 't algemeen verbetering dan kan er wat rust komen. Nochtans, veel moet niet meer verwacht worden, want de wereld gaat stilaan naar zijn einde. Of schoon niemand onder u het einde zal zien. In 1937, toen we samen van de kapel kwamen, hield Nieke me plots staande op straat en zegde: het kan niet zoveel jaren meer duren met het bestaan van de wereld. In 1941 sprak ze zich ook zo uit, en in 1946 sprak ze weer in dezelfde zin of het een kwestie van jaren was. Het is eigenaardig dat daarover nooit een vraag werd gesteld en als Leonie er over sprak scheen dat voor haar telkens de eerste maal te zijn, dat ze daarover een mededeling deed. Later komt ze daar niet meer rechtstreeks op terug maar spreekt even duidelijke taal. Dat zal in het volgende tijdperk behandeld worden. Als we in de late namiddag samen naar huis terugkeren, was de moed van mijnheer en mevrouw zeer laag gezakt. Die dachten maar steeds dat de oorlog nog zolang zou duren. Pag 232 tot 246 6. Vizioen van de epidemie te Rome en over de hele wereld. Het einde van de oorlog. De opgang naar Onkerzele. Het grote mirakel en het einde van de epidemie. Reeds nu zag Leonie in visioenen wat ging voorvallen in een nabije of nog ver verwijderde toekomst. Bij bezoek vertelde ze me in de voormiddag: ziekte te Rome! Het was toen einde september of begin oktober 1940. Het was opnieuw over de oorlog te pas gekomen en Leonie vertelde: ik zag in visioen de stad Rome. In deze stad zag ik vele soldaten; de enen gingen door de straten her en der; de anderen stonden op wacht, overal, met het geweer aan de voet. Opeens is het of zich van de soldaten een zekere moeheid meester maakt. Hun aangezicht verandert. 't Is juist of ze zeer onrustig worden. Opeens legt er een zijn geweer ter zijde en legt zich neer, zonder te zien hoe of waar hij ligt. Spoedig volgen anderen zijn voorbeeld, zonder dat ze weten waarom. Weldra hebben ze de tijd niet meer om hun geweer ter zijde te leggen; ze vallen er mede; ze vallen op hopen, ook deze die in de straten zijn zonder op wacht te staan. Weldra liggen ze langs alle kanten, en in de straten liggen ze op hopen. Burgers liggen ook her en der. Nu volgt er een grote gejaagdheid onder de overblijvenden. Nu zie ik heel de wereld, zegt Leonie, en overal zie ik hetzelfde schouwspel. Overal.lijken, ganse hopen, doden in massa. Dat was het visioen van een ziekte-epidemie die God over de wereld had laten neerkomen, indien de volkeren zich niet bekeren en tot inkeer komen. Leonie voegde er nog bij: buigen zullen ze, buigen, tot op de grond. Iedereen zal buigen en de vinger Gods erkennen. Even snel als ik de ziekte-epidemie over de wereld zag komen, even snel zal.ook deze oorlog eens eindigen. Als dat gebeurde, zag ik alleman de vlucht nemen en zich opsluiten waar ze konden; ten prooi aan grote vrees. Dan zag ik hele groepen mensen, groten en kleinen, rijken en armen ondereen, hun verschrikte schreden richten, naar Onkerzele Van overal zag Ik ze komen langs wegen en banen naar het heiligdom alhier. Ik zag ze voorbijtrekken als opgejaagd door de schrik; steeds omkijkende, juist of er hen iets vreselijks op de hielen zat. Hun wezens waren verwrongen; ze liepen meer dan ze gingen, ze huilden meer dan ze spraken. De gebeden werden van schrik luide uitgehuild. ´t Waren juist allemaal bezetenen; zo'n schrik had ik nimmer gezien. Deze schimmen waren gans uitgemergeld, als levende geraamten. 't Is dan dat iedereen zal buigen, de meest onwillige zal de vinger Gods moeten erkennen. Buigen moeten ze, allemaal, en die niet zal willen bukken, die niet zal buigen, zal erbij verdwijnen. Heel de wereld zal Gods hand voelen en ook erkennen. Als dat daar nog later over te pas kwam, vertelde Leonie mij nog : alhoewel ik de ziekte over de wereld heb zien komen, in visioen, bevond ik mij hier in deze plaats (haar salon), en stond voor het venster en zo zag ik die hullende, opgeschrikte, vluchtende massa hier voorbijkomen, recht naar de kapel. Ik weet dat ik dan reeds dood zal zijn, maar ´t was juist of ik dat werkelijk met mijn ogen zag gebeuren, zoals ik hier nu sta. Als dat zal gebeuren, dan zal ginder omhoog (aan de kapel), iets heel wonderbaars voorvallen, een groot mirakel, waarbij de ziekte-epidemie zal ophouden. Het wonder te Onkerzele is meteen het einde van de epidemie. (1) --------------------------------- (1) Pest duidt elke besmettelijke ziekte welke levensgevaarlijk is. Officieel: de Pestziekten. Groot mirakel is mogelijk het ontspringen van een geneeskrachtige bron waardoor “pestzieken" genezen worden en de plaag ophoudt. ------------------------------------ 7. Het grootste kwaad in de wereld: geldzucht en ontucht, godslastering en misverzuim; heiligschennissen in Gods huis en medeplichtigheid van de geestelijken. Nakende straffen. Oproep tot boete. ‘s Namlddags sprak Leonie over het grootste kwaad in de wereld. Ze had er de gevolgen van gezien en ze zegde: heel de wereld is aangetast door de geldzucht. Het gouden kalf wordt weer aanbeden. Iedereen maakt jacht op dat stinkende, vervloekte geld. Groot en klein, rijk arm zijn er door aangetast. De grootste en grofste ongerechtigheden worden er voor gepleegd. Haat en nijd zijn er de gevolgen van, alsmede moord en doodslag. Iedereen verzuimt zijn plichten; naastenliefde wordt op spot onthaald; velen verhongeren; anderen denken hun hemel op aarde te bezitten; hovaardig verheffen ze zich boven het volk, zo geestelijken als wereldlijken; ze tonen zich waar ze best wegbleven. Zo sprak de Heer: Wee, wee, wee, de onrechtvaardigen. Haar blikken in de verte gericht, vervolgde ze: en wat zal er overblijven van dat onrechtvaardig geld opstapelen? Een hoop vuil (puinen), en daaronder hun vervloekte geld (door revolutie of oorlog waarbij de rijken het zwaar zullen moeten ontgelden). Aan dat alles komt vlugger een einde dan er velen wel denken. Leonie vervolgt en spreekt nu over de ontucht: alle lagen van de maatschappij zijn er door aangetast: kinderen, ouders, kleinen, groten, rijken, armen, zelfs de geestelijken vergrijpen zich soms schandalig genoeg daaraan. Geheel de wereld ligt verzonken in die stinkende poel. Zo sprak de Heer: indien Mijn dienaren zich daarvan niet gaan onthouden, zal ik Mij verplicht zien, ze van het altaar weg te donderen. Ze zullen streng rekenschap geven voor hun gewijde vingeren die ze zo vaak bezoedelen. Wee de onkuisaards! ook de straf voor de ontucht komt weldra, de schifting zal met strengheid geschieden. Hij zal wannen tot er alleen zuivere zielen overblijven. De straf die ik daarvoor gezien heb is allerverschrikkelijkst. Leonie gaat nog door over de zonden van onze tijd: godslasteringen en misverzuim zijn wel het allergrootste kwaad. Deze grove en allergrootste zonde is rechtstreeks tegen God zelf gericht. Dat het volk ophoude, want de wrekende arm (van God) is reeds opgeheven om toe te slaan. De uitverkorenen zullen dubbel moeten boeten, om Gods gramschap tot bedaren te brengen, en helaas, het mag niet baten: ´t kwaad wordt te groot, het volk vloekt er maar op los. De onverschilligheid is gaandeweg vermeerderd en neemt steeds meer toe. De zondagsmis wordt om een kleinigheid nagelaten: ze hebben te lang geslapen, ze hebben zich te goed en te laat vermaakt, ze hebben geen tijd, of ze zijn te moe, ze moeten te vroeg op reis of op uitstap. En dezen die nog gaan, gedragen zich op onbetamelijke wijze in Gods tempel. 't Is daar juist een handelshuis geworden of een herberg. Er wordt daar van alles gedaan, behalve eerbiedig zijn. De enen staan daar te kijken met de armen achter de rug, juist als op een kermis, anderen leunen achteruit met de stoelen, terwijl ze giechelen en zotte en onbetamelijke praat vertellen. Vrouwen en jonge dochters komen er pronken in hun mooie maar verderfelijke kledij. En de ogen strak in de verte vervolgt Leonie: onzedig gekleed gelijk in de slechte huizen, komen ze daar God tergen op een afgrijselijke manier. Ze trekken de aandacht van mannen en jongelieden op zich, door hun onbetamelijke en zedeloze houding en manieren en door te verregaande ontblotingen. De geestelijkheid laat maar begaan of toont zich te onbekwaam of te zwak, om tegen deze duivelse praktijken, in Gods huis, stroom op te roeien!... Dat het volk ophoude, spreekt de Heer, Mijn geduld is ten einde! Als deze tergende, godslastenende zonden niet ophouden en er niet snel en afdoende mee gebroken wordt, als de geestelijkheid het roer niet omgooit, ploft Gods wrekende arm weldra neer. 't Kwaad wordt te groot; de zweep is reeds in Zijn hand en zal weldra over het volk neerkomen. Wee dan de wereld! Wee! Driemaal wee! Doet boete, boete, boete, of 't is met alles gedaan! Gods vrijwillige slachtoffers kunnen de wrekende arm niet meer tegenhouden; Hij maakt zich gereed om toe te slaan. Boete, boete, want morgen is het te laat; verzekert uzelf! 2de HOOFDSTUK Leonie getekend door de H. Kruiswonden. Mystieke H. Communie. Gebrek aan geestelijke hulp. Grote oorlogsellende. Nood aan gebed en boete. Grootheid van Onkerzele. Groots visioen over de geestelijkheid, God zelf behoudt zijn gezalfden een bijzondere straf voor. Profetie over de dood van pater Balduinus, benedictijn, ook een slachtoffer voor de wereld. 1.. Leonie getekend door de Heilige Kruiswonden. Haar kinderen blijven onwetend. In september had Nieke me reeds gesproken over zeer hevige pijnen die ze te verduren kreeg in haar handen en voeten. Ze had me haar handen reeds enkele malen getoond en de pijnen leken haar verschrikkelijk zwaar. Haar voeten deden haar zoveel pijn, dat ze meestal gans de dag op haar kousen liep, ofwel om de koelte van de grond te voelen of wel omdat ze haar pantoffels niet meer kon verdragen. Veelal hield ze de voeten van de grond geheven. Nieke wist meer dan ze mij zegde. Ik dacht wel aan haar overgrote pijnen, zonder evenwel verder te denken. Op een van mijn bezoeken zat ze in haar zetel, ze scheen op mij te wachten. Ik was maar even binnen en ze kloeg van grote pijnen in de voeten, en ze vroeg of mij niets opviel. Het scheen mij toe dat beide voeten licht gezwollen waren, de ene voet wat meer dan de andere. En dan zegde ze, dat de wonden opengegaan waren, en dat ze bloed verloren had Verschrikt en aangedaan zag ik nu klaar: Leonie was getekend met de voetwonden. Dat is voor zover ik weet slechts éénmaal voorgevallen aan beide voeten tegelijk. Wat later was de wonde aan een van de voeten nogmaals open, maar daarna had ze wel nog dezelfde pijnen aan beide voeten, maar de wonden bleven gesloten. Doorboorde handen. Met de handen was juist hetzelfde gebeurd. Plots zegde ze: kom, ge moet niet bang zijn, tast eens aan mijn handen. Bang was ik in 't geheel niet, maar ik vond mij onwaardig met mijn handen, de hare aan te raken, die reeds getekend waren. Kom, sprak ze, voel maar eens. Ik kon niet langer weigeren en terwijl ze met de linkerhand de vingers van de rechterhand openmaakte, zag ik voor de eerste maal in de handpalm een diepe put, van de ene rand tot de andere, zeker vier centimeter middellijn. Kom, zei ze, tast maar eens, en ze nam zelf mijn hand en legde mijn duim in haar handpalm en mijn wijsvinger langs de buitenkant van de hand en ik voelde met mijn vinger, mijn eigen duim dwars door haar hand heen geen vlees meer! Ik was fel aangedaan, een (eigenlijke) wonde zag ik echter niet. Ze zegde me dat de wonde drie dagen geleden was opengegaan en tamelijk veel had gebloed. Haar handen schenen stijf te staan, d.w.z. haar vingers en duimen waren naar de palmen toe getrokken, en zo zat ze daar die dag, heel de tijd dat ik bij haar geweest ben. Bij een volgend bezoek moest ik opnieuw naar haar handen kijken en deze maal was de wonde, en het was zeer duidelijk merkbaar, reeds overdekt met een zeer dun vlies, het vel, maar zo licht dat ik er bijna niet durfde aan te komen, en toch verzocht ze me om het voorzichtig eens te betasten. Op dat ogenblik was mijn hart met medelijden vervuld voor dat tere, uitgemergelde Nieke, dat zo'n verschrikkelijke pijnen moest doorstaan. De handwonden zijn verscheidene malen open geweest, maar deze van de rechterhand nog meer dan deze van de linkerhand. Later is dat niet meer gebeurd, maar de put in de rechterhand heeft ze geheel haar verder leven behouden. Bij de linkerhand was de put minder groot. De bloedende zijdewonde. Haar kinderen onwetend. Weinig later had ze ook de zijwonde. Deze heeft ze behouden tot bij haar dood. Uit de zijdewonde heeft ze zeer veel bloed verloren; ik heb dikwijls bebloede doeken gezien, die ze mij toonde. Eens kwam ik binnen op een namiddag en de wonde kon nog maar even open zijn geweest, want ze stond nog bij de kast, alsof ze haastig een handdoek had moeten grijpen, en de bloedvlekken erop waren nog vers en helderrood. Heel de handdoek was bevlekt, met tussen deze vlekken grotere en kleinere bloedspatten, het was als kwam het bloed er uit gespoten, zoals ze me zegde. Ik en ook mijn echtgenote hebben destijds van Leonie zo'n stuk bebloed linnen gekregen, en er zijn ook een vier - à vijftal vrienden die zulk een stukje linnen hebben gekregen van Leonie. Maria heeft de zijdewonde van Leonie enkele malen mogen betasten, en ik hoorde van drie, vier dames zeggen dat ze dat ook eens hadden mogen doen. Velen van de vrienden verstonden maar niet dat Leonie´s kinderen niets van dat alles wisten. Ik heb reeds verteld, dat als ik bij Leonie was, haar kinderen buiten gingen, zodat ik telkens met haar alleen was. ´t Is dikwijls gebeurt dat Leonie hen beval weg te gaan, en dan kwamen ze niet terug zolang ik er was. Wat ikzelf en mijn echtgenote en ook enkele vrienden hebben gezien, ik zeker tientallen keren, was, dat als Leonie tekenen had van een op komst zijnde visioen, het juist was of haar kinderen als door een onzichtbare hand uit het huis verdreven werden. Slechts bij de dood van hun moeder, toen Leonie opgebaard werd, schrok haar dochter Marieke, toen ze dat teken onder moeders borst bemerkte, waarbij ze medelijdend sprak: och, wat moet onze moeder toch geleden hebben. 2. Leonie's onophoudelijk nachtelijk gebed. Mistieke H. Communie thuis in de Kerstnacht. “AIIeen voort tot het einde!’ zonder geestelijke steun. Onbekwame priesters, maar God zal er andere scheppen. Tweede H. Communie in de kerk. Bij mijn bezoek aan Nieke op Kerstdag 1940 had ik haar in een korte tijdspanne reeds viermaal hetzelfde horen zeggen: zonder broeder- of zusterhand voort, tot het einde, en telkens ze dat zegde, weende ze. Zoals gewoonlijk vroeg ik niets, ze kende mij op dat punt door en door. Ik wachtte dus af. Eindelijk vertelde ze dan wat in de late avond van de vorige dag was voorgevallen. Omtrent half elf s´nachts, zoals ze reeds gewoon was, was Nieke bezig, zittende in haar bed, de rozenkrans te bidden Tot en met het uitbreken van de oorlog sliep ze op de blote vloer voor het venster in haar salon; dus ongeveer zeven jaar. Sedertdien deed ze dat niet meer en ging te bed, niet om te rusten of te slapen maar om te bidden. De hele nacht bracht ze zittend door en bad steeds rozenhoedjes, voor dezelfde intenties als vroeger, toen ze nog op de stenen lag. Zo zat ze nu weer te bidden, toen er almeteens een klaarte in de kamer komt die steeds toeneemt en zelfs zo hevig wordt, dat Leonie de ogen moet neerslaan. Opeens gaat de klaarte open en door een gerucht gewekt, sloeg ze de ogen op en zag op een afstand, volgens haar schatting vijf tot zes meter, voor zich, een altaar waaraan een priester in misgewaad, het heilig Misoffer opdroeg. Haar kamer was verzwonden en van haar bed bleef er geen spoor meer, alhoewel ze steeds in zittende houding bleef Zonder iets te zien rondom zich, hoorde ze geen aardse maar wel hemelse stemmen zingen, voor en naast haar. Ze verstond niets van dat gezang maar het was hemels schoon. De gezangen begonnen op hetzelfde ogenblik dat ze de celebrant aan het altaar zag staan, juist na de consecratie. Ze volgde de priester die aan het altaar stond, zonder ook maar eénmaal hem in zijn gelaat te kunnen zien. De hemelse stemmen zongen steeds voort, en zo vorderde het heilig Misoffer, totdat de nuttiging aanbrak. Nu zwegen de zingende stemmen, en eén enkele stem prevelt de gebeden voor het uitreiken van de heilige Communie. Op dat ogenblik komt in haar een hevig smachtend verlangen naar Jezus, die daar in de Heilige Teerspijze aanwezig was. Ze deed juist als anders bij het communiceren, doch ze was nu veel vuriger. Ze vouwde haar handen zoals gewoonlijk doch, deze worden zacht van elkander gedaan en op een voor haar ongewone wijze terug samengevouwen zoals weleens sommigen doen. Onder het denken en prevelen van: Heer, ik ben niet waardig, hoort ze een lichte stap naderen, naar haar toe. Haar verlangen groeide uitermate; ze verheft het hoofd, en ziet en ziet in een ovaal de celebrant met de baard tot aan de lenden, terwijl deze haar de Heilige Teerspijze op de tong legt. Zo goed wist ik wat ik deed, zegde ze, dat ik Zijn vingeren aan mijn onderlip voelde, want ik heb nog met mijn lip tegengedrukt om beter te voelen. Ik hoorde de stap zich opnieuw verwijderen en naar de duur ervan te horen, scheen het veel verder te zijn dan ik aanvankelijk had gezien. Zo bleef ik, ik weet niet hoelang, in een zalige stemming en vroeg en vroeg nog, tot ik de bekende stem hoorde die tot mij sprak om bij het einde te zeggen: voort in het leven, zonder broeder- of zusterhand, voort, tot het einde. Leonie wacht tevergeefs op geestelijke leiding. Onbekwaamheid van vele priesters. Leonie's harde boete voor de wereld. Dat greep mij zeer aan, zegde Nieke nog, want ge kunt niet geloven, hoe droevig het is, zonder geestelijke steun te blijven. Ik heb zo menigmaal gesnakt naar geestelijke opbeuring, en 't was, o, zo zelden, dat ik wat steun kreeg. Nu moet ik voortaan tot het einde toe, verlaten blijven, zoals het tot nu toe geweest is. Maar wie zou mijn geestelijke leider geweest zijn? In plaats van geestelijke hulp of opbeuring te mogen ontvangen, moet ik zelf nog het pak, van zij die hier overbeladen bij mij komen, op mij nemen. Ze komen, ten einde raad, dat pak hier nogal gaarne afzetten, en dan moet ik beginnen met hen zelf op te beuren, hen te versterken, hen op hun plichten te wijzen. Ze zijn onbekwaam om mij geestelijke steun te geven en zo sta ik steeds alleen met dat gruwelijke, zware pak van de zonden der wereld waarvoor ik reeds zolang boet, en mijn lichaam kastijd. Ik heb veel gevast en veel honger geleden, totdat ik geen druppel bloed meer in mijn lichaam had. Ik heb geslapen, nachten zonder tal, hier beneden op de blote vloer, en boven voor mijn bed, in een deken gerold. En de zondenlast van de wereld verzwaart nog steeds. Ik heb dikwijls gedacht dat ik nu zou bezwijken, maar ik mag niet. Jezus' kruis drukt nooit te zwaar; Hij zal u nooit overladen. Maar zo gans alléén, zonder de minste hulp, zonder een woord van troost. En nu weer op een nieuwe kerfstok vooruit, het einde is er nog altijd niet, nog veel zwaarder zal de last drukken; doch, ik lijd gaarne, maar een opbeurend woordje zou zo welkom zijn. Wie zou mijn geestelijke leider kunnen zijn? Ze zijn immers zelf als blinden, en zo sukkelen ze in hun gewoon gangetje voort langs de levensbaan. Neen, nu heb ik ze niet meer nodig, zolang zal het nu wel niet meer duren. En hoe pijnlijker mijn lijden, hoe groter de last, hoe zwaarder het kruis, hoe eenzamer en verlatener, hoe groter ook mijn triomf zal zijn. Ze zullen na mijn dood wel weten wie ik was. Nu echter moet Gods wil geschieden. Verscheidene malen hoorde ik uit de mond van Leonie die woorden: het is onnodig te spreken, God zal wel handelen, ze (d.i. de priesters) zijn onwaardig geworden en God zal er andere scheppen, die in hun plaats zullen komen. Zwijg daarover zolang ik leef. Na mijn dood zult ge er mogen en moeten over spreken. Leonie communiceert in de kerk. Toen ik op Kerstdag naar de kerk ging en de heilige Communie ging uitgereikt worden, kwam er weer een zo groot verlangen in mij op om Jezus in mijn hart te ontvangen. Ik was mij aan het gereed maken om naar de communiebank te gaan, toen ik ineens dacht dat ik reeds 's nachts de heilige Communie had ontvangen, en mijn hart verlangde zo naar Jezus. Ik bleef op mijn plaats en ging weer op mijn knieën zitten, toen ik plots een stem hoorde die me zegde: dat was niet van deze aarde, en onmiddellijk verdween mijn twijfel, en ik ging te Communie. Toch heb ik er daarna nog aan gedacht, en de twijfel keerde terug in mijn hart. Ik ging dan naar de biecht, waar ik het voorval bekend maakte, maar de biechtvader zei dat ik daar niet meer moest aan denken, en dat ik goed gedaan had, want dat Onze Lieve Heer inderdaad 's nachts op een geestelijke wijze in mij was gekomen, en dat dit niet hetzelfde is als we hier te Communie gaan. Wel, zegde Leonie, nu ben ik toch gerust. Wat ik ook nog wil doen opmerken is het feit dat Leonie, spijts de hevige pijnen in de voeten, zo dikwijls ter kerke ging als het mogelijk was. In de vastenperiode kon ze er onmogelijk nog naartoe gaan, wegens de verschrikkelijke pijnen, en 't is dan dat Onze Lieve Heer zelf tot haar kwam in haar huisje. Vanaf september 1943, is ze echter nog maar zelden naar de kerk geweest. 2. Drukkende oorlogsellende. Gebed en boete het enig voorbehoedmiddel. De kapel moet er komen. Men moet dikwijls de ommegang houden. Onkerzele wordt een groot bedevaartsoord, vele mirakelen zullen er gebeuren. Op O.L.Vrouw Lichtmis 1941 waren er een tiental bezoekers, en Leonie is met hen gaan bidden in de kapel. Als ze dan weer in haar huisje waren teruggekeerd werd over de oorlog gesproken, die als een zware last begon te drukken. Er werd ook gesproken over de nijpende honger. Deze mensen kloegen stenen uit de grond en verfoeiden de oorlog als de pest. Hun klagen scheen de vorm van een verwijt aan te nemen, ten opzichte van Leonie: 't was of het haar schuld was, dat er zo moest geleden worden. Ze kwamen hun nood klagen en wrokten tegen Onze Lieve Heer, dat Hij hen zoveel deed afzien. De honger was inderdaad nijpend, want om de rantsoenering te regelen, had de bezettende overheid drastische maatregelen getroffen. Ieder persoon kon met een landbouwer een overeenkomst sluiten voor het beplanten van een are aardappelen per persoon en ze waren maar half gelukt, daarbij werden 's nachts sedert geruime tijd zelfs halfrijpe aardappelen gestolen. Wonderlijk genoeg aanhoorde Nieke geduldig al die klachtenlitanieën, maar tenslotte zegde ze toch: ik heb dat allemaal zien gebeuren, en velen zijn gewaarschuwd geworden. Dat kon vermeden worden mits te bidden en te boeten, en als ons volk daar nu mee gestraft wordt, dan zullen ze dat verdiend hebben. Als ik u een raad mag geven, wel, gaat dan maar dikwijls ginder boven aan de kapel bidden, want er moet veel gebeden worden of het kan nog slechter worden. Ons volk voelt nog maar pas de honger of hun gemoed komt reeds in opstand. Weet, dat het deze maal Onze Lieve Heer niet zal zijn, die eerst zal bukken. Ze hebben niet willen luisteren, en nu moeten ze voelen. Ze zette iedereen aan niet opstandig te zijn maar het leed te offeren voor de bekering van de versteende harten. Daarna sprak Leonie ook over de kapelletjes, en over de grote kapel, die Onze Lieve Vrouw had gevraagd. Zij had dit reeds zolang gevraagd, en de mensen hadden nog geen tijd gevonden om aan Haar verzoek te voldoen. Ze gaf ook de raad dikwijls de ommegang te doen. Daarvoor moesten de mensen nog niet eens in hun zak tasten, en dat zou zeer aangenaam zijn voor Onze Lieve Vrouw, die hen dan ook zou indachtig zijn. Over het verder verloop van de oorlog zegde Leonie niets. Ze moesten gehoorzaam zijn aan de oproep van Hierboven en ernaar handelen, en hoe meer Onze Lieve Vrouw hier zal vereerd worden, hoe meer gunsten er zullen bekomen worden. Ten laatste zegde ze nog klaar en duidelijk, met nadruk en zeker van haar stuk, dat te Onkerzele later veel mirakelen zouden gebeuren en dat de volkeren daar Onze Lieve Vrouw zouden komen vereren. 4. Goede Vrijdag 1941. Grootse visioenen over de Paus, de geestelijken, grote ellende. Leonie's boete en overwinning, toekomstige glorie van een ziel, wat gebeuren moet …. God behoudt het Zich voor Zijn gezalfden te straffen. De vastentijd had bijzonder zwaar geweest voor Leonie. Hoe het mogelijk was dat haar benen haar dragen konden was voor mij een raadsel. De hele vastentijd zonder het minste vaste voedsel had haar weer totaal uitgemergeld, en bovendien had ze verschrikkelijk geleden aan handen en voeten en in de zijdewonde. Wat verleden jaar op Goede Vrijdag was gebeurd, was uitgelekt. Ja, hoe komt dat allemaal? In de vastentijd hadden vele vrienden gevraagd om te mogen komen op die dag, maar Leonie deed me antwoorden dat het niet kon noch mocht zijn; dat niemand zou toegelaten worden, en dat het nutteloos zou zijn zich toch naar Onkerzele te begeven, want dat de deur heel de dag op slot zou zijn, en voor niemand zou geopend worden. Ook verscheidene geestelijken hadden gevraagd om te mogen tegenwoordig zijn, maar onder voorwaarde dat geen leken zouden tegenwoordig zijn. Dat wilde Leonie niet toelaten. Ze zegde: dat kan niet, omdat ik mijn vrienden dan zou moeten beletten van te komen, terwijl ze reeds bijna acht jaar lang, door weer en wind, regen en zon, hitte en koude, trouw waren gekomen. Dat wilden de geestelijken niet inzien, maar Leonie bleef op haar stuk, en zegde dat niemand zou toegelaten worden, behalve ik met mijn echtgenote, en dat ze zich over ons niet moesten verontrusten. Leonie had me gezegd: gij moet natuurlijk komen en Maria ook. In plaats van hier te zijn van in de morgen, komt rond de middag en haast u dan, dat ge hier binnen zijt. Gaat eerst naar de kapel en blijft daar tot twaalf uur, en komt dan langs het korte veldbaantje hier naar toe, zo zal u dan niemand zien, en in plaats van langs de voordeur te komen, komt langs achter. Mijn deur zal op slot zijn en ik zal er de sleutel aftrekken; als ze door 't sleutelgat kijken, zullen ze dan denken dat ik hier niet ben, want de binnendeur zal toe zijn en ik zal mij de hele dag in de keuken houden. Dàt zal het teken zijn dat gij het zijt die bij de achterdeur staat: klopt op de deur drie maal snel achtereen en klopt dan nog driemaal op de vensterblinden, want die zullen ook toe zijn, want anders zijn ze stout genoeg om langs achter te komen kijken. Dat was dus ons akkoord. Zo gezegd, zo gedaan. Ik was met mijn echtgenote omtrent half elf in de kapel en we deden ze toe om er ongestoord te kunnen bidden, en ook voor 't geval dat er toch mensen zouden komen, ze zouden van beneden dan zien dat de kapel gesloten was. Het werd ongeveer twaalf uur en we waren opgelucht dat we zo gans alleen gebleven waren. Plots gaat de deur open en Mw. D.C. komt binnen, en zo moeten we ondanks alle voorzorgen toch dulden dat ze meegaat naar Leonie, en om verdere overlast te vermijden vertrekken we seffens haastig met grote passen langs een veldwegel, recht naar Leonie. Ik gaf het overeengekomen teken en de deur werd geopend, en weer onmiddellijk gesloten. Ze bezag de dame eens maar zei niets. Nieke was reeds getekend. Ze zegde toch nog, dat het deze morgen als een begankenis geweest was, er werd geklopt zowel op de voor- als op de achterdeur, maar Leonie bleef stil in haar duistere kamer zitten, en 't geklop was weggebleven vanaf elf uur. Nieke zegde toen niets meer legde zich in de zetel en wij zwegen ook, we namen onze paternoster en baden stil. Heel de doening van Nieke en de sereenheid van haar wezen lieten vermoeden dat er ernstige dingen op til waren. We peuzelden ons middageten op, terwijl Leonie intussen tweemaal was opgestaan en naar haar salon was geweest. Haar gewoon denken had dan reeds opgehouden, want dat had ze onbewust gedaan, de extase zou dan ook niet lang meer uitblijven. De derde maal dat ze uit haar zetel in de keuken opstond en naar voor ging, zette ze zich in de kleine zetel in haar salon neer. Het ogenblik scheen nabij. Nu zat ze in de eerste plaats, in tegenstelling met Goede Vrijdag 1940, toen ze in de keuken zat. Reeds vanaf half een had ze geen woord meer gesproken. Stilzwijgend gingen we ons ginder ook zetten. Ik bleef recht voor haar zitten, terwijl Maria naast Leonie plaats nam, heel dicht bij haar en zo dat ze van heel dichtbij het aangezicht goed kon opnemen, en als ze zou spreken, dat ze de woorden goed zou horen. Madame D.C. zat naast Maria, verder van Nieke af, op vijftig centimeter van mij. 't Laatste wat Nieke gezegd had was: ik ben blij dat er niemand is buiten u. Nu rustte ze met gesloten ogen en de rug tegen de leuning, terwijl haar handen kruisgewijs over haar borst lagen zoals gewoonlijk. Begin van de extase. Enkele minuten vóór één uur was ze reeds in vervoering. Zonder dat er iets merkwaardigs voorvalt, verlopen enkele minuten en dan horen we haar binnensmonds spreken, onverstaanbaar echter. Ze kijkt schuins en dan recht voor zich uit, maar blijft liggen tot het reeds vijf en twintig minuten over één is. Dan zegt ze plots hardop, haar ogen gericht op het kruisbeeld, dat op haar schouw staat: het bloed van mijn zijde (wonde) loopt van mijn lichaam. Madame D.C. neemt vlug uit haar handtas een witzijden doek en legt hem in de schoot van Leonie, die niets kon zien, maar met een bruuske handbeweging de doek nam en hem verwijderde, zodat deze in een ander klein zeteltje dat daar stond, terechtkwam. Enkele ogenblikken daarna tilt ze haar lichaam in stijve houding naar omhoog (het lichaam scheen opgetild te worden), en kijkt met strakke blikken naar links, vol afschrik …. ze schijnt iets zeer gruwzaam te zien, en onderwijl strekt ze haar handen afwerend uit. Leonie's woorden: de Paus in gebed voor de vrede. Haar onderscheid van de geesten. Nog nieuwe bezoekers. Na enige ogenblikken draait ze haar hoofd naar rechts en spreekt de volgende woorden uit: de Paus bidt voor de vrede, hij bidt met de armen uitgestrekt naar omhoog, hij is niet alleen, hij is omringd door vier personen (kardinalen) die ook bidden. Deze is er weer bij die men niet vertrouwen mag (deze met zijn dik rond gezicht, zoals ze na het visioen zegde). De Paus was dan niet op het Vatikaan (waarschijnlijk op Castel Gandolfo), daar bad hij in een witgekalkt kamerke. Met haar wijd open ogen volgde ze verder de scène, en ze schijnt meer dan één zaak te zien. Dan zegt ze: hij is niet braaf, en dan: o, wat een ellende, wat een verschrikkelijke ellende. En weer daarna, wijl ze haar handen samenvouwt, och, spaar hem toch. Er volgt een pauze van zwijgen terwijl ze nu rechtop zit en rechts en links verschrikkelijke dingen ziet gebeuren, en dat kan goed gemerkt worden aan haar gelaatstrekken. Om één uur zes en dertig zegt ze plots: dat verdient hij ook niet. Onderwijl begint ze te wenen en te jammeren, ze kreunt: geef ons toch de vrede; en dan: ('t) is ('t) niet waar, geef ons toch de vrede; en dan: ik heb het gedacht; en steeds verder wenend: en de kinderen? Dan schrikt ze weer hevig van links en ze wil een schriktoneel ontvluchten. Onderwijl werd lichtjes op de deur geklopt, ik doe open en de gebroeders C., uit West-Vlaanderen staan daar, ik laat ze binnen en doe teken heel stil te zijn. Ze nemen zwijgend een stoel en gaan er geknield op zitten, hun ogen op Leonie gericht. Dan zegt Leonie plots: St.-Paulus (of Symbolum?)(1), ze zet zich langzaam recht en er schijnt een verlichting te zijn ingetreden. Ze komt echter niet tot zichzelf terug, alhoewel ze ieder afzonderlijk beziet. Ze legt zich weer met haar rug tegen de leuning en ze ziet andere tonelen voorkomen. Ze zet zich langzaam recht in haar zetel, en terwijl ze langzaam de hand voor zich uitstrekt, zegt ze met een zeker misprijzen: 't is de schande voor het Christendom; en dan: ik heb dat niet gedaan, Gij zijt rechtvaardig. En om één uur vijftig zegt ze: gij bidt, maar het telt niet. Op dat ogenblik komen drie bezoeksters uit Oudenaarde binnen. Nog meer dergelijke tonelen schijnen zich voor haar af te spelen, want ze volgt heel aandachtig, rechts en links voor haar, en opeens schijnt ze zeer nieuwsgierig, en weldra komt haar wezen in een zeer misprijzende plooi, terwijl ze het visioen verder volgt. Om één uur vijf en vijftig zet ze zich bruusk rechtop in haar zetel, en bekijkt woedend en misprijzend een van de vrouwen uit Oudenaarde, die daar zoëven is binnengekomen, en naast haar heeft plaats genomen. Daarna weent ze en schijnt hevige pijnen te lijden. ------------------------- (1) Mogelijk pater Paulus Luyckx OSB.z.g. Leonie zegt verder dat hij een grote heilige is (blz. 251) --------------------------------- Grote ellende over de wereld. Leonie's heldhaftige boete. Haar toekomstige overwinning. Haar gebed voor de vrede. Na geruime tijd schijnt er weer verlichting in te treden want de pijnlijke trekken verdwijnen uit haar aangezicht en juist om twee uur zegt ze: och Here toch, mijn hoofd, en dan vraagt ze te drinken, maar ziet de tas niet die men haar komt aanbieden. Om twee uur en vijf schrikt ze weer plots op van links en zegt (derde maal): o, wat een ellende voor de wereld; en om twee uur en negen zegt ze nog eens voor de vierde maal: o, wat een verschrikkelijke ellende. Dat viermaal herhalen van die ellende die over de wereld komt, doet de bezoekers onaangenaam aan en om twee uur en tien zegt ze : Hij gaat aan (weg), en ze schijnt iets te volgen; en om twee uur en twaalf zegt ze langzaam: hier is het loon, de dood, dat is nu uw recht! Nieuwe bezoekers trachten binnen te dringen maar daar ik ze niet ken, worden ze afgewezen. Om twee uur en veertien droogt ze haar tranen af en dringt een nieuwe opwelling terug. Deze toestand duurt zo tot twee uur vijf en twintig, en dan begint ze opeens zeer snel te spreken, zo snel dat niemand haar volgen kan: onderwijl valt ze op de knieën voor het kruis en kijkt er naar op. Er komen nieuwe personen binnen zodat er een gedeelte van de woorden verloren gaat. Als er weer stilte is, kan niemand meer volgen, daar de woorden vloeiend en snel uit haar mond stromen. Dan opeens zegt ze wat trager: ik ween niet van droefheid maar van aandoening, want ik zal de overwinning behalen, … ik, …ik ben uitgemergeld tot op het been, …maar zij, ….en het volk, ….toch, ….ik moet de ellende in, ….nog meer, ….niet zichtbaar, ….maar toch moet ik niet wenen, …ik toch heb mijn plicht gedaan voor kinderen, man, gezin en volk, …en toch moet het gebeuren, …maar hoe eerder, hoe liever, …ik ben daarom niet droevig, maar ik vraag vergiffenis, …aan U, mijn God, die ik altijd heb bemind, …(onmogelijk de woordenvloed te volgen), vraag ik de vrede, niet voor mij maar voor het volk … Visioen van de toekomstige glorie Van een heilge ziel, nog in leven. Haar wezen neemt plots een blijde en heldere plooi aan, terwijl ze zegt: is er een lichtstraal? Met blij en hoopvol aangezicht blijft ze zo enige ogenblikken het kruis aanschouwen, en dan zegt ze: wie is dat schoon meisje? wie is dat? (ze zegde me later dat het de tante was van de twee gebroeders die waren binnengetreden, zoals zij later zou zijn in het eeuwige geluk (1)). Bij navraag schijnt deze dame reeds op ouderdom te zijn. ------------------------------ (1) Dergelijke visioenen treffen we ook aan bij heiligen en mystiekers. ----------------------------------- Gebed voor de vrede. Onthechting. Gesprek met Christus in het Aramees. Dreigende vermaningen voor hen die zouden moeten zien en die niet willen zien (de priesters). Nu zegt ze: ach, de vrede voor het volk, …maar liefde …voor de evennaaste, …geef mij de ellende, …die Gij mij beloofd hebt …niet zichtbaar maar onzichtbaar. Ze weent, en kijkt op een zekere hoogte voor zich, ze is in gesprek met de Heer (in een vreemde taal en met vloeiende woorden), en dan zeer traag, hardop: merci (dat had ik haar nog nooit horen zeggen), en zich omwendend naar mij zegt ze: dus, niet spreken, niets zeggen, aan niemand (ze weet dus nog niet dat er bezoekers zijn). Ze zegt: ik vraag van gedurende mijn leven gerust gelaten te worden, na het treurig leven dat ik had, veracht ik nu de wereld, de wereldse eer en glorie, …ik moet dat alles niet meer hebben, …maar spreek onomwonden na mijn dood, …zeg wat ge hier gezien en gehoord hebt, …'t is de waarheid, …nu, willen ze niets weten, …ze zouden moeten zien, …ze zullen zien, …en begrijpen, …veel meer dan hun lief zal zijn, maar ze zullen het nog meer voelen!… Ze draait haar hoofd om en begint met haar hand op haar hoofd te wrijven. Ze opent de ogen, en zoekt, ze keert langzaam tot zichzelf terug. Na een pauze kijkt ze naar omhoog en kijkt dan naar mij, en daarna gaan haar ogen van de ene naar de andere met een vragende blik. Ze zegt niets en vraagt niets. Nu beginnen de vrouwen uit Oudenaarde vragen te stellen, maar Leonie wil niets zeggen. Er werden opnieuw vragen gesteld. Leonie zegt dat ze niets te zeggen heeft en niets meer kenbaar heeft te maken: ze geloven het toch niet, maar … ze zullen wel eenmaal geloven. Het vragen herbegint en Nieke zegt: vraagt mij niets, want wat ik gezien heb is niet voor u, ge moet maar wachten, en wat gebeuren moet zal komen, nu … of later. Alle zinsdelen en woorden zijn hier weergegeven voor zover ik ze heb kunnen optekenen. Er is niets aan afgedaan noch er aan toegevoegd. Leonie's laatste commentaar: God zelf bereid een bijzondere straf voor zijn gezalfden. Leonie zegde me op het Paasfeest, dat wat ze gezien had op de priesters betrekking had, en dat Onze Lieve Heer van haar nog groter offers gevraagd had. Ze oordeelde het niet nodig er over te spreken, God heeft deze straf voor hen voorbehouden, want het zijn Zijn gezalfden en die zal Hij oordelen.


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Citaten uit "Het wonderbaarlijke leven van Leonie Van den Dijck"
    Klik op de afbeelding om de link te volgen


    Leonieke citaten deel I Citaten uit "Het wonderbaarlijke leven van Leonie Van den Dijck"

    De citaten werden hoofdzakelijk geselecteerd naar het belang, dat zij hebben voor de toestand van onze dagen. Ze werden in de chronologische volgorde van het boek opgenomen. Veel van de oudere visioenen betreffen de Tweede Wereldoorlog maar de latere slaan merendeels op de tribulaties van onze dagen. DEEL I Blz 158 tot 162 2.

    Het voorteken van de komende wereldramp [de tweede wereldoorlog]: het wonderbaar licht in de nacht. Leonie´s commentaar. Dit waarschuwend teken keert nog terug ! In de zomer van 1937 was mij reeds verschillende malen opgevallen, toen ik met Leonie naar of van de kapel kwam, dat ze telkens naar de lucht keek, en soms bleef staan om zich van iets te vergewissen. Ze had mij tot hiertoe nog geen enkele reden opgegeven voor deze zonderlinge handelwijze, zodat mijn geduld ten einde geraakte. Toen ze weer aan 't rondkijken was, en bleef staan, vroeg ik haar: Leonie, zoekt ge iets in de lucht? Ja, antwoordde ze, ik zoek iets maar ik zie het nog niet. Ik vroeg: moet er in de lucht iets gebeuren? Ja, antwoordde ze opnieuw, ik verwacht mij aan iets waar Onze Lieve Heer mij over sprak en dat Hij mij als een zeker teken zal geven. Is dat een teken voor een verschijning, Nieke? Neen, antwoordde ze. Ik mag u dat nu nog niet zeggen, maar als dat zal gebeuren is dat voor mij een zekerheid over iets. Ze vervolgde: Gij moet ook veel in de lucht kijken en maak het u gewoon, niet meer naar bed te gaan, voor dat ge verzekerd zijt dat er in de lucht niets te zien is. Ik weet dat gij dat teken ook zult zien. Ik vroeg als dat teken niet op een verschijning duidt, moet dat toch iets anders betekenen? Ja, zegde ze, maar ik mag het u nu nog niet zeggen, ik moet door dat teken zekerheid hebben. Intussen stond de tijd niet stil en alhoewel ik s´avonds de lucht afspeurde en ieder sterrenbeeld onder ogen nam, zag ik toch niets, absoluut niets. Ik durfde er haar niets meer over vragen en dus moest ik noodgedwongen afwachten. In de nazomer sprak ze er me echter zelf over; ze had nu ook reeds gezien, als we van de kapel kwamen, dat ik ook regelmatig naar de lucht tuurde. Ze zegde toen: Er zal een teken in de lucht komen dat God zal geven om de naderende wereldramp aan te kondigen. Indien we dat teken zien, sprak ze, is dat het bewijs dat het volk niet heeft voldaan aan de oproep van Hierboven, dat er dus niet genoeg gebeden werd en niet genoeg bekeringen zijn. Als we dus het teken zien, is de wereldramp onvermijdelijk. God straft nooit zijn kinderen, zonder ze op voorhand te waarschuwen. Het wonderbare licht is er. Het gebeurde dan in de avond van 24 op 25 januari 1938. De hemel werd verlicht door helle kleuren, blauwgele, rode, groene en andere, maar rood had veruit de boventoon. Op bepaalde ogenblikken scheen de lucht als een vuurzee. Overal, heel het land door en ook in andere landen was dat teken te zien, en stonden de mensen er naar te kijken. Velen aanzagen dat als een teken van naderend onheil, en dat was ook zo. 't Veranderde echter spoedig, toen 's anderendaags alle dagbladen verschenen met reusachtige kopletters en 't nieuws melden over het wondere “noorderlicht’ dat in België, maar ook nog in andere landen, was te zien geweest. De mensen slikten het, 't was "'t noorderlicht" en na twee dagen was dat reeds oud nieuws geworden, 't was vergeten. De pers had evenwel gemeld dat het licht zelfs tot in Afrika was te zien geweest. Leonie's commentaar op het teken. Leonie zegde me: laat ze maar babbelen en schrijven, die slimmerikken weten het toch altijd best, en 't kind moet toch een naam hebben. De geleerden, dat zijn toch wel grote mannen, hé? 't Is spijtig dat in die grote bollantaarnen maar zo een heel klein lichtje brandt. Ze weten alles, en 't best, maar deze keer hebben ze toch niets op voorhand gezegd, alhoewel er sommige tekenen zijn die het noorderlicht op voorhand aankondigen. Op voorhand weten die slimmerikken niets, juist zoals bij 't zonnewonder in 1933. Maar nadien weten ze alles. Daarbij, ik heb mijn ouders nooit horen spreken over 't noorderlicht en ook nog niemand anders. Het kan wel gebeuren, dat het hier eens zichtbaar is, maar op honderd jaar nog geen twee keer, en zeker niet zoals het nu is gezien geweest. En nu nog mijn laatste woord: in Afrika kan het noorderlicht nooit te zien zijn. Maar kom, we laten die geleerden opnieuw de eer, want die moeten toch van zich laten horen, opdat de mensen zouden weten dat ze ginder toch voor iets de ruimte zitten af te spieden. Uit eigen beweegreden voeg ik hier aan toe dat ook te Fatima dat licht aangekondigd werd, alhoewel er nooit op voorhand iets over geschreven was. En wat de pers betreft: ik heb, met de Winkler Prins in de hand, het relaas over het noorderlicht en zijn optreden, in een zeer gunstig gekend dagblad, bijna woordelijk kunnen volgen, precies zoals het in dat voornoemde verklarende woordenboek geschreven werd. De dagbladen hebben er genoeg kunnen over napraten. Dit waarschuwend teken keert nog terug ! Leonie waarschuwde nog: dàt teken zullen de mensen nog zien, en wel telkens God zinnens is het volk door een ramp te kastijden. Hoe meer de wereld zijn einde nadert, hoe feller het zal te zien zijn. Als slot voeg ik hier nog aan toe, dat ik, omtrent vijf jaar geleden, (de nacht van 24 op 25 januari 1949) reeds te bed was, toen mijn oudste zoon me kwam waarschuwen dat "het licht" weer te zien was. Inderdaad, we hebben het thuis allemaal gezien, niet over geheel de hemel, zoals in 1938, maar op bepaalde punten was het even hel als toen, en gedurende omtrent twee minuten was het op een bepaalde plaats als een helrode en daarna als een rosachtige massa. Het geheel duurde meer dan een kwartier! En niet lang daarna was er oorlog in Korea. 3. Hevige aardschokken. Algemene paniek. Oppervlakkige bekering. Ernstige waarschuwing voor de komende straffen. Onverantwoordelijkheid van hogerhand. De straf nadert snel. Onder Maria's beschermende mantel. Toen in de zomermaand juni 1938, ons volk op die zaterdagmiddag opgeschrikt werd, bijzonderlijk in de driehoek Gent-Dendermonde-Brussel, en in paniek uit hun huizen vluchtte, door dat onderaardse gerommel en die hevige aardschokken, werd er spoedig onder het volk terug gesproken over "dat licht" dat in januari gezien was en vele mensen zegden, ziet ge wel dat dàt geen goed teken was en wijl er daarna nog aardschokken volgden, schenen onze mensen als door een panische schrik aangegrepen. Toen ik 's anderendaags, 's zondags, bij Leonie was, heeft ze werkelijk eens hard gelachen, en dat gaf een rare indruk, want dat was haar gewoonte niet. Ik was nog maar pas binnen of ze zegde me: wel, Schellinck, wel, wel, wat heb ik gelachen toen ik al die moedige mannen gisteren 't veld zag instuiven, als hazen, 't was juist of de duivel hen op de hielen zat, en ze lieten alles achter, hun vrouw en kinderen en beesten. Ge moest dat gezien hebben, de vrouwen met hun kinderen aan hun rokken, de mannen achterna, en niemand had nog de tijd om eens om te kijken. Als ik er aan denk moet ik nog lachen. Ze stonden ginder dan op de velden uit te blazen, en niemand wist wat er gebeurd of voorgevallen was, en geen een die durfde terugkomen. Toen 't nieuws van "een aardbeving" dan de ronde begon te doen, kwamen ze dan toch afgezakt, de ene na de andere, maar ze waren nog niet lang binnen of er volgde een nieuwe schok, maar toen ging het er nog veel rapper aan toe dan de eerste keer. Als een rukwind vlogen ze hier door "de cach" 't veld in. ("cach", van het woord cache, wordt daar gebruikt om een open ruimte tussen de huizen te beduiden). Ge kunt het niet geloven, hoe dat raar gedoe aanstekelijk werkte, ik heb nog nooit gelachen zoals gisteren. Het was dan een tijdje kalm gebleven, en ze waren dan eindelijk opnieuw allemaal thuis. Als bijna iedereen voor 't avondeten aan tafel zat, volgde er een nieuwe schok, en terwijl ze buitenstormden hoorde men nog 't gerinkel van potten en tassen, die op de grond ploften. 't Was ieder voor zich, want ze sprongen elkaar omver. 'k Geloof dat ze er ginder boven ook veel plezier zullen aan beleefd hebben, als ze al die moedige mannen als een wervelwind zagen op de vlucht slaan, en de grootste babbelwijven deden deze keer voor de mannen niet onder. Wel, wel, ik heb hier al zo dikwijls horen zeggen van sommige mannen, dat ze noch van duivel noch van hel benauwd zijn, maar gisteren heb ik toch gezien dat juist deze 't hardst voorbijstormden en nog het verst liepen, zonder dat ze wisten waarom. Ge ziet hé, dat Onze Lieve Heer niet veel nodig heeft om al die helden tot de orde te roepen, en Hij heeft zoveel middelen. Oppervlakkige bekering. Toen ik deze morgen naar de eerste Mis ging, was men nog niet aan 't luiden, als zich van overal de mensen reeds ter kerke spoedden. Zij die zich op andere zondagen een gat in de dag slapen, of die geen tijd hebben om naar de Mis te gaan, maar wel tijd genoeg om op hun duiven te letten en over sport te praten, waren nu het eerst in de kerk, en niet van achter maar helemaal van voor, tot tegen de Communiebank. Ik zag er zelfs deze van hier enige meters verder, die noch in geen twintig jaar een voet in de kerk heeft gezet, maar nu zat hij ginder van voor, en de bollen van zijn paternoster gingen hem nogal vlug door de vingers. Mijnheer Schellinck de schrik zit er in, want de mensen zaten in de kerk gelijk op een kruitvat, totaal van streek en vol onrust, ze keken voortdurend rond zich en achter zich, alsof ze zich aan iets verwachtten. 's Nachts waren er ook nog veel opgesprongen, en 't is een geluk dat er in de kerk niets gebeurd is, of er waren ongelukken geweest, want ze zouden elkaar in 't portaal doodgedrongen hebben. Als die grote monden mij voorbijgingen, na de Mis, liepen ze met diepgebogen hoofd en ze deden juist als een klein kind dat beschaamd is, omdat het op zijn broek heeft gekregen. Gelukkig, zegt Leonie, was het maar een kleine schudding die we gekregen hebben en daarvoor werd er zo gelopen. Binnen een dag of tien is de schrik er weer uit en zullen de grote monden weer opengaan. Ernstige waarschuwing voor komende straffen. Werd er nu al zo hard gelopen voor die kleine schudding, wat zal het dan zijn als binnenkort de grote rammeling zal komen, en hele volken op de vlucht zullen slaan, wacht maar! Bij mijn vraag of er ook aardbevingen zouden komen, als straf voor ons, antwoordde Leonie: de eerste straffen komen van de mensen zelf en het zal er ook hard aan toegaan, maar als de mensen spijts dat, toch geen nieuw leven gaan beginnen, als er geen ommekeer komt, zal God zelf ingrijpen. Ik heb wel dergelijke straffen gezien, maar niet bepaald voor onze streken, tenzij het volk moedwillig verstokt zou blijven, maar dan heeft God ook nog andere middelen, want buigen zullen ze, allemaal en nog wel tot op de grond! Toen we op 15 september 1938 bij Leonie waren, dus op het feest van Onze Lieve Vrouw van Smarten, waren de goede vrienden ook gekomen om met Leonie samen de ommegang te doen, zoals het gevraagd was door Onze Lieve Vrouw. Even na de middag trok Leonie met dc vrienden naar de kapel en zette zich aan 't hoofd van de processie er bad een volledige rozenkrans gedurende de ommegang. Daarna werd nog in de kapel gebeden voor alle vrienden. Van in de voormiddag had Leonie reeds met nadruk gesproken en er op gewezen dat de straffen snel naderden en dat we veel, zeer veel moesten bidden, boeten en versterving doen, want dat spijts de waarschuwingen van Hierboven, het maar altijd slechter werd, en 't volk nog verder afdwaalde, terwijl ze iedereen aanzette zichzelf in orde te stellen. Veel viel er na de beeweg niet meer te zeggen, maar Leonie was toch wat ontroerd, toen de vrienden de een na de andere vertrokken. Ik bleef met mijn echtgenote nog een paar uur bij haar, en ze begon opnieuw over de aanstaande straffen te spreken, die veeleer erger zouden zijn, omdat het volk niet tot inkeer was gekomen. Men leeft er maar op los alsof alles zo maar zal blijven duren. Ze sprak opnieuw over de oorlog die onvermijdelijk was, met zijn nasleep van tuchtigingen waaronder het volk zou gebukt gaan. Onverantwoordelijkheid van hogerhand. God is uiterst barmhartig, maar ook streng als het moet. Alle ver- maningen van Boven werden in de wind geslagen, en door dezen die het maar al te goed konden weten, niet ernstig opgenomen. De tekenen die Hij reeds gaf en die nog zouden volgen werden door de mensen aanzien en uitgelegd als doodeenvoudige gebeurtenissen, en van hogerhand had men de moed niet, het volk op hun plichten te wijzen, en tot een ernsti- ge ommekeer aan te zetten. De groten die meer wisten en zagen dat de toestanden dreigend werden, bleven er op onverantwoordelijke wijze onverschillig tegenover, of misten de moed om in te grijpen. De straf nadert snel. Maria's beschermende mantel. Zeer ernstig maar treurig en bedroefd zette Leonie ons aan nog méér nog véél meer te bidden, opdat we zouden mogen gespaard en bewaard blijven onder Maria's mantel, die groot genoeg is om er iedereen onder te beveiligen. We moesten veel bidden voor de familie, voor onze geburen en in de week de Mis bijwonen voor dezen uit de gebuurte, die de Mis 's zondags verzuimden. Leonie zette aan tot veelvuldige Communie, omdat het de veiligste manier was om steeds gereed te zijn en in orde. Ze waarschuwde ons en zei dat Onze Lieve Vrouw weldra de wrekende arm van Haar Zoon niet meer zou kunnen weerhouden. Met een kruiske, een warme handdruk en "tot overmorgen" namen we afscheid. Pag 175 tot 181 2. De meimaand 1939. Gebrek aan boete, de straffen naderen snel. Steden zwaar gestraft: Aalst, Antwemen, Parijs, Indrukwekkende zekerheid van Leonie. Gespannen verwachting. Leonie zegt me opnieuw dat de straffen snel naderen. Hier in ons land wordt boete gedaan, maar niet genoeg. Godvruchtige zielen doen nachtwaken en in sommige kloosters wordt harder geboet. In 't algemeen genomen is de onverschilligheid echter te groot gebleven, en aan de dringende oproep van Onze Lieve Vrouw werd niet voldaan. Slechts een klein gedeelte van onze mensen hebben de waarschuwingen ernstig opgenomen en omwille van die hardnekkige hardhorigheid van het volk, zullen we nu moeten boeten tegen wil en dank, maar dat zal niet meer helpen. We hebben de vermaningen van hierboven verworpen, ze zijn op een schouderophalen ontvangen geweest; de dringende vermaningen van Onze Lieve Vrouw vonden geen gehoor, en nu grijpt Haar Zoon naar de roede om ons hardhandig te tuchtigen. In juni 1939 vraagt Leonie dat men vurig zou bidden tot het Heilig Hart van Jezus. Godvruchtige zielen smeken steeds vuriger om erbarmen en in ons land wordt nog meer boete gedaan en gebeden dan in andere landen. Ter oorzaak hiervan zal er een mildering zijn voor ons volk, maar er werd en er wordt nog niet genoeg gebeden. Men gelooft nog niet aan de dreigende gevaren, maar ze hangen boven ons hoofd. leder zal te lijden hebben en ieder zal gestraft worden naargelang hij misdaan heeft, en naar de graad van zijn schuld. Zo zullen er op zekere plaatsen straffen neerkomen, waarbij er velen de dood zullen vinden, terwijl anderen zullen ontsnappen. Steden zwaar gestraft Aalst, Antwerpen, Part]s Past op voor Aalst! Ik heb u dat nog gezegd. Er zal daar heel wat verdwijnen. Als ik overlaatst met Maria door de straten ging, voelde ik mij fel gejaagd. In sommige van die huizen is het daar gelijk een hel. Het kwaad walmt er naar buiten. Ik was er bang. Zo zal dat daar niet lang meer blijven duren. Aalst is een slechte stad. Ik heb dat over drie weken nog gezien, toen ik 's nachts over de wereld waarde Ik bezocht dan voornamelijk ons land. Aalst lag in de zwartste duisternis gedompeld; slechts hier en daar ontwaarde ik een klein lichtje, dat waren de goede zielen, maar er waren er niet veel. Ik dacht dat Aalst beter was, en dat komt omdat er hier zovelen van Aalst geweest zijn. Aalst is een van de slechtste steden van ons land. Uw stad zal veel te lijden hebben en op sommige plaatsen zullen hele huizenrijen, hele straten als weggeveegd worden. Gij moet geen schrik hebben want uw kant zal gespaard blijven. De kant van de statie zal het hard te verduren hebben, met de slechte huizen aldaar en ook over het water zal hetzelfde gebeuren. Terloops wil ik hier herhalen wat ze telkens zegde als ze op het punt stond te vertrekken, nadat ze ons een bezoek had gebracht. Toen ze op de drempel ten afscheid gereed stond, sprak ze: zie, van op de plaats waar we nu staan zult ge, als alles zal voorbij zijn, alleen nog de eerste huizen zien staan, zover als ge zien kunt, al het andere zal verdwenen zijn. (dat is niet min of meer dan de ganse stad). Toen Leonie me ook over Antwerpen gesproken had, dat fel zou geteisterd worden, had ze me onder andere bijzonder plaatsen beschreven die zouden verdwijnen, onder andere ook het kwartier van het centraal station. Toen na de oorlog een Antwerpse dame aan Leonie zei: Leonie, de statie is zeker erg getroffen en de schade is werkelijk zeer groot, maar ze zal toch vlug hersteld zijn; antwoordde Leonie: wat ge nu hebt meegemaakt is slechts het voorspel van wat te wachten staat, ik heb dat daar allemaal zien verdwijnen. Ook andere steden zullen zwaar getroffen worden: Kortrijk, Leuven, enz. ook Brussel zal niet gespaard worden. Alle grote steden maar bijzonderlijk de wereldsteden zullen verschrikkelijk zwaar geteisterd worden. Over de vraag aangaande onze Belgische grootsteden antwoordde ze: alle grootsteden zullen zwaar te lijden hebben, omdat het kwaad daar ook veel groter is, maar onthoud goed dat alle steden zullen lijden en ook grotere dorpen en zelfs kleinere, omdat ook daar het kwaad bestaat. In andere landen zal het nog verschrikkelijker zijn; in 't algemeen zal de wereld er uitzien als een reusachtige puinhoop. Parijs, de grote stad, zag Leonie door brand verwoest worden. Ook andere steden ondergaan hetzelfde lot; andere steden worden als volledig weggeveegd van de aarde. Daar onder de oorlog 1940-1945 nochtans zeer veel werd verwoest, is het evenwel toch niet zoals Leonie heeft gezien en houdt het dus verband met de toekomst. Dat gaat zoals bij de mieren die op en rond hun nest zwerven en de voet niet zien die hen gaat verpletteren. Zo ook zien de mensen nu het gevaar niet dat boven het hoofd hangt. Houdt dat voor u en spreek er met niemand over, maar bovenal, blijf u buiten het volk houden, zoals gij reeds lang doet. Als de straffen neerkomen, zal God, omwille van één goede, de anderen niet sparen. Houd u alleen en laat de straffende hand vrij. Indrukwekkende zekerheid van Leonie. Gespannen verwachting. 't Wordt angstwekkend zoals Nieke nu regelmatig over de naderende straffen sprak. Bij ieder bezoek van vrienden legt ze daar telkens de nadruk op. Alle vrienden zijn verwittigd. Ik ken Leonie zodanig goed dat er geen de minste twijfel kan bestaan over deze verwittigingen; maar onze ogen, onze oren speurden tevergeefs om ergens naderend onheil te bemerken. Ik zie niets dat op gevaar wijst, ook de vrienden niet en toch zijn we allen overtuigd dat het voor de deur staat. Ik had in de zes voorgaande jaren reeds te veel gehoord om niet murw te zijn. Er waren al zoveel dingen gebeurd die Leonie op voorhand had gezegd, dat het was alsof er geen twijfel meer mogelijk was. Hoe zou dat beginnen? en wanneer ging de bom losbarsten? Meer dan ooit was ik met de vrienden in schriftelijke betrekking; ze meenden van mij meer los te krijgen dan Nieke's mond wou zeggen. En het eigenaardige daarvan was, dat ik reeds dikwijls, als in een beeld, al die straffen voor mijn geest had zien voorbij trekken; maar de werkelijkheid zou geheel anders zijn. Ik kende hier bij ons straten, plaatsen en huizen die zouden verdwijnen en alhoewel wij ook de oorlog van 1914-1918 hadden beleefd, zou weldra blijken dat onze verbeelding verre onder de werkelijkheid was gebleven. 3. Met Leonie bij de bron: deze plaats is heilig! De Benedictijnse abdij Onkerzele. De bron vloeit overvloedig en blijft vloeien. Vizioen van de bron bij de kapel: die bron is heilig en zal vanzelf ontspringen. De derde zondag voor het feest van Onze Lieve Vrouw van Smarten, in 1939, was ik met mijn oudste dochter, mijn oudste zoon, mijn schoonzuster en Maurits, de soldaat in verlof bij Leonie op bezoek. Ik had haar een paar dagen vroeger wat water gevraagd van de bron, want ik wist dat Leonie er soms heenging. Ongeveer twee maanden vroeger was ik er met Nieke reeds geweest. Dat was geheel onverwachts gekomen, ze had me toen gevraagd of ik met haar wou meegaan, ze zou mij iets tonen en zeggen wat ik er moest van onthouden. Ook voor die dag had ze er mij reeds verscheidene keren over gesproken, en ik wist dus dat ze er nu en dan naartoe ging. Die zondag vertrokken we dus samen, en onderweg vertelde Leonie me, dat Onze Lieve Vrouw het aan de vrijgevigheid van het volk overliet, om de weg die er naartoe leidt te verbeteren, om alzo de bron zelf gemakkelijker bereikbaar te maken, maar zonder al te grote kosten. Ze zegde me toen ook, dat de architect van het Bisdom, om dezelfde reden daar reeds met haar was geweest, en toen Leonie hem gevraagd had hoeveel de kosten wel zouden belopen, had hij haar zijn mening gezegd. Inmiddels waren we er aangekomen en ze vroeg er nu ook mijn mening over. Het mag zo eenvoudig mogelijk zijn, zegde ze. Ik antwoordde haar dat ik geen architect was, maar gezien de grondstoffen toen nog goedkoop waren, schatte ik de kosten rond de drie duizend frank. Wel, zei Leonie, dat komt overeen met wat de architect gezegd heeft. Nieke zei verder: Onze Lieve Vrouw moet goed de gedachten van de mensen kennen; ik had gedacht dat de bron spoedig zou in orde komen, maar er is nog niets voor gedaan. Onze Lieve Vrouw zegde dat, in geval er niets voor zou gedaan worden, de bron te gepaste tijde zou ontspringen. Er is dus op het verlangen van Onze Lieve Vrouw niet ingegaan geweest, zegde ze, en wie heeft daar schuld aan? Moest ge weten wat ik hier somtijds zie. Geloof me, zegde ze, deze plaats is heilig, bijwijlen stijgt er boven de bron een straal omhoog die tot ver boven de bomen gaat, en 't is ook reeds enige malen gebeurd dat ik deze straal zag vanaf thuis, van in mijn hofke, terwijl ik daar een of ander aan het doen was, en dan mijn ogen deze kant liet opgaan. Weldadige invloed van die heilige plaats. Grootheid van Onkerzele. Ik zeg u dat er hier te Onkerzele veel is gebeurd, en dat er nog veel zal gebeuren. Ze zei: als ik hier alleen op deze heilige plaats sta, gevoel ik hier zo goed de onuitsprekelijke goedheid en grootheid van Hierboven, dan voel ik ook dat ik niets ben want Gods tegenwoordigheid laat zich hier indrukwekkend voelen. Ik kan soms huiveren van de schrikbarende heiligheid van deze plaats, en tevens voel ik mij hier zo gerust, zo licht, zo overgelukkig dat het is alsof mijn ziel telkens uit mijn lichaam wil vertrekken. Hier wordt ik ontlast van de teneerdrukkende zwaarte, die in pijnlijke dagen mijn hart in dorheid doet verzinken. Ik word hier als naartoe gedreven en ik voel me gans opgemonterd en sterk voor de volgende dagen, zo is dat bij ieder bezoek. Daarna kan ik dagen lang zo gerust en gelukkig zijn totdat er weer mensen op bezoek komen en deze wijding weer teniet doen. Plots rukt Leonie zich los uit haar begeestering waarin ze als gevangen was, en teruggekeerd tot de werkelijkheid, zegt ze: spreek daar nog met niemand over; ze zijn niet waardig om hier te komen! De Benedictijnse abdij te Onkerzele. Op die derde zondag voor het feest van Onze Lieve Vrouw van Smarten, gingen we dus met ons klein groepke, achter Nieke aan, naar de bron. Buiten uw papa, zei ze aan mijn dochter, is er nog maar één persoon hier met mij geweest. Nieke ging ons vooruit om de kortste weg te tonen, en wij volgden haar op de voet. Na een tamelijk gesukkel door het bos en de hinderende struiken, kwamen we op de plaats aan. Nieke kwam, om het zo te zeggen, onmiddellijk in vervoering, zodanig was ze onder de indruk van de heiligheid van deze plaats. Wij durfden ons niet verroeren, uit diepe eerbied. Onderwijl was Leonie begonnen met aanroepingen te bidden tot Onze Lieve Vrouw, en sprak tot Haar de schoonste liefdeswoorden, in een kinderlijke taal. Dat duurde zo vrij geruime tijd en wij wachtten, in de overtuiging dat Nieke in vervoering zou geraken, of een visioen zou krijgen, maar dat is niet gebeurd. Leonie vertelde dan allerlei over de bron en ook over het klooster dat daar vroeger had gestaan en bevolkt was geweest door paters Benedictijnen, aan wier hoofd een abt stond. Dat klooster is onder de revolutie verwoest geweest, de paters zijn er omgebracht, en wellicht konden er enkelen vluchten. Ze zegde er zelfs in visioen iemand gezien te hebben die een van de paters heeft vermoord. Het was geen soldaat maar een burger, een woesteling, die met de soldaten meeheulde en iedereen verklikte. Na de troebele tijden die we nu beleven, zal dat klooster daar terugkomen, en de paters van dezelfde orde zullen er zich opnieuw komen vestigen, want, zo zei Leonie, hun abt zal later in de processie van de ommegang, het Heilig Sacrament ter aanbidding meedragen, en men zal iets als een regenscherm boven hem dragen, dat heb ik gezien. Van dat verdwenen klooster bestaan nog cellen, die tamelijk goed bewaard zijn gebleven en nu dienst doen als kelder voor sommige woningen die daar ter plaatse gebouwd zijn. De bron vloeit overvloedig ‘t Is van onder deze puinen dat de bron zal ontspringen. Zie, zegde Leonie, ik zal ze ontbloten en ge zult zien dat er water komt in overvloed. Ze zet zich op de knieën terwijl ze de mouw opstroopt aan haar rechterarm. Met de blote hand gaat Nieke tussen de steenblokken, die daar met mos en bosplanten begroeid liggen, en ze wringt er haar hand en arm tussen, tot aan haar elleboog, en ze verwijdert het aangeslibde slijk. Daarna maakt ze met een verdorde twijg die ze daar vond, een soort greppel, doorheen de verdroogde grond, terwijl het eerste water reeds te voorschijn komt. De greppel vult zich en het water loopt verder. Ik volg het lopend water zover ik zien kan, want het verdwijnt ginds tussen de struiken. Na vijf minuten, op mijn uurwerk gezien, is het minstens reeds dertig meter verder gelopen. We staan allen rond de bron, ook Leonie, en toen we aanstalten maakten om het bos te verlaten, was het water reeds ver doorgedrongen. Leonie zegde ons dat een zijtak van deze bron onder de kapel loopt. Omtrent honderd vijftig meter verder, op een open plaats in het bos, was een gracht reeds aan 't zwellen door het aangevoerde water.Verderop konden we niets meer bespeuren, vermits de gracht daar een draai nam en ook wegens de dichtheid van het overwoekerende kreupelhout. Het water blijft vloeien De daaropvolgende donderdag was ik opnieuw bij Leonie. Ik begreep niet, waarom haar zoon Henri me vroeg of ik eens mee naar hun land wou gaan zien. Daarop antwoordde Leonie onmiddellijk: ja, Mr Schellinck zal eens meegaan, maar ziet dat ge niet te lang wegblijft. Ik kon niet anders dan meegaan, en toen we bij het land kwamen, bleef Henri plotseling staan en zegde: wel, hebt ge van gans uw leven reeds zoveel water gezien, en dat midden in de zomer, terwijl het in geen weken geregend heeft? Sedert enige dagen zijn de sluizen hier ergens opengezet, want van een donderbui kan dat water niet voortkomen, anders zou het gekleurd zijn en nu is het zo klaar dat ge gemakkelijk tot op de bodem kunt zien. 't Is nog wel, dat we hier nog niet ver van de Dender wonen, anders stonden de weiden hier reeds van over een paar dagen blank. Zie eens hoe alle grachten nu boordevol water staan, en gelijk ge ziet, het water vloeit met grote snelheid weg. Ik dacht ogenblikkelijk aan verleden zondag maar zei niets. Na korte tijd keerden we naar huis terug en waren weldra bij Leonie. Haar zoon bleef niet lang en vertrok spoedig en ik zag hem die dag niet meer terug. Wel, vroeg Leonie, hebt ge 't water gezien? Ja, antwoordde ik, komt dat allemaal van de bron? Luister, zei ze, de bron zal water genoeg geven om zelfs de omliggende gemeenten van water te voorzien. Ze bedoelde daarmee de zeven omliggende dorpen. Vizioen van de bron bij de kapel. De bron is heilig en zal vanzelf ontspringen. Leonie had vroeger een visioen aan de kapel gehad waarvan enige tientallen mensen getuigen waren. Plots verliet ze in extase de kapel, daalde de trappen af en kwam tot voor de grot, waar ze zich op haar knieën zette en met haar beide handen aan 't graven ging in de grond. Er moet daar toch wat van uitgelekt zijn, nml. dat op die plaats later de bron zal ontspruiten, vermits enkele heren, die vroeger bij de ondervragingen tegenwoordig waren geweest, onderling overeen gekomen waren, die zaken ernstig aan te pakken, aangezien er toch niemand iets wilde doen. Ze kwamen er 's nachts per auto toe, voorzien van materiaal om te kappen en te graven, en ze zetten zich in stilte aan 't werk, voor zover dat in stilte kon gebeuren. Er werden slechts enkele schoppen aarde gestoken, toen daar plotseling een vreselijk gerommel uit de grond opsteeg. Ze vluchtten hals over kop vandaar weg tot buiten Onkerzele, en lieten hun materiaal in de steek. Leonie zegde me dat de bron niet door leken moet ontbloot worden, dat het hier over een heilige zaak gaat. Daarbij, voegde ze er aan toe de tijd is verstreken; ze zal nu ten gepaste tijde van zelf ontspringen. Een hele tijd voor haar dood, ongeveer drie maanden vroeger, ging Leonie met Melania haar beste vriendin uit Onkerzele, naar de kapel bidden. Na hun gebed in de kapel daalden ze samen de trappen af en inplaats van naar huis te gaan, ging Leonie voor de grot om er ook enige Wees Gegroeten te bidden. Toen sprak ze tot de vriendin: weet ge nog de plaats waar de bron eens zal ontspruiten? Wel ja, zei ze, daar zie. Inderdaad zei Leonie, en nu we hier alleen zijn, kom, leg u eens op de grond en luister. De vriendin legde zich met het oor tegen de grond en bleef wat liggen. Toen ze rechtstond vroeg Leonie: wel? Ik hoorde het water brobbelen en bruisen. Was het diep? Neen, ongeveer tegen de oppervlakte. Nieke knikte veelbetekenend. De vriendin hernam: ik hoorde ook het water als onder de trappen doorlopen, 't was alsof het er als uitgegoten afliep. Zo vertelde me dat Leonie. Voor ze hier uit de wereld vertrok, heeft ze haar vriendin nog willen overtuigen, door er haar een hoorbaar teken van te laten opvangen. Deze vrouw heeft nog niet zo heel lang geleden, in mijn bijzijn en in het bijzijn van een geestelijke, dat feit bevestigd. 't Is een plicht van alle vrienden en oude bedevaarders van Onkerzele, Onze Lieve Vrouw te bidden opdat we mogen waardig zijn, de bron eerstdaags te zien ontspringen tot ons heil en zegen, en ook voor het volk en voor de zieken, die er voorzeker hulp en genezing zullen vinden zoals op andere bedevaartplaatsen.




    Foto

    Getuigenissen van de jongeren van Cenacolo
  • Deel 1
  • Deel 2
  • Deel 3
  • Deel 4
  • Deel 5
  • Deel 6
  • Deel 7

  • Foto

    Foto

    Foto

    Godelieve heeft voor mij
    deze prachtige pps gemaakt
    waarvoor mijn dank





    Foto

    Schrijft u wat in mijn gastenboek
    klik dan op het boek boven




    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Klik op het plaatje en krijg een prachtige rondleiding door het Vaticaan
    Ieder nummertje is weer iets moois
    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Image and video hosting by TinyPic
    Image and video hosting by TinyPic
    Image and video hosting by TinyPic
    Foto

    Een interessant adres?


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs