Als er wordt geschoten en gebombardeerd in Kabul, heeft
Hassan veel schrik, maar ik lig er ook van wakker. De dag erna vroegen we ons af
wat er gebeurd was in de binnenstad, die iets zuidelijker ligt van onze nieuwe
wijk waar we wonen. Maar Hassan en ik mogen niet naar de stad en moesten in de
wijk blijven omdat het te gevaarlijk was in de stad. Omdat we niet uit de wijk
mochten, had ik het idee om in de
populierenbomen op de heuvel naar de stad te kijken. Op weg naar de heuvel merk
ik dat Assef ons volgt, samen met nog twee jongens. Ze kwamen recht op ons af
en wilden ons pijn doen. Assef is de
wreedste jongen die ik ken, hij heeft maar één oor meer, het andere is hij
verloren tijdens een gevecht om een vlieger. Assef liep snel en kon ons zo
gemakkelijk inhalen. Hij was kwaad omdat Hassan en zijn vader bij mij in huis
zijn komen wonen en hij een andere godsdienst heeft. Assef haalde zijn boksbeugel
uit zijn zak en stak hem over zijn vingers. Assef zei dat Hassan een schande is
voor de maatschappij. Opeens nam Hassan zijn katapult en richtte een steen
recht op het gezicht van Assef, en riep dat hij moest verdwijnen. Assef riep
nog een paar dingen en vertrok dan met zijn twee vrienden. Toen we thuiskwamen
zei papa me iets heel verontrustend : de koning is weg .
Ik schreef mijn blogberichten vanuit de ogen van Amir.
p.8
Op mijn 12de, toen ik klein was, klommen Hassan
en ik vaak in populierenbomen. De populieren stonden aan mijn vaders huis.
Hassan en ik klommen erin om mijn buren te pesten. Hassan is mijn beste vriend.
Met een scherf van een spiegel scheen ik in de ogen van de buren. Ik gaf de
scherf door aan Hassan, elk om de beurt konden we eens schijnen. Als we in zo
een boom zaten haalde ik Hassan soms
over om met zijn katapult walnoten te schieten naar de herdershond van de
buren. Hassan wou dit nooit, maar als ik aandrong, weigerde Hassan mij nooit
iets. De vader van Hassan, Ali, betrapte ons soms en werd dan altijd kwaad. Ik
wou dan altijd geniepig wegstappen omdat ik schrik kreeg van Ali zn stem. Toen
Hassan het altijd moest uitleggen aan zn vader, verklikte hij nooit dat de
spiegel mijn idee was. Hassan ging voor mij altijd door het vuur. Mijn vader
had ons een nieuw huis gebouwd in de nieuwe wijk, een welvarende wijk in het
noordelijke deel van Kabul. Het was het mooiste huis dat er stond, alles was
van marmer. De vloeren van de vier badkamers waren zelfs van mozaïektegels.