naar Noorwegen en terug Kurt, Elke en Berre trekken voor drie maanden rond in hun B-mobiel. Het vooruitzicht: tijd, neus achterna, nat- en cultuur en alles wat hun weg kruist...
10-07-2010
Het Zuiden zuigt...
Dienstmededeling
De blog geraakt niet
altijd zo vlot bijgewerkt als we wel zouden willen, en zoals ge merkt is hij
ook fotoloos. Dit is doordat het internet hier niet overal zo vlot beschikbaar
is, en daarenboven redelijk duur. Wie dus fotos van Noorwegen wil zien, moet
maar eens gaan kijken op het groot internet. Wij smijten die van ons er wel
eens op als we thuis zijn.
Tsjoeke Tsjoek op den toeristentrein
Een volgende tussenstop
is Flam, een dorpje gelegen aan de wonderschone Naeroyfjord, een ware fuik als
het aankomt op toeristen in allerlei soorten en maten.
We hebben ondertussen
gemerkt dat we ergens een lek hebben in de gasleiding dus om het zekere voor
het onzekere te pakken zijn we even aangewezen op campings tot we de oorzaak
hebben gevonden. Onze ijskast werkt namelijk ook op elektriciteit maar de
batterij is niet sterk genoeg om een volledige nacht de ijskast te
trekken.
Zeker in deze streek is
dat een ietwat kostelijke grap (gemiddeld ben je 25 kwijt voor een nachtje)
gezien de massas toeristen die zich hier genoodzaakt zien te moeten passeren.
In Flam hebben we ervoor
gekozen om een treintje den berg op te nemen naar Myrdal, een plek een duizend
meter hogerop, waar de treinen vanuit Oslo en Bergen aankomen en waar de mensen
op dit berggeittreintje moeten overstappen willen ze deze streek wat verkennen.
Aangezien dit ritje in
zowat alle folders en reisgidsen wordt aangeprezen als absoluut niet te missen,
waren we daar zeker niet alleen. Zoals eerder gezegd komen hier tijdens het
hoogseizoen zon miltroen (dixit Berre) toeristen gepasseerd en dat merk je
meteen. Bussen met veelal bejaarden worden hier bij bosjes op de trein gesmeten
waardoor er tijdens de rit nauwelijks iets te zien is van het landschap gezien
iedereen die zijn vakantie liever door de lens ziet passeren, je zicht staat te blokkeren om waarschijnlijk
wonderschone fotos te trekken van de ettelijke watervallekes die van de berg
af komen donderen en de prachtige uitzichten op de vallei.
Onderweg een
onwaarschijnlijke tussenstop aan een enorme waterval. Iedereen van de trein op
een plateauke. Foto, foto, foto en dan plots lieflijke Noorse volksmuziek
waarop ergens halverwege de waterval een jonge deerne een halfslachtige moderne
dans tentoonspreidt tot grote vreugde van vooral onze talrijke Aziatische
vrienden. Na twee minuten foto, foto iedereen terug op de trein en rijden maar.
Op de terugweg zijn we om even tot rust te komen dan maar een stuk te voet
terug naar beneden gekomen tot aan de eerste tussenstop. Berre zijn beentjes
zijn nog niet in topvorm dus daar maar terug de trein op.
Berre achteraf op de
camping nog wat voetballessen gegeven aan een stel Duitsers, maar zoals jullie
ondertussen al wel weten, heeft het niet mogen baten. Gedaan dus met al die in
Mannschaft T-shirt rondlopende Duitsers die zich al Weltmeister wisten. Spijtig
voor hun dan toch.
Rijden, rijden, rijden, kijken, kijken, kijken
In tegenstelling tot de
in de spectaculaire treinrit, blijkt onze eigen bus ons nog steeds door de
meest spectaculaire landschappen te loodsen, en niemand die ons zicht blokkeert.
Soms wel een beetje spannend op de veeleer smalle bergwegen langs de fjorden,
waar veelal onervaren chauffeurs zich met hun veel te grote gehuurde mobilhomes
aan het landschap liggen vergapen. Maar we blijven het zeggen. Schoon!
Gelukkig is een zijstraat
pakken dikwijls al genoeg om aan de massa te ontsnappen, en ook dan botst ge op
wonderlijke dingen. Een paar prachtige staafkerkskes bezocht onderweg, met daar
rond zeer idyllische kerkhoven, waarvoor Berre een bijzonder bizarre
belangstelling blijkt te bezitten. Verder een charmant, rustig openluchtmuseum
en landschappen om van te watertanden. Tenzij de talrijke tunnels even uw zicht
belemmeren. Soms voor 100
meter, soms voor 11 kilometer, meestal
lekker donker en niet veel breder dan strikt noodzakelijk. Met claustrofobie is
het hier geen aanrader.
Hop Bok de Preekstoel op
Wat dan weer geen
aanrader is met hoogtevrees is het obligate bezoek aan de Preikestoelen, dé
toeristische trekpleister in deze streek. Een steile klip waarvan je van zon 600 meter de diepte in
kan kijken naar de lieflijke Lysefjord. De twee uur durende klim wordt niet
aangeraden voor kinderen onder de tien tenzij het echte berggeiten zijn. Berre
toonde zich, gestimuleerd door een Duits vriendje, echter een waardig bokje,
hoewel hij van het over de klip in de diepte staren niet echt fan was.
Nee papa niet doen! De
beklimming zelf was ook zeer de moeite, hoewel het bijwijlen een beetje op het
treintje leek op het vlak van tour touristique. Maar toeristenkijken is ook nog
wel grappig.
Berre Blogt
Waar Berre in het begin
van de reis nogal terughoudend was tegenover al die raar sprekende kindjes,
maakt hij ondertussen al vlot contact op een manier die alleen kinderen kunnen.
Hier eens petanquen met een Zweedje, daar wat ravotten met een Noreke, wat
voetballen met Duitserkes, tikkerke met een Norinneke, piraat spelen met nog
eens een Duitserke (ik begrijp die soms een beetje!) en helemaal uit de bol met
een Nederlandse broer en zus (Hey, die spreken dezelfde taal!).
Als er geen andere
kindjes in de buurt zijn amuseert hij zich ook best. Spelen met mama en papa,
mee werken in de bus, bloemen bewonderen en mussen voederen, fotos maken van
de onwaarschijnlijkste details, veel goeie en flauwe grapjes maken, rijmen en
dichten, paarden en hondjes strelen en veel harten stelen.
Verder een ideale
compagnon om musea mee te bezoeken. Of het nu glaskunst is, een volksmuseum of
moderne kunst, Berre is altijd fan, en doet ons dingen zien die we anders niet
zouden gezien hebben, of toch niet op die manier.
Het Zuiden zuigt
Intussen stilaan richting
zuiden aan het rijden, maar echt warmer wordt het er niet op.
Niet dat we mogen klagen
over het weer, want meestal droog en geregeld zon.
s Avonds koelt het echter
snel af, en op de meeste plekken weten onze stekevriendjes ons nog wel te
vinden.Voeg daarbij de snelheid waarmee de Noorse Kronen de uitgang van onze
portefeuille vinden, en de drang naar het zuiden wordt er niet kleiner op.
Nog een paar dingen op
ons programma hier in Noorwegen en dan de overzet naar Denemarken, maar
daarover later meer.
We stellen het goed, en
komen stillekes terug dichter.
De GVR moogt ge eens lenen als we terug zijn. Dat duurt nog wel efkes. En als hij wil mag Sep ook mijn Ben 10 lenen Ik mis jullie niet hoor omdat jullie dat masker hebben meegegeven.'t Zijn soms wel toffe maar ze zeggen zo weinig. De Gvr bestaat in reuzenland en das de enig vriendelijke reus dat er is.!!! en trollen zijn hier ook A 't Is nog veel te vroeg maar toch al een gelukkige verjaardag voor je mama. Dikke kus Berre bbbbbbbbberre
sdhj betekent in't Noors brave Sep. thomas moet ooit nog eebnxsrre terug komen naar jullie en ikke ook.
Onze ruk noordwaarts
langs de kust van Zweden, was op het anti-mugfront geen succes, en aangezien echt
iedereen die we tegenkwamen zei dat het in het Noorden nog veel erger was, onze
steven maar richting westen gewend.
Noorwegen, here we come.
Maar eerst nog efkes door
een schoon stukske Zweden. Want schoon is het alleszins.
Overal langs Zweedse
wegen komt men tegen.
-gigantische
bossen vol mossen
-oldtimers in
alle vormen en maten, vooral Amerikaanders
-muggen en
knotsen (klein en gemeen, en vooral met veel)
-meren, er
zouden er zon half miljoen zijn in Zweden, en dat merkt ge.
-Vlaggen,
zowat om de drie huizen staat er wel ne vlaggemast die u er aan moet doen
denken dat ge nog in Zweden zijt. Zouden ze bang zijn dat ze dat zelf vergeten?
-Daarenboven
is alles wat bij ons rood-wit is of geel-zwart (pijlen, borden, ) hier in
geel-blauw. Ma Ria zou hier content zijn.
-Veel
veelkleurige veldbloemformaties
-Een divers
assortiment aan roadkill (voskes, wasberen en wat nog meer)
-Golfterreinen
bij de vleet
-Vakantiehuisjes,
vooral aan de kust, die het wildkamperen aan de kust behoorlijk bemoeilijken
gezien dat 150 meter
van bebouwing mag
Verder heel tof dat zowat
alle Zweden onder de 65 vlot Engels spreken. Ons Zweeds is namelijk nog neut eum
euver neur heus teu schreuven.
En wat ook geweldig is
het zogenaamde allemansrecht, het principe dat alles wat ni van iemand in het
bijzonder is, en dat is in Zweden nog heel veel, eigenlijk van iedereen is.
Vandaar geen probleem om wild te kamperen, eender waar te wandelen, bessen te
plukken, te vissen, jagen, of wat dan ook.
Als de staat zelfs naast
verlaten meertjes gratis toiletjes, kleedhokjes, kampvuurplekken met door
gemeentepersoneel aangeleverd, op maat gezaagd brandhout voorziet, dan denkt ge
wel eens meewarig aan het armoedig Belgisch zwembeleid. (Boekenberg, E10put,
waar ge al geluk hebt dat de politie u niet komt wegjagen, wij vragen ons soms
af of ze hier wel politie hebben)
Maar nu dus effe rijden,
met DJ Berre.
Als hij voldoende aangemoedigd
wordt om af te wisselen, komt dat best goed.
Zijn top 10 die geregeld terugkomt
ziet er als volgt uit:
Berres top 10
-Sepultura
-Reverend
Horton Heat
-Creature with
the Atom Brain
-Pixies
-Foo Fighters
-Hugo
Matthijsen en de Bomen
-Oharas
-Lattirail
-Jack Johnson
-Porno for
Pyros
Ozewieze ozewieze Oslo
Noorwegen dus de
overgang tussen Zweden en Noorwegen voelde weggewijs een beetje hetzelfde aan
als den overgang tussen Duitsland en België. Petum petum petum
Op t eerste zicht
minstens even prachtig , misschien een beetje ruwer. Aan vlaggen hier ook geen
gebrek, alleen staan er hier minder huizen dus kom je ze minder tegen.
Om ons anti-muggenbeleid
even verder te zetten zijn we meteen terug de stad ingedoken namelijk Oslo.
Onze eerste nacht Noorwegen hebben we doorgebracht in Nes, ergens op een
schiereiland in de waanzinnig grote Oslofjord, zacht zeebriesje, prachtig
uitzicht op de baai (hoeveel keer mag een mens eigenlijk prachtig of andere
krachttermen gebruiken op een reis als deze???) Af en toe een camping ertussen
doet een mens eens wat frisser ruiken, de was nog eens gedaan, Berre nog wat
socializen met de lokale kindjes, .
Na het observeren van
kwallen, stenen, mossels, meeuwen , richting centrum.
We hebben ons tegoed
gedaan aan nog wat cultuur, deze keer de bootcultuur.
Eerst zijn we een heus
Vikingschip uit de goeien ouwen tijd gaan bezichtigen, t was mooi maar niet
zo indrukwekkend als het Kon Tiki Museum. Een museum volledig gewijd aan het
levenswerk van Thor Heyerdahl, onwaarschijnlijk inspirerend. Deze man is er
onder andere in geslaagd om op een vlot ter grote van ongeveer 4 op 10m van
Peru naar Tahiti te varen. Enkel om te bewijzen dat de link tussen de
verschillende culturen in de oudheid mogelijk was. De man en zijn bemanning
hebben er 101 dagen over gedaan. Hij voer ook nog op een rieten boot van
Marokko naar de Caraïben, ontsluierde de geheimen van de Paaseilanden en zette
terloops de problematiek van de olievervuiling op de internationale agenda.
Kleinzoon Olav doet momenteel hetzelfde met de plasticvervuiling met de
Plastiki ,check the internet.
Verder werden we niet
echt warm of koud van Oslo. Stad aan t water, veel water met zon 150 eilanden
in de onmiddellijke buurt. Dus weer bootje varen. En nog altijd niemand
zeeziek! Nog even het Noors kampioenschap Skateboarden meegepikt, dat we
toevallig tegenkwamen, en weg waren we weer.
Met de Ford naar de Fjord
Go West! Het eerste stuk
ten westen van Oslo was niet zo bijzonder boeiend (misschien raken we verwend)
maar hoe verder van de stad, hoe boeiender, bergachtiger en ruwer het
landschap. Na de dure camping in Oslo weer eens besparen met wildkamperen. Aan
een pittoreske zijlagune van een rivier op een ruime parking met sanitair. Tof,
maar ook hier weer muggen, en vooral Knotsen, om zot van te worden.
Gelukkig de dag nadien
verder de bergen in, en deze keer overnachting op een hoogplateau omgeven door
nog steeds besneeuwde bergen rond een spectaculair bergmeer. Langs alle kanten
werd dit gevuld door hetsmeltwater van
de omliggende bergen.
Toen bleek dat het
riviertje (beekje) waar wij naast stonden, verzandde in een doodlopende delta,
gingen we driftig aan de slag om het water op weg te helpen naar het meer. Rots
en Water in praktijk. Heel plezant, en wij heel fier toen de geleverde
inspanningen tot resultaat leidden. Ons riviertje vervolgens de BEK gedoopt,
Berre er nog gauw een kabouterbrug over gebouwd, en wat bleek de dag nadien. Ze
was al gebruikt te zien aan de sporen van de kabouters (voor de onwetenden, mos
is kaboutergras, achtergelaten als ze ergens gestapt hebben, het stikt hier dus
van de kabouters) Toch nog geen enkele gezien. Wat we tot ons groot
enthousiasme wél gezien hebben tijdens onze rit. Een overstekende moeder eland
met veulen, zo maar ineens in het wild. Schoooooon! Net als betoverend
berglandschappen met overal neerstortende watervallen, woeste bergrivieren,
vredige bergmeren en uitlopers van fjorden, razend ruwe tunnels waarrond en één
keer zelfs waarin horden schapen zich rustig over de weg begeven. Soit, ge verstaat.
Mooi mooi mooi.
Nu ergens aan een fjord
in de bergen, maar daarover later meer.
Met ons gaat het in elk
geval heel goed, we missen jullie, maar nog lang niet genoeg om al terug te
komen. Dikke kussen.