Quand c'est
Dit stuk gaat over de hypocrisie van de Serviërs. Zo mocht ik de eerste twee weken 's morgens niet douchen, omdat het te koud was buiten. Ik zou er sinusproblemen door oplopen, zeiden ze. Toen ik eenmaal doorhad dat sommigen zich al wasten voor ik wakker werd, heb ik dat advies naast me neergelegd. Daarbij komt nog dat ik acht uren wiskunde in de week volg. Sinusproblemen zal ik dus wel niet snel krijgen.
Een ander heikel punt is de vluchtelingenpolitiek. Voor hen is het normaal dat ze geen vluchtelingen binnenlaten. Al vinden ze het wel schandalig dat bijvoorbeeld België (ik noem nu maar een willekeurig land) een tekort aan opvangcentra heeft. Argumentatie volgt al snel. "Iedereen heeft toch recht op water en onderdak?" Een vraag die tot nadenken stemt...
Tot slot nog twee momenten van de afgelopen week, die me lichtjes verbaasden. Het eerste gaat over een bezoek aan het kerkhof ter nagedachtenis van een overleden nonkel. Erg tragisch, 57 jaar, longkanker. Choquerend feitje: ze plantten een brandende sigaret in de aarde voor zijn graf. "Hij hield zo van roken." Het thema van de tweede gebeurtenis is hetzelfde. Ik mag namelijk een flesje water dat ik gekocht heb, niet bijvullen. Dit zou de kans op kanker aanzienlijk vergroten. Is getekend, Jana Stojanovic, de grootste roker van het gezin.
Where are U now
Het gezin wordt afgeslankt. Niet letterlijk, ik krijg nog steeds genoeg eten voor twee. Wel vertrekt de oudste zus volgende week naar Belgrado om te gaan studeren aan de universiteit voor politieke wetenschappen. Alles en iedereen lijkt hier plots vreselijk gestrest te zijn. Familie en vrienden die nog een 'laatste' keer Majda willen zien en op bezoek komen. Een drukke bende, dat verzeker ik u. Zelf blijf ik dan liever op mijn kamer. Ik heb genoeg voorhanden: het sudokuboek ligt nooit ver weg, net zoals de eindeloze lijst van Servische woorden. Daarbij komt nog dat ik mijzelf ook klaarmaak voor vertrek. Van donderdag tot zondag zal ik namelijk in een ander gastgezin verblijven, een tripje voor AFS, in het kader van IDD (International Dialogue Day).
Christine
Opgepast. Dit is een inhoudsloze alinea. Het gaat over mijn onvermogen de namen van leerlingen uit mijn klas te onthouden. Drie jongensnamen - Jovan, Matija en Urosh - dat gaat nog net. Bij de meisjes is het moeilijker. Tanja, de enige (natuurlijke) blondine van de klas en Dragana (lang, krullend haar) zijn nog herkenbaar. De rest haal ik consequent door elkaar. Gelukkig is er geen giscorrectie aanwezig en vinden ze het niet erg dat ik ze allemaal Christina noem. Echt vaak zit ik er echter niet naast aangezien vier meisjes Christina/Hristina heten.
Wie de bal kaatst, kan hem terug verwachten. Ik word nu Brisel genoemd, het equivalent van Brussel, zeg maar.
|