De werkloosheidsgraad geeft de mate van werkloosheid weer onder de beroepsbevolking. Deze is hoger dan gemiddeld in vergelijking met Limburg. Houthalen-Helchteren bekleedt hier de 3de plaats. (In oktober 2007 bedroeg de werkloosheidsgraad nog 8,00 % in Houthalen-Helchteren en 6,80 % in Limburg.)
Wat de jeugdwerkloosheidsgraad betreft, bekleedt onze gemeente de 5de plaats. Het risico op werkloosheid is bij vrouwen groter dan bij mannen en is in Houthalen-Helchteren gemiddeld groter dan in Limburg. (In oktober 2007: 5,65 % mannen werkloos tegenover 10,98 % vrouwen).
De werkzaamheidsgraad geeft het aandeel van de werkenden onder de bevolking op beroepsactieve leeftijd (18-64 j.) weer. Deze is gemiddeld lager dan in Limburg. Hetzelfde kan gezegd worden voor de mate van toegankelijkheid van de arbeidsmarkt voor vrouwen (in vergelijking met mannen): Houthalen-Helchteren bekleedt hier de 31ste plaats (van de 44). Hoe hoger de werkgelegenheidsgraad, hoe meer jobs beschikbaar zijn op het grondgebied van de gemeente t.o.v. het aantal inwoners op beroepsactieve leeftijd. Met een werkgelegenheidsgraad van 54,1 % scoort Houthalen-Helchteren bijna evengoed als Limburg, doch haalt ze niet het niveau van het Vlaams Gewest.
Het gemiddeld netto belastbaar inkomen per inwoner geeft aan dat de gemiddelde financiële draagkracht van de bevolking gemiddeld lager ligt dan dat van Limburg (38ste plaats). De helft van de gezinnen verdient meer dan 18.720 euro, wat vergelijkbaar is met de rest van Limburg. Het percentage inkomens < 20.000 euro wijkt ook niet veel af van dat van Limburg. Het percentage leefloners wijkt niet fel af van het gemiddelde van Limburg, terwijl het percentage ouderen met een inkomengarantie voor ouderen (IGO) lager ligt dan Limburg. Ook de cijfers van mensen met recht op een verhoogde tegemoetkoming in de ziekteverzekering als de ambtshalve geschrapten liggen lager dan deze van Limburg.(Bron: interpretatie door PPPP-project Politie Houthalen-Helchteren)
De omvang van de laaggeschoolden bij de niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) ligt hoog in Houthalen-Helchteren (4de plaats). Ook het percentage werkzoekenden langer dan 2 jaar werkloos ligt gemiddeld wat hoger, wat erop wijst dat de arbeidsmarkt minder toegankelijk is. Het percentage werkzoekenden van EU-ex-migratielanden en lage-inkomenslanden ligt beduidend hoger in vergelijking met Limburg (3de plaats). Hun afkomst vormt een risicofactor en verhoogt de kans op uitsluiting van de arbeidsmarkt. Werkzoekenden met cumulatie van minstens 2 of 3 risicofactoren11 vinden we ook meer dan in de rest van Limburg. Zij vormen de groep van de moeilijk tot zeer moeilijk bemiddelbare werklozen.
Daarnaast zijn de categorieën werkzoekenden jonger dan 25 jaar en langer dan 1 jaar werkloos en/of zonder diploma HSO meer terug te vinden in onze gemeente dan elders. De werkloosheidsgraad in Houthalen-Helchteren bedroeg in oktober 2007 : 8,00 %. Dit percentage ligt ruim hoger dan het Vlaams gemiddelde dat 6,11 % bedraagt en de werkloosheidsgraad in Limburg (6,80 %). Het betekent voor Houthalen-Helchteren wel een daling van 2,70 %, wat beter is dan in de rest van Vlaanderen (- 1,35 %). In oktober 2007 waren er in totaal 1.091 NWWZ. Hiervan waren er 233 NWWZ van Turkse of Maghrebijnse herkomst.
Allochtone armoede
In België bevindt 12,7% van de bevolking zich onder de armoedegrens. Terwijl bij de autochtone Belgen slechts 10,2% onder de armoedegrens leeft, ligt dit al een pak hoger bij inwoners van Europese herkomst (15%) of van niet-Europese herkomst (29,9%). Als we in detail kijken naar de drie traditionele groepen arbeidsmigranten zijn de cijfers nog schokkender. 55,6% van de personen van Marokkaanse herkomst en 58,9% van de personen met Turkse roots bevinden zich onder de armoedegrens. Personen van Italiaanse herkomst nemen met 21,5% een middenpositie in tussen de Belgen en de personen van Turkse of Marokkaanse herkomst. Toch hebben ze nog dubbel zoveel kans als de Belgen om in armoede te leven. Terwijl van de personen met Belgische herkomst 4,1% moet rondkomen met een inkomen van minder dan 500 euro, ligt dit percentage stukken hoger voor personen van Turkse of Marokkaanse herkomst: respectievelijk 38,7% en 25,0%. Ook zijn ze minder sterk vertegenwoordigd in de hoge inkomenscategorieën. Dit resulteert ook in een lager gemiddeld inkomen. Bijna 1 op 3 personen van Turkse herkomst geeft aan moeilijk tot zeer moeilijk rond te kunnen komen met hun beschikbare inkomen. Bij degenen van Marokkaanse herkomst ligt dit nog een stuk hoger (37,7%). Bij de Belgen ligt dit percentage drie keer lager. (Bron: interpretatie door PPPP-project Politie Houthalen-Helchteren)
Deze cijfers geven ons een beeld van de situatie. Het zijn cijfers waarop het lokaal sociaal beleidsplan van onze gemeente voor de periode 2008-2013 op gebaseerd is. Echter, met de recente economische crisis dienen deze cijfers naar alle waarschijnlijkheid in een ander daglicht geplaatst te worden.
|