De zoektocht naar en ontginning van radioactieve ertsen begon in de Verenigde Staten aan het begin van de 20e eeuw. Er werden toen bronnen van radium gezocht, voor gebruik in lichtgevende verf voor wijzers in horloges en dergelijke. Radium werd gevonden in uraniumerts. In 1935 werd de belangrijkste uraniumisotoop, 235U, ontdekt door de Canadees-Amerikaanse natuurkundige Arthur Jeffrey Dempster. Uranium werd voor de defensie-industrie van belang gedurende de Tweede Wereldoorlog. In 1943 werd in Colorado uranium gewonnen voor het Manhattanproject. Maar uiteindelijk werd het meeste uranium voor het Manhattanproject en vooral voor de atoombom Little Boy geleverd door de Belgische regering in ballingschap, vanuit Belgisch-Congo. Er werd zelfs Duits uranium gebruikt dat was buitgemaakt op de onderzeeboot U-234.
Rond 1960 nam de behoefte aan militair uranium in de Verenigde Staten af door de nucleaire ontwapening. Tegelijkertijd kwam er meer behoefte aan uranium voor gebruik in kernreactoren
Getijdenenergie is wel hernieuwbare energie, maar geen vorm van zonne-energie, omdat de getijden op aarde primair worden veroorzaakt door de aantrekkingskracht van de maan.
De zon is een ster die zich gemiddeld op 150 miljoen kilometer afstand van de aarde bevindt. De energie die de zon uitstraalt ontstaat door kernfusie. De atmosfeer en de magnetosfeer (het magnetisch veld van de aarde) beschermen het leven op aarde tegen het grootste deel van de schadelijke straling die de zon naast licht en warmte eveneens uitstraalt. De hoeveelheid energie die de aarde bereikt, is ca. 9000 maal groter dan de energiebehoefte van alle 7 miljard aardbewoners samen. De energie bereikt de aarde als licht en warmtestraling, een mengsel van elektromagnetische straling van verschillende golflengten, voor 99% liggend tussen 300 en 3000 nm. (De golflengten van zichtbaar licht vallen tussen 390 en 780 nm)
Windenergie heeft via de zeilvaart een belangrijke bijdrage aan transport gegeven, maar zeilschepen worden tegenwoordig voornamelijk nog gebruikt voor de pleziervaart. Er zijn echter plannen en experimenten om ook vrachtschepen wederom uit te rusten met zeilen[1][2] De eerst beschreven windmolen was die van Heron van Alexandrië in de 1e eeuw.[3][4] In zijn beschrijving maakte hij gebruik van een door wind aangedreven wiel om lucht door een orgel te blazen. Uit andere bronnen is te halen dat er in het 4e-eeuwse China en Tibet al een type gebedsmolen voorkwam dat door wind werd aangedreven.[5]
Waarschijnlijk is het dat sinds de 12e eeuw het gebruik van de windmolen in West-Europa opgang maakte. De oudste nog bestaande molen van de Lage Landen dateert uit 1183 en werd gebouwd in het graafschap Vlaanderen te Wormhout. Belangrijke toepassingen van windmolens waren het malen van graan, het pompen van water en ook het zagen van hout. Het gebruik van windenergie heeft in Nederland een grote vlucht genomen met de inpolderingen de droogmakerijen in de 17e eeuw. Dankzij het werk van deze windmolens kreeg Nederland zijn huidige aanzien.
Met de uitvinding van de stoommachine aan het eind van de 18e eeuw had men een krachtig en betrouwbaar hulpmiddel dat kon worden ingezet zonder afhankelijk te zijn van de wispelturigheid van de wind. Daardoor verdwenen windmolens langzamerhand uit het landschap. Alleen voor kleinschalige toepassingen bleef het gebruik van windenergie tot ver in de 20e eeuw gehandhaafd, uit Amerika kwam de windmotor en uit Piershil het Bosman-molentje. Deze laatste molenpomp, ook bekend als opbrengertje, was lang beeldbepalend in de Nederlandse polders.
Met de ontwikkeling van de elektriciteit in de negentiende eeuw werden ook pogingen ondernomen om elektriciteit te winnen met behulp van windenergie. Door de hoge investeringskosten was elektriciteitsproductie door windenergie alleen op kleine schaal economisch in gebieden waar nog niet was geïnvesteerd in infrastructuur van elektriciteitstoelevering. In het Belgische Gistel liet de burgemeester Alfred Ronse in 1933 achter zijn kasteel Ter Waere een molen bouwen (de Meerlaan) die vooral bedoeld was om elektriciteit op te wekken. Met behulp van riemen over de conische gedeelten slaagde men er effectief in om elektriciteit te produceren. Ulrich Hütter bouwde, in 1957 in Duitsland, een 100kW-horizontaleaswindturbine met aerodynamisch gevormde glasfiber vleugels met hoekverstelling (zie Windturbine-aerodynamica), het oermodel van de moderne windturbine.[6] De jaren 60 en 70 van de twintigste eeuw kenmerkten zich door veel kleine particuliere initiatieven. Eenvoudige windmolens met generatoren van enkele kW tot enkele tientallen kW verrezen in polders op plaatsen waar behoefte was aan elektriciteit. Dankzij subsidiëring waren sommige experimenten zelfs rendabel. Pas na het doemscenario van de Club van Rome en de oliecrisis van 1973 begon het besef te groeien dat fossiele energie eindig is en dat te zijner tijd alternatieven zullen moeten worden gebruikt. De overheid stelde subsidies ter beschikking en er werd geëxperimenteerd met alternatieve bronnen van energie. In Tvind, Denemarken, verrees in 1977 de eerste Europese megawatt windturbine.[7] Nieuwe verticaleaswindturbines als de Darrieus- en de Savoniusrotor werden onderzocht maar de vermogen/gewicht verhouding bleek laag in vergelijking met de horizontaleas-windturbine.
Verschillende landen startten projecten om op grotere schaal elektriciteit te winnen. In 2003 was het vermogen mondiaal opgelopen naar 31 GW, tegen 2 GW twaalf jaar daarvoor.
Eind 2017 stond in de wereld 539 gigawatt windcapaciteit opgesteld. Dit vermogen was in 5 jaar bijna verdubbeld. Van de 539 GW stond 188 GW in China, 169 GW in de Europese Unie en 89 GW in de Verenigde Staten.[8]Windparken genereerden 1120 TWh, dat was 4,4% van de totale elektriciteitsopwekking in de wereld
Een collage van bewerkingen met 17 verschillende digitale filters van instagram van dezelfde fote.
instagram, onderdeel van het bedrijf facebook, is een website en gratis mobiele app om digitale foto's en video's met een speelduur van 60 seconden uit te wisselen.
De foto's en video's kunnen digitaal gefilterd worden en uitgewisseld op sociaalnetwerksites, zoals die van instagram zelf.
Bij een video wordt de speelduur getoond, maar kan niet naar een bepaalde tijd/fragement worden genavigeerd.
De video kan niet worden gepauzeerd.
De functionaliteit van de website is beperkter dan van de app.
Het uploaden van video'sen foto's kan alleen vai de app.
Bovendien kan alleen in de app een lijst verkregen worden van de foto's/video's van een account.
Op de website kan de content van een account alleen in rastervorm worden weergegeven.
Ook kan men via de website geen directe berichten versturen naar andere accounts.
In september 2017 maakte instagram bekend 800 miljoen geregistreerde gebruikers te hebben.
Een weblog of blog is een persoonlijk dagboek op een website dat regelmatig, sosms meermale per dag, wordt bijgehouden.
Meestal gaat het om teksten die in chronologische volgorde veschijnen.
De aureur, ook blogger genoemd, biedt in feite een logboek van informatie die hij wil meedelen aan zijn publiek, de bezoekers van zijn weblog.
Meestal gaat het om tekst, maar soms ook foto's, video of audio.
Weblogs bieden hun lezers vaak de mogelijkheid om- al dan niet anoniem- reacties onder de berichten te plaatsen of een reactie via een trackback- mechanisme achter te laten.
Het is het persoonlijke of juist het gespecialiseerde karakter dat weblogs interessant maakt voor bezoekers.
Voor de blogger aan de andere kant, geeft een weblog een platform voor het uiten van advertenties of sponsering.
Een webbrowser ( ook wel ( internet) browser,bladprogramma of bladeraar genoemd) is een computerprogramma om webpagina's te bekijken.
Populaire browsers zijn internet explorer,Microsoft Edge,Mozzila Firefox,Google Chrome,...
Het gebruik van een browser is in de volksmond synoniem voor surfen op het internet.
Een browser zet webpagina's, die door een webserver zijn aangleverd, om in een voor ensen leesbare vorm.
Vaste elementen van een webpagina zijn verschillende soorten opmaak van tekst, plaatjes en links naar andere webpagina's.
Deze links kunnen worden gebruikt om naar andere pagina's te surfen.
Er zijn webbrowsers die derglijke documenten voorlezen, andere zetten ze om in puntjes op een braillemachine, maar de meeste browserinstallaties geven een webpagina weer op een computerscherm en kunnen ook animaties en geluid weergeven.
Sommige webbrowsers zijn geïntegreerde pakketten, waarin bijvoordbeeld ook een e-mailclient en een Usenetclient zitten.
vrijwel alle browsers hebben de ogelijkheid om weblocatie op te slaan ( bladwijzer), bestanden te downloaden, een geschiedenis bij te houden van waar de gebruiker geweest is en om verschillende soorten media weer te geven.
Sommige browsers voegen hier nog andere dingen aan toe zoals meerdere tabbladen, pop-upblockers, advertentiefiltering, en automatische zoeken op een zoekmachine.
Google is een zoekmachine van Google LLC voor documenten op het wereldwijde web, opgericht in 1997 door twee promovendi aan de Stanford -universiteit, Larry Page en Sergey Brin.
Page en Brin hadden twee jaar gewerkt aan een geavanceerde methode voor het vinden van informatie op internet.
Al snel verdrong Google AltaVista en werd het werelds populairste zoekmachine.
Gebruikers waren tevreden over de zoekresultaten en over de prestatie ervan:op een rustige pagina, zonder de schreeuwerige advertenties die bij veel andere zoekmachines te zien waren.
De naam is een verbastering van het begrip 'googol', de aanduiding voor 1 met honderd nullen (10100).
Page is gefascineerd door wiskunde, en de verwijzing naar juist dit getal weerspiegelt de bedrijfsmissie om alle informatie ter wereld toegankelijk en nuttig te maken.
De naam is uiteindelijk 'Google' geworden door een spelfout van Sean Anderson, medebedenker van de naam, en destijds een studiegenoot van Page.
In middels zijn er Google-versies in allerlei talen.
Sinds 2002 bestaat er een versie in het Nederlands.
Iets opzoeken op Google word googelen genoemd.
Elke zoekopdracht doorzoekt in minder dan een seconde een index die 100 miljoen gigabytes groot is en was in 2013 opgebouwd uit bijna 30 biljoen webpagina's.
Een groot deel van die pagina's wordt regelmatig bezocht door de spider van Google, Goolebot genaamd.
De spider leest de pagina n slaat de gegevens op in de index.
De spider is in staat om hyperlinks te volgen, en kan op die manier een groot deel van jet web bezoeken.
Volgens Google werd op 25 juli 2008 mijlpaal van 1 biljoen unieke URL's overschreden.
Hopelijk vonden jullie het interessant en willen jullie nog meer lezen .