Op reis door Baskenland, Midden-Spanje en Catalonië
09-09-2018
Op weg naar Segovia
Vandaag trokken we vanuit Baskenland een heel eind het échte Spanje in. Vóórdat we in Segovia met zijn beroemd Romeins aquaduct kwamen, waar we in hotel "Don Felipe" logeren, bezochten we het koninklijk buitenverblijf La Granja de San Ildefonso met zijn tuinen, die in het droge Spanje uiteraard niet de waterpracht van meer Noordelijk gelegen paleistuinen kunnen evenaren.
De oude binnenstad van Vitoria-Gasteiz, met zijn straatjes die alle naar één of ander werkmansgilde genoemd zijn, kwam tussen de 12de en de 18de eeuw tot stand. Af en toe een herenhuis of een kerk, vele lekkere eethuisjes en bars, een echte Spaanse "Plaza Mayor", een Baskische zanggroep, een boerenmarkt, we zagen en proefden het allemaal ... mét een flinke wandeling door de groene en rechtlijnige buitenwijken erbij!
We bezochten vandaag eerst de 6500 jaar oude zoutpannen van Añana in het binnenland van de provincie Araba en daarna reden we naar de Baskische hoofdstad Vitoria-Gasteiz, waar we in hotel "Duque de Wellington" verblijven en alwaar we alvast de oude Sint-Maria-kathedraal bezochten die al twintig jaar lang in de restauratiewerken zit.
Bermeo is nog steeds een belangrijke vissershaven waar sardienen en tonijn en ansjovis gevangen worden. Baskische vissers - aan de kaai lag nog een oude walvisjagersboot - waren al vóór Colombus in IJslandse en Newfoundlandse wateren bekend en op Magellaans reis rond de wereld waren vooral Baskische zeelui actief.
In het Noorden van Bizkaia ligt op een schiereilandje het Sint-Janskerkje van Gaztelugatxe, een toeristisch - en sportief - hoogtepunt. Ernaast zagen we het 12de-eeuwse San Pelaio-kerkje en dan reden we naar het imposante kasteel van Butro. Tenslotte bezochten we Gernika, dat als "heilige stad" van de Basken - met de "eeuwige eik" - in 1937 in opdracht van Franco op marktdag door de nazi's gebombardeerd werd - wat de aanleiding werd voor Picasso's gekende meesterwerk.
Vandaag doorkruisten we Baskenland van Oost naar West, en stopten even in Leitza (koninkrijk Nafarroa) en in Lekeitio (Gipuzkoa) om in de havenstad Bermeo aan te komen, waar we in hotel Txaraka verblijven. Elke Baskische stad zit altijd vól slogans zoals "Baskische gevangenen en ballingen naar huis" of "Spaanse politie en bezetters buiten" of "Welkom vluchtelingen!".
Met het smalspoortreintje uit 1923 bereikten we de top van Larrun, de eerste Pyreneese bergtop. Bergaf duurde drieënhalf uur langs een eindeloos pad wat wel mooie uitzichten bood. Daarna bezochten we het 17de-eeuwse Ortillopitz-huis en we besloten de dag in het mooie dorpje Sara.