thuishavengoud
Inhoud blog
  • Blogstop
  • Het kruis bij het meer 4. Constant Eeckels
  • Het kruis bij het meer 3. Constant Eeckels
  • Het kruis bij het meer 2. Constant Eeckels
  • Het kruis bij het meer 1. Constant Eeckels
    Zoeken in blog

    We zijn de 18de week van 2024
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Startpagina !
    Blog als favoriet !
    De mooiste gedichten uit de Nederlandse letterkunde verzameld en gekozen uit www.bloggen.be/thuishaven
    Welkom in mijn thuishaven en geniet van deze gouden gedichten. Geen rijker kroon dan gedichten schoon. Mijn moedertaal is wonderzoet voor wie haar geen geweld aandoet. Elke vrijdag een gouden gedicht.
    18-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zandwegen. Elise Van Kaathoven
    Waar de stilte houdt de wake, waar in de valleien,
    lang vergeten dromen slapen onder bloemenspreien,
    waar in het kruid als honingdruppels hangen gouden bijen,
    daar ontglijden
    brede, dromerige wegen aan de heide.

    Langs de wijde, wijde velden en eenzame hoeven,
    gaat hun ruige, schuchtere schoonheid, dienend het behoeven
    van wie onder zware arbeid winnen het brood van heden,
    maar die de ochtendluchten kennen en de avondvrede.

    Als een krachtige avondteug gaan zij door het woud,
    storten tussen donkere dennen stromen zonnegoud,
    blank en zuiver liggen zij als het maanlicht komt gegleden,
    lijk de melk de schonen dieren die hen daags betreden.

    Stil verdroomd ten zomermiddag rusten zij op het land,
    als de hitte trillend waas van zilvergazen spant,
    maar in strenge winterdagen gaat hun stage moed,
    tussen strakke, stugge lijnen de einder tegemoet.

    En wanneer dan de avondwolken rode wieken spreiden,
    vleugt langs hen een zachte gloed,
    die dromen doet,
    van de purpere zomerheide.

    1923
    Elise Van Kaathoven gaf les Frans aan de middelbare meisjesschool van Leiden
     

    18-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    17-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat de zwaluwen vertellen. J N Van Hall
    Reeds zijn de gele grastapeten,
    bezaaid met de eerste dorre blaan,
    een frisse wind waait zonder pozen,
    de mooie dagen zijn gedaan,
    nog sluit één enkele bloem zich open,
    met zorg voor het allerlaatst bewaard,
    de dahlia prijkt met haar kokarde,
    de goudsbloem schittert in de gaard,
    de regen plast. Op het dak van de woning,
    belegt, (bijtijds bekend gemaakt),
    de zwaluw haar vergadering,
    de koude komt, de winter naakt.

    Bij honderden beraden zij samen,
    waarheen het rijzen wezen zal,
    O zegt de ene: in Athene,
    is het lekker op de oude wal,
    ik ga er jaarlijks en ik huis er
    op het Parthenon, daar heb je het best,
    ik verstop in de gevel, moet je weten,
    het gat van een kogel met mijn nest.
    Een ander zegt: ik heb appartementen
    te Smyra in het café besteld,
    waar op de drempel in het zonnetje,
    de pelgrim amberkorrels telt.

    Een derde: mijn adres mijn waarden,
    is Rhodos, weet ge, in het groot paleis,
    het kapiteel van één der pijlers,
    is jaarlijks het doelwit van mijn reis.
    Een vierde: ik reis van het jaar zo ver niet,
    ik word oud en kan zo niet meer mee,
    ik ga naar het terras van Malta, tussen
    een blauwe lucht en een blauwe zee.
    Een vijfde: weet je waar het goed is?
    Te Cairo, in een ornament
    van de torens van één van de moskeeën,
    daar heb ik steeds mijn wintertent.
    En nog één: bij de watervallen,
    is mijn verblijf, vergeet het niet,
    de juiste plaats heb ik aangetekend,
    in het koningsstandbeeld van graniet.

    In koor: en morgen op dit uur,
    zijn wij al een mooi eind hier vandaan,
    langs donkere dalen, witte bergen,
    en langs de schuimende oceaan.
    Zo babbelen, klapperend met de vleugels,
    de zwaluwen ginds in de sloot,
    als stormen gieren, regens plassen,
    en het bos zich verft in het schitterend rood.
    De dichter kent de zwaluwentaal, 
    als zij, slaat hij de wieken uit,
    maar ziet zijn vlucht straks, onmeedogend
    door een onzichtbaar net gestuit.
    Geef mij vleugels, geef mij vleugels,
    zo luidt ook mijn droef refrein,
    om met de zwaluwen mee te vliegen,
    naar eeuwige lente en zonneschijn.
















    17-10-2014, 05:27 Geschreven door André  


    16-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'s Nachts in de sneeuw. J N Van Hall
    Beweegloos ligt het veld in donkere wintervacht,
    geen kreet, geen ademtocht, het leven is geweken,
    slechts hoort men nu en dan de stilte breken,
    door het huilen van een hond, die ronddoolt in de nacht.

    Geen gezangen in de lucht, geen grasspriet meer ontloken,
    de winter heeft elk lied en elke bloem gedood,
    de bomen steken, van hun bladerdos ontbloot,
    hun wit geraamte omhoog, als droeve, norse spoken.

    De bleke maan schijnt in de bloemloze gaarde,
    het is of zij koud heeft, aan de hemel zo alleen,
    zij laat haar doffe blik ver glijden over de aarde,
    ziet alles doods en naakt in het rond, en spoedt zich heen.

    Koud vallen zij op ons neer, haar laatste zilverstralen,
    fantastisch schijnsel dat zij al gaande nederstrooit,
    en met de wondere glans van het bleke licht getooid,
    blinkt in de verte de sneeuw, in de eenzaam stille dalen.

    O, welk een nacht is het voor de vogels in het woud?
    Een wind als ijs giert om, de wilde stormen huilen,
    geen lovertak in het rond om voor het weer te schuilen,
    geen slaap verkwikt hen meer, zij hebben het veel te koud.

    En bevend zitten zij, verwilderd en verstomd,
    op de afgedorde tak, met ijzel overtogen,
    en staren naar de sneeuw met angstig, zoekende ogen,
    en wachten en wachten op de nacht die maar niet komt.

    16-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    15-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De astronoom. J N Van Hall
    Het is nacht, maar de astronoom laat nog zijn blikken waren,
    door het luchtgewelf, en zoekt als het laatste gerucht verdwijnt,
    naar de gouden velden. Zo, totdat het duister kwijnt, 
    blijft hij steeds peinzend, in heldere diepten staren.

    De werelden, alsof het gewande korrels waren,
    verdwijnen. Heel de stoet van nevelsterren verschijnt,
    oplettend volgt hij de komeet, die langzaam deint
    en roept, als daagt hij uit: kom weer over duizend jaren.

    En zij zal komen, zij is getrouw en onwankelbaar,
    zij kan de eeuwige wetenschap geen voetstap misleiden,
    de mensen gaan voorbij, de mensheid wacht op haar.

    Hij blijft met vaste blik het groots gesternte verbeiden,
    en gaat ook zij te niet voor het uur van wederkomst naakt,
    dan staat op het hoog vertrek de waarheid nog, en waakt.

    1882
    Jacob Nicolaas Van Hall
    Amsterdam 1840-1918







    15-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    14-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Langs de kille vaart. Richard De Cneudt
    Langs de kille vaart staan slanke populieren,
    in rusteloos drijven van bewogen luchten,
    ik hoor boven mij zwepende takken zuchten,
    winden verwoed door hoge kruinen gieren.

    Bruinrode blaren zwaaien neer en zwieren,
    stijgen en dalen, drijven even, vluchten
    voor winden, die met wilde stormgeruchten, 
    een somber herfstfeest van verwoesting vieren.

    Dwarrelen om het hoofd van dichters, schoonheid dromers,
    gouden visies wekkend van gestorven zomers,
    naschreiend luid in forse windentaal.

    En gaan, samen met de droeve, grijze regen,
    zijn lied van wanhoop snikkend allerwegen,
    als bruine vlinders stervend in het kanaal.


    14-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    13-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vrome tocht. Richard De Cneudt
    Ziet hoe gebukt door jaren en verdriet,
    zij streng berustend langs de huizen gaan,
    luisterend als kinderen naar het wijs vermaan,
    dat hier en daar de goede zuster biedt.

    Het zilveren klokje zingt zijn eenzaam lied,
    de blauwe hemel lacht hen vriendelijk aan,
    ik hoor het water klotsen tegen het riet,
    voel zachte vleugels langs mijn wangen gaan.

    En zwarte schimmen, tragisch beeld van wee,
    wrakken, gestrand door noodlots grillig spel
    aan de veilige kust, waar vrome zusters staan.

    Zo gaan zij in lange rijen twee aan twee,
    naar het eenzaam kerkje, nauwelijks een bidkapel,
    dat vredig rijst in de stille lindelaan.


    13-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    12-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In de witte kloosterzaal. Richard De Cneudt
    Een witte zaal in strenge kloosterdracht,
    door brede ramen weemoedvolle verte,
    de Heilige Maagd Maria, drukkend zacht
    het kindje Jezus, aan haar zuiver hart.

    Boven de deur een stenen Christus, klacht
    van foltering en goddelijke smart,
    op het schoon gelaat dat lichtend de eeuwen tart,
    en nog steeds de mensen verlicht in de nacht.

    Simpele heiligenbeelden veel,
    waaronder trouwe mensenofferanden,
    droomvol en stil gewijde kaarsen branden.

    In houten lijsten, stemmig zwart en geel,
    veel vrome spreuken bont van kleurgewemel,
    wijzend de zielen naar de hoge hemel.

    1902
    Gent 1877- 1959


    12-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    11-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Herinnering. Jan Veth
    Hij had het grote land aanschouwd,
    de mateloze vlakten,
    waar onder de hemel wijd uitgebouwd,
    de golvingen verstrakten.

    Waar het felle kleurenspel vervloeit,
    als tempering van woorden,
    en het worstelen van de wind zich boeit,
    tot murmelende akkoorden.

    Waar purper, goud, noch marmerpracht,
    de zinnen overrompelt,
    maar deinende contourenkracht,
    de geest in deemoed dompelt.

    Diep in zijn ogen, was het licht
    van vrede en verzoening,
    en op zijn helder aangezicht,
    lag rouw noch boetedoening.

    Hij was van hen, die stage strijd
    verduren zonder klagen,
    van hen die in gelatenheid,
    zwijgen maar niet versagen.

    Hij had het wijde land aanschouwd,
    waar stilte en vrijheid wonen,
    en in de nacht die statig blauwt,
    stoorloos de sterren tronen.

    1922


    11-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    10-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Delft. Jan Veth
    Uw torenklok heeft wisselende geslachten
    luid uitgeluid, en hel verwelkoomt,
    en hun gedachten hangen bleek verdroomd,
    nog onder de lommer van uw grijze grachten.

    Ja soms, als het licht uit heldere stralenschachten,
    langs muur en poort en raamkozijnen stroomt,
    spiegelt een plek waarachter jong geboomt,
    Fabritius en De Hooch te peinzen plachten.

    Maar toch, waar eens uw rij van wallen lag,
    een gordel snoerend om die kleurige vesten,
    die Johannes Vermeer in glorie glanzen zag,
    bleef thans een schemerspel van schamele resten.

    Want wat wij van die eeuwige schoonheid erven,
    is louter schittering van superbe scherven.

    1913
    Dordrecht 1864- Amsterdam 1925


    10-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    09-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lente. S J Van den Bergh
    Knielt der aanbidding neer,
    en geeft de Algoedheid eer,
    uit duizend bloemen bloeit en blikkert,
    uit duizend droppen gloeit en flikkert,
    op lucht zweeft, uit geuren walmt,
    het gebed dat de aarde doorgalmt.

    Knielt der aanbidding neer,
    en geeft de Algoedheid eer,
    het hart tot God omhoog geheven,
    die ons de lente ten pand wilt geven,
    dat al wat dood is weer herleeft,
    wanneer zijn adem zweeft.

    Knielt der aanbidding neer,
    en geeft de Algoedheid eer,
    wat heden sterft, zal morgen bloeien,
    wat heden stolt, zal morgen vloeien,
    en waar de zeis heeft gemaaid,
    wordt morgen weer gezaaid.

    Knielt der aanbidding neer,
    en geeft de Algoedheid eer,
    wisseling ligt in de eeuwige orde,
    elke dood is een: ik worde,
    en ik zie op iedere grafzerk staan:
    bij God, en niet: vergaan.

    09-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    08-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Polen. S J Van den Bergh
    Moeder, wil mijn tooisel bergen,
    ach, die bonte pracht misstaat,
    en welk een hart kan dit vergen,
    dat van duldloos leed vergaat?

    Door de hoop opnieuw geboren,
    sierde ik mij, als een feest gereed,
    maar sinds Polen ging verloren,
    voegt mij enkel het zwarte kleed.

    Toen ik het wapperen zag der vanen,
    schitterend in de zonneglans,
    aan de speren der Ulanen,
    prijkte ik met een mirtekrans.

    Maar sinds in Grochowaas dreven,
    Polens adelaar vruchteloos streed,
    zijn slechts tranen mij gebleven,
    voegt mij enkel het zwarte kleed.

    Toen mijn lief, voor de smart
    van zijn broeders, strijdwaarts toog,
    rukte hij zich van mijn hart,
    met de heldenmoed in het oog.

    Ik wou toen lint noch strikken derven,
    maar sinds Polens hoop ontgleed,
    hij nu banneling is, steeds moet zwerven,
    voegt mij enkel het zwarte kleed.

    Toen wij de oogst hier mochten vieren,
    van Sint Iwans lauwertak,
    liet ik mijn haar in kronkels zwieren,
    daar mijn oog van hoop en vrijheid sprak.

    Maar sinds het Verraad ons heeft verkocht,
    Polen wegkwijnt in zijn leed,
    en de Woede ons land heeft bezocht,
    voegt mij enkel het zwarte kleed.

    1846
    Samuel Johannes Van den Bergh
    Den Haag 1814-1868



    08-10-2014, 19:40 Geschreven door André  


    07-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Avond. Jenny Mollinger
    De wind die in de schoorsteen zingt,
    de klok die het ijlen van de tijd,
    met kalme tik tot rust herleid.

    Het lamplicht dat het naaste omkringt,
    maar in de hoeken donker laat,
    zo menig ding dat flauw omlijnd,
    iets teders te overpeinzen schijnt.

    De houding en het zacht gelaat,
    van een klein Madonnabeeld. Een kelk
    van rode tulpen, slank en pril,
    of bloem na bloem iets schenken wil,
    zo reikend en ontvangend elk.

    Een boek dat open op mij wacht,
    met woorden die ik ken en min,
    al voor ik lees, zijn schoonheid in
    mijn mijmering, uit te beelden tracht.

    De rosse gloed van helder vuur,
    de trouw van dingen om mij heen,
    gordijnen dicht en ik alleen,
    hier in de tover van dit uur.


    07-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    06-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Februari. Jenny Mollinger
    De dag is dampig, en de hemel blind
    van trage tranen. De aarde ligt te wachten
    in heimelijk verzamelen van stille krachten,
    gelijk een moeder wachtende op haar kind.

    De bomen schimmen door de regenmist,
    met klamme takken, leeg van lentewazen,
    een vogel echter zingt in zoet verdwazen,
    de vogel droomt en zich vergist.

    Het is of God iets droefs geduldig doet,
    de regen ruist de duistere wereld over,
    doch het argeloos lied jubelt van de tover,
    die er nog niet is, maar eenmaal komen moet,
    geheimen fluisteren uit elke boom.

    Vermoeid en zuchtend, schuifelt langs de akker
    de wind voorbij, mijn hart is leeg en wakker,
    de hemel weent, het vogellied wordt zwakker,
    de liefde blijkt een weggewaaide droom.

    1897-1958







    06-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    05-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Angelusklok. Pol De Mont
    Bleeft gij 's avonds, door de velden dwalend,
    terwijl ver in het westen bloedig de zon zinken ging,
    nooit naar het gestamp staan luisteren van het verre klokje,
    het Angelus meldend?

    Niets op aarde streelt de oren gelijk die klanken,
    zwevend zacht, haast zuchten, in het ronde stijgend,
    een vurig zielsgebed, op de koele wieken,
    ten hoge, ten hemel.

    Nooit is het aardrijk zo plechtig gelijk die stonde,
    alles zwijgt, nauwelijks durven de muggen gonzen,
    heinde en verre houdt heel de natuur de adem in,
    om vroom mee te luisteren.

    Geheimnisvol, in die heilige stilte,
    waar zij schroomvol schuilen in de schemerschaduw,
    plengen wierookdampen hun geuren,
    op duizenden bloemen.

    Almaar voort, verweg in de donkerblauwe verten,
    klinkt puurzilver het klokje, en weeft om
    heel het boomrijk dorp heen, een web van klanken,
    zinderend en Goddelijk.
      

    05-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    04-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ballerinen. Pol De Mont
    Als een vlucht van mooie duiven, pauwestaarten, blank van veren,
    neerstrijkend op een mollig grasperk, zacht met een licht geroeketoe,
    als een golf van schuim, aanzwellend met een ruisen als van kleren,
    borrelend, ziedend, bruisend, spattend, schitterblank nar de oever toe,
    zo is de zwerm van de ballerinen, als zij bij het gejoel van de snaren,
    in een lichte wolk van tul, de schermen komen uitgevaren.

    Eerst een schommelen, traag, schoorvoetend, met een heel teder handbewegen,
    dan een zweven, hangen, schuiven, langs de planken vederlicht,
    straks een plotseling opwaarts willen, of zij eensklaps vleugels kregen,
    hoog opzwaaiende, blanke handen, met een stralend aangezicht.

    Nu, als zomervlinders, flidderfladderend rond rijpe rozen,
    zwenken zij, elkaar omarmend, grillig buitelend twee aan twee, 
    of zij glijden, glibberen, gletsen, hakend naar het zoete kozen,
    met vooruitgestoken lippen, nippensvaardig, zoenens gereed.

    Soms slaan de armen breder en breder uit, als waterminnen,
    buitelend op de rug der golven, de mond zoenend elke baar,
    hun jurken flapperen op en neer als grote vinnen,
    zij dartelen als dolfijnen, speelziek wentelend, schaar bij schaar.

    O die rappe, gladde benen, o die gladde, rappe tonen,
    sneller, lichter dan de lichtste en snelste tonen huppelen zij,
    op het arpeggio van de vedel, tekenen zij die tovertonen,
    arabesken, glijdend, glibberend, gletsend, als een zucht voorbij.

    arpeggio= harpsgewijs, snel na mekaar
    Wambeek 1857-1931




    04-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    03-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oktoberonweer. Julius De Boer
    Een donderslag davert in doffe zwaarte,
    langs sombere velden, bossen, heuvelklingen,
    zie hoe in angstige stilte, blauwlichte klaarte
    van een weerlicht, vlamt door verre avondkringen.

    Weer rolt de donder, die in groot gevaarte
    door het luchtruim dreunt, in dieper schemeringen,
    dan daalt na even stilte, op het dicht gebladerte
    een regen neer, en wekt herinneringen.

    Het onweer wijkt, verrommelt in de verte,
    en in het koel geruis van milde regen,
    in het duistergroen geboomte, hoor ik gezang,
    daal ik in mijn zielerust die ik zo verlang.

    Kalm en weemoedig zweeft langs de avondwegen,
    muziek van droom en lied tot het hoog gesternte.

    03-10-2014, 00:10 Geschreven door André  


    02-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dromerij. Julius De Boer
    Ruisende woorden strelen mijn ziel tederste snaren,
    die liefde in melodieën uit mij zingen,
    als zingen nachtegalen in dit uur,
    zij zijn verscholen in kruinen, of vrij in het klare
    gestraal van maan en sterren en lichtschemeringen,
    zingen zij, onbewuste zangrijke kinderen van de natuur.

    Toen viel een genotshuivering van haar schoonheid,
    over mij, in uur na uur van dromerij,
    de lichte schemering van mijn zielswoning in,
    ik zag door vensteren langs nachtzomen wijd,
    uitstralen maan en sterren vol toverij,
    en in het licht verscheen mijn dromenkoningin.

    Mee zingt het licht in de zang van de nachtegalen,
    en het schemerig wuiven van haar waasblank kleed,
    langs fluwelen wouden ruist als een verre zeewind,
    een verre stem komt in haar zoetste taal verhalen,
    fluisteren wat alleen een minnaar weet,
    in de betoveringsjeugd van de liefde, mijn wonderkind.

    1904
    1873-1966

    02-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    01-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waterranonkels. Jacob Winkler Prins
    O bloemeneiland, wat moet ik beginnen?
    Je drijft voorbij, voorbij aan mijn zij,
    O bloemeneiland, wat moet ik verzinnen?
    Opdat je niet dobbert, al verder voorbij.

    Ik spreid mijn vingers,
    Ik strek mijn handen,
    Ik wandel mee, ik krop mijn verdriet.

    De zon lacht in het water, met gouden
    vangarmen pakt zij je, voor niet, voor niet,
    O bloemeneiland, waarheen getogen?

    Ik strek mijn armen, wandel mee,
    Ik wandel mee met tranen in de ogen,
    drijf jij naar de afgrond, naar de eeuwige zee?

    1894
    1849-1904






    01-10-2014, 00:00 Geschreven door André  


    30-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De nachtegaal. Olga Weber
    Middernacht plooit zijn glans uit,
    een maan doorvloeide, wijde, witte roos,
    als een lichtstraal beweegt zich een bekoorlijk geluid,
    dan opent de hemel zich een poos,
    een korte poos.

    O, dat zacht getril,
    loochent mij elke ondergang van het leven,
    ik weet niet waar mijn heimwee henen wil,
    mijn open hart dat ik dansend aan de sterren geef,
    mijn bloedend hart, een rijpe vrucht die ik zingend weggeef,
    een gouden hunkering doet mijn lichaam beven.

    Ik zie het geluk door een open deur,
    een warme gloed die mijn lichaam doorbloedt,
    een zoete geur die de aarde en lucht doorvloedt,
    het leven ademt een stil en zacht verlangen,
    ik droom het geluid van zilveren klanken en kleur,
    de nachtegaal zingt haar hemelse gezangen.

    1920

    30-09-2014, 00:00 Geschreven door André  


    29-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dooi. Maria Van Royen
    De zachte regen kwam zo traag,
    vanuit de lauwe lucht omlaag,
    zo zwevend stil en zonder teken,
    kwam hij ter aarde neergestreken,
    als vermoeide hem de blanke pracht,
    die hij moest slopen onverwacht.

    De zon verbergt haar bleek gezicht,
    en sluiert heel de hemel dicht,
    wanneer met tikkelend gepraat,
    het langs de huizen leven gaat,
    en al de bomen moe en oud,
    staan wenend n het stille woud.

    Soms valt er van een tak, met zacht
    en dof geluid, een ganse vracht,
    die onderweg nog even stuift,
    dan diep de voze sneeuw in schuift,
    zon schrijft de grond, in put na put,
    wie zich zijn last heeft afgeschud.

    De brede goten neuren stil,
    van het sprookje dat niet enden wil,
    doch vinnig sputtert, bruist en raast,
    de nauwe waterpijp er naast.

    Een merel in een blanke tuin,
    heel dik en zwart, het kopje schuin,
    stuift driftig met een snel gebaar,
    een loze sneeuwhoop uit elkaar,
    en vindt er niet wat hij vermoed,
    en huppelt verder welgemoed.

    Een oude, afgeleefde plant,
    nog over uit het zomerland,
    die zich in zijn deemoedigheid,
    in het witte graf had neergevleid,
    ligt nu zo broos en krank en teer,
    en tragisch glanzend ter aarde neer.

    Alleen de ontroerde mussen,
    scharrelen er terloops eens tussen,
    en suizen plots, om niet vervaard,
    in zwenkende, brutale vaart,
    neer op het meest nabije hek,
    en hebben stof voor een gesprek.

    Er treurt een zang om heel de stad,
    die eens zo stil verdoken zat,
    doch nu de blanke tover breekt,
    weer punt na punt de lucht in steekt,
    dat duurt zo door de ganse nacht,
    ge luistert stil en zonder klacht,
    tot 's morgens als ge het dek opslaat,
    het leven ratelt door de straat.

    1928
    Den Haag 1892-1973





    29-09-2014, 00:00 Geschreven door André  


    Archief per week
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs