De leerlingen hebben een lekkere appelcake gebakken.
Elke morgen opgelet.
Springt de bakker uit zn bed.
Hij pakt meel uit grote zakken.
Hij moet honderd broden bakken.
Honderd broden bruin en wit.
Krentenbrood waar spijs in zit.
Elke morgen keer op keer.
Is de bakker in de weer.
Taarten maken koekjes bakken.
Hij verkoopt vaak volle zakken.
Maar soms eet hij wat een mop.
Zelf de meeste dingen op.

0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 3/5 - (8 Stemmen)
Categorie:2e leerjaar
|