Schenk vertrouwen aan Maria en weet: Ze is altijd aanwezig aan je zijde. Hoe meer je daarvan overtuigd bent, hoe dichter ze tot je nadert. Zo onderga je de uitstraling van haar gemoedsrust en vrede.
HeerJezusChristus, Zoon van de Vader, zend nu Uw Geest over de aarde. Laat de Heilige Geest wonen in de harten van alle volkeren, opdat zij bewaard mogen blijven voor verwording, rampen en oorlog. Moge de Vrouwe van Alle Volkeren, de Maagd Maria onzeVoorspreekster zijn. Amen.
Weesgegroet Maria
28-09-2008
Wie in Mij gelooft zal leven, ook al is hij gestorven.
Wie in Mij gelooft zal leven, ook al is hij gestorven. Zo zegt Jezus tot ons allen. Wie Jezus woorden, tot ons gesproken, aanvaard, zal niet verloren gaan. Zoals Jezus de dood overwonnen heeft, zo zullen ook wij, als wij in hem geloven, voor altijd in leven blijven in zijn koninkrijk. De dood is overwonnen. Niemand kan ons dan deren. Ook al blijft ons lichaam achter, we zullen voortleven. Christus wil niet, dat er ook maar iemand verloren gaat. Daarom is hij tussen de mensen komen wonen, om ons de weg te wijzen, die wij moeten gaan. Hij heeft voor ons geleden en is voor ons gestorven, om ons te redden en te verlossen. maar de derde dag is Hij weer verrezen. Het grote Paasfeest, het feest van Christus verrijzenis is ook voor ons weggelegd en zullen we eenmaal in Christus verrijzenis, ook verrijzen. En deelgenoot zijn in zijn heerlijkheid. Christus heeft het ons laten zien, dat dit voor allen bestemd is, door zijn moeder niet in het graf te laten, maar haar opgenomen heeft in zijn heerlijkheid. Ook Maria werd ten hemel opgenomen en zo weten we, als we geheel in zijn liefde leven, ook eenmaal dit geluk ons zal overkomen. Niemand weet wanneer en waar, maar het zal gebeuren. Zoals Jezus tot Marta zei, daar haar broer Lazarus overleden was; Ik ben de opstanding en het leven, wie in Mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft, en ieder die leeft en in mij gelooft zal nooit sterven. Geloof je dat? Kunnen wij dan evenals Marta zeggen: Ja Heer ik geloof? Heer , ik geloof dat gij het eeuwig leven bent en ons deelgenoot wil maken aan dit eeuwig leven. Als er iemand is, die ons helpen wil, steeds aan dit geloof vast te houden, is het wel degene, die een diep en standvastig geloof had in de Heer. Maria, die steeds vol vertrouwen,geloofde in haar Zoon. En hem trouw bleef tot aan zijn dood. Zij is het die ons de weg kan wijzen naar haar Zoon en ons steeds bijstaat, ook als we het moeilijk hebben en geloofstwijfels ons overvallen. Als je haar hulp inroept, zal zij zeker je helpen en ondersteunen. Zij, de troosteres van de bedroefden, de onmisbare steun voor hen, die in nood verkeren, onze Middelares en machtige Voorspreekster bij de Heer. Wie op haar vertrouwt, vertrouwt niet te vergeefs. En in het uur van onze dood, zal zij ons bij de hand pakken en ons brengen bij haar Zoon.
Wat wel eens vergeten wordt, en veel op de achtergrond werd geplaatst; is wel de heilige Jozef, de man, die voortbestemd was om de bruidegom van Maria te zijn. Toch ook hij heeft een belangrijke rol gespeeld in de heilsgeschiedenis, waar weinig aan gedacht wordt. In het begin had hij het wel erg moeilijk mee, toen hij ontdekte, dat Maria zwanger was. Maar een engel heeft hem op de hoogte gebracht, wat Maria droeg, heilig was, door tussenkomst van de heilige Geest. Toen nam hij Maria tot zich als zijn vrouw en droeg heel veel zorg voor haar. Hij was een grote steun voor haar. En bij de geboorte van Jezus toonde hij zich een ware vader, die zorg droeg voor zijn gezin. Voor de kost beoefende hij het timmermansvak en Jezus zal in zijn kinderjaren zijn aardse vader zeker veel geholpen hebben in het timmermansbedrijf. Vanuit de bijbel is maar heel weinig bekend over hem, alleen dat ook hij uit het geslacht van David is. Alleen, dat hij , toen Maria hoog zwanger was, ze naar bethehem moesten, vanwege de volkstelling en tot zijn verdriet alleen maar een stal kon vinden, in plaats van een huis te kunnen aanbieden. En de tijd, dat ze naar Egypte moesten vluchten, omdat Herodes het kind zocht om hem te doden. Als gevolg hiervan de kindermoord in Bethlehem. Nadat Herodes dood was en de engel hem waarschuwde, dat ze weer terug konden, vestigden ze zich te Nazareth. In deze perioden merken we, dat het Jozef was die de opdrachten kreeg van de engel, daar hij de hoeder en beschermer was van het heilig huisgezin. En weten, dat hij als hoeder en beschermer van het heilig huisgezin, zijn taak als huisvader nauwgezet vervulde. Hij is ook niet voor niets uitgeroepen tot patroon van het gezin en vanwege zijn timmermansvak is hij de beschermer van de timmerlieden. Ook vanwege dat 1 mei uitgeroepen is tot dag van de arbeid, word op 1 mei het feest gevierd van de H. Jozef, patroon van de arbeid. 19 maart wordt het feest gevierd van de H. Jozef, bruidegom van Maria. Het echtpaar; Jozef en Maria zijn een voorbeeld voor alle gezinnen. Er is maar weinig bekend over hem, maar hij is ook een grote persoonlijkheid en een grote voorspreker voor hen die zijn hulp inroepen. Ik denk, dat degene, die hem aanroepen; Jozef naar Maria zal gaan om samen de smeekbede naar Jezus te brengen. H. Jozef, beschermer van het heilig huisgezin, bescherm ook ons tegen alle gevaren, die ons bedreigen. Amen.
Door Maria tot Jezus hebben we heel vaak horen zeggen. En zo is het. Wie Maria, onze Moeder leert kennen en beminnen, zal ook Jezus leren kennen en beminnen. Wie kent Jezus beter als juist Maria. Wie onder haar hoede en bescherming leeft, zal van haar leren om Jezus beter te leren kennen en zijn boodschap te gaan begrijpen. Zoals zij Jezus heeft beschermd in zijn jeugd, zo zal zij als moeder aan ons allen gegeven, ook ons beschermen tegen de aanvallen van de satan, tegen het kwaad. Het enige wat zij van ons vraagt is te bidden en boete te doen voor de zondaars, ook boete te doen voor onze eigen zonden en fouten. Als we dat doen zal de genade van de Heer overvloedig zijn. Heilige Maria, Moeder van God, bid voor ons zondaars nu en in het uur van onze dood, zo bidden wij als we het weesgegroet bidden. Als we trouw haar vragen aan ons beantwoorden, zal zij zeker ook tegen ons zeggen, zoals tegen Bernadette: ik zal jullie gelukkig maken, echter niet in deze wereld, maar in de andere. Als we mogen binnentreden in de heerlijkheid van het koninkrijk Gods. Daar zullen we voor eeuwig gelukkig zijn. Er word wel eens aanvallen gedaan naar ons, dat wij Maria vereren; alléén God komt alle eer toe, zeggen ze dan. Is het echter niet zo, wie de Zoon liefheeft, heeft ook de moeder lief en wie de moeder liefheeft, heeft ook de Zoon lief? Hiermee erkennen wij de innige verbondenheid van de Zoon en de Moeder. En zij juist begeleidt ons op de weg naar haar Zoon. En zij waakt over ons, om ons te behoeden,dat we van de weg afdwalen. Moge in Maria alle christenen de weg naar elkaar vinden en groeien naar elkaar toe als één Christengemeenschap, waarin alleen liefde, vriendschap, broederschap en vrede heerst en dat dit mag uitstralen, naar hen die de Heer Jezus Christus nog niet kennen.
Bernadette werd geboren op 7 januari 1844 in een heel eenvoudig vroom gezin. Reeds vroeg werden de kinderen vertrouwd gemaakt met de rozenkrans. Ze woonden in een molen, waar het graan gemalen werd. Maar het aantal klanten nam steeds meer af, waardoor ze in grote armoede kwamen te verkeren en op een gegeven moment gedwongen waren, om te verhuizen, naar een woning, dat er heel armoedig uitzag. Maar ja, ze hadden een dak boven hun hoofd. Van Bernadette stond bekend dat ze heel moeilijk kon leren en zelfs de eenvoudige katechismuslessen niet goed kon onderhouden. In de periode na de verschijningen rijpte bij haar het plan om religieuze te worden en trad in bij de zusters van Nevers in Lourdes. in 1865 wordt ze postulante. Op 4 juli vóór haar vertrek neemt ze afscheid van haar geliefde grot en van Lourdes. Ze kreeg de naam Soeur Marie-Bernarde. bij het begin van haar noviciaat mocht ze éénmaal het verhaal van de verschijningen vertellen. Daarna mocht ze er nooit meer over spreken. Zoals in die tijd meerdere malen in de kloosters voorkwam, werd ook Bernadette zwaar op de proef gesteld. Door de oversten werd alles in het werk gesteld hun novicen klein en nederig te houden. Maar Bernadette verdroeg dit alles en bleef opgewekt. Na de professie kreeg ze een ziekenzaal toegewezen. Hier bleek dat ze een heel bekwame en goede verpleegster te zijn. Echter zelf was ze ook heel veel ziek. Naast haar astma kreeg ze ook nog tuberculose en beenontkalking. Ze was zich diep bewust dat Maria gezegd had haar gelukkig te maken, niet in dit leven, maar in het andere. Alles verdroeg ze als boetedoening voor de zondaars en droeg zo haar kruis in navolging van Jezus tot de dood toe. Op 16 april 1879, woensdag na Pasen stierf ze. Ze was toen 35 jaar oud. Vóór haar sterven deed ze op verzoek van paus Pius IX en de bisschop van Lourdes onder ede verklaren, dat de gebeurtenissen bij Massabielle waar waren. In 1925 verklaarde Pius XI haar zalig en op de feestdag van Maria Onbevlekte Ontvangenis; 8 december 1933, heilig. Paus Leo XIII stelde haar feestdag vast op de dag van de derde verschijning, namelijk toen Maria op 18 februari in 1891. haar beloofde, haar gelukkig te maken; echter niet in deze wereld, maar in de andere. Bij het opgraven van haar lichaam bleek ze gespaard te zijn van ontbinding en werd haar lichaam opgebaard in een glazen schrijn in de kapel van het klooster van Nevers.