Na het
vervangen van de buitenband ga ik even langs de keuken en kom Asbjørn tegen.
Een gekke Deen. Hij is ook op weg naar de Noordkaap. We babbelen en vergelijken
onze reizen. Hij is vertrokken in Kopenhagen en na 19 dagen is hij in
Olderfjord beland. Vrij snel maar nu komt het straffevan het verhaal. Hij heeft geen
versnellingen. Niet normaal. Daar moet je echt gek voor zijn. We beslissen om
samen te rijden. Rond 7u30 moeten we op de baan zijn. s Nachts sta ik op en de
hemel is knalblauw. Van wolken is geen sprake meer. Dit is veelbelovend. We
vertrekken om 7u30. Het begin is zo traag omdat het zo prachtig is. Elke bocht
stoppen we om iets te fotograferen. Rendieren komen we nu in overvloed tegen.
Zijn enige versnelling begint op dit parcours zijn tol te eisen. Hier en daar
is de helling te steil en moet hij even af de fiets. We komen aan de gevreesde
Noordkaaptunnel. Een stevige rakker van 7 km. 200 m onder de zee en een
stijgingspercentage van 8%. Het valt goed mee. Ik geraak vlot boven. Ik zat
onmiddellijk in het goede ritme en kom heelhuids boven. Asbjørn vervoegt me na
7 min We fietsen verder richting Honningsvåg. De eetgelegenheden worden
schaars. Zeg maar geen winkels en het is zondag. Voor Honningsvåg krijg ik een
klop van de hamer. Ik heb eten nodig of ik haal de Noordkaap niet. In Honningsvåg
plunderen we het tankstation. Ik doe wat stretchoefeningen en die doen
wonderen. Ik ben terug de oude. Nog 30 km voor we de Kaap bereiken. Nog 2
beklimmingen van 8% gedurende 3 km. De zon schijnt nog steeds fel en het zweet
druppelt van mijn voorhoofd. Rond 18u komen we eindelijk aan. Le moment
suprême. Een geweldig gevoel. Een heel jaar naartoe geleefd. Over gedroomd. 1
maand fietsen flitst door mijn hoofd. We gaan naar het monument om het zalige
gevoel te vereeuwigen. We ontmoeten 2 meisjes die al van s morgens gearriveerd
zijn. Het weer blijft super en we beslissen om op de Kaap te overnachten. Asbjørn en ik kopen ons een geweldig duur
pintje en zetten ons richting de middernachtszon. Prachtig. Rond 1u kruipen we
de tent in en slapen tot 8 s morgens. Het weer is nog altijd mooi maar je ziet
de wolken over de zee oprukken. Na een dringende sanitaire stop in het
Noordkaapgebouw fietsen we terug naar Honningsvåg. Het wordt kouder en kouder.
We bereiken op tijd de jeugdherberg en genieten na van onze geweldige
prestatie.
Gisteren
was ik heel vroeg op de camping. Dan moet je de avond nog weten te vullen. Na
de avondmaaltijd blijf ik nog even hangen in de keuken. Er komt een Nederlandse
vrouw binnen. Ze heeft pech met haar huurwagen. We geraken aan de babbel en
voor ik het weet is het 22u. Ze is een Noorwegenfreak. En is er misschien al 80
keer geweest. Ze blijkt een voedingsdeskundige te zijn. Ze drukt me met de neus
op de feiten. Je eet niet goed,zegt ze. Tja en ik dacht dat ik niet al te
slecht bezig was. Ik moet veel meer vlees en vis eten. Mja dat is oh zo duur.
Ik kruip mijn tentje in en beleef een redelijke nachtrust. Stevig ontbijt en de
tent gaat droog de zak in. Eindelijk. 100 km fietsen in niemandsland. De
landschappen worden kaal en woester met de kilometer. De wegen slingeren
eindeloos in de verte. Het weer en vooral de wind zijn we weeral goedgezind. De
kilometers vliegen voorbij. De rendieren zijn nu in overvloed aanwezig. Enkel
een eland mis ik nog op mijn palmares. Rond 14u30 ben ik al op de
eindbestemming. Dat is wel héél vroeg. Rond 16u ga ik even de receptie binnen
op zoek naar internet. Niet aanwezig jammer genoeg. Ik maak kennis met een
groep fietsers. Sommigen onder hen zijn al onderweg van 1 maart. Ze zijn
gefascineerd door mijn fiets. Na ons gesprek ga ik naar de supermarkt en merk
ik dat mijn fiets wel heel raar doet. Het achterwiel schokt. Ik stap af en ga
op zoek naar het probleem. De spaken zijn alvast in orde maar dan zie ik het.
De buitenband is totaal op. Helemaal afgesleten. Ongeveer 3500 km afgelegd. Dat
is toch wel snel. Nu ja, met al die bagage ziet de band extra af. Ik vervang de
band met mijn reserveband. Ik zal het toch nog wel 200 km uithouden zeker?
Gisterenavond
nog tot half twaalf met Peter gebabbeld. Het was gestopt met regenen. Ik zag
zelfs de top van mijn tent netjesopdrogen. Ik nam afscheid van Peter en kroop in mijn tent. Het begon
weer zachtjes te druppelen. Dat wordt weer niets morgenvroeg. s Nachts word ik
wakker en moet zelfs van t-shirt veranderen omdat ik ril van de kou. Ik sta op
om 7u30 en ontbijt in het gezelschap van de Oostenrijker. Het beest van
gisteren is wat getemperd in zijn uitspraken en de rit van 200 km wordt
gereduceerd tot 70 km. Begrijpelijk want de regen valt met bakken uit de lucht
en er staat een vreselijke wind. Ik moet echt al mijn goesting bij elkaar
scharrelen om mijn tent op te vouwen. De jongens sliepen in een hut dus voor
hen is het makkelijker vandaag. Mmm een hut daar droom ik van. Misschien wel
vanavond. Zij gaan voor 70 km maar ik moet er 100 afleggen. Geen andere optie.
Ik neem afscheid en vertrek in de gietende regen. Één geluk heb ik wel. De wind
is me zeer gunstig gezind. Ik haal een gemiddelde van 25,4 in het eerste uur. Jaja,
zachtjes aan worden de hemelsluizen gesloten en ik droog langzaamaan op. Rond
12u komt de zon zelfs piepen. Ik blijf mooie gemiddeldes bij elkaar fietsen en
hoe dichter ik bij Alta kom, hoe beter het weer wordt. Na 4u30 kom ik aan op
Solvang Camping. Er staat een stevige bries en de zon schijnt. Mijn tent gaat
van kletsnat tot kurkdroog in no time. De eerste keer sinds dagen dat ik in een
droge tent stap. Ik had liever een hut gehad maar 65 euro is me net iets teveel
van het goede. Vandaag trouwens het eerste verkeersbord gezien met de
vermelding Nordkappp. Het was nog 240 km. Een hapje J. Én vandaag mijn eerste Rudolph
gezien. Een knap beestje is dat toch. Het was op een plaats waar ik het
absoluut niet verwachtte. Net binnen een dorpskern. We keken elkaar verbaasd
aan. De één al dommer dan de andere. Ik was zelfs zo verbaasd dat ik geen foto
nam. Het was vandaag anders wel het dierenuurtje. Ik zag een gevecht tussen 2
arenden en een meeuw. Heel spectaculair maar weer te traag he. Fototoestel
nemen duurde iets te lang en weg waren ze.
Dag 29 22 juli 2010 Rotsundelv-Storslett-Badderen-Alteidet
Ik ga thuis
serieus moeten bijslapen. De laatste tijd doe ik geen oog meer dicht. Het heeft
de hele nacht nog maar eens gegoten. De tent gaat zeiknat de zak in. De geur
begint stilaan de ontbinding te benaderen . Ik vertrek iets later omdat ik geen
goesting heb om nat te worden. Het heeft geen fluit uitgehaald. Het doel is
Badderen. Een gehucht dat ongeveer 75 km verderop ligt. Rond 15u kom ik aan.
Drijfnat en hopend op een wasmachine en droger. Helaas. Geen enkele camping met
deze luxeattributen. Dan maar 30 km verderop proberen in Alteidet. Iets voor
17u ben ik er en ik vraag aan de juffrouw of ik kan wassen. Het wasmachine is
alvast geen probleem maar ze zal voor een plaats zorgen waar het warm genoeg
is. Ik maak me klaar om te douchen en er komt plots een fietser aangereden.
Toch wel een Belg zeker. Hij komt uit Ekeren. Peter is al van eind mei onderweg
en gaat langs Duitsland,Polen,Baltische Staten,Finland,Noorwegen. 4 maanden op
zijn eentje. Chapeau. Tijdens het eten komt er nog een Oostenrijker bij ons
zitten. Een beest om de fiets. Morgen legt hij mijn 2 laatste fietsdagen in een
ruk af. 200 km op één dag. Dat is pas doorfietsen. Stiekem jaloers. Dat zou ik
ook willen doen. Maar dan met een beetje minder bagage. Ik gebruik Peter zijn
apparatuur om al mijn toestellen op te laden. Waarvoor dank. Morgen staat er
een rit van 100 km op het programma. Vandaag nog exact 1 week en het avontuur
zit er op.
Wat een rotnacht. De kerel onder mij is een ware nachtmerrie. Hij snurk er op los. Alan, de Australiër en ik doen geen oog dicht. Dan heb je eindelijk een bed en dan kom je zon beer tegen. Ik sta dan maar iets vroeger op dan voorzien. Ik tref Sandra aan de ontbijttafel. Ze trekt ook verder naar het Noorden. We spreken af in Alta. Ik vertrek in de miezerende regen. Mijn schoenen zijn werkelijk sponzen. Ik heb wel overtrekjes maar het water komt toch langs de onderkant binnen. Zon 50 km verder in Breivikedet wacht ere en ferry die me naar Svensby brengt. Ik mikte op de ferry van 11u40 en mis die van 10u50 op een haar na. Ondertussen blijft het lichtjes regenen maar de zon kmt stilletjes aan piepen door het wolkendek. Ik leg mijn zonnepaneel nog eens klaar voor de verandering. 20 min op de ferry en ik kan 21 km fietsen naar Lyngseidet. Ik fiets naar de Lyngalpen. Heel ruw gebergte. Het is hier fris maar het wordt steeds zonniger. Op de ferry naar Olderdalen breekt de zon echt door en het fotoapparaat kan amper volgen. Overal leuke bergen met een zalig wolkendek. Hopelijk zijn er een paar fotos de moeite waard. Dat zal is pas in België checken want ik spaar de batterij. Zon 30 km verder kom ik aan in Rotsundelv. Ik ben de eerste gast en een oud vrouwtje verwelkomt me vanop haar zitmaaier. Ondertussen komen andere gasten maar echt vollopen zal het hier niet. Volgens mijn berekeningen zal ik op maandag de Noordkaap bereiken. Dan maak ik de keuze of ik terugfiets naar Alta of de bus neem vanuit Honningsvag.
Vanochtend iets later opgestaan. Uitslapen zit er niet in. De gewoonte om vroeg op te staan en het voortdurende licht zullen er zeker voor iets tussenzitten. Ik hijs me uit mijn bed. Ik heb geweldige honger. Ik neem een uitgebreid ontbijt en maak kennis met een Pools trio. Ik moet lachen als ik de augurken en champignons zie. Het meisje biedt me een augurk aan. Best lekker maar niet mijn favoriet ontbijt. Na het ontbijtneem ik afscheid en ga ik naar de receptie om een dagje langer te boeken. Het is geen probleem maar ik moet van kamer veranderen. Een heel gedoe. De andere kamer is nog niet vrij en ik kan niet naar de stad vertreekken. Uiteindelijk zal Stine (de receptioniste) medelijden gekregenhebben. Ze stopt me bij3 gasten in een kamer. Ik verplaats alles en haast me naar de stad. Eerste bezoek is de bib. Gratis internetmaar geen USB aansluiting. Mijn apparatuur zal voor een andere keer zijn. Daarna wandel ik door de stad maar door het slechte weer ontbreekt me de reflex om fotos te nemen. Noorwegen is geen culturele hoogvlieger. Ik sukkel een cafeetje binnen waar ik gisteren ook al zat en heb een babbel met de barman. Ondertussen kan ik eindelijk postkaarten schrijven. Na de postkaartjes breng ik opnieuw een bezoek aan de bib. Nog wat verdertypen. Daarna bezoek ik het polarmuseet. Heel interessant. Hier en daar staan er zelfs fotos van de Belgica. Ons ontdekkingsschip. Rond 18u keer ik terug naar de herberg. Ik eet samen met een Deense familie uit Kopenhagen. Nu ben ik moet en het is nog maar 20u30. Ik lig ondertussen in de kamer met 3 jongens die het waarschijnlijk laat zullen maken. Vroeg gaan slapen zal weinig nut hebben. Morgen vliegen we er weer vollen bak in. Nog 400 km malen en we zijn er.
Dag 26 19 juli Torsken-Finsness-Tromsø (Jeugdherberg)
Om 6u gaat
de wekker. Ik wil zo snel mogelijk vertrekken in de hoop de wegenwerken voor te
zijn. Om 6u45 zit ik op de fiets en ik geraak voorbij de werken zonder het
verplichte telefoontje. 66km naar Finsness. 11u55 de ferry. Het is weer rotweer
en ik vorder zeer langzaam. De weg is heuvelachtig en best pittig. De rit van
gisteren zit nog in de benen. De Noren hebben de slechte gewoonte om de
kilometers te vergeten te vermelden. Het is frustrerend.Ik vrees dat ik de
ferry zal missen. Om elf uur zie ik plotseling Finsness liggen. Schitterend.
Zelfs nog tijd om inkopen te doen. Rond 13u kom ik aan in Tromsø. Ik zoek de
plaatselijk jeugdherberg op. Ik ga een dagje rust nemen alvorens het laatste
deel van de reis aan te vangen. Op mijn kamer ontmoet ik Sandra. Een meisje uit
Zwitserland. Daar ga ik morgen de stad mee verkennen.
Dag 25 18 juli Sortland-Andenes-Gryllefjord-Torsken 100km
Het regende
zachtjes deze ochtend en de tent ging voor de zoveelste keer nat in de zak. Ik
had 100 km te fietsen naar Andenes. Gisteren had ik nog kennisgemaakt met een
Schots koppel. We aten samen en babbelden nog enkele uren. Rond 20u30 draait
Jon ineens de hoek om. Ik dacht dat hij al een pak verder was. Maar hij heeft
een snipperdag genmen. Morgen zullen onze wegen definitief scheiden. We hebben
weliswaar hetzelfde einddoel maar Jo neemt de kortste route. Rond 22u kruip ik
in mijntent. Om half één word ik wakker
van het geluid van spelende kinderen. Ik schrik en denk dat ik me overslapen
heb. Ik kijk op mijn horloge. Half één s nachts. Ik moet nog steeds wennen aan
het licht s nachts. Om 8u20 vertrek ik niet wetende dat dit een lijdensweg zou
worden. Na km 10 begint het te regenen en het zal niet meer ophouden tot ik van
de ferry stap om 18u30. De eerste 40 km gaan goed. Ik word natter en natter. Ik
moet dringend eten of ik kan dit ritme niet volhouden. Ik houd even halt en
gebruik een toilet om toch maar een beetje droog te kunnen eten. Ik fiets
verder en rond km 80 heb ik nog steeds een gemiddelde van 20km/u. Maar dan
breekt de veer. De wind uit het noordwesten blaast me bijna van de fiets. Mijn
snelheid daalt zienderogen, mijn schoenen zijn volledig doorweekt en de tenen
beginnen nu echt pijn te doen. Elke automobilist moet het nu ontgelden. Ik
vloek me suf. Vooral diegene die extra door de plassen rijden,krijgen de volle
laag. Rond 14u rijd ik Andenes binnen. De ferry vertrekt pas om 17u. Ik zoek
een restaurant waar ik een warme maaltijd kan nuttigen en waar ik me snel kan
omkleden. Mmm een verse pizza. Daar was ik al enkele kilometers over aan het
fantaseren. Ik sluit me op in het toilet en kleed me snel om. In het restaurant
zet ik de verwarming achter me op volle kracht. Ik verlaat het restaurant en
moet nog anderhalf uur op de ferry wachten. De ferry komt aan en ik storm naar
binnen. Zoveel mogelijk kleren uit en laten drogen op de verwarming. Ik leg me
languit op de zetel en doe een dutje. Dat doet deugd. Rond 18u30 kom ik aan in
Gryllefjord. 4 km naar de camping in Torsken. De weg is verboden voor
voetgangers en fietsers. Ik trek het me niet aan. Op de caming vraag ik wat er
aan de hand is. Ik zal morgen moeten bellen naar de wegenwerkers en ze komen me
oppikken. Ik moet absoluut de ferry in Finsness halen of ik zit vast tot 17u50.
Campingterrein is geen hoogvlieger maar gratis douche,wasmachine en droogkast
maken veel goed.
Dag 24 17 juli Laukvik-Fiskebøl-Melbu-Stokmarknes-Sortland
Het weer
was super deze morgen. Aangezien ik pas de ferry om 11u50 nam,had ik tijd om
iets langer te slapen, uitgebreid te ontbijten en de tent goed te laten drogen.
Ik had me voorgenomen om rond 9u50 te vertrekken. 2u zouden moeten volstaan.
Rond 9u40 komt er een groep wandelaars de camping opgedraaid. Zedde gij die
van Antwerpen?, vraagt de vrouw. Ik zeg:Euhm ja,.... . En dan herken ik de
Nederlandse vrouw die ik gisteren gesproken had aan de supermarkt. We hadden u
gisteren al gevonden maar we durfden je niet te storen in de tent, zegt ze al
lachend. De twee dames kwamen uit Aartselaar en uit Boechout. De wereld is toch
klein. Hierna vertrok ik richting Fiskebøl. Mooie route, rustig en vooral zeer
zonnig. Ik heb ruim de tijd. Nog 9 km te gaan en 50 minuten over. Bang, klets
met mijn voorwiel in een putje. Tja dit kan alleen maar een platte band als gevolg
hebben. Inderdaad, pssst en plat. Mijn eerste platte band. Snel een nieuwe
opleggen. Ik had plots nog maar 30 minuten over. Toch maar stevig doortrappen.
Ik haal de ferry vlot. Aan boord babbel ik met een Belgisch koppel. Ze trekken
zoals zovelen rond met de mobilhome. Aangekomen in Melbu cruise ik naar de Rema
1000 en koop mezelf een watermeloen. Jongens,dat smaakt. Helaas zit hier weinig
krachtvoer in. Ik dol nog wat met 2 vrijwilligers van Redd Barna en ga verder
naar Stokmarkness. Rond 15u bereik ik Sortland. Ik word belaagd door wel 40
vliegen. Een pest. Je geraakt er maar niet vanaf. Morgen naar Andenes. Ongeveer
100km. Daar heb ik 2 keuzes. Ik steek onmiddellijk door via de ferry naar
Gryllefjord of ik blijf in Andenes om een walvissafari te doen . We zullen wel
zien.
Quote of the day: "Do you know the Schippersstraat and the place where they sell those roasted chickens?" (Henrik)
Vrijdag 16 juli
Vandaag moest ik de leuke camping achterlaten. Het weer was compleet omgeslagen en mijn tent was nog eens nat voor een keer. Ik had een rit naar Svolvær gepland. Ik vertrok rond 9u en na enkele km's sprong ik nog snel een toeristenkantoor binnen. hier ontmoette ik Henrik. Henrik vroeg me waar ik vandaan kwam. Ik zei dat ik van België kwam. "Toch niet van Antwerpen?",vroeg hij. "Bijna", zei ik. Hij antwoordde in het Nederlands. Ik ben jarenlang marconist geweest op een schip. Maar ik moet je nog iets anders vragen. Do you know the Schippersstraat and the place where they sell those roasted chickens (Kiekenkot)? "Natuurlijk" zei ik. Ik kreeg prompt zijn kaartje voor als ik nog eens langs zou komen. Schitterende mens. Het fietsen is leuk maar de mensen die je ontmoet is toch geweldig. Ik ging verder en eerlijk gezegd, het ging vrij moeizaam. Vlak voor Leknes had ik nog een gesprek met een Canadees. Toffe gast. In Leknes snel een beetje eten gekocht en hop we waren weer vertrokken. ik had genoeg getreuzeld. Nu fiets ik door. Rond 16u30 kwam ik aan in Svolvær. Gisteren had de fransman me nog verteld dat er een leuke camping was zo'n 30 km verder. Geweldig zicht op zee. Dus ik ging nog verder, 30 zware kilometers. ik kwam aan en van die geweldige camping was nog maar weinig te merken. Het terrein lag er drassig bij en het krioelde van de muggen en vliegen. Echt niet normaal. Honderden. Ik ging normaal gezien uitslapen aangezien het morgen een korte trip is maar ik wil hier liever niet te lang blijven. Morgen neem ik de ferry in Fiskebøl om 10u30. Zo'n 30 km hiervandaan. ik vertrek rond 8u30. 2u moet volstaan voor 30 km