Ik heb het boek Nieuwe buren van Saskia Noort gelezen.
18-03-2013
Het begin...
Mijn leven begon pas toen ik Eva, mijn vrouw, leerde kennen. Ze is altijd al een mooie vrouw geweest. Ze is het type meisje dat ik nooit zou durven aanspreken. Maar op de school fuif waar ik diskjockey (DJ) was, begon ze met me te praten. Het was te mooi om waar te zijn. Nooit gedacht dat een meisje mij leuk zou vinden. Toch niet een meisje als Eva. Ze is beeldschoon. Ze kwam naar me toe en op de fuif en zei me dat ik goed speelde. Ook vroeg ze een nummer aan waardoor we een kort gesprekje voerden. Ikzelf zou haar nooit aangesproken hebben. Ze is te hoog gegrepen voor me, dacht ik. Toen ze me aansprak kon mijn avond niet meer stuk. Ze is zo mooi met haar blonde krullen. Ze zou nooit vallen op een jongen als ik, een rocker dus. Maar de dag dat haar vriendje het uitmaakte met haar, stond ik voor haar klaar. Om haar op te beuren. En toen gebeurde het, de kus.
Het verliep als volgt: "En toch gebeurde het. Niet op dat feest, maar pas later, nadat we een
soort vriendschap hadden gesloten, of tenminste, zij beschouwde mij als vriend,
ik beschouwde haar als mijn geheime, onbereikbare liefde. We spraken elkaar
steeds vaker op school, fietsen zo nu en dan samen naar huis en als ik ergens
moest draaien, kwam zij soms kijken. We gingen nooit samen uit, of naar de
film, of naar het zwembad, zoals echte vrienden met elkaar deden, maar we
kwamen elkaar wel overal tegen. Op een gegeven moment ging ze me drie zoenen
geven wanneer ze me zag, zoals ze deed bij haar vriendinnen, en toen haar
verkering met ene Rick, een kakker met een discolok en een hockeysjaal, uit
ging, stortte ze zich op het schoolplein snikkend in mijn armen. Dat was nogal
een vertoning, aangezien de discos, de kakkers, de rockers en de punkers
strikt gescheiden dienden te blijven. Die huilpartij bracht ons dichter bij
elkaar. We liepen samen naar het dichtstbijzijnde café, zij naschokkend van
verdriet, ik met mijn rechterarm beschermend om haar heen, en dronken daar
koffie. Ze vertelde dat Rick met een ander had gezoend, een vriendin van haar
nota bene. Hoe kon hij dat doen? Terwijl hij toch wist dat haar ouders in
scheiding lagen omdat haar vader een ander had. Waarom deden mannen dat toch? Waarom
was één vrouw niet genoeg? Ik pakte haar hand en zei dat ik zoiets nooit zou doen. Niet alle mannen waren
zo. Mijn vader was al meer dan twintig jaar trouw aan mijn moeder. Die Rick moest
wel gek zijn om zoiets te flikken bij zon leuke, mooie vriendin. Ze begon weer
te snikken en zei zachtjes dat ze blij was met een vriend als ik. Het voelde
goed om te praten met iemand die haar begreep. Ik luisterde tenminste. Maar eigenlijk
begreep ik toen al geen zak van haar en luisterde ik alleen omdat ik niets
durfde te zeggen. Na drie koffie bestelde ze een bessen ijs. Ze had geen zin meer om terug naar
school te gaan. Ik nam bier. We praatten over school, mijn schoolonderzoeken,
de vakantie, dat we hoopten op mooi weer en ze vroeg me wat ik ging doen na het
eindexamen. Ik vertelde haar dat ik naar Utrecht zou gaan. De School voor
Journalistiek. Eigenlijk droom ik van een carrière in de muziek, maar dat zou
toch niets worden, ze vroeg waarom niet. Ik zei dat het me ontbrak aan stage performance. Mar als journalist
kon ik schrijven over muziek. Dat leek me ook heel leuk. Het was de alcohol op
mijn nuchtere maag, die maakt dat ik ineens sprak als een waterval. Ik durfde
zelfs hoe mooi en lief ik haar vond. Ze zuchtte,
wreef over haar puntje van haar neus en keek met een verlegen glimlach naar me
op. We frunnikten aan het Perzische kleedje dat op tafel lag en ineens zei ze
het. Kus me dan.
Ze boog over tafel, strekte haar armen naar me uit.
Ik wist niet wat ik moest doen. Of tenminste, ik wist het wel, maar durfde
niet. Ik boog naar haar toe, tuitte mijn lippen, gaf haar een aarzelende kus op
haar mond. Ze giechelde.
Ik wil een echte kus, Peter.
Haar handen gleden om mijn nek. Ik kuste haar nog een keer. Haar tong gleed
langs mijn lippen. Ik proefde de zoete bessenjenever. Voorzichtig nam ik haar
lieve hoofd in mijn handen. Streelde haar krullen. Ik werd zo duizelig dat ik
dacht dat ik flauw ging vallen.
Eva, fluisterde ik en ik kuste haar opnieuw, sidderend van geluk. (p. 23-24)