Om 7.30 uur gingen de wekkers (lees: meester Danny, juf
Yasmine en meester Kristof) op pad naar overlevenden van de nacht. Echt
moeilijk was dat niet, want iedereen had als een roosje geslapen. Van gebabbel
of gespeel was geen sprake geweest. Toch was het niet voor iedereen simpel om
op dit tijdstip op te staan. Maar zoals een echte sporter betaamt: ochtendstond
heeft goud in de mond! Dus een fris wasje door het gezicht en hop
naar de
ontbijttafel.
Een grijs of wit broodje met choco, confituur, kaas of hesp werd gesmaakt. Maar
ook de cornflakes en de chocomelk waren gegeerd wild voor onze sportklassers.
Postkaarten schrijven
. Het was de hoogste tijd om aan
onze achterblijvers te denken. Om 9.15 uur werden balpen en etiketjes
bovengehaald om het thuisfront op de hoogte te stellen van de omstandigheden
te Genk. Meester, wat is alweer de postcode van Waanrode? stelde Axana de
vraag. En: Hoe schreef je ook alweer mountainbike? was een vraag die we
liever gehoord hadden. Sorry bij deze dus voor de kemels die er toch zijn
doorgeslopen en waarschijnlijk ook door de postbode niet ontdekt zijn. Maar
dat maakt het nu net zo leuk. Het vrij schrijven zonder eens te moeten letten
op taalfouten, vertelde Liselotte.
Om kwart voor 10 mochten Marie en co de paarden al gaan
opzadelen, zodat ze stipt om 10 uur konden beginnen. En daar, in de verte,
ding dong x 10 (d e kerktoren van Sledderlo luidde 10 uur) Daar kwamen Stijn,
Lennert en Nele aandraven. Waar is Sigrid? vroegen Jarne en Mila. Zij was het
net al aan het ophangen voor de eerste sportactiviteit van de sportkillers:
netbal.
De hippe schoentjes beklommen op hun beurt de muur. Muisstil was het daar in de
klimzaal
opperste concentratie
gefocust op hun doel: ik tik dat plafond!
Het middagmaal kwam zeker niet te vroeg! De magen knorden
alom. Maar het volgende wat we jullie nu gaan vertellen is strikt geheim.
Jullie kunnen misschien de vraag eens stellen aan de niet-spruiten-etende
kinderen: Op welke dag hebben jullie spruitjes gegeten? Wel, het antwoord op
deze vraag is: vandaag, dinsdag 14 februari. Onder de puree zaten er vandaag
kruiden :o) Wij hebben alvast niemand horen klagen en van overschot was geen
sprake.
Namiddag was het de beurt aan de paardrijders om de muur
kleiner te doen lijken dan die was, de hippe schoentjes hockeyden de ziel uit
hun lijf en de sportkillers crosten door de bossen met hun ijzeren ros.
Tijdens de avondles mocht Ilio zijn moeder eens in the
picture zetten (het moet niet altijd Kathleen zelf zijn). Het ging namelijk
over het ontstaan van de Olympische Spelen en hoe deze er nu uitzien. Onze kinderen
ontdekten dat in 1920 deze Olympische Spelen ook in ons eigen landje zijn
doorgegaan. En dat nog niet lang geleden vrouwen niet mochten deelnemen.
En geloof het of niet, maar onze laatste maaltijd van de
dag (de snoepjes vannacht buiten beschouwing gelaten) was opnieuw warm.
Macaroni met kaas en hesp (of kalkoen of groenten) mmmmm
overheerlijk!! De
keuken kon niet volgen met het eten te verdelen aan onze spruiten.
Om 19.30 uur smeerde meester Danny zijn stem en de
volgende getallen galmden vlot door het paviljoen: 54, 68, 3, 87. Het waren de eerste cijfers van dé avondactiviteit:
kienen!
De prijzen swingden de pan uit: een tennissetje, fluobandjes, portemonnees,
kleurpotloden, springtouwen,
Rond 21.00 uur begonnen de eerste oortjes rood te
kleuren, ogen werden dik, de eerste geeuw werd een feit. Hoog tijd om de
eersten richting Bethlehem te sturen.
|