Ik ben eindelijk bezig met het ontwerpen van een observatiedocument. Ik moet eerlijk toegeven dat daar heel veel tijd in kruipt. Zoals ik in mijn vorige blog vermelde heb ik een aantal punten. dus  een focus op leerlingen met een beperking, taalzwakke leerlingen, 

Algemene Aandachtspunten:

- verschillende zintuigen

- structuur bieden

- inzicht bevorderen

- actief

- speelt in op interesses 

- stimulatie

- etc

Ik doe mijn best om er een goede bruikbare observatiedocument van te maken.

Groetjes,

Soumaya 

Hier is mijn tweede blog over de observatiedocument BKD. Zoals ik in mijn vorige blog vermeld, heb ik een aantal bronnen geraadpleegd. Ik heb het boek: 'BKD' van Catherine Coubergs, Katrien Struyven, Nadine Engels, Wouter Cools en Kristine de Martelaer eens doorgenomen. Tevens heb ik ook een aantal webpages over BKD doorgenomen. 

Dankzij die bronnen heb ik diep kunnen nadenken over concrete items die dienen geobserveerd te worden. Kort samengevat heb ik nagedacht over de samenstelling van mijn observatiedocument; open/gesloten vragen, tabellen waarin men zaken moeten aankruisen, bijkomende opmerkingen die men kan noteren, etc.  

In mijn vorige blog had ik ook de nadruk gelegd op het M-decreet. Dus een focus op leerlingen met een beperking. Waarom? volgens mij moeten die leerlingen met een verstandelijke beperking juist meer dan het nodige aandacht krijgen. Hoe proberen aan te pakken? Misschien een kleine gedeelte van de observatiedocument laten invullen door de leerkracht in kwestie. Voor de observator is het een beetje moeilijk om zelf te achterhalen wat de leerling precies heeft, of waarmee de leerling moeilijkheden heeft. Aan de hand van dat gekregen informatie zou de observator een manier van aanpak kunnen bedenken.

Ps: Ik ben stilletjes aan begonnen met het ontwerpen van mij observatiedocument. Lay-out enz.

Tot de volgende! Keep calm & write a comment .. ;-)

Groetjes!

Soumaya B.

Hallo iedereen,

     Sinds het academiejaar 2014-2015 wordt aan het departement “Onderwijs & Pedagogie” (EDU) van de Erasmushogeschool Brussel gewerkt aan de uitbouw van het kenniscentrum ‘Urban coaching and education’ (= UCE). Een van de kerntaken van UCE bestaat in het ondersteunen van educatieve professionals in het omgaan met diversiteit. Hierbij wordt de focus nadrukkelijk gelegd op de grootstedelijke context en krijgen aspecten als thuistaal, socio-economische status, levensbeschouwing, identiteit, gender, etc… bijzondere aandacht. 

     Eerste brainstorm

     Ik heb gekozen om te werken rond een observatiedocument "Geschiedenis en binnenklasdifferentiatie". Persoonlijk vind dat er weinig of bijna niet wordt gedifferentieerd binnen het vak geschiedenis. Als lesgever of stagiair vind ik dat de observator moet letten op de volgende punten. 

Tijdens mijn stage-ervaring heb ik ook gemerkt dat de leerlingen Franstalig zijn en daardoor de Nederlandse taal niet machtig zijn. De leerlingen zijn dus taalzwak. Om die taalzwakke leerlingen gepast te ondersteunen is het nodig een beeld te krijgen van die taalvaardigheid. (Vakoverschrijdend) Aan de hand van dat observatiedocument kan men dus de taalontwikkeling van bepaalde vaardigheden opvolgen. Verder ben ik ook van plan een beetje nadruk te leggen op het m-decreet. Tevens heb ik tot nu toe altijd een belangrijk punt gemist tijdens mijn observatiestages. Ik vind dat men van de leerkracht/begeleider informatie moet krijgen over de leerling(en) met een beperking, zodoende de observator een oplossing kan bieden aan de leerling. Voor de observator is dat een beetje moeilijk om te kunnen achterhalen wat de leerling heeft, of waarmee de leerlingen erg moeilijkheden heeft. Aan de hand van dat gekregen informatie zou de observator een manier van aanpak kunnen vinden. 

Gedurende het proces zal ik minstens drie bronnen gebruiken. Deze worden tijdens mijn volgende blog geplaatst.