Soesapoeza
A. Boekinfo:
1. Titel
van het boek:
2. Auteur:
3. (eventueel)
Vertaald naar het Nederlands door:
4. Jaar
en plaats van eerste uitgave:
B. Inhoud:
5. Wie
is de protagonist, wat weet je over hem/haar?
6. Wie
is de antagonist?
7. Met
welke personages voel je een zekere verwantschap, in wie kun je stukjes van
jezelf of je leven herkennen?
8. Aan
welke themas kun je het boek linken? Verwijs zeer concreet naar bepaalde
dingen in het boek en leg nader uit.
9. Wat
is het kantelmoment in het verhaal, waarbij alles op dreef komt?
10. Hoe is de
protagonist bij dit conflict betrokken?
Leg dit uit in enkele zinnen.
11. Zoek enkele
passages die je raken en geef wat uitleg.
12. Ben je
tevreden met de afloop?
C. Specifieke
opdracht.
1. Maak
een krantenbericht bij een belangrijke gebeurtenis in het verhaal. Zorg ervoor
dat het er uit ziet als een krantenbericht (dus kolommen, titel, plaatsnaam,
schrijver, tussenkopjes, eerste alinea dikgedrukt)
2. Zoek
in krant / tijdschrift / op internet een artikel over een onderwerp waarover
ook in je leesboek wordt geschreven. Beschrijf in minimaal 100 woorden het
verschil tussen de manier waarop dat onderwerp in fictie (je leesboek) en in
non-fictie (je artikel) wordt beschreven
|