Bij de oprichting van het militair kamp in 1835, werden door het ministerie van Oorlog gendarmen ter plaatse gezonden. Dit was nodig voor de handhaving van de orde en de tucht bij de soldaten. In het begin werden deze gendarmen bij burgers ingekwartierd, maar de verstandhouding met de plaatselijke veldwachters was niet altijd even goed.
Vanaf 1860 nam de Gendarmerie haar intrek in de nieuwgebouwde kazerne naast de Karmel. De brigade bestond toen uit een officier en 29 onderofficieren. Dit stond in schril contrast met het feit dat er voor de hele provincie Limburg slechts een 100-tal gendarmen beschikbaar waren. De verklaring lag waarschijnlijk bij het hoog aantal militairen dat in het kamp kwam oefenen.
26-02-2007 om 00:57
geschreven door Nosca 
|