- steeds visueel contact met collega en tafel
- plaatsing en vooral verplaatsing steeds aanpassen aan de positie van de collega aan de overzijde.
- verplaatsing : zoveel mogelijk de 3 loopstijlen toepassen (voor (sprint) -zijwaarts-achterwaarts) met vooral veel accent op de achterwaartse verplaatsing zodat de ref een optimaal zicht heeft op het gebeuren binnen en buiten het terrein.
- steeds een diagonaal systeem volgen zodat de bal steeds tussen beide referees is en ook de spelers (uitz. doelmannen) zich tussen beide referees bevinden.
- een referee controleert de "actiezone" (waar bal betwist wordt) , terwijl zijn collega de "invloedszone" (waar spelers (duo) zich bevinden,meestal in verdedigend kamp zonder aanwezigheid vd bal) bewaakt.
Plaatsing aftrap : 1é ref = op de middellijn , aftrap fluiten,en dan plaatsing innemen achter de bal
2é ref = 5 a 6 meter in het verdedigende kamp
Plaatsing intrap : de ref , waar de intrap dient genomen te worden neemt zijn plaatsing in ACHTER de bal
Vrije trappen : ref die de fout fluit laat de speler wachten door zijn fluitje in de hoogte te tonen, zet de muur op afstand ( 5m) neemt zijn plaatsing in ACHTER de bal ,en laat de vrije trap nemen. De 2é ref neemt onmiddellijk zijn plaats in op de doellijn als de fout gefloten is.
NOTA : wanneer de fout gebeurt in het midden van het speelveld dient de andere collega onmiddellijk te anticiperen en zijn plaatsing in te nemen op de doellijn.
Afwijking hierop is mogelijk, dat in het geval de fout gebeurt op 7meter van de doellijn = de ref die de muur plaatst ook zal blijven staan op de doellijn en de 2é ref neemt zijn plaatsing in achter de bal = DIT MOET OP VOORHAND AFGESPROKEN WORDEN !!!!! om niet op één lijn te staan
plaatsing bij hoekschop : aan de kant v d ref, deze loopt tot op twee meter van de doellijn duid dan hoekschop aan en trekt zich 5 meter,maximum 6 meter = NIET VERDER !! terug langs de zijlijn , zijn collega neemt onmiddellijk de doellijn !!!!!