voor het Eprodep-project van Katrien Van Haute in Guatemala Welkom op onze tijdelijke blog met achtergrondinfo over het Eprodep-project in Guatemala en over onze fietsroute naar Compostela en met foto's en korte berichten tijdens onze trip van 5 tot 28 juli.
Pieter en Paul
25-07-2007
Dag 21: Santiago de Compostela
Deze morgen wat langer geslapen na een fantastisch klank- en lichtspel met vuurwerk aan de kathedraal om 23.30 u. Typisch Spaans met zeer veel luister en vooral ook veel lawaai. Het moet hen nagegeven worden, ze hebben er verstand van om te feesten. Heel wat minder was de organisatie deze morgen voor de mis van 12.30 u voor de pelgrims: Het volk van de mis van 9.30 kon gewoon niet buiten omdat de mensen die om 12.30 u de mis wilden volgen al van 10 u stonden te drummen voor de kerk en gewoon de ingang versperden. De politie heeft kunst- en vliegwerk moeten verrichten. Uiteindelijk waren we om 13.00 u binnen in een propvolle kathedraal. Omdat de mis uitliep viel de ceremonie met het grote wierookvat spijtig genoeg in het water. Verder de hele namiddag gechilled. Morgen vertrek naar Fisterra via de kust (130 km) De dag erna fietsen we terug naar Compostela via de camino (100 km en heuvelachtig)
Voor diegenen die het interesseert: enkele cijfers van onze fietstocht naar Compostela: - Vertrek donderdag 5 juli; aankomst dinsdag 24 juli - Totaal kilometers op 20 dagen: 2518 - Gemiddeld aantal km per dag: 126 - Totale fietstijd: 128 uur 12' - Gemiddelde fietstijd per dag: 6 uur 25' - Gemiddelde km/uur: Pieter 19,6; Paul: 19,1 km/uur - Gemiddelde hartslag bij het fietsen: Pieter 115,5; Paul: 124,9 slagen/minuut - Snelste afdaling: 72 km/uur
Rond 13 u15 deze middag zijn Pieter en Paul in Compostela aangekomen! Een puike prestatie des te meer omdat ze 3 dagen voor schema hun doel hebben bereikt! Na 2 uur zoeken hebben ze plaats gevonden op een camping waar ze 2 nachten zullen verblijven. Alle auberges waren volzet! Een dikke proficiat en een behouden thuiskomst!
Na ons nachtje in de sportzaal, waar we betrekkelijk goed hebben geslapen, zijn we rond 7.20 u vertrokken. De weergoden waren ons ook vandaag niet goed gezind, zodat we als natte poedels op onze fiets zo snel mogelijk alle dorpjes voorbijreden. De weg was stevig heuvel op en af; zeker de allerlaatste klim naar Monte del Gozo, waar een gigantisch gedenkteken staat van het pausbezoek in 1993. Ook daar zien de pelgrims voor het eerst Compostela liggen in het dal. Ondanks dit alles kwamen we reeds aan in Compostela om 13.15 u. Omdat het morgen feest van St. Jacob is, waren de 3 albergues die we bezochten completo. De enige mogelijkheid was de Monte del Gozo (6 km) terug op te klimmen, waar we hoegenaamd geen zin in hadden. Het kamperen was ons in Frankrijk danig in de smaak gevallen, dat we prompt de Camping van Compostela (1 km) opzochten. Intussen zijn we in het bezit van ons "diploma" dat we moesten afhalen in de Oficina de la Peregrinacion. Morgen bezoeken we de stad, onze eerste rustdag sinds 20 dagen, en hopen we de pelgrimsviering om 12.30 mee te maken ter gelegenheid van het feest van St. Jacob. Voor die gelegenheid gebruikt men een immens groot wierookvat dat zwaait van de ene kant van de kerk naar de andere.
Daar we de 2 dagen extra niet nodig hebben gehad, fietsen we donderdag en vrijdag nog heen en weer naar Cabo Fisterra (Finisterre), waar pelgrims van oudher hun schoeisel verbranden. We zijn dit echter niet van plan, daar we liever niet volledig barrevoets naar huis terug willen keren. Trouwens onze sandalen zijn bijlange niet versleten.
Na de Montes de Leon gisteren zetten we vandaag onze tanden in de Cordillera. We werden reeds van 's morgens gewaar dat we de dorre streek verlaten hadden en in het vruchtbare Gallicië terechtgekomen waren. Van bij het vertrek was de regen van de partij. Het werd een erg lastige dag, misschien wel de zwaarste van de 19: 132 km. We vertrokken(500 m hoogte) rond 7 u naar Villafranca del Bierzo, waar we niet lang verbleven, daar we een drukke dag voor de boeg hadden. Reeds naar Vega de Valcarce (630 m) hadden we constant vals plat in de smalle vallei. Daarna was het gestaag klimmen naar Cebreiro in de gietende regen; we schuilden even in de kerk, maar lang wachtten we toch niet om te vertrekken: we moesten er toch door, liever de korte pijn. Via Alto Roche, met het bekende peregrino-standbeeld, klommen we verder naar ons hoogste punt van de dag, Alto del Poyo (1335 m) Rond 13.25 u kwamen we na een afdaling in de snijdende tegenwind, met af en toe zelfs rukwinden, in Samos aan, waar de deur van het monasterium net voor onze neus werd gesloten tot 16 u. We reden even langs het Preromaanse 9e eeuwse kapelletje naast een meer dan 1000 jaar oude cypres. Picknick met zicht op het monasterium, dat we niet gingen bezoeken, daar we deze avond in Portomarin wilden toekomen en er nog stevig klimwerk moest gepresteerd worden. In Portomarin, een nieuw dorp dat gebouwd werd na de aanleg van een stuwmeer, spreidden we onze luchtmatrassen in de gemeentelijke sporthal, daar de albergue municipal volzet was. Morgen willen we na 105 km nog te rijden, Compostela bereiken, daar de 25e juli het feest van St. Jacob wordt gevierd.
Allebei lekker geslapen in rustige refugio met kamer voor 8, maar met slechts 5 personen om te slapen. Opgestaan om 5.30 u, ontbeten en rond 6.55 u vertrokken. Terug echt koud, tot zelfs tegen de middag met mantel aan moeten fietsen.
Net buiten Leon bewonderden we de moderne kerk La Virgen del Camino met prachtige bronzen beelden van de 12 apostelen met hun respectievelijke symbolen. Plots was er geen mogelijkheid meer om met de fiets op de N120 te rijden, zodat we verplicht waren om een 40 tal km op de voetgangerscamino (grintwegel met veel stenen) te sukkelen. Goed voor de fietsen kan dat niet geweest zijn.
Tegen de middag in Astorga aanbeland, waar vooral de kathedraal en het bisschoppelijk paleis van Gaudi in het oog sprongen: Merkwaardig aan de kathedraal was de mix van gotiek en barok omdat ze over een tijdsspanne van 300 jaar gebouwd werd. Ook binnenin speciale effecten door de verschillende kleurschakeringen in de gebruikte steen. Het paleis van Gaudi leverde de ene verrassing na de andere op; dit bouwwerk is zijn allereerste realisatie, waardoor het iets klassieker lijkt dan zijn andere gebouwen in Barcelona. De tentoonstelling binnen betrof de 3 bedevaartswegen uit de oudheid die in Astorga samenkomen, waarvan de Camino de Frances de jongste is.
Tijdens onze picknick aan het paleis aanschouwden we een flamencospeler op gitaar en reacties van talloze voorbijgangers. We maakten nog een kleine afsteek naar het schilderachtige dorpje Castrillo de los Polvazares. Daarna begon de serieuse klim naar Cruz de Ferro (van ca 800 m naar 1503 m hoog), wat tevens ons hoogste punt van deze reis was. Het was ook een symbolisch hoogtepunt van onze pelgrimstocht, want we legden er beiden een steentje met de namen van onze gezinnen op de gigantische hoop die in de loop van de eeuwen aangroeide en waarop een paal met een ijzeren kruis staat. We reden ook voorbij de twee spookdorpjes Foncebadon en manjarin. Na een erg bochtige en adembenemende afdaling van ca 1000 meter vonden we onze stek voor deze nacht in Ponferrada. We zullen in een slaapzaal met 42 personen proberen te slapen. Pieter en Paul
In ons supermooie refugio pas wakker geworden om 6.15. Na een (te) klein ontbijt rond 7.05 u vertrokken naar Sahagun. Onderweg werden we gefilmd door een ploegje dat een promotiereportage voor de Camino aan het maken is. Het was nog kouder dan gisterenmorgen (vermoedelijk 7 a 8 ºC). In een prachtige zonsopgang reden we aan een goed tempo door daar de weg tussen Burgos en Leon nogal vlak is. In Sahagun hebben we even de ruïne van de Benedictijnenabdij bezocht: na een lange bloeiperiode is dit grootste monasterium van Spanje (genre abdij van Cluny) afgebrand en is verder verwaarloosd. We namen een rustige alternatieve route om de drukke N120 te vermijden. Een afsteekje naar San Miguel de la Escalada, een verlaten klooster in Mozarabische stijl, dat toch wel de moeite was, leverde ons een kleine 30 km extra op in een licht heuvelachtig maar prachtig gebied.
Daarna ging het in rechte lijn naar Leon, waar we nu dit verslag in de Refugio municipale aan het typen zijn. Naast de kathedraal met het grootste brandglazen ramenoppervlak en de Casa de Botines van Gaudi staat ook de fameuze San Isidoro met zijn 2 ingangspoorten met prachtige timpaans en zeer goed bewaarde muurschilderingen op het programma.
Ongelofelijk hoe de Camino hier in Spanje populair is: heel velen die we voorbijrijden, roepen ons "Buen Camino" na.
Dag 15 - 16: Najera - Burgos - Terradillos de los Templarios
Vooraf: een leuk detail, dat we tot nu hebben vergeten vermelden: in heel wat Spaanse dorpjes, die we voorbijrijden of waar we verblijven, huizen er ooievaarfamilies op de kerktorens; Gisteren sliepen we uit tot 6.45 u en vertrokken we om 8.15 u naar San Millan de la Cogolla (15 km om), een monaterium dat uit 2 gebouwen bestaat. Suso op de berg is indrukwekkend door zijn klein- en soberheid (een beetje zoals San Damiano van Franciscus van Assisi) Het is tegen de grot aangebouwd, waar San Millan 50 jaar van zijn leven als kluizenaar heeft doorgebracht. Yuso in het dal is 50 maal groter, machtig van architectuur, spijtig genoeg propvol kitcherige versieringen. Van de eentonige en onbegrijpelijke uitleg van een gids met schelle stem is alleen het volgende bijgebleven: de eerste Spaanse geschriften en enkele retabels met verbluffend fijne sculpturen in ivoren plaatjes. Om 11.30 u konden we uiteindelijk vertrekken naar Santo Domingo de la Calzada, met zijn wondermooie barokke kathedraal, waarin zich de beroemde kooi met de haan en de kip bevindt. (naar de legende van een terdood veroordeelde) Na de picknick onder de platanen achter de kerk hebben we om 14.15 vol moed de 68 km naar Burgos in tijdrittempo afgewerkt. We moesten een beetje zoeken naar de refugio, naast de mooie universiteit, waar we onze tent in de tuin mochten opzetten, zodat we te laat waren om de kathedraal binnenin te bezichtigen.We kuierden wat rond, maar niet lang, want het werd fameus koud. Eergisteren vierden we Pauls verjaardag met een etentje, gisterenavond die van Pieter.
Vandaag zijn we om 5.45 u opgestaan. Rond 7.30 u zijn we Burgoswaarts gereden, na nog wat te hebben geg-maild en even geblogd, om enkele bezienswaardigheden in Burgos te bezichtigen: Hospital del Rey (faculteit rechten), het Huelgasklooster (waar Paul van Nevel heel wat teksten en inspiratie haalde voor zijn Huelgasensemble) nogmaals de kathedraal en de markt. Vrij fris, slechts 10 º C. Wachten tot 9.30 totdat de kathedraal openging, leek ons te lang voor de rit die we hadden gepland: 135 km. We trokken goed door, want - op enkele heuvels na - was het parcours vlak en hadden we zij - tot rugwind. We stopten aan de ruïne van de Convento de San Anton in Hontanas, de prachtig gerestaureerde San Martinkerk in Fromista, de tempelierskerk vanVillalcazar de Sirga en een 3 tal gothische bezienswaardigheden in Carrion de los Condes.
Momenteel zitten we dit verslag te schrijven in de spiksplinternieuwe refugio van Terradillos de los Templarios, die 7 dagen geleden in gebruik is genomen. omdat er op de Spaanse computers geen fotoprogramma is geïnstalleerd, kunnen we alweer geen foto's comprimeren om ze in te voegen.
Vandaag gezien op een bord dat we nog een 450 km te fietsen hebben naar Compostela..... Momenteel zitten er 2072 op. Pieter en Paul
Tussentijds berichtje (verslag van de ritten van gisteren en vandaag volgt later, want we willen nu Burgos bezoeken bij ochtendzon)
We zijn zo gewend aan onze lintbebouwing, dat de desolate, uitgestrekte Spaanse vlakten en heuvellandschappen met de rode aarde en de immense tarwevelden aanvankelijk een beetje vreemd aandeden, maar naderhand echt rustgevend zijn. We hebben onze levensstijl een beetje aangepast: omdat kamperen in de tuin van een refugio (3 euro pp) en gaan eten (drie gangen, brood a volonte + een fles goeie Rioja: 11-13 euro) hier zo goedkoop zijn, sparen we onze gas voor de koffie 's morgens. Tot later, Pieter en Paul
Deze morgen om 6 uur opgestaan in de Refugio, een eerder onpersoonlijk gedoe met 85 mensen; ieder leeft er in groepjes zijn eigen leven, niet gemakkelijk om nieuwe contacten te leggen. Estella is een stemmig stadje met smalle straten in het oude stadsgedeelte. We bezochten er de voornaamste kerken: San Miguel met in haar portaal een uiterst belangrijke exemplaar van laatromaanse sculptuur. San Pedro de la Rua met een indrukwekkende trap tegenover het paleis van de vroegere koningin Estella gelegen.
Daarna kregen we een fameuze klim te verwerken naar Laguardia, een charmant oud en versterkt wijnstadje. Hierbij verlieten we Navarra om plaats te maken voor de Riojastreek. De kathedraal was gesloten wegens siesta tussen 14 - 16 u. Spijtig want hier blijkt ook de timpaan van groot cultureel belang te zijn. We genoten toch van het stadje dat zeer charmant overkomt.
Tenslotte daalden we af naar Najera, de gezellige hoofdplaats van de Rioja. Hier kwam het befaamde Santa Maria la Real kloosterpand aan zijn trekken: een merkwaardige mix van prachtige gotiek en overladen barok. Speciaal is ook dat de kerk tegen de rode rotsformatie met talrijke grotten aangebouwd is. We dachten nog door te rijden naar San Millan de la Cogolla met de monasterios de Suso en de Yuso, maar daar het onze verjaardag is gunnen we ons een rustige avond met een etentje. Overigens deden we vandaag terug 110 km. Pieter en Paul
Na een heerlijk en overvloedig ontbijt in de Nederlandse Refugio, om 6.30 u, hebben we nog even rondgereden in het dorp om wat foto's te nemen; Om 7.45 u begonnen we aan de 20 km lange klim naar Alto de Ibañeta. Aan het gedenkteken voor Roeland, paladijn van Karel De Grote, die in de pas van Roncevalles het leven liet, bij de slachtpartij door de Basken, stopten we even. In Roncevalles zelf bezochten we het Santagohospìtaal, de Romaanse abdijkerk en de Roelandkapel, die echter gesloten bleek. Naar Pamplona hadden we nog 2 serieuse hellingen; we slalomden ons door het drukke verkeer naar de kathedraal, die naast de Gotische, barokke en Roccocco stijlen duidelijke Moorse invloeden ondergaan heeft. Ook de abdij was een bezoekje waard, omwille van z'n mooie tympaan. We reden verder langs de Camino Frances richting Puente la Reina; we namen een kleine afslag naar Sta. Maria de Eunate, een kleine maar stemmige Romaanse kapel, midden de tarwevelden. In Puente la Reina vonden we na lang zoeken de laatste 2 slaapplaatsen in de Refugio bij de Padres Reparadores.
Dag 11 - 12: Moissac (vorig verslag) - Miradoux - Geaune- St. Jean Pied de Port
Onmiddellijk na ons vorig verslag hebben we de abdijkerk St. Pierre in Moissac bezocht. De knappe timpaan en het oosters aandoend interieur waren opmerkelijk. In de brandende zon (35°) en met veel ups en downs reden we verder tussen de zonnebloem - en tarwevelden. In Auvillar kuierden we even langs de stemmige graanmarkthal waar juist een brocantemarkt plaatsvond. Even voor Miradoux vonden we een kleine rustige boerderijcamping tussen de zonnebloemvelden.
's Morgens om 7.20 u vertrokken we al onmiddellijk met een steile klim naar Miradoux. We weken even van de route af om het oud St. Jacobshospitaal La Romieu te bezichtigen. In Condom, de hoofdplaats van de Gascognestreek, die bekend is voor z'n Armagnac, bezochten we de Cathédrale St. Pierre, met zijn befaamde Romaanse timpaan en koorgestoelte. We deden ook Montréal en Air Sur l'Adour aan. In de kathedraal van deze laatste werden we hartelijk ontvangen door 2 dames die ons citroenlimonade en koekjes aanboden en waarmee we een lange babbel hadden.
Deze ochtend zijn we reeds om 6.50 u vertrokken; het was een stuk minder warm maar wel zeer vochtig. In Arzacq-Arraziget en in Morlan zagen we twee mooie Middeleeuwse kastelen. Deze laatste kreeg bezoek van ons. Na de abdij van Sauvelade en de goedbewaarde walmuren van Navarrenx te hebben aangedaan, vielen ons in St. Palais de typische Frans-baskische witte huizen op met rode luiken en bloemen. We reden de Stèle de Gibraltar langs, een gedenksteen waar de historische pelgrimswegen vanuit Tours, Vézelay en Le Puy samenkomen (zie foto) Vandaaruit bolden we in een serieus onweer door naar St. Jean Pied de Port, waar we in de drukste straat de accueil "Les amis du Chemin de St. Jacques" van waaruit dit verslag, en een refuge van Nederlanders vonden. Dus deze nacht slapen we eens niet in de tent. Daar hebben we zopas het avondmaal gedeeld met een bont gezelschap uit Quebec, Ierland, Nederland, België, Brazilië en New York City. Pieter en Paul
Op dit moment zitten ze in Geaune waar ze een aperitief kregen van een vrouw die ze hielpen om haar caravan op te zetten.Oei,oei! 132 km in de benen en cassoulet in de maag. Morgen komen de Pyreneën al in zicht. Momenteel doet Pieter zijn fiets het nog. Gelukkig is het morgen minder warm. Volgens schema zitten ze al 1370 km ver, in werkelijkheid 1466 km!
Vrijdag de dertiende werd uiteindelijk toch een pechdag voor ons. Eerst een lekke band, daarna kwam er speling op de achteras van Pieters fiets zodat we moesten omrijden om een fietsmaker te vinden, vervolgens kwamen er blazen op Pauls armen (factor 20 was duidelijk te licht) en tenslotte verloor Paul zijn kilometertellertje dat door de achterkomende auto platgereden werd. Vanuit Figeac zijn we naar Carjac gereden. Via Limogne (fietsmaker) zijn we uiteindelijk rond 17 uur in St-Cirq-Lapopie geraakt in de brandende zon (33°). Het uitzicht op het dal van de Lot is er gewoonweg schitterend. Ook de sprookjesachtige huizen spraken tot de verbeelding. We zijn verdergereden naar St-Géry omdat de camping municipale daar stukken rustiger en goedkoper is dan in St-Cirq. Zoals elke avond hebben we toch nog ons eigen potje gekookt en wasje en plasje gedaan. Pieter stopte zijn derde lekke band.
Vandaag zijn we rond 7 uur vertrokken voor een minder lastige trip: eerst langs de Lot en daarna door het dal. Cahors was onze eerste halte, waar we midden de wekelijkse markt belandden en even genoten van de gezellige drukte in de schaduw van de kathedraal St-Etienne. Vandaar reden we naar de historische Pont Vallentré, die we overstaken en van waaruit onze eerste serieuze klim van de dag. We hielden even halt in Montcucq en Lauzerte, twee charmante Middeleeuwse dorpjes. Momenteel zitten we dit verslag te schrijven in de Office de Tourisme in Moissac, naast de 7e eeuwse Benedictijnerabdij met de Eglise St-Pierre, die we na onze picknick zullen bezoeken. Vooral de zuiderpoort en de kloostergang zijn van grote culturele betekenis.
Daarna zullen we verder rijden naar Miradoux en eventueel Lectoure (afhankelijk van de staat van onze benen). Ondertussen is Pieters fietsachteras terug aan het opspelen. Hopelijk kunnen we het weekend doorkomen, want met de 14e juillet zijn er geen fietsmakers open.
Opstaan om 5.30 u; slapen gaan rond 22.30 Als de Fransen ons inhalen dan rijden ze op z'n Engels, dus gewoon op het andere rijvak We sparen reeds 7 dagen tampons (stempels) in ons pelgrimsboekjes We nemen de spreuk: "le vin est le sang du pélerin" serieus Ons gemiddelde ligt rond de 20 km/uur Onze gemiddelde hartslag: Paul: rond de 130, Pieter rond de 120 Fietstijd van dag 1 - 7: Paul: 50 u 39', Pieter 48 u 38' Totaal aantal kms: 970 in werkelijkheid gereden; berekende kms: 918 km. Snelste afdaling aan max 72 km/ uur.
Wellicht tot dinsdag, want morgen de 14e juillet, maandag is bijna alles gesloten. Pieter en Paul
Gisteren hadden we heel wat beklimmingen te verteren. Na de Col d'Aubrac, waar we ons in Schotland waanden, bezochten we het oude St. Jacobshospitaal van Aubrac. Daarna daalden we aan max. 66 km/uur af naar het dal van de Lot. We bezochten 3 van des plus beaux villages de France: St. Come met zijn getormenteerde kerktoren en prachtige Middeleeuwse huizen, Espalion met de afhangende oude leerlooiershuizen langs de Lot en de ruine van het kasteel torend boven de stad, Estaing, wondermooi gelegen aan de Lot met kasteel en kerk (zie foto) de broer van Giscard d'Estaing was er burgemeester.
Even verkeerd gereden met als gevolg een extra col na ons middagmaal. In de namiddag aangekomen in het adembenemende Conques, waar we kerk, met beroemde timpaan, en het museum met de schatten van Europese edelsmeedkunst (o.a. van Pepijn De Korte en Karel De Grote) bewonderden. Bijna de hele collectie was gewijd aan Ste. - Foy. We picknickten in de avondzon op het kerkplein met zicht op de prachtige timpaan en kuierden nog wat rond in het dorp.
Vandaag terug vroeg vertrokken, in de mist, eerst om foto's te nemen van Conques in de vroege ochtendzon en daarna om onze zoveelste col te verteren. Niet dat we geloven in de dertiende, maar deze morgen bij het pakken ontdekten we een tweede lekke band. Aan de Croix du Pargadou hadden we een prachtig zicht op de 2 valleien. Momenteel zitten we in een Cybercafé in Figeac en rijden straks door naar Cajarc, St. Cirq - Lapopie, St. Géry.
Vandaag fietsten ze 115 km tot op meer dan 1000 km hoogte! Ze passeerden Nasbinal-en-Aubrac en Aubrac zelf waar vroeger het St Jacobshospitaal gelegen was. Ze genoten van 3 mooie dorpen langs hun weg:St Come-d'Oult, Espalion,Estaing. Als kers op de taart kwamen ze toe in Conques. Prachtig!Daar verblijven ze vanavond. Hun avondeten verorberden ze aan de kerk aldaar. Smakelijk! Greet.
Onmiddellijk na ons vorig bericht gisteren begonnen we aan de zware beklimming van de Col de la Chaise de Dieu (ong. 10 km aan 7 à 8%). We werden voor onze moeite beloond. De romaanse église abbatiale is werkelijk overweldigend door zijn eenvoud. We mochten als pelmgrims de kerk, de binnenhof en de monikkenzaal met kerkschatten gratis bezoeken. Het prachtig gesculpteerde koorgestoelte en orgel, de Brusselse gobelins, de fresco met de 'Danse macabre hebben een enorme indruk nagelaten. Daarna zijn we in de gietende regen naar le Puy en Velay (660 m hoog) afgedaald en mochten op de camping één van de laatste plaatsen innemen. Doornat ('t was 13°) hebben we bibberend en klappertandend de tent opgezet en we zijn er niet meer uit gekomen...
Deze ochtend om 5.30 uur opgestaan om tegen 6.45 uur in de kathedraal te zijn voor de pelgrimsmis en -zegening. Beide werden met veel theatraal vertoon verzorgd door een heel merkwaardige priester. Daarna klommen we nog naar een vroeg-romaanse kapel bovenop een lavarots van 80 m hoog. Om 10.15 uur zijn we veel goede moed vertrokken, want we wisten dat er heel wat klimwerk te doen zou zijn: niet minder dan 3 passen met een hoogteverschil van 500 m. We deden dan ook maar 95 km vandaag (een zogezegd rustige dag...) In Aumont-Aubrac werden we aan de kerk verwelkomd door een vriendelijke dame die ons voorstelde om in het parochiehuis te slapen, zodat we eens warm zouden kunnen liggen en fatsoenlijk zouden kunnen koken.
Vandaag deden ze 130 km. Het was verschrikkelijk koud!Ze deden 2 cols en Abbeye La Chaise Dieu was indrukwekkend!
Nu zijn ze in Le Puy. Ze hebben hun tent in de gietende regen opgezet. Slaap droog! Greet
Ook al is het de zoveelste keer dat we in Vézelay waren, toch blijft de Ste. Marie Madeleine basiliek ons intrigeren. We zijn er dan ook een tijdje gebleven, zodat we 's namiddags nog een hele rit voor de boeg hadden. Bij les amis de Compostelle zijn we heel vriendelijk en charmant ontvangen door een oudere dame, die ons wel serieus onder vuur nam, of we wel pelgrims waren ofwel toeristen. We zeiden haar dat het een combinatie was, daar we ook van de natuur en de cultuur wilden genieten. Op de camping konden we net voor het naderende onweer onze tent opzetten in Cercy la Tour.
We zijn opnieuw om 5.30 u opgestaan om rond 7 u te kunnen vertrekken. In de voormiddag hebben we goed kunnen doorrijden in de Auvergnestreek, het waterreservoir van Frankrijk. We passeerden een aantal mooie kastelen. In Lapalisse was het Cybercafé en de médiathèque jammer genoeg gesloten (maandag) Het laatste deel van de rit was zwaar omdat we het Centraal Massief inreden. Het venijn zat helemaal in de staart omdat we de laatste 10 km in de gietende regen moesten afleggen. Onze tent toch droog kunnen opzetten. De tent heeft enkele zware onweders goed doorstaan.
Vandaag terug vertrokken rond 7.15 u; we kregen onmiddellijk de col de la Loge voorgeschoteld, wellicht 2e Categorie, ca 7 km lang, op bepaalde momenten in de gietende regen. Koud, koud, koud. Pas tegen de middag een beetje opgewarmd. We rijden straks naar La Chaise Dieu en daarna naar Le Puy en Velay.