Jantje steekt zijn vinger omhoog. De meester zegt: "Wat is er?". "Ik moet naar de wc, meester", zegt Jantje. "Wacht maar even", antwoordt de meester. "Jullie krijgen een vraag: wat is de grootste oceaan? Jantje, weet jij het antwoord?". "Ja," zegt Jantje, "onder mijn stoel".
De meester geeft les over het menselijk lichaam. Hij vertelt: "Als ik buk, stroomt er bloed naar mijn hoofd. Waarom niet naar mijn voeten, terwijl die toch altijd beneden zijn?" Jantje weet het: "Uw voeten zijn niet hol, meester."