Maandagnamiddag was de maat vol en zijn we onder de bomen wat gaan afkoelen. We namen onze kommen, potten, soeplepels mee om te vullen met water, en grote handdoeken voor wie toe was aan rust.

Hoe geraakten onze kommen het snelste vol: met de soeplepel? Met de kleine bakjes of met de grote potten? Waar kon het meeste water in?

Eens de kommen gevuld konden we beginnen. Sommigen maakten watersoep, anderen maakten theewater of koffie.

En met de dopjes waren we ook weer even zoet! We konden roeren, scheppen, sorteren per kleur.

Toen zorgde ik voor verfrissing en spatte wat water in het rond! De kleuters volgden maar al te graag het voorbeeld, alleen goten zij met volle potten mekaar nat!

Het water was net op tijd op, tijd voor droge kleertjes, een fruitje en boekentassen maken.

PS: wie ziet er wat fout is?