Wie is de opvoeder?
Voor het gemak neem ik de situatie dat de pup in een huishouden komt met meerdere personen. Ach, zult u wellicht zeggen, dat vrij nemen hoeft niet zo nodig iedereen in mijn huis zal zijn deel bijdragen in de opvoeding/eerste weken van de pup. Mijn ouderwetse advies is NIET DOEN, er moet een persoon zijn in uw huishouding die primair belast is met de pup. Voor de pup moet absoluut duidelijk zijn vanaf dag numero uno dat die persoon het is waar hij op moet letten. Van die persoon krijgt hij beloningen, strafjes, die speelt met hem, geeft hem eten enz. DAT IS ZIJN RICHTPUNT.
 Lekker spelen
| Mijn achterliggende gedachte bij deze theorie is dat het voor de pup super duidelijk is na de grote overgang van fokker, nestgenoten, moeder naar uw huis, omgeving, mensen dat er eentje binnen die roedel is die voor hem wel de opperhond moet zijn. Vaak zien wij dat bij gedragsproblemen bij honden op latere leeftijd dat deze terug te voeren zijn naar fouten en vooral onduidelijk en inconsequente opvoeding in de eerste zes maanden van de jonge hond. Een Duitse Herder is in deze levensfase niet een soort pc waarop alle leden van het gezin kunnen inloggen en hun commandos in kunnen toetsen. |
De pup moet van degene in het gezin die dit het beste kan zijn input krijgen. Begrijp me niet verkeerd dat de andere mensen in het huis de pup moeten negeren. Een jonge Duitser is immers gek op sociaal contact met de meute om hem heen. Maar dat er een is binnen de mensenmeute die hem laat weten wat mag en niet mag, en waar hij de meeste aandacht van krijgt. Hangt pupje smorgensvroeg blij als hij is dat het volk weer gezellig beneden verschijnt vol goede moed in de broekspijp van van je partner of kind
het is het opperhoofd die hem duidelijk maakt dat dat niet mag. Oké dan
..die krant die daar opeens door de deur heen valt is ook leuk verscheurspeelgoed
.jij staat op en maakt pupmans duidelijk dat krantje voor jou is en niet voor pupmans.
Het grote belang van de juiste aanpak bij de jongeling wil ik u aan de volgende fasen nog eens uitleggen: Vanaf 3-12 weken begint de belangrijkste fase in het leven van de pups de primaire socialisatiefase De pups MOETEN in deze fase met alles kennis maken waarmee ze later in hun leven geconfronteerd kunnen worden. Ze zijn nu heel nieuwsgierig, staan open voor alles en nemen nieuwe indrukken snel op. In deze fase speelt de fokker een belangrijke rol (van 3 tot 7-8 weken) hij moet zorgen dat de pups in contact komen met mensen liefst in alle soorten, maten en kleuren. En ook me soortgenoten in alle gedaantes. Ze moeten wennen aan het hele scala aan geluiden wat dagelijks om ons heen is. Mee naar de kinderboerderij wennen aan andere dieren, drukte van mensen enz. Selecteer als koper de fokker ook op deze eigenschappen! Het deel van zeg 8-12 weken moet u doen. U gaat verder waarmee de fokker (als het goed is tenminste) al begonnen was. Dus u gaat verder met het indrukken op laten doen door de pup.
 Socialiseren met andere dieren Kennel v Scalindjo
| Na de primaire socialisatiefase (eindigt na 12 weken) begint de secundaire socialisatiefase Ook wel angstfase genoemd. De natuurlijke nieuwsgierigheid gaat over in een natuurlijke vluchtneiging. Ineens kunnen ze overal bang van worden. Er kan ook desocialisatie optreden. Dat betekent dat zaken die ze eerder normaal vonden (tot de 12e week) nu als eng ervaren. Het blijft in deze fase van groot belang dat de pup nog steeds aan zoveel mogelijk situaties bloot te stellen. |
Bij angst dit niet bevestigen door troosten of pup oppakken. Maar je een leider tonen en de pup helpen zijn angst te overwinnen door hem af te leiden met iets leuks/lekkers. Stel de pup schrikt/is onder de indruk van een ding op straat. Hij toont zich onzeker en angstig. Ga dan niet als baas gehurkt bij dat voorwerp zitten en proberen pup met een hoog stemmetje te lokken. De pup zal denken wat doet mijn baas raar, daar moet wel iets ernstigs mee aan de hand zijn verder hurkt u = in elkaar kruipen = voor pup bevestiging uit uw houding dat er iets duidelijk mis is met dat voorwerp op straat. Beter is het om helemaal niet uw aandacht op het voorwerp te richten. Leidt de pup af met iets (balletje, speeltje, voertje) negeer zijn onzekerheid. En straal zo uit naar de hond dat er NIKS aan de hand is.
 Socialiseren met andere dieren Kennel v Scalindjo
| Na de secundaire socialisatiefase begint rond de leeftijd van vijf á zes maanden, de puberteit. Hierin proberen de honden alles wat ze eerder geleerd hebben aan commando's en oefeningen weer te vergeten. Ze komen niet meer, ze gaan niet meer in één keer zitten en kunnen ineens gaan grommen bij de etensbak of de kluif. Ze proberen nu definitief hogerop te komen. Belangrijk in deze fase is dat je als baas de hond geen gelegenheid geeft verkeerd gedrag te vertonen. |
Komt hij niet meer, dan wordt hij tijdens deze periode alleen aan de lijn uitgelaten. Wil hij niet gaan zitten, dan geef je als baas weer de hulpjes die je hem eerder leerde om het zitten te leren. Je zorgt ervoor (verlangd) dat hij op het eerste commando gaat zitten, je vraagt het hem geen vijf keer. Afhankelijk van de consequentheid van de baas, nu en in de eerste zes maanden van het leven van de pup, kan deze puberteit duren van ongeveer een maand of zes tot
.het woord is aan de baas!
Schrik niet van bovenstaande gedragingen, je hoeft helemaal geen Martin Gaus te zijn om een Duitse Herder op te voeden tot een hond die zich netjes gedraagt. De Duitser is van nature leergierig, hij is graag met zijn baas bezig om dingen te leren. En hij vergeeft zijn baas veel foutjes in de opvoeding. Consequent zijn in de jeugd van de hond is echter heel belangrijk ik kan het niet vaak genoeg zeggen. Evenals dat de ervaringen van de hond zwart wit zijn. Wat is voordelig voor mij (waar haal ik een beloning uit) wat is nadelig voor mij (waar hou ik een minder leuke ervaring aan over).
Val dus niet in de valkuil van de wisselvalligheid en onduidelijkheid in jouw gedrag/actie (ook non verbaal) naar de hond toe. Stel je vindt het een leuk gezicht als de pup met een week of tien met jouw maat 45 werkschoen loopt te slepen. Je lacht en doet vrolijk tegen hem. Morgen pakt hij wellicht je zondagse schoenen je vond het toch leuk? Mag het nu niet meer?
Wat is het toch gezellig zon pup op de bank, lekker tegen je aan en een prachtig gezicht. Puppie groeit echter als kool en vindt die bank ook een lekker plekkie, zelfs als hij net in de stromende regen is uitgelaten met de modder tussen zijn poten. Jij wilt hem nu liever niet op je design hoekbank hebben
.de hond snapt daar dus helemaal niks van. Je vindt het zo leuk als je thuiskomt en de pup springt dolblij en opgewonden tegen je op. De baas is thuis. Jij bent ook blij dat het diertje schijnbaar al zo gesteld op je is. En je kroelt hem, en begroet hem vriendelijk. Nu komt je schoonmoeder op bezoek met haar nieuwe H&M outfit. Hee denkt hondje leuk er komt weer iemand door die deur. Ga ik lekker springen want dan wordt ik gekroeld en geaaid. Een van je kinderen geeft Rex altijd wat te eten als ze aan tafel zit. Zo komt zij mooi van de stampot af die ze niet lust. En kijk de pup toch eens smullen. Voor je het weet is het rammelen van de borden genoeg om een kwijlende bedelende lobbes elke avond naast de tafel te hebben
en leer het hem nou maar weer af. Concreet: leer de hond niet eerst dingen die later niet meer mogen. Zo maak je het alleen jezelf moeilijk tijdens de opvoeding. Een hond iets leren is vaak makkelijker als ongewenst gedrag later weer afleren.
Leren voor de hond is dus in zijn geheugen opslaan van ervaringen in boeken kom je vaak het woord conditioneren tegen. Eigenlijk het verankeren of borgen van bepaalde prikkels en reflexen en ervaringen ook nog vaak gekoppeld. Neem het voorbeeld van het avondeten waarbij de hond steeds iets krijgt van uw kind tijdens het eten. Nooit van u of u partner. Hij leert heel snel dat hij bij uw dochter moet gaan zitten, van u heeft hij immers nooit niks gekregen. Hij leert ook dat hij haar aan moet kijken want op een bepaald moment kijkt zij ook naar hem en dan laat ze wat eten op de grond vallen (beloning voordeel). Alles rond dat eetmoment gaat de hond in zijn geheugen opslaan (conditioneren) zo zal hij ook onthouden dat als u de borden op tafel zet (pakken uit dezelfde kast, zelfde geluid) het bijna partytime is. Hij begint nu al te kwijlen (reflex) en wordt onrustig. Als uw dochter aanschuift is het helemaal in orde voor hem want hij heeft geleerd dat het hele ritueel hem straks weer wat oplevert namelijk een lekker hapje.
Verbaas u echter niet als u dochter er niet bij is met het eten, dat hij zijn reflex behoud (borden op tafel onrustig al kwijlen) dat hij heel snel besluit hier is niks te halen van die twee die er nu zitten krijg ik nooit iets, ik ga maar lekker op mijn plaats liggen.
Een ander voorbeeld is als u voor het uitlaten altijd hetzelfde (vaak onbewust) doet. Stel voor u de hond uitlaat loopt u altijd naar de gang en kamt u haar voor de spiegel die daar hangt. De hond leert dat heel snel te koppelen aan het uitlaten (is leuk positief). De gang en spiegel en het haar kammen betekenen niets voor hem maar gekoppeld aan het ALTIJD daarna naar buiten mogen is voor hem genoeg reden omdat te borgen in zijn hoofd (conditioneren). Nu hij dat waar neemt gaat hij alvast onrustig voor de deur staan te springen en te blaffen. U komt uit de gang met de riem hij wordt nog drukker. Riem om, struikelt bijna over de drukke hond en hup mee naar buiten. Hier beloont u ook zijn drukke gedrag bij de deur (wat op den duur irritant voor u kan worden). De reflex (u gaat naar de gang haren kammen de hond weet dat hij nu uitgelaten wordt) doet u niets aan. Het drukke bij de deur ziet u als ongewenst dat wilt u niet. Hij staat daar inmiddels druk te doen als u met de riem op hem af komt. Nu doet u eens helemaal niets u blijft gewoon stil bij hem staan tot hij rustiger wordt, en laat hem zitten bij de deur (het kan zijn dat we de eerste keer inmiddels een kwartier verder zijn). Nu doet u de riem om en pas de deur open hij mag naar buiten. Nu beloont u zijn rustig zijn en zijn zitten met het naar buiten gaan. Als u dit ook weer consequent vol weet te houden (en uw huisgenoten ook die hem uit laten) zal de hond dit gedrag ook gaan conditioneren (borgen). Hij reageert op de reflex van u uitlaatvoorbereiding en heeft geleerd bij de deur gaan zitten en kop houden des te eerder ben ik buiten en dat vindt ik leuk.
Belonen en bestraffen (straf heeft hier niets met lijfelijke straf te maken maar moet u ook lezen als het onthouden van of het uitstellen van het leuke of de beloning of het voordeel), zwart wit klinkt simpel. Zo kunt u wellicht zelf ook nog wel een paar voorbeelden verzinnen van het effect van uw handelen/aktie op het gedrag van de hond.
Dit artikel is in eerste instantie geschreven voor de nieuwe Duitse Herder bezitter die misschien ook tevens zijn eerste pup aanschaft. Die in principe de hond als huishond heeft aangeschaft en niet van plan is om er de sport (africhting/showen) mee in te gaan. Het is dan altijd raadzaam om je kennis over gedrag van honden wat te updaten door met de jonge hond een cursus te gaan volgen en wat boeken over gedrag te lezen. Je steekt er altijd wat van op als combinatie (baas-hond) en je bent ook nog lekker een of twee keer in de week bezig met de hond. Jij leert, de hond leert en zo kom je tot beter begrip voor wat betreft de dos en donts met betrekking tot opvoeden/trainen. En je kunt eventuele problemen voorleggen aan de trainer en praten met mede cursisten over hun wel en wee met de jongelingen. Dit trainen kan prima bij een Kynologenclub (KC) of VDH (rasvereniging) kringgroep, of NBG (alle rassen) club. Ga er eens een paar bezoeken
.wie weet wordt het straks toch je hobby sporten met je hond.
 Lekker de sneeuw ontdekken
Dit artikel is geschreven door Gerrit Nagel
|