
Het rijk werd door de Númenoreanen onder Isildur en Anarion gesticht samen met Arnor in het jaar 3320 van de Tweede Era. Gondor ligt zuidelijk in Midden-Aarde. Aan het Oosten wordt Gondor begrenst door Mordor, ten noorde ligt Rohan. Rohan behoorde vroeger nog tot Gondor, maar werd aan Eorl geschonken omdat hij de Orcs uit Gondor had verdreven. Ooit was de Hoofdstad Osgiliath, maar na de verovering van Minas Ithil (nu Minnas Morgul), de stad van de maan, werd Minas Tirith de hoofdstad, de zonnestad. De twee steden waren oorspronkelijk forten, waar de mensen zich terugtrokken als Mordor aanviel. Maar door de verovering van Minas Ithil door de tovenaar-koning moesten ze zich terugtrekken in Minas Tirith, en ontstonden er enkele conflicten om de stad Osgiliath, waardoor deze meer op een ruïne ging lijken dan op een stad. Doordat Gondor de streek is die het dichtst bij Mordor ligt mag deze streek niet onder heerschappij vallen van Sauron, dus werd Minas Tirith verstevigd, maar de eeuwe ouwde stad laat zijn sporen na, de onverwoestbare steen is vervalen, en de stad word bijna veroverd in 3019 door de aanval die onder lijding stond van Gorbag, waar Aragorn en Theoden net de stad kunnen redden met hun machtige legers.
Doordat de lijn der koningen werd doorbroken door de dood van Isildur kwam de stad en landen rondom in handen van de Stadshouders, de laatste stadshouder, Denethor, zag zichzelf als koning, en wou Arragorn nooit op de troon krijgen, maar naa zijn dood werd Aragorn koning van Gondor.
|