Rol het deeg uit, leg het over een ingevette (zie kooktip 2) lage taartvorm (Ø 28cm) en druk het aan.
Snijd het overtollige deeg van de randen, doorprik de bodem een paar keer met een vork en zet de vorm in de koelkast.
De rijst spoelen onder stromend water.
Breng in een pannetje de melk, suiker, rijst en vanillesuiker al roerend aan de kook.
Draai zodra het kookt het vuur tot een klein pitje.
Laat de rijst, onder af en toe roeren, op een zacht vuurtje 30 à 45 minuten pruttelen (zie kooktip 3) of tot de rijst gaar is (nu heeft men rijstpap).
Laat het geheel afkoelen.
Zodra het voldoende afgekoeld is, schep men er de eierdooier, ei, banketbakkersroom en de room onder: de rijstpap moet duidelijk vloeibaar zijn, want anders wordt de taart na het afbakken te droog.
Haal de vorm uit de koelkast, vul ze tot aan de rand met de rijstmassa en strijk met een spatel het oppervlak gelijk (zie kooktip 4).
Plaats de vorm in een op 200°C voorverwarmde oven gedurende 30 à 40 minuten.
Controleer of de rijsttaart gaar is. De taart is gaar als een ingestoken breinaald er schoon uitkomt. Zit er nog room aan de breinaald dan moet de taart nog even verder gebakken worden. Verder moet de bovenkant van de rijsttaart een goudgeel kleurtje hebben.
Haal de taart uit de vorm en laat ze op een rooster afkoelen.
SERVEERTIPS:
Versnij in punten en serveer.
KOOKTIPS:
Variatie op rijst:
Men kan dit ook bereiden met Italiaanse arborio-rijst.
Variatie op invetten taartvorm:
Gebruik bakpapier of het papier waar de rol deeg is in verpakt (dit is meestal bakpapier).
Men kan de rijst ook klaarmaken in een op 150°C voorverwarmde oven gedurende 45 minuten. Dan hoeft men niet te roeren en heeft men geen last van aanbranden.
Men kan eventueel de deegrand, voordat men de taart afbakt, bestrijken met losgeklopt ei.
bouquet garni (tijmtakje, laurierblaadje en peterseliestengel)
-
olijfolie
1
dl
room
-
peterselie, fijngehakt
-
eventueel knolselder- en wortelbrunoises (kleine blokjes) en/of walnootstukjes
-
nootmuskaat
-
Versgemalen zwarte peper en zeezout
BEREIDINGSWIJZE:
Verhit wat olijfolie en fruit er de ui en knoflook glazig in.
Doe er de knolselder, prei en wortel bij en stoof deze even mee.
Voeg de bouillon en bouquet garni toe. Kruid met peper en zout.
Breng aan de kook en laat 30 minuten op een zacht vuurtje sudderen.
Verwijder de bouquet en mix de soep met een staafmixer.
De soep eventueel zeven door een bolzeef en indikken met een roux of sausbinder tot gewenste soepdikte (zie kooktip 3).
Room toevoegen en verder op smaak brengen met nootmuskaat, peper en zout.
SERVEERTIPS:
Versier met gehakte peterselie en serveer met stokbrood.
Eventueel beetgaar gestoofde groentebrunoise (zoals knolselder- en wortelblokjes) en/of walnootstukjes aan toevoegen.
KOOKTIPS:
De knolselder pas op het laatst moment van bereiding in blokjes snijden om bruinverkleuring te voorkomen.
Men kan de soep ook bereiden met 1 l bouillon en 0,5 l (half)volle melk.
De soep kan ook ingebonden worden met aardappelen: voeg, na het verwijderen van het laurierblaadje, er een gekookte aardappel aan toe en mix de soep. Of voeg een ongekookte aardappel toe aan de knolselder, prei en wortel en werk verder af volgens bereiding.
Ook lekker met spekblokjes, croûtons, chi-také, versnipperde filet de Saxe of andere hamreepjes (rauw, gerookt of gekookt).