1. Praten lucht op. Kies een volwassene die je vertrouwt en waar je je prettig bij voelt.

2. Praat ook altijd met je ouders, zij kunnen je helpen. Erover praten is géén klikken!

3. Vertel het tegen je leerkracht. Geef hem/haar de adressen die op de vorige pagina stonden.

4. Onthoud dat het NIET jouw schuld is. Misschien ga je dat denken. Maar niemand heeft het recht om je te pesten.

5. Vertel pesters dat je het niet leuk vindt. Ze moeten weten dat ze je pijn doen. Houd er desnoods een spreekbeurt over (lef hebben!). Doe net of het om iemand anders gaat en de klas heeft heel goed door waar je over praat. Betrek je leerkracht erbij. Je kunt bij stichting Chris van alles bestellen met informatie over pesten.

6. Lees boeken over pesten. Daar staan heel veel tips en adviezen in. Voor jezelf, voor je ouders en je school. In de bibliotheek vind je er ook een hele