|
Deel 3xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Inleiding
(achtergrondmuziek CD The Passion of the Christ nr. 9: Mary goes to Jesus)
Nu de vader pas echt de knepen van het vak kende, werd hij onmiddellijk naar het front gestuurd. Dit kwam voor hem wel zéér onverwacht. Hij dacht dat hij wel bij de zwakkelingen zou horen en voorlopig nog niet naar het front moest. Hij dacht verkeerd.
Na alle instructies gekregen te hebben, gingen ze in verschillende groepen naar hun bestemming. Ze moesten zich warm kleden en hun eerste voorzorgen nemen tegen de vallende granaten. Ze kregen ieder een helm en een geweer in de hand gestopt.
Algauw kwamen ze terecht in de loopgraven waar de lijken zomaar op de grond lagen: morsdood. Het stonk er verschrikkelijk en iedereen zat angstig te wachten tot de volgende aanval. Die wachttijden waren ondraaglijk. Het kon uren duren voordat de tegenpartij iets van zich liet horen.
Iedereen was druk in de weer met zichzelf te beschermen. Er waren er zelfs die druk brieven aan het schrijven waren naar het thuisfront hoe verschrikkelijk het wel is in de loopgraven. Iedereen schreef zowat ongeveer hetzelfde, namelijk dat het er qua comfort en hygiëne absoluut niet goed was.
Iedereen werd voortgestuwd door de persoon die achter hem liep. Sommigen hadden hun Paternoster meegenomen om te bidden tot God en te smeken dat er niet veel doden zouden vallen. Eén van hen had een kleine bijbel meegenomen van thuis die hij absoluut niet kon loslaten.
Als er s avonds niet meer gevochten werd, probeerden ze de tijd te doden door een potje te kaarten. Dan was het algauw tijd om te gaan slapen.
Het slaapcomfort was ook niet al te best. Allemaal lagen ze met hopen op elkaar. Zoals elke avond moest er ook iemand de wacht houden om te zien of er toch niemand probeerde om aan te vallen terwijl de anderen sliepen.
Het sociale contact moest wel sterk zijn om te overleven. Als je niet sociaalvoelend was, kon je je leven maar beter op je buik schrijven.
___________________________________________________________________________
Vandaag heeft vader ons laten weten via zijn commandant dat hij nu écht aan het front zat. Nu kon hij even geen brieven meer schrijven. Toch heb ik voor hem nog een klein gedichtje uitgevonden in de vorm van spreuken:
(gedicht van de site http://www.ouderalleen.nl/pagina.php?pagina=197)
Vrede is geen weg, geen doel, maar een staat van zijn.
Plant een beetje Vrede in de onrust op de aarde. Zoek in de aardse puinhoop de wezenlijke waarden.
Hoe
zwaarder de innerlijke strijd, hoe sterker de persoonlijke Vrede.
Ieder akkoord bestaat uit verschillende klanken.
Rijk is de mens die de schat van Vrede en Stilte bewaart.
De wijze mens vecht niet, hij leeft.
Ik ben nu min of meer van mijn ziekte verlost. Ik heb wel veel pijn moeten doorstaan en heb ondertussen een beetje geholpen met het boek dat moeder aan het schrijven is voor vader. Het eerste stukje is al volledig klaar:
Het geluid van stilte is het mooiste geluid dat er bestaat. Je kunt er uren naar luisteren.
Reis de wereld rond en kijk naar het paradijs dat ons geschonken is.
Kijk naar de zee, zie wonderen gebeuren en blijf geloven in een betere wereld.
Droom van een wereld waar vrede is.
Vele mensen worden vaak misbruikt door anderen.
Velen misbruiken de anderen.
Hou je hoofd omhoog en hou moed om met Jezus op weg te gaan.
Als we allen samenwerken aan die wereld waar ieder mens van droomt, zal er een bondgenootschap ontstaan tussen alle volkeren.
Er zal geen onderscheid meer gemaakt worden.
Geen rijken of armen meer, geen blanken of zwarten meer.
Allen gelijk aan elkaar.
Moge God ons daarin steunen en met ons op weg gaan.
......................................................................................................................................................
(achtergrondmuziek CD Voyage à Compostelle nr. 10: Stella splendens)
Ik ben gevlucht. De enige uitweg die ik zag was zo snel mogelijk iemand ontmoeten die met mij wilde meetrekken. Als jong meisje alleen rondlopen is zeer gevaarlijk. Het heeft een hele tijd geduurd vooraleer de oorlog écht begonnen was. Voordien waren er wel gevechten, maar zeker niet zo erg als ze nu zijn. Ik werd bang en ben meteen weggetrokken. Ik wilde zó ver reizen dat niemand me ooit zou terugvinden. Ik ben tot in Nederland gereisd. Het ging vlotter dan ik had gedacht. Tot mijn grote verbazing zag ik daar iemand die net hetzelfde idee als ik. Toen hebben we beslist om samen verder te trekken. Ik ben nu volop aan het nadenken hoe we verder zouden reizen. De enige manier die ik voor ogen had, was nog een paar dagen in Nederland blijven en afwachten tot we genoeg geld hadden om voor de tweede maal met een helikopter verder te vliegen.
......................................................................................................................................................
10 seconden muziek
Ik ben blij dat ik iemand gevonden heb om met me mee te reizen. Samen zullen we veel vredevolle momenten beleven. Alleen is tenslotte maar alleen. We hebben samen al een paar spreuken bedacht om tijdens onze bezinningsmomenten even bij na te denken.
(spreuken van de site http://www.ijzertoren.org/indexnew.php?section=3&chapter=22&
subchapter=45)
Vrede is de noodrem van de wereldgeschiedenis. Waar onwetendheid heerst, is ware vrede onmogelijk. Aangezien oorlogen ontstaan in de geesten van de mensen, moet de verdediging van de vrede daar opgebouwd worden. Vrede is de lont van een aardbol vol liefde. Oorlog is mensenwerk, vrede ook. Velen vergeten waar de vredespijp ligt, maar weten wel precies waar de strijdbijl ligt begraven. Eén minuut geduld kan tien jaar vrede betekenen. Vrede begint met een glimlach en een glimlach is het begin van de liefde. Verdraagzaamheid is de rode loper naar vrede. Er is geen weg naar vrede, vrede is de weg. Wie anderen niet kan vergeven, maakt de brug kapot, waar hijzelf nog overheen moet. Oorlog: een laffe vlucht uit de problemen van de vrede. Wanneer volkeren vrede willen, moeten ze de speldenprikken vermijden die aan kanonschoten voorafgaan. Vrede wordt niet gehandhaafd door strijdkracht, maar door het gezond verstand. Er is nog nooit een goede oorlog of een slechte vrede geweest. Vrede is, net als het leven zelf, geen uitbarsting van liefde of een mystieke eenwording van vijanden, maar een eerlijk en verstandig compromis tussen tegenstrijdige belangen. De mensheid maakt een einde aan de oorlog, of oorlog maakt een einde aan de mensheid. Vrede kan niet bewaard worden door middel van strijdkracht, het kan alleen bereikt worden door middel van verstand. Als de vrede ergens verbroken is, dan is de vrede overal in gevaar. Zij die in oorlog zijn met anderen, zijn niet in vrede met zichzelf. Vrede begint met het onvoorwaardelijke respect voor het individu. Iedereen wil de vredespijp roken, maar niemand gaat de tabak halen. Woorden zijn stiller, maar sterker dan wapens. Elke hand die uitgestrekt wordt naar verzoening, is een stap tot vrede in de wereld. Oorlogen kennen geen overwinnaars. Geweld brengt nooit vrede. Slimme bommen bestaan niet, alleen domme gebruikers. Vrede mag niet uit de loop van het geweer komen, maar uit het hart van de mens. Geen enkel conflict is de vernietiging van mensenlevens waard. Wie zich verzet tegen wapenhandel blijft moreel overwinnaar.
......................................................................................................................................................
10 seconden muziek
Nu zijn we in Duitsland. Hier is de oorlog nog erger dan in België. Eerlijk gezegd hoop ik dat we hier vlug weg zijn. Ik heb al een klein plannetje bedacht maar moet het hier geheim houden. Als ze in dit land iets te weten komen van mijn plan, zullen ze er ons niet doorlaten.
Ik hoor een kanonschot in de verte. Het is duidelijk dat we hier niet lang kunnen blijven. We zullen ons verkleden in soldaat en zo het land proberen uit te geraken. Het klinkt misschien belachelijk, maar het valt toch te proberen.
Hoe we aan die kleren zouden geraken was mij nog een raadsel. Ik had gedacht om ze te stelen, maar dat zou teveel opvallen. Misschien moeten we ze maar lenen van iemand die ik nog ken van vroeger. Maar dat is een zorg voor binnen een paar dagen. Eerst moeten we aan eten zien te geraken. Ik heb namelijk een reuzenhonger.
......................................................................................................................................................
Door het schokkende nieuws die de commandant gebracht had, kreeg heel het gezin het erg benauwd. Iedereen was plots druk in de weer om hun schuilkelder zo comfortabel mogelijk te maken. Op het nieuws werd verteld dat heel het land nu bezet was door de Duitsers.
Gelukkig waren alle kinderen ondertussen verlost van hun windpokken, en de oudste dochter van haar longontsteking, want als zij er niet waren geweest zou ik het niet overleven, zo zei de moeder. De commandant schreef in zijn aankondigingsbrief het volgende:
Geachte leden van het gezin betreffende soldaat 7221,
Ik meld u het nieuws dat de oorlog tot volle uitbarsting is gekomen, en u zeker niets hoeft te vrezen. Uw onderduikadres is dan wel ontdekt, maar u en uw kinderen zal niets ten laste worden gelegd.
Soldaat 7221 is naar het front vertrokken en liet het volgende bericht nog na:
Teergeliefd gezin, vrees niet, God is dicht bij je. Ik zal zeer voorzichtig zijn.
Als er iets ingrijpends staat te gebeuren, mag u er zeker van zijn dat u de eerste bent die op de hoogte zal gebracht worden.
Ondergetekende,
Commandant Devries.
Diezelfde dag nog begon de oudste dochter haar erg op haar ongemak te voelen. Ze was bang dat ze haar vader zou verliezen. Ze zei tegen haar moeder: ik ben bang dat ik mijn vader nooit meer zal terugzien.
Ze begon meteen een tekening te maken van haar vader om boven haar bed te hangen. Zo zou ze haar vader nooit vergeten.
De oudste dochter schreef verder in haar dagboek het volgende fragment:
......................................................................................................................................................
Vandaag voel ik me niet zo goed. De commandant van het leger wist ons te vertellen dat vader moest gaan vechten in de loopgrachten. Ik weet er persoonlijk nog niet zoveel over. Ik weet alleen dat het er erg krap is, en dat er niet veel hygiëne is.
Ik heb nog een kort gedichtje geschreven over hoe zinloos al dat geweld in de wereld is. Zo denk ik erover. Niets kan er opgelost worden met geweld.
(gedicht van de site http://www.gedichtenweb.nl/gedicht/Antwoord-voor-vrede.html)
Oorlog brengt geen verlossing, wapens evenmin. Als iedereen roept "Vechten is geen oplossing", waarom geloven we er dan nog steeds in? Als we strijden voor de vrede, waarom dan met geweld? Waarom trekken we het zwaard weer uit zijn schede? Het antwoord is me nog nooit verteld.
Ik denk meer dan ooit aan vluchten. Ik wou dat ik vader kon helpen om het vaderland te verdedigen. Jammer genoeg zijn meisjes niet toegelaten in het leger. Onze taak is het zorgen voor de andere kinderen en voor onszelf. Als oudste moet ik al veel helpen met moeder, want ze kan niet veel meer alleen. Ze is namelijk ook ziek geworden, en smeekt om hulp.
......................................................................................................................................................
Voor het eerst moest soldaat 7221 al zijn krachten bundelen om te strijden voor het vaderland. Lang zou het niet duren zei de commandant. We zullen die Duitsers eens laten zien wat de Belgen kunnen.
Eens het donker werd stopten de aanvallen. Gelukkig maar, want van zon hele dag te strijden word je moe. Iedereen had het gevoel dat ze niet lang meer te leven hadden, en wilden daarom goed uitgerust zijn om toch nog te kunnen vechten en misschien te blijven leven.
Als ze zich verveelden konden ze nog altijd kaarten en zingen. Af en toe kregen ze de kans om brieven te schrijven naar huis. Die werden dan meegegeven met de commandant en bezorgd aan de betrokken personen. De oudste dochter schreef verder in haar dagboek het volgende fragment:
......................................................................................................................................................
Het is stiller dan ooit bij ons thuis. Iedereen zit met zijn gedachten bij vader. We hebben een nieuwe brief ontvangen waarin hij persoonlijk verteld dat hij strijdt voor het vaderland. De aankondigingsbrief die de commandant geschreven had, was voor moeder de druppel die de emmer deed overlopen. Nu we de brief kregen van vader, barstte moeder in tranen uit. Ze schreef meteen een brief terug, en ik stopte er een tekening bij. Moeder had speciaal een gedicht geschreven over de vrede. Ik vind het prachtig.
(gedicht van de site http://www.gedichtensite.nl/content/view/2733/134/)
Wees erbij in donk're nacht, als de eenzaamheid mij wacht, wees erbij, want niemand weet hoe ik mijn bestaan vergeet.
Geef een hand als ik moet dwalen om verdriet in woorden te vertalen, geef een hand, verlicht mijn angst, o God, bewerk een ommekeer in mijn geketend lot.
Geef een hand om het gebroken hart te strelen, om mijn geschokte wereldbeeld te helen, geef mij vleugels om tirannen te vertreden en de kracht om zwaard tot ploegschaar om te smeden.
Geef vrede, Heer, geef vrede, herschep de mens zoals bedoeld, met sprank'lend licht dat duister overspoelt, geef vrede, Heer, geef vrede!
......................................................................................................................................................
Toen soldaat 7221 de volgende morgen opstond, trof hij weer een paar dode soldaten aan. Deze soldaten waren de dag voordien erg ziek geworden en hebben het blijkbaar niet overleefd. Het was weer zijn taak om ervoor te zorgen dat de lijken begraven werden. Hij kon ze niet eens begraven, want als hij zijn hoofd boven de zandzakken hield zou hij er binnen de kortst mogelijke tijd ook zijn geweest. Dus werden lijken een paar kilometer verderop gedumpt. Hij zei nog tegen de commandant: ik voel me ook niet al te best. Mag iemand anders het niet doen? Maar de commandant was onverbiddelijk.
......................................................................................................................................................
(zachte muziek Soeur Marie Keyrouz CD Psaumes pour le 3ème milénaire nr. 3: Anta ya man amarta-L-baHr)
Italië, vier jaar later. De vluchteling en zijn reisgenoot waren zonder veel moeite uit Duitsland weggetrokken. Nu zouden ze daar blijven en verder samenleven. Ze schreven nog altijd gedichten en waren nu erg gelukkig samen. Ze wisten wel nog niet wanneer de oorlog zou eindigen, maar daar lagen ze voorlopig niet wakker van.
......................................................................................................................................................
Nu we beiden het land zijn uitgeraakt, vond ik het weer eens tijd om een gedicht te lezen. Nu zijn we in Italië, en hebben een verre reis achter de rug. Ik ben moe en wil nu even uitrusten. Mijn reisgenoot vond dit een goed idee. Hier is de oorlog niet zo erg en we denken dat we hier zullen blijven tot de oorlog helemaal voorbij is.
(achtergrondmuziek CD 1 Highland woods nr. 2: Highland Cathedral)
(gedicht van de site http://wo1.be/ned/evenementen/erbij/2004/november/poelkapelle1111/
body1.htm)
Met trotste dank, een moeder voor haar kind, rouwt Engeland om haar doden, hier aan de overkant. Vlees van haar vlees, geest van haar geest, gevallen voor een naam, die vrede heet.
Plechtig huiveren de trommels: een dode augustus vol koningsliederen, verdriet dat zingt in onsterfelijke tonen. Er is daar zelfs een liedje, in 't midden van die leegte als een glorie die schijnt, maar in de diepte van onze kloven.
Met deze liederen gingen zij; naar de oorlog, en jong waren ze nog: Rechte ruggen, steevast, een waarheid blinkend in hun ogen. Ze waren trouw tot over 't einde, zelfs toen de kansen keerden: Gevallen voor de vijand, maar diep hun ogen ingekeken.
Oud zullen ze niet worden, terwijl oud ons enkel rest. Geen kommer om de jaren; geen schuldgevoel om dragen. Wanneer de zon haar stralen laat; 's morgen vroeg de verte raakt zullen we hen herdenken.
Hun lach vertoeft niet meer onder vrienden. Hun plaats aan tafel is leeg. Arbeid is niet langer aan hen besteed. Ze slapen, Engeland heeft hen zacht toegedekt.
Maar waar onze verlangens, onze diepste hoop, een goede inval daar, een verloren droom, zijn z'in Engeland, met 't diepste hart verbonden als sterren, zoals de nacht dat enkel weet.
Wanneer ze schitteren, en wij tot stof en as zullen zijn, gaan zijn vooruit, in rechte rijen langs 't hemels veld. Als sterren helder, en wij slechts duister, staan zijn aan 't einde
ze zullen blijven.
Oud zullen ze niet worden, terwijl oud ons enkel rest. Ze kommeren niet om jaren en hebben geen schuldgevoel om dragen. Wanneer de zon haar stralen laat; 's morgen vroeg de verte raakt zullen we hen herdenken.
|