Het is een zeer aangename, kalme en huiselijke vrijetijdsbesteding, verspreid over het ganse jaar.Je moet geduld oefenen om het gestelde doel , de zangverbetering, verdedeling te bereiken.

Hoe bekom ik nu die goede harzerkanaries?

Ik zou je aanraden om zeker lid te worden bij een maatschappij van de K.B.S.(Koninklijke Belgische Samenwerking voor harzerkanariekwekers). In die vereniging zal je op een gepaste en juiste manier ingeleid worden om alles volgens de regels te doen.Tevens zal je zeker daar de mogelijkheid hebben om de juiste vogels aan te schaffen aan een schappelijke prijs.

Welke zangkanarie komt nu in aanmerking voor de kweek?

Een eerste vereiste is natuurlijk: gezonde dieren: d.w.z. glad in de veren, zuivere pootjes, klare ogen en de onderbuik moet mooi vleeskleurig zijn met een randje spek onder het borstbeen.

Een tweede noodzaak: de zang moet zuiver zijn, vokaal en volledig; d.w.z. minsten vier toeren, liefst vijf. Daarom is het noodzakelijk dat je je dieren aanschaft die tot een goede zangstam behoren en reeds bewezen hebben dat ze hun mannetje kunnen staan op de zangwedstrijden.Ook de popjes (wijfjes) moeten ook van een goede zangstam afstammen, die liefst in de zelfde lijn ligt van de mannetjes.Je schaft je vogels het liefst aan in december, januari. Dan kan je ze zelf goed voorbereiden voor de kweek, want daar komt toch wat bij kijken. Daarom is het zo belangrijk zich bij een gerenommeerde club aan te sluiten.

Welke kweekmethode wil je toepassen?

1- Wisselbroed: deze kweekmethode wordt het meest gebruikt bij de harzerkwekers. De reden daarvoor: op die wijze kan men het gemakkelijkst de afstamming opsporen. In ieder kweekkooi plaats je één pop. De man kan dan bij verscheidene popjes geplaatst worden. vb. 's morgens bij pop 1, 's middags bij popje 2 en 's avonds bij popje 3. Zo kan een man 3 popjes bevruchten. Eenmaal de pop 4 eitjes heeft, mag je man weglaten en ze alleen laten broeden en de jongen opbrengen. Het is wel aangeraden de popjes dan maar twee ronden te laten kweken, omdat de kweek toch zeer veel vergt van de popjes.

2- Kweek in de vlucht: speciaal toegepast door kwekers met weinig tijd. Je plaatst 4 tot 5 popjes in de vlucht met 1 man. Je verschaft hun het nodige nestmateriaal en voldoende eten en drinken. Alles blijft zo samen tot na de kweek.De jongen tracht je toch afzonderlijk te zetten in een tweede vlucht, want anders storen ze de oude vogels en zal verdere kweek zeker niet goed slagen. Je moet er ook op letten dat de vogels niet te veel ruzie maken en elkaars nest niet vernietigen. Daarom is het toch wel aangeraden dagelijks controle te doen om te zien dat alles rustig blijft. Je moet ook toezien dat de man niet steeds alle eivoeder voor zich alleen opeist. Hij moet de popjes voeren en later ook de jongen helpen opbrengen.

3- Volière kweek: deze methode is zeker niet aan te raden, aangezien het zeer moeilijk te achterhalen is van wie de jongen zijn, zodat je de afstamming niet kunt achterhalen of bepalen. Daarbij is er veel kans dat de mannen onder elkaar vechten en ook de pojes niet gerust laten of beletten zich te voeden. Ook de eerste zangopleiding van de jongen zal er niet in  optimale omstandigheden verlopen,want de oude manetjes zullen veel te driftig hun zang ten beste geven, waarbij dan foutieve/en/of minder goede zang ten gehore wordt gebracht. Deze methode is zeker af te raden, wil je zuivere zang bekomen van de jonge mannetjes.

4- Koppelkweek: Daar laat men het mannetje steeds bij het popje en laat hem dan ook mee voederen. Dan moet je zeker er over waken dat de mannetjes de popjes zelf voeren en deze niet beletten van hun nest te komen. Ze mogen ze zeker niet van het nest jagen en dan driftig willen paren. Een ander nadeel is ook: je moet evenveel mannetjes houden als popjes en de stamvererving moet zeker gelijk zijn, want anders bekom je nooit zuivere stammen. Dus je moet er zeker voor zorgen, dat de zang van de mannetjes in de zelfde lijn liggen. Daarom is het dan zeker noodzakelijk dat je de zang van de harzer goed kent.

De belangrijke perioden van de zangkanariekweek:

-Januari: aanschaf of een laatste selectie van de vogels: letten op de gezondheid en op de zangkwaliteiten. Sterkere voeding verschaffen: meer gemengde zaden, gekiemde zaden, fruit en versnaperingen. Meer licht beginnen te geven (de dagen verlengen) en als je vroeg wil kweken moet de verwarming omhoog.

- April tot juli: de eigenlijke kweekperiode; die zal slagen als je de vogels in optimale conditie door de winter hebt gekregen. D.w.z. ze alles gegeven hebt wat ze nodig hebben.

- April tot oktober: verblijven de jonge vogels in de volières, samen met één of meerdere voorzangers ( die zeker een zeer zuivere zang moeten geven). Begin juli moet je de vogels inenten tegen de "gaapziekte" of kanariepokken, meestal veroorzaakt door de muggen. Dan is het ook het ogenblik de mannetjes van de popjes te scheiden. De mannetjes worden samen met de voorzangers in een (licht) afgeduisterde volière geplaatst.Dat is noodzakelijk omdat de mannetjes dan veel rustiger, vokaler en meer zullen studeren.

- Oktober: de jonge mannetjes worden opgekooid in de zangstandaardkooien. Na enkele weken moet je dan een strenge selectie houden en enkel de zuivere zangers bij elkaar houden en ze optimaal voorbereiden voor de wedstrijden. De minder goede vogels gaan ofwel terug naar de volière, of worden verkocht als huisvogeltje of verhuizen naar de handelaar in vogels. Zeker moet je zulke vogels weghouden van je zuivere vogels.

- November tot februari: grondige zangopleiding en dan deelnemen aan de verschillende wedstrijden. Daarvoor doe je het.

In 1974 had ik de gelegenheid om bij een gerenommeerd kweker 6 popjes (wijfjes) en 3 mannetjes te kopen. De voorwaarde was wel : ik moest lid worden van zijn club en automatisch van de K.B.S.
Van die kweker kreeg ik alle mogelijke raadgevingen betreffende de zang, de kweek, de voeding, de opleiding in de volière en in de zangkooitjes en tenslotte de wedstrijiden.
Ik volgde zijn goede raad zo goed mogelijk op en het resultaat mocht gezien worden: de kweek bracht 37 jongen op, waarvan 13 mannetjes. Zeven van hen deden het uitstekend op de wedstrijden en op die manier was ik gelanceerd. De volgende jaren ging het nog beter, en behaalde op het B.K. zilver met een overjaarse stam. Dus de vogels van het vorig jaar bleven zeer zanglustig en bezaten mooie toeren.
Na 4 jaar "studie"  zangopleiding, waagde ik mij voor het examen keurmeester voor harzers: met groot succes.
Ieder jaar probeer ik zo'n 75 jongen te kweken met de bedoeling de zangkwaliteit van de vogels te verbeteren. Meestal lukt dat.
De voorzanger is van groot belang bij de opleiding van de jonge vogels. Die moet een zuivere zang geven, zanglustig zijn en kalm blijven bij de jonge vogels in de volière. Je moet dus aandachtig luisteren naar die voorzang, want als die fouten vertoont, mag je er zeker van zijn dat de jonge "studenten" die zeker zullen opnemen en nooit meer vergeten. Dan is het kweekjaar wel gedeeltelijk mislukt.
In de maanden december en januari heb je dan de wedstrijden. die worden gehouden in een stille kamer waar 4 vogels naast elkaar in de tijdspanne van een half uur hun beste lied ten gehore brengen voor een keurmeester, die dan de waardering op een fiche schrijft. Daarmee kan de liefhebber dan zeker rekening houden.
Onze harzerkanaries zie je niet op gewone vogeltentoonstellingen, omdat ze vooral in stilte moeten gekeurd worden, want de zang is het enige punt dat telt voor de waardering.
Met een reeks artikels, die ik uit mijn eigen ondervinding en de goede raad van enkele befaamde kwekers, heb geschreven, zal ik systhematisch op mijn blog mededelen.