Vandaag dacht ik plotseling aan een moment op de middelbare
school. Daar keek iedereen altijd uit naar de les aardrijkskunde. Niet omdat
het zo interessant was, nee die lerares. Een Afrikaanse vrouw die de
Nederlandse taal niet goed beheerst gaf ons les. We kwamen zingend en springend
binnen en die vrouw wist maar niet wat ze met ons aan moest. Door haar heb ik
wel me beste vriendinnetje gevonden.
We kregen vaste plaatsen in de klas en zij zette mij naast
Tessa. Een gehele fout die haar 3 jaar lang heeft achtervolgd. Ze zou het zo
graag overdoen, maar helaas de tijd vliegt voorbij en wij zijn nog steeds
onafscheidelijk. Zij wilde ons zo graag uit elkaar krijgen, niets hielp. Ik was
in haar ogen de duivel. Ik was bezeten. Mijn invloed op Tessa was ook niet zo
goed. Zij durfde niet zo veel en ik liet haar dingen doen die nooit in haar
zelf waren opgekomen. Een gat in de mayonaise prikken zodat alle tafels onder
zaten en iemand anders de schuld geven, alle gaskranen aan doen, dingen
schreeuwen door de klas, huiswerk niet afhebben, niet opkomen dagen met nakomen
en dat soort dingen.
We mochten ook nooit meer naast elkaar zitten bij
aardrijkskunde. Elke week schoven we onze tafels weer naar elkaar toe en elke
week trok zij ons weer uit elkaar. Tessa werd aan de andere kant van de klas
gezet. Dit hielp echter niet veel. We zwaaide naar elkaar en hadden de slappe
lach. Huiswerk? Wat was dat? Zodra de werkboeken werden uitgedeeld begonnen we
de kaft er af te trekken en alle opdrachten in te vullen met onzin antwoorden.
Vragen over vulkanen kregen antwoorden als: vleeswaren en andere onzin wat er
niets mee te maken had.
Strafwerk ging over bosjesmannen. De lerares vond deze
mensen prachtig en was een groot fan van hun. Wij luisterde niet en schreven
het hele a4tje vol met bosjesmongolen bosjes mongolen en zo ging dat maar door.
Snel op haar bureau gesmeten en het lokaal uit gelopen naar zolder. Waar de
hele klas al zat voor de volgende les van de zelfde docent. De deur werd van
binnen opslot gedraaid en iedereen verstopte zich, ze raakte in paniek en wist
niet meer wat ze moest doen. Ze dreigde ons nat te spuiten met de ‘brandwierspuit’.
Ik was inderdaad nat, nat van alle tranen die ik heb gelaten zo hard moest ik
huilen.
Atlassen, vervelende boeken. Veel te groot en nooit zin om
dingen op te zoeken. Toen dat ding er nog geen seconde op de tafel lag werd het
er met alle liefde vanaf gesmeten. Dit tegen de regels in, want de atlassen
waren de kinderen van de docent. En wij deden al haar kindertjes pijn. Wat
spijt het ons.. eigenlijk niet, ik heb nooit zo erg uitgekeken naar een les.
Het was een geweldige tijd.