Vandaag belde Raymond mij en vertelde mij
dat Masson, een vriend van hem, mij en Marie uitnodigde in zijn strandhuis net
buiten Algiers. Ook vertelde hij dat hij al de hele dag werd gevolgd door een
groepje Arabieren waaronder ook de broer van zijn ex-vriendin. Ik beloofde
Raymond dat ik hem iets zou laten weten als ik het groepje s avonds aan het
appartement zou zien.
Zondag gingen Raymond, Marie en ik de
bus nemen naar Masson maar op weg naar de bushalte gaf Raymond mij een seintje
dat het groepje Arabieren aan de overkant was. Toen we bij de bushalte aankwamen,
zagen we dat de Arabieren ons niet gevolgd waren.
Toen we bij het strandhuis aankwamen, maakten
Raymond, Masson en ik een strandwandeling. Tijdens deze wandeling zagen we dat twee
Arabieren onze richting uitkwamen. Raymond zei tegen Masson dat hij de tweede moest
nemen en ik de derde als die er zou zijn. Er ontstond een gevecht en ineens
zag ik dat één van de Arabieren een mes bovenhaalde. Ik waarschuwde Raymond
maar daar was het al te laat voor. Raymonds arm begon hevig te bloeden en de
Arabieren liepen weg. Nadat Raymond van de dokter terugkwam, zijn we samen terug
naar het strand gegaan. Daar kwamen we de Arabieren opnieuw tegen en Raymond
nam zijn revolver en vroeg mij of hij hem moest doden. Ik zei hem dat hij dat niet
kon doen omdat de ander zijn mes niet meer had bovengehaald. Raymond gaf mij
zijn revolver zodat hij geen stomme dingen zou doen.
Ik ben samen met Raymond naar het
strandhuisje gestapt en dan ben ik teruggekeerd naar de plaats waar de Arabieren
op het strand lagen. Toen ik daar aankwam, lag er nog maar één Arabier. Hij
haalde zijn mes boven en ik nam Raymonds revolver en ik schoot. Daarna heb ik
nog vier keer op het lichaam geschoten.
|