Beleid baseert zich beter op feiten dan op een buikgevoel. In de discussie tussen links en rechts, over de oorzaken van ongevallen met zwakke weggebruikers, nam ik daarom de proef op de som.
Het kleine onderzoek dat ik op poten zetten in je maanden juni en juli van 2018 heeft absoluut niet de ambitie om wetenschappelijk te zijn. Toch heb ik mijn best gedaan om zo objectief mogelijk in beeld te brengen hoe het er in de Antwerpse straten dagelijks aan toe gaat.
Gedurende in totaal 7 uur en 40 minuten fietsen, telde ik het aantal verkeersovertredingen door fietsers in mijn gezichtsveld. Ik ging er niet naar op zoek. Ik liet het gewwoon over me heen komen tijdens mijn bijna dagelijkse verplaatsingen met de fiets.
Na elke rrit maakte ik steeds een inschatting van de aard van de infrastructuur, en van de fietsdrukte. Beide parameters quoteerde ik met cijfers van 1 tot 4, of kleuren van groen over geel en oranje tot rood.
Mijn eerste conclusies:
-Op enkele uitzonderingen na respecteert geen enkele fietser nog de regel dat je op sommige fietspaden maar in één richting mag rijden. Tegen de richting in rijden is goed voor naar schatting driekwart van de overtredingen, gevolgd door het rode licht negeren en op voetpaden of andere zones rijden waar fietsen niet is toegestaan. Als je daar een opmerking over maakt, dan word je in het beste geval weggezet als wereldvreemd, en in het slechtste geval word je uitgescholden of krijg je een vinger.
-Er is geen enkel verband tussen het aantal overtredingen door fietsers enerzijds, en de fietsinfrastructuur anderzijds. De correlatiecoëfficiënt bedraagt slechts 0,54 .