Er zijn momenten waarop ik erg trots ben een man te zijn. Bijvoorbeeld als je zonder een boompje op te zetten over één of ander dieet de puree volstouwt met saus van de veel te vette worst. Of wanneer je s ochtens kinderlijk kan genieten van je persoonlijke okselgeuren. Er zijn momenten waarop die fierheid wat minder groot wordt. Wanneer mijn ogen afdwalen naar een te diep uitgesneden decolté van een voorbijgangster voel ik mijn mannelijkheid als een wat hinderlijke puist aanwezig. Maar ach zon ramp vind ik dat nu ook weer niet. Als ik er zo over nadenk ik er maar één moment waarop die trots eerder schaamte wordt; nl. wanneer de onbesuisde competiedrang tussen mij en mijn collegas de kop op steekt. Geert, ge gaat toch mee op fietsweekend? De vraag slaat bij mij in als een hakbijl in een boomstam; ze komt vast te zitten en geraakt er nog maar moeilijk uit. Ikzelf ben dan al mij ter dege bewust van het verloop van zon weekend: eerst komen de excuses waarom ze niet in form zijn; daarna volgt het ontbijt van davitamon-producten terwijl er gegrapt wordt over de zware avonden voordien en ze dus enkel het kleine verzet zullen kunnen rond krijgen. Tot slot worden de boventruien uitgetrokken en staan ze daar allen te blinken in een Tom Boonen-pakje met bijhorende ballenbroek met vooraan een ingenaaid sokkenpaar. Ik vind dat allemaal niets voor mij. En dus zeg ik volmondig en zonder bloozen of vrees om uit de groep te vallen OK, ik ga mee.
Het weekend verloopt zoals verwacht, inclusief het davitamon-ontbijt. Ikzelf heb mij voorgenomen deze keer niet onder te doen voor mijn collegas en heb mezelf verfraaid met en gelijkwaardig Tom Boonen-pakje - maar dan zonder ingenaaid sokkenpaar, een man mag ook niet overdrijven in competitiedrang. Aanvangelijk verloopt de rit naar de muur van Geeraardsbergen, want dat is onze bestemming, gemoedelijk. Het lijkt wel of iedereen inderdaad uit form is, maar ik laat me niet vangen. Een eerste helling dient zich aan. Ik blijf rustig in het wiel hangen. Boven zucht en puft het gros zodanig hard dat ik er mij al beter bij ga voelen. Een paar helingen later voel ik mij nog steeds goed, tegen Michel Wuyts zou ik zeggen dat ik goede benen had, en ik beslis even door te gaan. Met succes, niemand volgt. Dit procédé herhaalt zich nog een paar keer. Mijn vertrouwen groeit. Ik voel me zowaar de beste man in de wedstrijd ik verdien de overwinning!! Gelukkig is er in mij nog een minimale vorm van zelfrelativering over gebleven die mij nog net belet om deze gedachte ook uit te spreken. Heuvel na heuvel trotseer ik de Vlaamse Ardenen. Met de nodige lading EPO was Museeuw voor mij geen partij geweest. Toch begin ik mij af te vragen hoe lang ik nog moet wachten om het uiteindelijke doel, de muur, te mogen verslinden. Wanneer ik het monsrter van de muur kan gaan temmen? Nog even geduld wordt mij verzekerd en een nieuwe heuvel dient zich aan. Weer ga ik vol voor de bergprijs. De vermoeidheid begint nu echter een invloed te krijgen op mijn systeem. Maar dat laat ik uiteraard niet merken. Na 100 km (??) komen we aan bij de muur. Ik speel het taktisch en laat een aantal collegas voorgaan. Dat had ik zo gezien van Lance, dat is een voordeel want dan heb je een mikpunt. Bij het opdraaien van de muur moet ik uitwijken voor een eerste slachtoffer. Raf, leraar LO, ligt uitgeteld op de grond. Kramp. Ha, eat this denk ik terwijl ik zonder de intensie te stoppen vraag of alles OK is. Die heb ik al in mijn zak. Maar twee bochten verder slaat het noodlot toe. Mijn beide benen slaan in kramp. Zeer vervelend als er zich een fiets tussen bevind en je dus niets anders kan doen dan je vastgrijpen aan de omheining. Raf, was ondertussen te voet naar me toe gekomen. Met maar één been in kramp is dat gemakkelijk! Hij kwam me helpen maar dat kon ik onmogelijk zomaar laten gebeuren. Nee, laat me gerust! Ik haat fietsen! Ik fiets nooit meeeeeeeeeeer! Mijn andere collegas waren ondertussen al boven. Ze vonden het geen probleem even af te dalen om te zien hoe het met mij ging, dan konden ze de beklimming nog een keer doen, riepen ze me nog schakelend toe. Uitslovers!!
Dit jaar gaan mijn collegas opnieuw op fietsweekend. Gelukkig ben ik pas vader geworden en heb ik een geldig excuus. Maar ze gaan het me volgend jaar opnieuw vragen, en dan zeg ik zeker ja. Wraak!
Fietsweekend 2008
Don bosco wielerteam gesponsord, georganiseerd, geleid en voort getrokken door wegkapitein Raf De Zaeyer... morgen rij ik ze allemaal naar huis
Het hele jaar wordt er gesproken over de Chasse Patates, de Getelefoneerde demarrages, de fabelachtige remontes, de wieltjeszuigers de flanellen benen en de mongolenwaaiers. Elk jaar aanschouwen we weer tot groot jolijt van de doorbakken wielerfanaat het sportevenement van het jaar. U weet waarover ik spreek
De oude flandrien termen komen aan bod wanneer het fietsweekend ter sprake komt. Michel wuyts noch Mart Smeets kunnen verwoorden wat er zich daar allemaal afspeelt. De koffiemolen noch de langspeelplaat worden gespaard en de man met de hamer is nooit veraf. Kilometers worden gevreten terwijl de vod steeds dichterbij komt. Achteraan in het peloton wordt geharkt en kennis gemaakt met de toeschouwers terwijl de koplopers uitmaken wie de eeuwige roem verdient. Op zoek naar dat ene moment van glorie, die ene machtsontplooing, die splijtende demarrage, die alles verschroeiende versnelling.
Wie hier wint zal geen pannenkoek zijn
Gelukkig voor mezelf is er nog de wijze uitspraak van legendarische Henk Lubberding: Jonge renners kunnen beter uitvluchten verzinnen dan afzien
hierboven volgt een bont allegaartje van ervaringen of verwachtingen rond het fietsweekend. Wil je nog iets toevoegen stuur het dan naar de censuurcommissie voorgezeten door ene DZR (raf_de_zaeyer@hotmail.com). Veel schrijf- en ander genot ...
Neen, uw blog moet niet dagelijks worden bijgewerkt. Het is gewoon zoals je het zélf wenst. Indien je geen tijd hebt om dit dagelijks te doen, maar bvb. enkele keren per week, is dit ook goed. Het is op jouw eigen tempo, met andere woorden: vele keren per dag mag dus ook zeker en vast, 1 keer per week ook.
Er hangt geen echte verplichting aan de regelmaat. Enkel is het zo hoe regelmatiger je het blog bijwerkt, hoe meer je bezoekers zullen terugkomen en hoe meer bezoekers je krijgt uiteraard.
Het maken van een blog en het onderhouden is eenvoudig. Hier wordt uitgelegd hoe u dit dient te doen.
Als eerste dient u een blog aan te maken- dit kan sinds 2023 niet meer.
Op die pagina dient u enkele gegevens in te geven. Dit duurt nog geen minuut om dit in te geven. Druk vervolgens op "Volgende pagina".
Nu is uw blog bijna aangemaakt. Ga nu naar uw e-mail en wacht totdat u van Bloggen.be een e-mailtje heeft ontvangen. In dat e-mailtje dient u op het unieke internetadres te klikken.