Club Brugge verneemt met verslagenheid het overlijden van Johny Thio. De 63-jarige Roeselarenaar werd getroffen door een hartaderbreuk. Johny Thio speelde als rechtsbuiten van 1963 tot 1975 bij Club Brugge. Hij won met blauw-zwart de Belgische beker in 1968 en 1970 en was aanvoerder van de eerste na-oorlogse kampioenenploeg in 1973. Johny Thio speelde ook 18 keer voor de Belgische nationale ploeg.
De Raad van bestuur van Club Brugge KV, en het bestuur en de leden van de vereniging van Oud-spelers, bieden de diepbedroefde familie hun diepste blijken van medeleven aan.
Johny Thio wordt komende zaterdag, 9 augustus, begraven. De rouwdienst vindt plaats in de Sint-Amanduskerk te Hooglede om 10.00 uur.
Johny Thio, geboren op 2 december 1944, was al een vedette in zijn thuisstad Roeselare, toen Club Brugge hem er in 1963 als bijna 19-jarige bij FC Roeselare wegplukte. De aalvlugge rechtsbuiten maakte ook bij blauw-zwart meteen furore, al diende hij in zijn allereerste Brugse seizoen tot op de laatste speeldag tegen de degradatie te knokken. Thio kreeg ondanks de sportieve malaise volop speelkansen van de Hongaarse Chileen Janos "Juan" Schwanner, die als coach al snel werd ontslagen, en later van diens vervanger Henri Dekens.
Jonge, succesrijke Rode Duivel
Johny ontbolsterde definitief onder het bewind van de vaderlijke Louis Dupal, en maakte eind 1965 een opgemerkt debuut bij het nationale elftal van toenmalig selectieheer Constant Vanden Stock. In een kwalificatie-interland tegen Bulgarije voor de Wereldbeker '66 scoorde debutant Thio twee van de vijf Belgische doelpunt (5-0). Johny maakte ook in zijn tweede interland een goal (0-5 in Israël). Zijn derde interland betekende een loodzware ontgoocheling: in een testwedstrijd tegen Bulgarije in Firenze verspeelde België, ondanks een late treffer van Thio, het wenkende ticket voor het WK in Engeland (2-1 verlies).
Gedurende drie seizoenen bleef Thio een vaste waarde in de nationale kern. Maar toen Raymond Goethals aan het hoofd van de nationale ploeg kwam verkoos hij steevast Standard-kapitein Léon Semmeling boven de Brugse aanvoerder, die hij bovendien thuisliet voor het WK in Mexico. Thio zou onder het bewind van Goethals slechts drie interlands spelen, waardoor hij op 18 A-caps en 6 goals bleef steken.
Twee-eenheid met Pierre Carteus
Thio liet het niet aan zijn hart komen, evenmin als zijn Brugse boezemvriend Pierre Carteus overigens, die ook al niet de favoriet van de Brusselse bondscoach kon worden genoemd. In eigen midden, bij Club, werden de "Uilenspiegels" Johny en Pierre immers steeds belangrijker en voor hen kon dat volstaan. Rond het duo bouwde Club Brugge in de late jaren '60 en de beginjaren '70 immers aan een topploeg, met Fernand Boone, Erwin Vandendaele, Gilbert Marmenout, Fons Bastijns en naturrlijk Raoul Lambert als andere plaatselijke helden naast een groeiende pleiade aan buitenlandse vedetten (Axelsson, Rensenbrink, Houwaart, Rijnders, Veenstra, Geels, Le Fèvre...) In 1968 en 1970 leverde dat Club Brugge de Belgische beker op, en in 1973 werd Club Brugge eindelijk kampioen van België nadat het een jaar eerder op dramatische wijze naast die titel had gegrepen.
Tijdens die eerste Brugse succesjaren was Johny Thio met zijn enorme demarrage, zijn perfecte voorzet en zijn gave traptechniek een meesterstuk op het tactische bord van de trainers Höfling, De Munck en Canjels. Zijn verstandhouding met strateeg Carteus en met Raoul Lambert, die hij als geen ander "in het straatje" kon sturen, werd spreekwoordelijk. Eén van zijn strafste stunts werd een wedstrijd waarin Anderlecht, nochtans vijf keer op rij kampioen in die periode, op De Klokke met beschaamde kaken huiswaarts werd gestuurd: 4-0, drie goals van Thio en eentje van Lambert. Thio's handelsmerk werden ook zijn indraaiende corners, waarvan er meer dan eentje rechtstreeks in doel draaide.
Kapitein Thio raakte in het titelseizoen 72-73 evenwel met diverse blessures op de sukkel, en zou uiteindelijk ook voor de wedstrijd van de bekroning in Anderlecht moeten passen. Toen in het daaropvolgende seizoen Ernst Happel zijn intrede maakte op De Klokke, kwam het einde voor Thio dan ook in zicht. In zijn laatste jaar bij Club, het laatste ook in het stadion aan de Torhoutsesteenweg, speelde Johny nog amper zes wedstrijden. Hij bracht er zijn totaal uiteindelijk op 343 officiële wedstrijden en 126 doelpunten. Daarbij ook 22 Europese wedstrijden in de internationale pioniersperiode van Club, met de kwartfinale van 1971 tegen Chelsea als hoogtepunt.
Bij SV Zottegem sloot Johny Thio zijn carrière af, om later als speler/trainer bij SK Gullegem en als trainer bij FC Roeselare nog succesjes te boeken. Privé ging het Johny Thio nadien niet steeds even voor de wind. Toch vond de man die vereeuwigd werd met de bijnaam "Johny Tuborg", hoewel hij bij hoog en laag bleef beweren dat hij enkel... Carlsberg dronk, uiteindelijk rust in Hooglede. En hij kwam na vele jaren ook graag terug naar Brugge. Tijdens de bijeenkomsten van oud-spelers van Club Brugge, die sinds 2003 jaarlijks plaatsvonden, heeft Johny Thio nooit op het appel ontbroken. Hij zorgde er, zoals destijds als speler, altijd voor de vrolijke noot. Zijn plaats zal er voortaan leeg blijven.
Bijna zes jaar na zijn "compagnon de route" van destijds, Pierre Carteus, ontvalt ook Johny Thio de blauw-zwarte familie veel te vroeg. Hij moest nog 64 worden.
Club Brugge won de Brugse Metten na een 4-1 zege tegen het Franse Lille. Blauw-zwart kwam na een vlijmscherpe counter al vroeg op achterstand, maar de bedrijvige Nabil Dirar deed de Rijselse verdediging sterretjes zien. Clement kopte uiteindelijk kort voor rust de verdiende gelijkmaker binnen. Na de pauze, toen Lille slechts met negen man meer op het veld stond, diepte Club de score verder uit via Leko en Sonck. In de slotminuut pikte ook Joseph Akpala zijn eerste doelpunt mee.
De enige nieuwkomers die uiteindelijk aan de aftrap verschenen, waren Evens en Dirar. Die laatste bevestigde al het goede wat hij tijdens de voorbije weken al liet zien. Met zijn techniek en snelheid was hij een voortdurende gesel voor de Rijselse verdediging. Club begon ook goed, maar werd na acht minuten koud gepakt op de counter. Middenvelder Nini stond volledig vrij op links, kapte voorbij De Mets (foto links) en liet Stijnen kansloos.
Blauw-zwart ging daarna op zoek naar de gelijkmaker en rekende daarbij in de eerste plaats op de enorm bedrijvige Dirar. In enkele minuten tijd dwong de Marokkaan zowaar drie gele kaarten af. Op het kwartier zette hij bovendien de bal enig mooi voor tot bij Vermeulen, maar de middenvelder schoot de bal in één tijd naast.
In de 23e minuut brachten de Clubfans een minuut lang een eerbetoon aan Sterchele. Kort daarop incasseerde Maric zijn tweede gele kaart en mochten de Fransen met tien man verder spelen. Op het halfuur kreeg ook Club echter een dreun te verwerken, want Dirar moest met een lichte blessure naar de kant. Roy Meeus was zijn logische vervanger.
In het slotkwartier van de eerste helft bleven de Bruggelingen op zoek gaan naar de gelijkmaker. Eerst kreeg Brecht Capon een unieke kans, maar de aanvaller aarzelde te lang. Ook Alcaraz kon na een hoekschop van Ivan Leko net niet scoren, maar kort voor de rust viel dan toch de verdiende gelijkmaker. Opnieuw Leko schilderde een corner op het hoofd van de volledige vrijstaande Clement en de kapitein kopte de bal staalhard binnen.
Na de pauze mocht Joseph Akpala zijn debuut maken voor het thuispubliek en de Nigeriaan liet zich al na tien minuten opmerken. Na een scrimmage kopte de aanvaller richting doel, maar de bal werd door Taravel met de hand van de lijn geveegd. Scheidsrechter Pots stuurde de Fransman van het veld en Ivan Leko (foto rechts) schoot de strafschop genadeloos voorbij NDjock.
Twintig minuten voor tijd mochten ook Jeffrey en Vargas invallen en de Venezolaan gaf al onmiddellijk zijn visitekaartje af: vanuit stand schoot hij de bal met links rakelings over doel. Ondanks het feit dat Lille slechts met negen spelers op het veld stond, was het uiteindelijk wachten tot een klein kwartier voor tijd vooraleer het derde Brugse doelpunt viel. Opnieuw Leko schilderde de bal op het hoofd van Wesley Sonck en de Ninovieter kopte het leer al vallend in doel.
Nadien verwaterde de partij letterlijk én figuurlijk. Club combineerde wel vlot, maar echt grote kansen vielen er niet meer te noteren. In de slotminuut was het uiteindelijk Joseph Akpala die zijn eerste doelpunt scoorde. Jared Jeffrey bracht de bal goed voor doel en de Nigeriaan werkte de bal acrobatisch via de onderkant van de lat over de doellijn (foto links). (SF)
De fandag lokte naar jaarlijkse gewoonte weer massas supporters naar het Jan Breydelstadion. Ruim 15.000 fans tekenden present om er kennis te maken met het new-look Club Brugge. Jong en oud konden er hun hart ophalen bij de talrijke standen, de wedstrijd tussen oud-spelers en Prime-vedetten én uiteraard de spelersvoorstelling. Ook het miezerige weer dat in de late namiddag de kop opstak, kon de pret niet bederven.
In de voormiddag was het al behoorlijk druk in en rond het Jan Breydelstadion. Achter de Zuidtribune haalden de allerjongsten vanaf het begin van de Fandag hun hartje op in het Telenet-kinderdorp, waar Sam Gooris en Kristof Stienlet hen elk op hun eigen wijze animeerden. Ook aan stand van Defensie was het aanschuiven om vanaf het dak een (beveiligde) sprong in de diepte te mogen wagen. Voor of na de traditionele barbecue volgde menig Clubfan de Blauwe en Zwarte Tour doorheen het Jan Breydelstadion.
Vanaf de middag stroomde er dan een immense mensenzee het Olympiapark binnen. Om 13 uur werd in de Zuid Lounge de eerste van twee presentaties van het "Project Nieuw Stadion" door Francis Hendrickx van Uplace ingezet, wat hem om 15 uur door zijn collega Hans Van Bel werd nagedaan. Tussendoor beantwoordde ondervoorzitter Pol Jonckheere tal van vragen over het project die de geïnteresseerde Club-fans dezer dagen bezighouden.
Even stak Clubs ondervoorzitter vanuit de Zuidtribune naar de hoek Noord/West over, om samen met Miss en Mister Club Brugge, Sofie Werbrouck en Jasper Van Hauwermeiren, de aftrap te geven van de wedstrijd tussen de Oud-spelers van Club Brugge en een Prime-team met Bart Raes, Robin Janssens, Niko Lainé, Wilfried Mostinckx en Bram Lambert als blikvangers. Nadien bewezen onder meer Gert Verheyen, Stephan Van der Heyden, Vital Borkelmans, Jan Simoen en Hans Christiaens dat ze nog steeds een aardig potje kunnen voetballen.
Laatstgenoemde bracht blauw-zwart al vroeg in de wedstrijd op voorsprong. Jantje Simoen, één van de helden die dertig jaar geleden de Europacup I-finale betwistte tegen Liverpool, scoorde een tijdje later de 2-0. Kort voor de rust incasseerde Dany Verlinden echter de aansluitingstreffer van het Prime-team. Na de pauze trof Simoen eerst nog de lat, maar kort daarop trof hij dan toch voor de tweede keer raak. Stefan Vereycken scoorde de vierde Brugse treffer en in de slotfase scoorde ook Christiaens zijn tweede van de namiddag, waardoor het uiteindelijk 5-1 werd.
Daarna was het voor de fans wachten op het moment suprême: de spelersvoorstelling op het hoofdterrein! Na een fel gesmaakt optreden van de Romeo's en de percussiegroep Batidah, kregen de nieuwkomers één voor één de kans om hun ambities uit te spreken. Vooral Nabil Dirar - met enkele woordjes Nederlands -, de guitige Ronald Vargas en spraakwaterval Joseph Akpala bleken na enkele weken al immens populair te zijn bij de Brugse aanhang. Terwijl de nieuwe shirts nog steeds massaal over de toonbank gingen, konden als afsluiter ook de handtekeningenjagers hun hartje ophalen.