Na zeven jaar strubbelingen met mijn bovenburen over voeten- en stoelenlawaai dat zich via hun vloer erg door het gebouw verspreidde maar de periodes van rust op de duur langer en langer geworden waren, kwamen er nieuwe buren!
Op staande voet flanste ik een plan van ons gebouw ineen in een Word-documentje met daarin alle mogelijk ondervindingen sinds ik hier woon. Ze mochten blij zijn! Niet alleen was het een smeekbede om daar en daar op te gaan letten, het was eveneens een verwittiging naar hen toe dat hun bovenbuur gewoonlijk op die plaatsen en op die uren zijn zware voet laat gelden.
Vanaf het eerste teken van leven begaf ik mij naar de nieuwe buren, met mijn plan met uitleg en overzichten. 'Nederlands?' 'Nee.' Alleen de jongen van een jaar of zes kon voor de rest vertalen. 'Is er geen juf of meester of familie die mijn blad kan vertalen?' want ik bedacht dat mijn zinnen toch nog te moeilijk zouden zijn voor hem. 'Nee.' Wel vriendelijk, daar niet van. Dit was de eerste keer dat ik mijn soort mimedans deed waarmee ik uitbeeldde hoe het hier zat in onze blok.
Een tweede keertje gaan reclameren, in pyjama, op mijn kousen en haren nog overeind Weer stond binnen de kortste keren heel het familietje aan de deur. Ze knikten begrijpend en ik voelde medelijden met het jongetje die af en toe nog iets vertaalde. Ja, af en toe want veel kans had hij niet. Ik raasde aan één stuk door terwijl ik deze keer een soort Afrikaanse stammendans uitvoerde en waarbij mijn refrein 'Boenk boenk boenk' was. Alles voor de duidelijkheid! 'Sorry mevrouw, sorry.'
Een derde keertje, geloof ik ... ja, want het was toen mijn zoon voor een toets aan het leren was. De laatste tijd bonkten we telkens ook op de muur maar dit werkte maar voor korte termijntjes. Op momenten dat ik alleen thuis was speelde ik luid hardrock muziek op de stereo en schakelde nog enkele andere lawaaimakers in, die ik dan door de gang liet galmen. Soit, toch nog maar eens naar boven. 'Kinderen lopen ... Andere kant appartement graag ... Is hier lang genoeg! ... Mijn zoon ... Examen ... School ... Al groot ... en dus moeilijk! Ok?'. En de mevrouw vraagt aan mij : 'koffie?'
Ik bedenk dat het appartement nu voor een tweede maal vreemdelingen als bewoners heeft en dat die ook nu weer eigenlijk heel lief en totaal niet moedwillig zijn. Ik krijg stilaan door dat het het jongste kind is dat voor de depressie in mijn leven zorgt.
Vandaag de familie op de trap tegemoet gegaan. 'Het is er maar één, denk ik. Waar is ze hier?' En de familie wees spontaan naar hun jongste telg. 'Is zij zenuwachtig of wat?', overdreef ik. Het jongetje: 'Ja, nogal'. Ik begon terug aan mijn Afrikaanse dans maar ditmaal trok ik erbij aan mijn haren, recht omhoog en riep ik 'Zot word ik, zot!' Ik kon niet goed opmaken of vader en moeder mij heel grappig vonden of dat ze mij extra vriendelijk toelachten. In elk geval is het op het ogenblik even stilletjes in de blok!