Wij zijn van Bangkok naar Calcutta gevlogen. Na vier maanden reizenin Zuidoost Azie was het nog
altijd een shock!
De straten zijn als een mierennest en de meeste mensen zijn straatarm. Het
is er vuil,stoffig en snikheet. Er worden overal werken uitgevoerd. De straten
liggen open, gebouwen die half afgewerkt zijn,...
De hotels of guesthouses zijn zo oud als de straatstenen of bevinden zich nog
in een status van een bouwwerf.
Eerst zijn we naar het Noordoosten van India gegaan naarde provincie Sikkem.
Sikkem is lang onafhankelijk geweest en er is nog steeds een onafhankelijk
soort rechtssysteem. Sikkem grenst aan Nepal, Tibet en Bhutan waardoor er veel
Nepali's en Tibetanengeïmmigreerd zijn in deze regio.Je zit hier in de uitlopers van de Himalaya's
en het is er groen en fris.
In een superklein dorpje op een berg, precies zoals in een sprookje hebben wij
een week in een homestay verbleven. Zo krijg je veel meer voeling met de lokale
mensen, hoe ze leven en denken. Onze gastheer Sonam is een super sympathiekekerel die graag de gasten
bijstand geeft.
De Indische keuken is super goed, gevarieerd en kleurrijk.We eten hier veel vegetarisch. De meeste Hindoes
eten geen vlees en de vegetarische gerechten zijn heerlijk! Tot nu toezijn we
nog niet serieus ziek geweest wat vrij ongewoon is in India.
Daarna zijn we met de trein doorgereisd
naar Varanasi. Een heilige stad aan de Ganges waar hindoes naartoe komen om te
sterven. Zeenr speciaal! De stad zelf is een cluster van kleine steegjes, vele
winkeltjes en markten. Langs het water heb je de ghats. In sommige daarvan verbranden
ze de doden,anderenemen de buffels en
koeien in beslag om te baden, kleren worden er gewassen, er wordt gedoucht en
gebeden... Elke avond vindt er een pujab plaats. Een soort van gebedsceremonie
met dans, zang, muziek en rituelen.Met
andere woorden het dagelijkse leven vindt plaats aan de ganges.
Het motor avontuur begin hier ook
opnieuw. We hebben een Royal Enfield gekocht. Ideaal voor lange afstanden, zeer
comfortabel en het geluid is diep en zwaar.
Tot nu toe is alles goed gegaan, soms wel
wat motorpech maar ja dat moet je er bij nemen. Het is een avontuur. Je stopt
op plekken waar geen toeristen komen. In elk dorp waar je stopt staan 20 Indiërs
je soms aan te gapen, alsof je een Aliën bent. Bij problemen is er ook altijd
iemand die bereid is om te helpen. Her verkeer is hectisch en de wegen zijn in slechte staat.
Ondertussen zijn we terug richting Noorden
- Noordwest getrokken via Rishikesh zo
naar de Jalori pass,de Parvati valley
tot Manali. De uitzichten zijn prachtig! Je ziet de sneeuwtoppen, watervallen,
grotten en veel vlinders. We hebben een trekking van drie dagen gedaan waar je
op plateaus komt vol met bloemen en soms ook een herder tegenkomt. Omringd door
de bergen wandel je in een open ruimte. Na de toch wel zware trek ( 4000m
hoogte )werden wij beloond met een
douche en een bad in de natuurlijke hotspring!