Ik ben Eeckhout Peter, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Peeckhout.
Ik ben een man en woon in (Belgium) en mijn beroep is .
Ik ben geboren op 10/10/1975 en ben nu dus 49 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: geneologie stamboomonderzoek.
Druk op onderstaande knop om te reageren in mijn forum
agenda
Belangrijke data in mijn agenda
Genealogie Eeckhout
Familie Eeckhout en aanverwante familie's
03-01-2012
het Heilig Hart
Jules Eeckhout was lid van het broederschap van heilig hart
Het type broederschap dat in dit project centraal staat, kan worden omschreven als een vereniging van rooms-katholieke leken, gericht op verering van een heilige of een religieus symbool. Voorbeelden zijn de rozenkransbroederschappen, de broederschappen van de Heilige Familie, van het Heilig Hart en van de Eeuwigdurende Aanbidding.
De geschiedenis van de rooms-katholieke broederschappen in Nederland gaat, zoals elders in Europa, terug tot in de middeleeuwen. Het project richt zich echter op de 19e eeuw, in het bijzonder op de tweede helft daarvan, die in Nederland wat dit onderwerp betreft als een periode met een eigen gezicht beschouwd mag worden. Verschillende ontwikkelingen die toen plaatsvonden zijn hier van belang: de emancipatie van de rooms-katholieke kerk en de rooms-katholieken, de toenemende greep van de rooms-katholieke autoriteiten op het leven van de gelovigen, de daarmee samenhangende druk om te leven volgens katholieke beginselen en de ontwikkeling van het verenigingsleven op confessionele grondslag. Er zijn voldoende gronden om de rol van de broederschappen in deze ontwikkelingen te bestuderen, als instrument of als uiting. Niet minder interessant zijn vragen naar de sociale samenstelling en de man-vrouw verdeling van het ledenbestand, alsmede de mate waarin de broederschappen fungeerden als platform voor sociale omgang en gezelligheid.
Ondanks deze veelbelovende onderzoeksmogelijkheden hebben historici nog weinig aandacht besteed aan broederschappen in de 19e eeuw. Zelfs basisgegevens als verspreiding van dit type vereniging en nagelaten archiefmateriaal zijn nog nauwelijks voorhanden. Het project beoogt een aanzet te geven om hierin verandering te brengen. De gekozen opzet is die van een online repertorium van rooms-katholieke religieuze broederschappen in de 19e eeuw, met een ingang op het archiefmateriaal dat deze verenigingen hebben nagelaten. Gezien de relatief beperkte onderzoekstijd die het project ter beschikking staat, is het niet mogelijk de broederschappen in het gehele land in kaart te brengen. Gekozen is voor vier (nog nader te bepalen) regio's, verspreid over het land, elk bestaand uit één ofmeer dekenaten. In elke gekozen regio zal minstens één grotere stad aanwezig zijn, zodat de verschillen tussen stad en platteland zichtbaar gemaakt kunnen worden.
Van elke broederschap in het repertorium worden, voor zover mogelijk, de volgende gegevens weergegeven: plaats, provincie,naam, naam parochie, doelstelling, oprichting of eerste vermelding, laatste vermelding of opheffing, werkingsgebied, activiteiten, afdeling van/heeft als afdelingen, eigen gebouw, vergaderplaats, publicaties van de broederschap, publicaties overde broederschap, opmerkingen. Eventueel nagelaten archieven vanbroederschappen worden als volgt beschreven: naam broederschap, naam bewaarplaats archief, naam archief, beheersnummer, typetoegang, openbaarheid, omvang, statuten (aanwezig of niet, en zoja jaren), reglementen (idem), ledenlijsten (idem), notulen(idem), visuele elementen (idem), correspondentie (idem), financiële stukken (idem), overige stukken die van belang zijn.
Het bronnenmateriaal dat op deze manier ontsloten wordt ,bevindt zich hoofdzakelijk in bisdomarchieven (waarin zich bijvoorbeeld visitatieverslagen bevinden) en de archieven van de parochies binnen de onderzochte dekenaten.
in werkelijke dienst bij het 4de linieregement van 1933 -1934 weder opgeroepen onder de wapens 1/9/1939 tot 1940 Infanterieregiment van het actieve leger 1ste Infanteriedivisie van het 4de linieregement Compagnie Mitrailleurs daarna bij de administratieve wings van de luchtmacht, gevangene van de duitsers op 28 mei 1940 tijdends de 18 daagse veldtocht...
De KW-linie.
De voornaamste verdedigingsstelling voor het Belgische veldleger richt zich op de KW-linie, deze loopt van Koningshooikt tot Waver. Vanaf Waver tot Frankrijk is er geen versterkte verdedigingslinie, daar moet het Franse leger de frontlijn houden tot aan de Maas door tot het uiteinde van de Maginotlinie.Het Britse expeditionaire leger stond opgesteld langsheen de KW-linie in de sector Leuven geflankeerd door het 2e en 6e Belgische legerkorps. Op 15 Mei 1940 bereiken de eerste Duitse eenheden de linie.
De KW-linie is een versterkte verdedigingslinie met een dubbele verdedigingslijn en was zeker niet een achterhaald concept. De Finse Mannerheimlinie hielp Finland om het 2 maanden uit te houden tegen Rusland tijdens de Winter oorlog. De KW-linie was minder succesvol, op 16 Mei 1940 werd het bevel gegeven om de linie op te geven en terug te trekken. Nederland capituleerde op 15 Mei 1940, de linkerflank kwam in gevaar want nu konden de Duitsers zich richten op Antwerpen en Zeeuws-Vlaanderen in een poging om de KW-linie te doorbreken of omzeilen. Belangrijker was de Duitse doorbraak tussen Namen en Sedan (Franse sector) tussen 13 en 16 Mei 1940, hieruit zullen de Duitsers doorstoten tot aan de Franse Noordzeekust (21 Mei 1940) waardoor de zuidelijke flank blootgesteld wordt en terugtrekking in België noodzakelijk is.
TP Gent.
Het Belgische leger en het Britse Expeditionaire leger dienden terug te trekken naar de Schelde rond het Bruggenhoofd Gent en de schelde (16-23 Mei). Het Belgische leger, het Britse expeditionaire leger en delen van het Franse leger zijn vanaf 21 Mei 1940 omsingeld in België en N-Frankrijk. Gent gaf zich over op 23 Mei gevolgd door een eerste Duitse doorbraak over de Leie nabij Kortrijk op 24 Mei 1940. Tot en met 28 Mei 1940 zou het Belgische leger (4de linieregement)weerstand bieden tussen om de Britse aftocht Operatie Dynamo, 26 Mei te dekken in de mate van het mogelijke. een biografie 10mei Net na middernacht wordt ook het 4de linie regement gealarmeerd en verlaten de manschappen hun kantonnementen om de loopgraven en bunkers aan de oevers van het Albertkanaal te gaan bemannen. De drie bataljons van het 4de linie regement bemannen de rechterflank van de sector van de 1ste Infanteriedivisie ten noordoosten van Hasselt. Op links ligt het 3Li en op rechts het 15Li van de naburige 4de Infanteriedivisie. 11mei
De 1ste infanteriedivisie wordt teruggetrokken van het Albertkanaal en dient zich naar de K.W. Stelling te begeven. De marsroute zal grosso modo over Alken, Rummen en Meensel-Kiezegem lopen.
Het I/4Li zal echter de aftocht niet onmiddellijk vervoegen, maar wordt toegewezen aan een missie om tussen Diepenbeek en Wellen een dwarsstelling op het Albertkanaal op te werpen om de terugtocht te dekken. Deze dwarsstelling krijgt de naam Bretel van Kortessem en zal naast het I/4Li bestaan uit het 2G en 1JP, de groep wielrijders van de 14de divisie en het eskadron wielrijders en de compagnie T13 tankjagers van de 1ste divisie. De dwarsstelling moet toelaten aan de rest van de 1ste divisie om op een veilige manier de Gete te kunnen oversteken.
De dwarsstelling wordt tot middernacht in stand gehouden, waarna de troepen richting Gete trekken en het Iste bataljon het regiment achterna marcheert. De marsroute voor de eerste etappe loopt over Wimmertingen, Alken, Kortenbos, Nieuwerkerken, Binderveld en Budingen. 12mei
Het regiment steekt net ten noorden van Leuven de K.W. Stelling over. De divisie neemt haar nieuwe posities in op de K.W. Stelling in het gebied tussen Buken, Tildonk en Wespelaar. 13mei
De 1ste divisie wordt teruggetrokken van de K.W. Stelling en neemt heel even kantonnementen in te Berg, Kampenhout en Elewijt.
Het Groot Hoofdkwartier heeft inmiddels besloten om het veldleger terug te trekken tot op de K.W. Stelling. Als onderdeel van dit plan worden drie divisies in tweede lijn geplaatst. Van noord naar zuid worden de 14de divisie, 1ste divisie en 4de divisie toegewezen aan deze opdracht. De 1ste divisie krijgt de sector toegewezen tussen de noordrand van Kapelle-op-den-Bos en Verbrande Brug. Het commando van het regiment vertrekt onmiddellijk op verkenning. 14mei
Het regiment steekt het Kanaal van Willebroek over en zoekt kantonnementen op in het dispertiegebied van de 1ste divisie dat zich over Nieuwenrode, Humbeeek, Evensem en Beigem uitstrekt. 15mei
Tijdens de namiddag krijgt de 1ste infanteriedivisie een nieuwe sector aangeduid aan het noordelijke uiteinde van het Kanaal van Willebroek. De divisie zal nu het gebied van aan de moding van de Rupel tot en met Sluis Nr 2 op het Kanaal van Willebroek net buiten de gelijknamige gemeente. Rond 19u00 zet de infanteriecolonnes zich op weg naar de nieuwe bestemming. Het divisiehoofdkwartier zal te Puurs ontplooid worden.
Het 24Li zal de centrale ondersector rond Ruisbroek en Klein Willebroek bezetten. Het neemt het noordelijke deel van de linies voor haar rekening en komt tussen Ruisbroek en Rupelmonde te liggen. Het 3Li tenslotte wordt in de zuidelijke ondersector opgesteld rondom Willebroek. 16mei
Rond 22u30 verneemt het regiment het nieuws dat de K.W. Stelling die nacht zal verlaten worden. De 1ste divisie moet de aftocht van het leger dekken door stand te houden aan het Kanaal van Willebroek tot 18 mei.
Overdag gebeurt er niets noemenswaardigs in de ondersector van het 4de linieregement. Vanaf het vallen van de duisternis beginnen de eerste Belgische eenheden door de divisiesector te stromen, op weg naar het westen van het land. 17mei
Om 01u00 verwittigt de divisiecommandant van de 1ste divisie alle gevechtseenheden en vraagt hen om vanaf 04u00 klaar te zijn voor de actie. De ganse nacht en ochtend trekken duizenden Belgische militairen door de sector van de divisie op weg van de K.W. Stelling naar het westen. De Duitsers vorderen langzaam en het blijft dan ook rustig tussen Puurs en Willebroek.
Die middag krijgt het 4de linieregement te horen dat de 1ste infanteriedivsie op post moet blijven tot dat de 15de infanteriedivisie zich uit de Versterkte Positie Antwerpen heeft teruggetrokken en de Scheldebrug te Temse is overgestoken. De 1ste divisie zal vervolgens eveneens te Temse de Schelde oversteken.
Vanaf 20u00 krijgt het 3Li rond Willebroek contact met de eerste elementen van de vijandelijke 56ste infanteriedivisie. De vijand heeft eerder die namiddag rondom Verbrande Brug onze Grenswielrijders rake klappen toegebracht en is er in geslaagd het Kanaal van Willebroek over te steken. Het 4Li wordt daarom onmiddellijk verplaatst naar het zuiden om de Belgische flank te dekken tussen Breendonk en Sint-Amands. Het regiment zal worden versterkt door het Eskadron Wielrijders van de divisietroepen. Het regiment moet een bataljon opstellen nabij de brug van Temse om de aftocht van de Belgen te dekken. De infanteristen zullen zo nodig op vuursteun van de II/1A en IV/1A kunnen rekenen. 18mei
In de nacht van 17 op 18 mei valt het Duitse 234ste infanterieregiment aan te Willebroek waar het 3Li opgesteld staat. De sluizen gaan kortstondig verloren maar worden herroverd door een tegenaanval. Omstreeks 04u30 trekt het III/3Li zich terug nadat vernomen werd dat in het zuiden nabij Vilvoorde het Kanaal van Willebroek is overgestoken door Duitse eenheden. Rond 07u00 slaagt de vijand er in te infiltreren tussen de stellingen van het 3Li en het 4Li. De beide regimenten breken daarop het contact af en plooien zich terug. Het 3Li verlaat het Kanaal van Willebroek als laatste eenheid en vormt de achterhoede. Het eskadron wielrijders van de 1ste divisie wordt naar de snelweg Antwerpen-Brussel gestuurd om de aftocht van het 3Li te dekken. Om 14u00 is de achterhoedeactie afgelopen. De wielrijders trekken zich terug naar de divisie die op dat ogenblik reeds door Bornem marcheert.
De divisie veplaatst zich vervolgens naar de westelijke oever van de Schelde via de brug van Temse en neemt nieuwe kantonnementen in rondom Rupelmonde en Hingene. De spoorwegbrug van Temse wordt vernietigd omstreeks 19u00 door het II/4 Linie. 19mei
De regimenten van de eerste infanteriedivisie trekken tijdens de nacht van 18 op 19 mei verder en komen aan in het gebied tussen Temse, Tielrode en Waasmunster. De divisie wordt daarop doorgestuurd naar Gent om er het 44Li te gaan aflossen en de verdediging van de stad te gaan versterken. De infanterieregimenten worden per trein vervoerd vanuit het station van Temse. De artillerie van de divisie, het 1A, zal langs de baan volgen.
Het divisiehoofdkwartier wordt ontplooid in de Alsberghe & Van Oost textielfabriek in Drongen en wordt beveiligd door het eskadron wielrijders van de divisie. Het 24Li graaft zich in aan de zuidelijke rand van de stad, langs de Leie en Schelde. Het 3Li neemt de noordrand van Gent in. Het 4Li wordt in de binnenstad in reserve geplaatst. 20mei
Het 4de linieregement blijft te Gent. 21mei
Het regiment is nog steeds te Gent opgesteld. De Duitsers komen aan bij de rand van het Bruggenhoofd Gent, wat tot een toename van het aantal vluchtelingen in de stad leidt. Bovendien ontstaat er een conflict tussen Luitenant-Generaal Coppens van de 1ste infanteriedivisie en het Gentse stadsbestuur over het feit of de stad nu al dan niet open verklaard is. Coppens wil de verdedigingswerken verder laten uitbouwen en de bruggen laten ondermijnen. Het stadsbestuur wil dat de stad niet verdedigd wordt om de bevolking te sparen.
Die dag besluit het geallieerde opperbevel op de Conferentie van Ieper dat de lijn Terneuzen-Gent-Oudenaarde moet worden opgegeven door de Belgen. Ten zuiden van Oudenaarde is de Duitse leger immers doorgebroken in de Britse sector en daarom moet het ganse front achteruit. De Belgen zullen zich terugtrekken tot achter het Leopoldkanaal, het Afleidingskanaal van de Leie en de Leie zelf. Aanvankelijk zullen de Britten te Kortrijk te verdediging naar het zuiden overnemen, maar dan wordt aan de Belgen gevraagd ook de zone tussen Kortrijk en Menen voor hun rekening te nemen. Ons Groot Hoofdkwartier gaat op zoek naar troepen voor deze nieuwe sector en wijst de 1ste infanteriedivisie aan. 22mei
Met het oog op de nakende slag aan de Leie verlaat de 1ste infanteriedivisie in de namiddag de buurt van Gent. De infanterieregimenten wordt met autobussen naar vervoerd. Het 4de linieregement krijgt de rechterflank van de divisie toegewezen vanaf de noordrand van Menen tot Wevelgem. Vanaf de noordrand van Menen nemen de Britse troepen de verdeding over. Twee bataljons van het 4de linieregement gaan in eerste lijn, met een derde bataljon in reserve. De overblijvende zware wapens van het IVde bataljon worden zoals gewoonlijk tussen de overige troepen opgesteld. Het 19A arriveert om vuursteun te leveren aan de divisie in afwachting van de aankomst van het organieke regiment, het 1A.
Het eskadron wielrijders van de 1ste infanteriedivisie is reeds eerder op de dag toegekomen en bewaakt de Leiebruggen tussen Kortrijk en Menen in afwachting van de aankomst van de Britten. Het reservebataljon van het 4de linieregement lost om 22u45 het eskadron wielrijders af en neemt de bewaking over van de bruggen te Kortrijk, Bissegem en Wevelgem.
Het divisiehoofdkwartier is eerder op de dag ontplooid te Sint-Eloois-Winkel. 23mei
Tijdens de namiddag komt het 1A toe in de zone van haar 1ste divisie en vervangt er het 19A.
De Belgische posities langsheen de Leie hebben hun definitieve vorm aangenomen. In het noorden bemant het VIIde legerkorps de oever van de rivier tussen Deinze en Wielsbeke. Dit legerkorps bestaat uit de 2de divisie Ardeense Jagers die met het 4ChA, 5ChA en 6ChA de sector Deinze-Oeselgem. De sector Oeselgem-Wielsbeke wordt beveiligd door de 8ste infanteriedivisie. Vanaf Wielsbeke wordt de verdediging overgenomen door het IVde legerkorps die met de 3de infanteriedivisie bestaande uit het 1Li, 12Li en 25Li de sector Wielsbeke - Kuurne inneemt. Het 3Li, 4de linieregement en 24Li van de 1ste infanteriedivisie bemannen de laatste sector tussen Kortrijk en Menen. Ten zuiden van Menen liggen de Britse linies. De 1ste divisie Ardeense Jagers en de 10de infanteriedivisie van de Jagers te Voet leveren de reservestrijdkrachten. 24mei
Na een kort maar hevig bombardement steken de Duitse infanteristen tegenover het 3Li de Leie over. De Belgen worden al snel teruggedreven, en de flank van het 4de linieregement en 24Li worden bedreigd. Het 4de linieregement is aanvankelijk niet bij de gevechten betrokken en is uiterst verbaasd wanneer het na de middag Duitse troepen ontdekt nabij het vliegveld van Wevelgem. Ook Bissegem is reeds ingenomen.
De bres is intussen al zo'n 4 Km breed en 3 Km diep. Het 4de linieregement moet de bres trachten de dichten en wordt snel naar de zuidrand van Kortrijk gestuurd. Omstreeks 18u00 slaagt het 4de linieregement en het wielrijderseskadron van de 1ste Infanteriedivisie erin om de Duitse opmars te stuiten. Het 3Li intussen zo goed als uitgeschakeld. Het 4de linieregement trekt zich al vechtende terug. Het 24Li blijft rond Kortrijk heftige tegenstand bieden.
Het eskadron wielrijders wordt rondom 17u00 samen met het 1LR in de bres geworpen. De troepen moeten zich op de lijn Moorsele-Gullegem opstellen om een verdere vijandelijke opmars ten zuiden van de stad Kortrijk te blokkeren. Even wordt aan een tegenaanval door deze tijdelijke groepering gedacht, maar de Rijkswachters en de wielrijders moeten zich vervolgens toch ingraven terwijl het oppercommando voor 's anderendaags een grotere tegenactie met de 10de infanteriedivisie voorbereid.
Het 4de linieregement krijgt de opdracht om te Wevelgem de Duitsers te opmars richting Menen trachten te ontzeggen. Te Kapelhoek sluit het 4de linieregement aan bij het eskadron wielrijders van de 1ste divisie dat de Belgische linies over Kloekhoek tot Schoonwater verlengt. Hier neemt het 1LR de verdediging over tot Gullegem.
Omstreeks 19u30 krijgen de manschappen te horen dat de tegenaanval met de 10de divisie ook niet zal plaatsvinden. Het 4de linieregement wordt bovendien weggedrukt naar de westrand van Wevelgem zodat ook het eskadron wielrijders en het 1LR zich naar het westen moeten uitdunnen om de linies intact te houden. 25mei
Tijdens de nacht kan het 4de linieregement melden dat het nu vanaf de westrand van Wevelgem opnieuw opgesteld staat langsheen de Leie en dat de verbinding met de ten westen gelegen Britse 22nd Division intact is. Het Bataljon Motorwielrijders Ardeense Jagers is zich komen opstellen achter het regiment om er een ontvangtstelling bij een mogelijke aftocht van de Leieoever in te richten.
In de vroege morgen van de Duitsers hun succes van de vorige dag verzilveren. Vanaf 07u00 valt de Duitse 31ste divisie nu in westelijke richting aan nabij de westrand van Wevelgem. Omstreeks 10u00 trekt het regiment zich terug en valt Wevelgem definitief in Duitse handen.
In Kortrijk wordt het 24Li langs drie kanten hevig aangevallen zodat dit regiment zich moet terugplooien in de richting van Sint-Eloois-Winkel waar het de restanten van het uiteengeslagen 3Li en het 1ste Licht Regiment meeneemt om samen naar het hoofdkwartier van de 1ste Infanteriedivisie te Dadizele te trekken.
Het 4de linieregement en het wielrijderseskadron van de divisie moeten zich terugtrekken tot achter de baan Menen-Roeselare om toch maar in verbinding te blijven met de Britten.
Er ontstaat echter een opening tussen de Belgen en de Britten die de Duitsers snel uitbuiten door richting Geluwe door te stoten.
Aan het eind van de dag bevindt de ganse 1ste infanteriedivise zich op nieuwe posities rondom Dadizele en Ledegem. De divisie moet toekijken hoe de Duitsers van de opening ten zuiden van hun posities gebruik maakt om verder naar het westen op te rukken. 26mei
De 1ste infanteriedivisie wordt verder teruggetrokken en gaat richting Boesinge. 27mei
De eenheden van de 1ste divisie worden verplaatst naar het gebied tussen Houthulst en Staden. 28mei
De restanten van de divisie bevinden zich rondom Koekelare wanneer het nieuws van de capitulatie vernomen wordt.
Richard is Overleden op 11 februari 1936 (dinsdag) - Roeselare Maria is overleden op 7 februari 1936 (vrijdag) - Roeselare Irena Rachel was op 16 jarige wees geworden immers de ene week verloor ze haar moeder en 4 dagen later haar vader
1ste rij van links naar rechts Laura Huyghe,Virginie Ameel Julius Huyghe 2de rij van links naar rechts Maurits Huyghe,Gerard Huyghe,Leon Huyghe,Maria Huyghe en George Huyghe foto genomen voor stadhuis in Roeselare foto circa 100 jaar Julius HuygheVirginia Ameel