Overal zag hij bloedsporen op de grond die hem leidde naar 2 onthoofde lijken.
Hij sloot zijn ogen.
Toen hij ze weer opende zag hij twee mannen die hem meesleurde naar een -zo te zien- zeer rijke man.
De man had een zaard bij zich en sloeg tegen Izaak.
Hij opende zijn ogen en was nog altijd op de zelfde plek als voor de droom.
|