Soorten en types
Hengst.
Een hengst is een mannelijk paard. Hengsten hebben een krachtige lichaamsbouw en een zware hals. Een hengst is meestal vierkanter gbouwd dan een merrie. Ook gedraagt een hengst zich meestal anders dan een merrie. Hij let meer op zijn omgeving en bruist vaak van de energie. Een alerte, goedgebouwde hengst is voor velen het mooiste wat er is. Toch wordt ook vaak gezegd dat hengsten sneller afgeleid zijn dan merries, vooral in de paartijd. Aan de andere kant zouden ze sneller te beleren zijn. We mogen echter niet generaliseren. Elk paard heeft zijn eigen karakter en aanleg. Een hengst die is goedgekeurd om nakomelingen te verwekken wordt een dekhengst genoemd.
Klophengst.
Een klophengst is een hengst waarbij één van de twee teelballen in de buikholte is blijven zitten. En dus niet is afgedaalt in het zakvormige gedeelte van huid. Een klophengst is niet vruchtbaar. Tegenover merries gedragen zij zich echter net zoals een normaal hengst zou doen.
Merrie.
Een merrie is een vrouwelijk paard. Een merrie is meestal rechthoekiger gebouwd dan een hengst. In de omgang is een merrie rustiger dan een hengst, hoewel er ook beruchte exemplaren te vinden zijn. Vooral hengstige merries hebben het vaak moeilijk met zichzelf. Als een merrie de voor het fokdoel gewenste eigenschappen heeft spreken we van een fokmerrie.
Ruin.
Als bij een hengst de teelballen operatief verwijdert zijn -dit wordt castratie genoemd-, verliest de hengst zijn vruchtbaarheid. Een gecastreerde hengst noemen we een ruin. Meestal is een ruin rustiger van aard dan een 'gewone hengst'. Dit is voor sommigen een reden om hun hengst te laten castreren.
Pony.
Alle paarden met een stokmaat van minder dan of gelijk aan 1.48 meter behoren tot de pony's. 1.48 meter lijkt misschien een gekke maat, maar deze is gebasseerd op de Engelse inch. Een inch is ongeveer 2.48 cm. Pony' zijn dus maximaal 60 inches. E-pony's zijn eigenlijk kleine paarden met een stokmaat hoger dan 1.48 en maximaal 1.569 meter. Een maatstaf om pony's en paarden te onderscheiden, biedt de lichaamsbouw. Vergeleken met hun hoogte hebben pony's meestal en diepere romp dan paarden. Ook bewegen ze zich anders. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat hun benen verhoudingsgewijs korter zijn dan die van paarden. Pony's worden onderverdeeld in de volgende categorieën:
A: pony's met een stokmaat tot 1.17 meter
B: pony's met een stokmaat van 1.17 tot 1.27 meter
C: pony's met een stokmaat van 1.27 tot 1.37 meter
D: pony's met een stokmaat van 1.37 tot 1.48 meter
E: pony's/ kleine paarden met een stokmaat van 1.48 tot 1.569 meter.
Rijpaard type
Tot het rijpaard type behoren paarden die door hun bouw en bewegingen geschikt zijn om te berijden. De gangen moeten ruim, correct en vierkant zijn met een goede stuwing vanuit de achterhand. Behalve de stap en draf moet vooral de galop goed ontwikkeld zijn.
Tuigpaard type
Kenmerkend voor het tuigpaardtype zijn de rechtop gestelde hals, de minder ontwikkelde schoft en de knieactie tijdens de draf. De draf is de belangrijkste gang en deze moet ruim, krachtig en verheven zijn.
Springpaard type
Hoewel springpaarden onder het rijpaardtype vallen, moeten ze aan een aantal eisen voldoen. De rug is heel belangrijk. Deze moet kort en sterk zijn. Een paard met een lange rug zal minder goed kunnen springen. Verder sterke pijpen en natuurlijk het spronggewricht is van wezelijk belang.
Trekvast ras
Trekvaste paarden zijn werk- en tuigpaarden die de bouw, de spieren en het uithoudingsvermogen hebben die geschikt zijn voor het trekken van zware lasten.
Arabieren
Er zijn volbloed-, halfbloed en Anglo- Arabieren. De Arabische volbloed is de enige 'echte' volbloed, omdat dit ras al eeuwen lang zuiver is gehouden. Toch wordt ook de Engelse volbloed als zuiver beschoud omdat dit ras direct afstamd van de Arabische lijnen. Anglo- Arabieren zijn de productien van een kruizing tussen een Engelse en een Arabische volbloed.
Koudbloed paard.
Het koudbloed paard stamt af van het zwaargebouwde paard dat in de wouden van Midden Europa leefde. Koudbloed paarden zijn meestal zware trekpaarden die met name geschikt zijn voor trekarbeid.
Warmbloed paard.
De term warmbloed geeft aan dat een paard Oosters bloed in zijn stamboek heeft. De toevoeging van Arabisch bloed heet veredelen. Afhankelijk van het percentage volbloed heeft een warmbloed veel of weinig adel. De Tarpan en het Przewalskipaard worden beschouwd als de oorspronkelijke voorouders van de oosterse paardenrassen
12-11-2010 om 18:21
geschreven door chelsea
Reacties:
13-11-2010
Amai, zo nen boterham seg ...
Dat is wel véél informatie om allemaal te lezen hé. Vergeet af en toe geen nieuwe zin te beginnen of wat ruimte tussen de tekst te laten...dat is leuker om te lezen. Maar wél knap !