Volgers van mijn blog weten dat ik een sportliefhebber ben en dat ik, vanwege mijn chronische toestand, uitsluitend passief sport beoefen. In afwachting van de Tour en Wimbledon moeten we ons nu beperken tot minder tot de verbeelding sprekende evenementen, Ronde van Zwitserland, tennis in Rosmalen of Halle. Gelukkig staan er nog een paar leuke films op mijn digicorder, dus we kunnen onze dagen wel een beetje opvullen. Over het nut van mijn tijdsbesteding stel ik mezelf al lang geen vragen meer.
Toch nog even terugkomen op een sportgebeurtenis van de afgelopen weken (nee, niet de getalenteerde maar lamlendige Rode Duivels of de Dauphiné, prélude van de tour of de Yellow Tigers. Kan er nog iemand volgen met al die namen voor nationale ploegen voor de diverse sporten?). Ik bedoel de enige, echte Spaanse stier Rafaël Nadal die voor de tiende, echt waar de tiende maal Roland Garros wist te winnen. Zonder setverlies, in een mum van tijd, ongezien. En ja, ik kan mij ook ergeren aan zijn talloze tics, zijn routine. Maar eens zijn tennis op gang komt zoals alleen hij het kan spelen kan ik alleen maar kijken met bewondering, plezier, soms ongeloof. En ja, ik ben er wel eens kwaad op geweest toen hij mijn all time favourite Federer een pak slaag gaf. Door velen, waarnemers, de journaille afgeschreven na een minder jaar 2016 door hoofdzakelijk blessures. Maar wat wil je? Met dergelijke verwoestende, belastende speelstijl. Op zijn veertigste zal hij waarschijnlijk rondlopen met een lichaam vol artrose maar hij staat toch maar mooi in de geschiedenisboeken. Tussen elke set wordt de gravelbaan schoongeveegd, Rafa veegt bij 8 op de 10 punten zijn tegenstander van de baan, elke mindere bal van de tegenstander ( te kort, te hoog, niet hard genoeg etc...) wordt genadeloos getrakteerd op een uppercut. De oerdegelijke Stan Wawrinka heeft zich waarschijnlijk in de finale meermaals afgevraagd waarom hij de eer van deze sportieve slachtpartij niet heeft overgelaten aan de mateloos irritante Andy Murray, schapen op de Schotse Highlands blèren slechts een fractie van dit klein kind. Het opkomende Oostenrijkse talent Dominique Thiem beseft na zijn kwartfinale tegen Rafa dat er nog veel spek met eieren zal moeten aan te pas komen vooraleer hij nog maar in de buurt komt.
Eén negatief puntje : wedstrijden met Rafa zijn saai. Geen spanning noch sensatie! Als hij demarreert zien zijn concurrenten binnen de kortste keren zijn rugnummer niet meer, kunnen ze de namen van zijn sponsors op zijn trui niet meer lezen en hangt er een volgwagen tussen die slechts kan toezien hoe zijn voorsprong steeds groter wordt. Je moet je optrekken aan zijn gigantische meesterschap, zijn technische superioriteit (niemand slaat zo'n topspinballen), zijn ongelofelijke fysische présence. Een resultaat van keihard werken, trainen maar denk nu niet dat zijn tegenstanders dat ook niet doen hé. Hij wordt, op zijn eenendertigste, nog steeds voortgestuwd door zijn brandende ambitie, nimmer aflatende drang om het maximum in zijn sport te bereiken. Een briesende stier die in de arena de torreadores, piscadores geen kans geeft om toe te slaan. Off court, een aimabele labrador. Voorwaar een groot sportman, zéér groot!!!
|