|
Vannacht dus geslapen in de gite van Christa en Paul, die hier vanuit het Pajottenland 20 jaar geleden , zijn neergestreken.
We zijn met 7, een internationaal gezelschap: een koppel uit Tasmanië, Australië; een koppel uit Nieuw Zeeland en 2 vriendinnen uit Frankrijk, Normandië.
Het koppel uit Nieuw Zeeland leerde elkaar 3 jaar geleden kennen op de Camino Frances. Vorig jaar zijn ze getrouwd en wandelden ze de Camino Plata vanuit Sevilla. Dit jaar vertrokken ze in Montschau in Duitsland. Ze hebben reeds 50 stapdagen in de voeten. Ze zijn precies aan de helft. Nog 50 dagen te gaan tot in Santiago.
Voor de 2 Franse vriendinnen eindigt een weekje stappen vandaag. Ze vertrokken dinsdag in Aumont d'Aubrac en het eindigt voor hen vandaag in Congues. Ze doen elk jaar samen een weekje, op hun eigen tempo.
Gisteren ben ik in gedachten veel bezig geweest met vaderdag.
In de eerste plaats herinneringen laten naar boven komen over mijn eigen papa, die in 1986 overleed, 65 jaar, aan de gevolgen van longkanker.
In tweede instantie uiteraard leuke momenten de revue laten passeren met mijn eigen kinderen Annelies en Brecht. Beiden overleden aan de gevolgen van de ongeneeslijke zeldzame stofwisselingsziekte San Filipo. Annelies in 2005 op 20 jaar, Brecht in 2009, op 22 jaar.
Ten slotte bleef ik in gedachte bij de mensen die heel graag mama of papa zouden zijn geworden, doch waarbij die droom, om wat voor reden ook, niet konden of kunnen realiseren. Ook voor deze mensen zal een dag als moederdag of vaderdag een speciale, zware emotionele lading hebben. Ook die mensen zullen door een rouwproces gaan. Daarom steek ik voor al die mensen vandaag een extra kaars aan. En wens ik heb veel sterkte in dit rouwproces. En weet dat af en toe zwakte ook goed is.
Heerlijk ontbeten om 7u30. Paul serveert alleen. Christus is niet te bespeuren.
Hij is veearts en naar hier verhuisd om rust te vinden. Weg uit de hectiek van België. Hij specialiseert hier in de Aubrac koeien en verdient hier dus de kost als veearts. Christa zorgt voor de 4 kinderen en de dagelijkse opvang van maximaal 8 pelgrims.
Het weer is omgeslagen. Ideale wandel temperatuur, nevel en mist.
Ik vertrek om 8u30. Om 10 u bereik ik Le Soulier, waar een bijzondere gite mijn aandacht krijgt. Le Soulier de Saint Jacques wordt uitgebaat door een Frans koppel uit Avignon. Ze kunnen 24 pelgrims herbergen in aparte acvomodaties, waaronder zelfs een tipi tent. Ze hebben ook hun eigen kapel ingericht. Zalig.
Ze verwelkomen iedere passerende pelgrim met koffie, thee en een koekje. Je doneert donativo. Super lokatie.
De weg is de minst mooie tot nu toe. We wandelen weliswaar in een aangenaam glooiend landschap, doch vooral op smalle asfaltwegen.
In Espeyrac , in de kerk Saint Pierre hou ik mijn eerste stilte moment van de dag en aansteek ik de eerste kaarsjes van de dag.
Wat verderop in een bosje komen we plots bij een ontspringende beek. Het geluid van het neervallende klotsende water nodigt me uit om halt te houden. Op een afgeknapte boom kom ik tot rust en geniet ik een hele poos van het geluid van de kolkende beek. Een zalig moment. Een anker moment dat ik meeneem naar de reality world.
We passeren nog de kerk van Sénerques en het plaatsje Frontromieu. Wat vrij vertaald pelgrimsbron betekent. Ten slotte nemen we het voorbij het dorpje Saint Marcel de laatste, steile afdaling naar Congues. Ik neem die in lichte looppas. Dit doet minder pijn aan mijn onderstel.
Veel sneller dan verwacht arriveer ik bij de abdij van Congues, waar ik vanavond zal overnachten.
De mensen bij het onthaal zijn super blij mij te zien. De klokken hebben het 14u geslagen, de abdij opende net haar deuren, en daar valt al een eerste pelgrim binnen. Ik mag een kamer alleen kiezen, een geschenk wat ik in dank aanneem.
De mensen die hier de pelgrims verwelkomen zijn allemaal vrijwilligers. Zij werken hier 2 weken en dan worden ze weer afgelost. Ik neem een foto van dit joviaal kwartet.
Na
de dagelijks noodzakelijke was- en plasbeurt, start ik om 15u mijn ontdekkingstocht
in het wondermooie Congues. Inmiddels is de zon weer in actie getreden en wordt
het net als de vorige 2 dagen gloeiend heet.
Mijn eerste halte is de historische kerk, vlakbij het oude monnikenklooster
waar ik slaap.
De kerk is net als de kathedraal van Santiago een echte Pelgrimsbasiliek: er is
meer dan voldoende plaats in het schip en de dwarsschepen om pelgrims te
herbergen. En de Pelgrims kunnen de kerk aan de ene kant betreden en langs de
andere hun pelgrimstocht vervolgen.
Om 18 u zijn er de vespers en om 20u30 een mis waarin de Pelgrims worden
gezegend.
Na een wandeling , waarbij geen enkel straatje effen ligt, plof ik mij neer op
een terras voor de eerste pannenkoek sinds de start van deze camino.
Morgen lezen jullie meer over mijn religieus beleven in het klooster van
Congues.
Beste pelgrimsgroet van Bart.















|