Schil 3 appels en snijd ze in schijfjes. Verdeel ze over een ingevette taartvorm. Smelt 100 gr boter in een pan en voeg 100 gr suiker toe. Laat op een zacht vuur en onder regelmatig roeren karameliseren. Giet de karamel over de appels in de taartvorm. Strooi er wat rozijnen en kaneel overheen. Leg de bladerdeeg over de taartvorm en duw de deeg langs de rand naar binnen. Bak de taart een twintigtal minuten in een voorverwarmde oven op 220°C.
Uiteraard kan je naar eigen keuze afwerken met slagroom.