Als kampioen in 2de nationale sloot Bree een
schitterend hoofdstuk in zijn bestaan af en begaf het zich op een totaal
onbekend terrein, namelijk dat van de Belgische topklasse, waar ronkende namen
als Spirou Charleroi, Sunair Oostende en Okapi Aalst de dienst uitmaakten.
De voornaamste doelstelling was om te overleven, het
behoud af te dwingen. En om die ambitie kracht bij te zetten onderging de
kampioenenploeg van een jaar eerder een complete metamorfose : enkel de tot
Belg genaturaliseerde Amerikaan Keith Scales en spelmaker Dirk DHaese twee
producten van de enige Limburgse concurrent, Houthalen zagen hun prestaties
beloond met een plaatsje in het nieuwe team onder leiding van coach François Huysmans
die in het dagelijkse leven de job van griffier bij het Antwerpse Vredegerecht
vervulde.
De rest werd vervangen door een bont allegaartje van
buitenlanders, aangevoerd door een legertje Noorderburen. Om een woordje mee te
spreken in het bordenwerk, werden 2 Nederlandse dertigers ingehaald : Rob
Korthout kwam over van Weert en Chris Van Dinten verliet Den Bosch om in
Belgisch Limburg te komen ballen. Bij Goba werd Okke Te Velde weggeplukt, ook al een
30-plusser die voor de nodige shotkracht moest zorgen.
Maar daar liet Bree het uiteraard niet bij. Ook bij onze
Zuiderburen ging men een beetje winkelen, en in de Pro B vond men daar bij
Roanne de Fransman Stéphane Gazetta, een robuuste werker die de nodige
adelbrieven kon voorleggen om als veelbelovend te worden bestempeld.
En uiteraard moesten er als kers op de taart nog 2
Amerikanen aangetrokken worden. Met Duane Simpkins haalde men via Maryland een
kleine maar uiterst vinnige spelmaker binnen. De razendsnelle guard kon in zijn
eentje een match beslissen, bleef in alle omstandigheiden ijzig kalm, maar
vertoonde ook wel enige egoïstische trekjes die Bree af en toe de zege zouden
kosten.

Duane Simpkins Herb Baker
Als 2de yank maakte de blanke reus David
Cully zijn opwachting. Maar ondanks zijn postuur bleek hij al snel te licht uit
te vallen en een vroege maar ernstige kwetsuur maakte al vrij snel een einde
aan zijn Belgisch avontuur. Na 6 speeldagen werd hij vervangen door enfant
terrible Herb Baker, een stevige, guitige maar vaak onbesuisde klasbak. En
vooral dat laatste zou hem vaak zuur opbreken. Omwille van permanente
foutenlast zou hij er immers zelden in slagen om het einde van een wedstrijd te
halen.
Daarmee zijn alle Breese aankopen in dat eerste seizoen
bij de elite opgesomd. Om toch telkens 10 spelers aan te duiden op het
wedstrijdblad, koos men er voor om de resterende twee plaatsen op te vullen met
jeugdspelers zoals Geoffrey Pieklak en Mike Argento.
Bree was nu klaar om de vuurdoop te ondergaan. Maar elk
begin is moeilijk, en ook nu werd die regel bevestigd. Matchen lang vochten
Simpkins & Co als leeuwen, maar een zege zat er niet in. Nooit werd Bree in
de vernieling gespeeld. Nooit werd men belachelijk gemaakt door de
tegenstander. Vaak was het van net niet.
Panikeren deed men echter niet, want de capaciteiten
waren er ontegensprekelijk. Toch was het wachten op de komst van de eerder
genoemde Herb Baker. Blijkbaar gaf deze olijke Amerikaan de ploeg een nieuwe
impuls, want in zijn eerste wedstrijd op Belgische bodem hielp hij zijn maats
tegen Pepinster aan een allereerste zege bij de grote jongens : 89-86 werd het, met maar liefst 25 punten op het conto
van springveer Baker. Daarmee was de ban gebroken en zette men een kleine stap
richting behoud. In eerste instantie werd echter gedacht aan een
toevalstreffer. Niemand kon op dat moment vermoeden dat er nog véél mooiere
momenten in aantocht waren.
Zo kwam in maart 1997 voormalig landskampioen en
toenmalige competitieleider Charleroi op bezoek in de Olympia-hal. Enkele uren
voor aanvang van de wedstrijd zei voorzitter Rik Monnens nog : <<Ik denk
dat we, om ons te redden, nog voor een verrassing zullen moeten zorgen
!>> Niemand geloofde op dat moment echter dat die verrassing er dezelfde
avond nog zou komen, maar topfavoriet Charleroi werd wel degelijk een hak gezet
door de Limburgse neo-eersteklasser. 80-77 werd het in een kolkende Olympia.
Alles zit mee tijdens avondje droomfabriek blokletterde het Belang van
Limburg. Bommen van Te Velde (22 treffers), flitsende demarrages en
vlijmscherpe penetraties van Simpkins (27 punten), en een allesverwoestende
teamspirit lieten het Waalse sterrenteam met lege handen huiswaarts keren. Voor
jongens als Cleymans, Stas, Desy, Weatherspoon en Ellis werd het een avondje in
mineur.
Een verlengd verblijf in de hoogste afdeling was met die
stuntzege echter nog niet afgedwongen. Er moesten nog wat punten bijkomen om de
stand in de rangschikking op te smukken. Even zag het er naar uit dat daar al
in Pepinster voor gezorgd zou worden. Tot diep in de partij voerde Bree immers
het commando tegen een op revanche beluste thuisploeg. Maar de Waalse coach
bespeelde net iets te veel de scheidsrechters wat hem een technische fout
opleverde. Even later was dat ook het geval voor David Kalut die bij een dunk
veel te lang aan de ring bleef hangen en daarvoor terecht bestraft werd. Het
thuispubliek pikte die interventies van de refs niet, begon massaal Bree uit te
jouwen en stuwde zo de Pepins naar een helse remonte. Bree raakte in die
heksenketel even totaal het noorden kwijt. Het herpakte zich nog wel, maar
helaas kwam die heropstanding te laat en ging het uiteindelijk toch ten onder
met 91-79.
Het seizoensslot bleef dus ontzettend spannend, zeker
gezien het feit dat het absoluut niet de bedoeling was om amper één jaar in 1ste
nationale te vertoeven. Bree was echter niet aangeslagen door het verlies in
Pepinster en putte moed uit het getoonde spelbeeld. Kind van de rekening werd
Castors Braine, een ploeg met kleppers als Cornia, Marion, Trotter, Howell en
..Marcus
Campbell in de rangen. Die laatste deed door zijn stevige interventies onder de
korf een belletje rinkelen bij de Breese scouts. Ondanks zijn inspanningen kon
hij echter niet verhinderen dat Bree onder impuls van een alweer schitterende
Simpkins (30 punten) met de zege aan de haal ging (80-66). Maar ook de
combinatie Van Dinten-Korthout was een lust voor het oog. Van Dinten deelde de
meest onmogelijke passen uit : blindelings, boven het hoofd, achter de rug,
noem maar op. Korthout kreeg ze bijna onbegrijpelijk allemaal netjes in de
handen en dunkte of haakte zo ook 20 stuks losjes door de ring, met als
resultaat een verdiende overwinning.
Alvorens Bree in de reguliere competitie een vervolg kon
breien aan die zege, moest het in Maaseik eerst nog aantreden tegen Houthalen
in het kader van de Beker van Limburg. Opnieuw was in die partij een hoofdrol
weggelegd voor de stilaan onmisbaar geworden Te Velde die weerom 28 treffers
liet noteren en er zo mee voor zorgde dat Bree na de 94-89 winst zijn eerste
beker mee naar huis bracht.
Toch bleef Bree koud en warm blazen, want in het
Zuidpaleis te Brussel liep het dan weer fout. Brussels op dat moment toch ook
geen echte hoogvlieger in de topklasse stuurde Bree wandelen met 94-88.
Nochtans hadden de Limburgers gehoopt om in de hoofdstad het behoud veilig te
stellen. Heel de Breese entourage was er trouwens van overtuigd dat dat ook
daadwerkelijk ging gebeuren. Maar liefst 350 supporters reisden hun ploeg
achterna om ze aan het werk te zien tegen mannen als Hartshorne, Waitman en
McSwain. Ondanks 2 gekwetsten, en ondanks een hele reeks fouten, bleef het er
heel lang goed uitzien voor Bree. Tot in de voorlaatste minuut bleven de
bezoekers via 86-88 aan het commando. Maar de foutenlast deed Bree de das om en
pas in de allerlaatste minuut moest men lijdzaam toezien hoe Brussels van op de
vrijworplijn de punten in eigen huis hield.
Nog steeds hingen er dus donkere wolken boven de Breese
basketbaltoekomst op het hoogste niveau. Maar met een bezoek aan rode lantaarn
Vilvoorde op het menu, diende zich een nieuwe opportuniteit aan om dat
wolkendek aan flarden te blazen. En opnieuw zette een legioen van 300
Breeënaars zich in beweging richting Vlaams Brabant om hun ploeg naar de zege
te schreeuwen. Deze keer met meer succes. Toch zag het er aanvankelijk slecht uit want Bree werd in
de eerste minuten vlotjes aan de kant gezet. Maar Baker deed de wedstrijd dan
kantelen en Te Velde ontpopte zich tot joker en bombardeerde Vilvoorde plat met
31 treffers. Toen in de slotfase Baker en Korthout met 5 fouten plaats mochten
nemen op de bank naast de gekwetste Van Dinten, stond de zege al vast : 74-85.
Vreugde troef natuurlijk, maar toch heerste er nog enige
ongerustheid. Was Bree nu gered of niet ? Enkel coach Huysmans slaagde erin om
met een rekensommetje iedereen te overtuigen dat het behoud een feit was. Er
waren immers nog tal van ploegen die in de degradatiezone vertoefden. In die
context moest er ook gekeken worden naar de resultaten van Gent, Brussels,
Leuven en Gilly. En doordat er in die groep nog onderlinge duels geprogrammeerd
stonden was Bree volgens de berekeningen van Huysmans dan ook mathematisch
zeker van een verlengd verblijf in 1ste nationale, zelfs bij een
thuisverlies tegen Leuven op de allerlaatste speeldag.
Maar bevrijd van elke druk speelde Bree in die slotmatch
een dijk van een wedstrijd en gaf Leuven geen schijn van een kans. Het moest en
zou een schitterend feest worden in de Olympia-hal. En heel basketminnend Bree
wou daar dan ook deel van uitmaken. De tribunes zaten afgeladen vol. Er kon
geen kat meer bij. De doorgangen waren dicht geslibd met fans en in het
cafetaria plakte men schouder aan schouder met de neus tegen de vensters. Uit
veiligheidsoverwegingen moest de politie nog ruim 120 mensen de toegang
weigeren.
Degenen die er wel in geslaagd waren om een zitje te
bemachtigen zullen zich dat zeker niet beklaagd hebben : 10 dunks, 20 bommen,
wat wil je nog meer als echte basketfan. Van de 11 Breese driepunters nam een
met de ogen dicht scorende Te Velde er 8 voor zijn rekening en dikte zijn
statistieken aan met maar liefst 36 eenheden. Maar ook entertainer Baker zette
opnieuw een dertiger neer. Noch vóór er afgefloten werd maakte hij na een dunk
zowaar een ereronde onder luid applaus van de aanwezigen. Door de gebruikelijke applausvervangingen kreeg Danny
Herman bij de bezoekers nog de kans om wat aan de achterstand te knabbelen,
maar dichter dan 111-96 geraakte Leuven niet meer.
Brilcenter Bree sloot zijn eerste seizoen in 1ste
nationale dus af op een 9de plaats (op 14 ploegen) met 46 punten uit
26 wedstrijden waarvan er 10 gewonnen werden en 16 verloren. Ruim voldoende dus
om aan een nieuwe campagne op het hoogste niveau te beginnen
Categorie:Seizoen per seizoen - verloop
|