Gedicht gebaseerd op de jaarlijkse krakelingenstoet
te Geraardsbergen. Deze verwijst naar de vroegere
aanwezigheid van Kelten om en rond de Oudenberg of Huneberch.
februari telt zijn laatste dagen
de lente komt op lichte voeten
rond die tijd is de Huneberch
een nachtelijk paradijs
als de vale kleur
van de bleke maan
de berg gevangen houdt
schimmen de Kelten
in het licht
een druïde drinkt uit een schaal
met visjes in de schijn
van zelf gebrouwen wijn
schaduwen dansen in lappenfranjes
dragers hijsen
manden met brood en vis
naar boven
het vuur wordt aangestoken
ze eren het water
van de Huneberch bron
als teken van nieuw leven
het vuur verteert de winterkou
net als de nevel
zijn de Kelten
bij het krieken van de dag
verdwenen
(de tekst staat onder licentie)
Foto : Blog van Fotogeniek Belgiƫ/Fotografie Koen De Langhe-WorldPres.com

|