Zonnig, 35°.
Bedankt lieve mensen voor alle reacties. Ik krijg ze via 3 kanalen: mail, reacties en gastenboek. Wie de evolutie in de gemoedstoestand van de thuisblijver Roland wil volgen, raadpleegt best het gastenboek! Het is wel onmogelijk voor mij om alle commentaren individueel te bentwoorden...
Ontbijt met vers geperst appelsiensap in Bar Champollion. Ik moet die mensen toch iets gunnen! Langs de kleurige zaterdagmarkt geflaneerd. Ik koop gedroogde aardbeien en mango's.
En dan weer de hoogte in, naar de Aiguille de Cingle, een 13de-eeuwse obelisk. Er waren er zo 4 die het domein van de abdij van Figeac afbakenden. Daarbinnen gold het recht op asiel voor vervolgden en misdadigers. Het doet me denken aan de musical Les Misérables. ( Wie toen een brood gestolen had, kon zijn hele leven vervolgd worden!) Op de industriezone van Figeac is de grootste werkgeven Figeac Aéreo, een fabriek van vliegtuigschroeven.
We wandelen op de hoogvlakte tussen het dal van de Lot en dat van de Célé. In Faycelles hangt er een mooi gedicht van Lucienne Santoni 'L église', met punaises bevestigd aan de kerkdeur. ( 'punaises de lits' is hier het woord voor bedwantsen). Ik stap een stuk met Herman, een Duitser uit Beieren. Hij gaat van München naar Santiago in 100 dagen ( 2800 km). Op zijn petje draagt hij een klein St-Jacobsschelpje naast enkele edelweissjes. Hij stapt met lichte sportschoenen zonder stokken. Hij is al helemaal bruingebrand. Het probleem zit hem niet in de voeten, beweert hij, het zit in zijn kop! Op de achterkant van een verkeersbord staat er in krijt geschreven 'Allez Anne', voor alle Annes onderweg. Mijn wilde cichorei van gisteren neergelegd aan een stenen kruis, vandaag neem ik kattenkruid mee.
De fraaie fontein van Fontieu is compleet opgedroogd. Je vindt hier ronde, stenen hutjes 'bories', die ooit voor de wijnoogst gebruikt werden. Gepicknickt met Sarah, een jonge Parisienne die na haar journalistenstudies van Le Puy naar Santiago stapt. Om de 10 dagen mailt ze naar haar vrienden, om de 3 dagen belt ze haar ouders. Als ze door een stadje komt, stuurt ze een postkaartje naar één familielid. Zo is ze heel vrij tijdens haar 3-maandenlange tocht...
Het is heel heet op de causses, het kalksteenplateau. Gelukkig groeien er nog enkele vijgenbomen en veel eiken, waar 's winters truffels onder staan. Bij de Pech Laglayre in Gréalou staat er een dolmen uit het steentijdperk naast het oudste stenen kruis van de omgeving. In mijn gidsje van 2008 is er een foto van allebei in één shot. Je kan door de dolmen kijken. Nu is de dolmen afgezet met een afsluiting en als je errond loopt zie je dat hij volgepropt is met zandzakjes. Nogal belachelijk! Wat hebben pelgrims of randonneurs hier uitgespookt dat dit nodig bleek?
Aan een boerderij oefent een jongen met een quad. Hij rijdt rondjes, slalomt en maakt wolken rood stof. 2 honden lopen met hem mee. Ik gebruik even de dazzer. Het helpt effectief. Ze draaien zich om. Misschien waren ze niet gevaarlijk, maar ze leken me toch erg geëxciteerd door die quad. Op het rotsig pad liggen er (te) veel stenen en waar we even over alsfalt lopen ruikt het naar bitumen. Einde van de wandeling in zicht? Cajarc nog 4,9 km. Even verder: Cajarc + bières 3 km. Van op een vooruitspringende rots boven de Lot kan je Cajarc zien liggen. Volgens mijn gidsje zien we op deze zuidhelling voor het eerst planten uit het Middellandse Zeegebied, zoals looimirte, terpentijnboom, altijdgroene kruisdoorn en mediterrane ahorn ( Is dit niet hetzelfde als esdoorn? De blaadjes zijn in ieder geval veel kleiner)
Voorzichtig met kleine pasjes afdalen naar Cajarc. Ik slaap in de gîte communal, te laat gereserveerd voor de gîte 'Le Pèlerin'. In de bar Le Président er recht tegenover eet ik 'la formule belge' voor € 16: sla met noten, mosselen met dikke frieten , dessert naar keuze en een 'pression'. Het smaakt!
|