Het drama gebeurde gisteren rond 15 uur in de Boomstraat in Bornem. Eduard G. was samen met de andere deelnemers vrijdag om 21 uur vertrokken en wandelde al achttien uur lang toen hij de laatste rechte lijn naar de aankomst inzette. Maar op amper tweehonderd meter van de eindmeet zakte hij uitgeput in elkaar. Een hulpploeg en een ziekenwagen van het Rode Kruis, die aan de aankomst stond, kwamen onmiddellijk ter plaatse.
'De man wilde, begrijpelijk, niet opgeven en de Dodentocht succesvol beëindigen. Hij was er op gebrand om de eindmeet te halen, maar je zag dat hij gewoon niet meer kon', vertellen Bea en Kristof, die het zagen gebeuren.
Hartstilstand
Eduard G. zei tegen de hulpdiensten dat hij de laatste meters per se nog wou afleggen, maar kreeg de raad om dat niet te doen. 'Door zuurstoftekort of door suikers in het bloed reageerde hij heel heftig', zegt Bart Maerivoet, woordvoerder van de Dodentocht. 'Enkele medewerkers knipten de registratiechip van zijn schoen en stapten daarmee over de eindmeet, zodat de man toch nog zijn diploma en medaille zou krijgen.'
Maar intussen kreeg de 59-jarige wandelaar een hartstilstand. Hij werd ter plaatse gereanimeerd en naar het Sint-Jozefziekenhuis gebracht, maar daar overleed G. 'Dit is echt een dramatische gebeurtenis', zegt Maerivoet. 'We betreuren dit overlijden en willen ons medeleven dan ook betuigen aan de getroffen familie.'
Het is de eerste keer in de 41-jarige geschiedenis van de Dodentocht dat een deelnemer sterft. 'Volgens een van de urgentieartsen zouden er statistisch gezien bij een zwaar sportevenement als dit jaarlijks 1 à 2 doden 'moeten' vallen. Wij zijn daar al die jaren van gespaard gebleven. Dat het nu wel eens gebeurt, overschaduwt deze 41ste editie.'
Baankapitein
Eduard - 'Warre' - G. was een geoefende wandelaar. Het was al de zesde keer dat hij aan de Dodentocht deelnam. De vorige vijf keren liep hij hem probleemloos uit. Bij het vertrek, vrijdagavond, stond hij nog bij zijn goede vriend en medewandelaar Kris Hazenbosch. 'We waren samen baankapitein bij de Gildentocht in Schaffen, bij Diest', vertelt Kris. 'Die is ook 100 kilometer lang. Als baankapitein moet je er het tempo inhouden en erop letten dat de groep bij elkaar blijft. Hij heeft dat twee keer gedaan en nog een derde keer gewoon meegewandeld. En als je de parcoursverkenning als baankapitein meetelt, weet je dat hij al tien keer een tocht van 100 kilometer heeft afgelegd.'
'Na de vorige Gildentocht had hij gezegd om het wat rustiger aan te gaan doen, maar gisteravond (vrijdag, nvdr.) was hij weer heel optimistisch', vertelt Kris. 'Hij voelde zich fysiek helemaal goed en zei dat hij de komende jaren drie zulke tochten per jaar wilde gaan doen.'
'Ik val uit de lucht', zegt ook Louis Peeters, voorzitter van de wandelclub VOS Schaffen, waar Warre G. lid van was. 'Dit is een drama voor de club, voor zijn vrouw en zijn twee zonen. Eduard was een getrainde langeafstandswandelaar, hij had die afstand moeiteloos in de benen. Als baankapitein leidde hij de groep die 6 km per uur liep.'
Peeters hoopt dat er nu geen storm van kritiek losbarst over het nut van die zware en lange tochten. 'Eduard is neergevallen op amper tweehonderd meter van de streep. Maar dat is louter toeval. Zoiets kan altijd gebeuren. Zoiets op de Dodentocht steken is flauwekul. Hoeveel mensen overkomt dit niet in bed?'
Eduard G. laat een vrouw en twee zonen achter. Uit respect voor de familie van het slachtoffer ging de traditionele stoet, die de laatste wandelaar feestelijk begeleidt, niet door.