BINNENLANDS EN BUITENLANDS NIEUWS-SPORT-ECONOMIE-POLITIEK
18-09-2012
Moeten "zij" echt onze stad besturen?
Steeds meer kandidaten proberen met filmpjes de kiezer te overtuigen in de campagne voor de komende gemeenteraadsverkiezingen, de ene al wat humoristischer dan de andere. Politicoloog Carl Devos (UGent) zegt dat virtuele reclame nog niet dominant is, maar denkt dat partijen in de toekomst nauwlettender zullen toezien op de inhoud ervan.
In een maandag gepost filmpje stapt de Gentse kandidate Stephanie D'hose (Open Vld), "een zotte doze", letterlijk uit kartonnen dozen, om in een tweede deel onder begeleiding van muziek haar visie op nieuwe politiek te schrijven. Ook aan Franstalige kant ontbreekt het niet aan humor. Olivier Desert (cdh) hangt breed lachend bh's op aan een waslijn met als begeleidende slogan "Olivier Desert, le candidat qui mérite votre 'soutien'!".
Een rappende kandidaat uit Deinze of een kandidaat uit Sint-Truiden die gebruik maakt van de Roskam-Hype. De websites als ikbenmariette.tumblr.com en verkiezingsdraken.tumblr.com staan vol van goede of minder goede voorbeelden - al naargelang de persoonlijke smaak. "Omdat internet en het gebruik van sociale media zijn gestegen, lijkt het mij ook evident dat lokale kandidaten er meer gebruik van maken dan zes jaar geleden", aldus Devos. "Toch heb ik niet de indruk dat de campagne in de virtuele wereld loopt, het is eerder een aanvullend instrument."
"Makkelijk en goedkoop" Volgens de politicoloog neemt de virtuele reclame geenszins de taak van klassieke huis- en marktbezoeken, debatten en papieren campagnemateriaal over. "Ik weet niet of dat ooit zo wordt of wanneer de twee elkaar gaan kruisen. Ik weet wel van politici dat ze het meeste halen door zich te laten zien, de klassieke directe nabijheid blijft absoluut het belangrijkste campagnemiddel." Devos wijst erop dat het decretaal mogelijk is om commerciële campagnefilms in te zetten, maar dat het vooral zelfgemaakte filmpjes zijn die gebruikt worden. "Ik zie vooral veel mensen spontaan aan de slag gaan, met de huidige technologie is dat makkelijk en goedkoop."
Toch waarschuwt Devos voor de kwaliteit van de inhoud. "Er zitten heel wat slechte filmpjes tussen, ik denk dat die kandidaten onderschatten wat de impact kan zijn en dat je niet zomaar om het even wat kan doen. Ik wil daarmee niet zeggen dat kandidaten dure of professionele filmpjes moeten maken, want authenticiteit en echtheid zijn belangrijker. Maar knullige filmpjes werken meer de lachers in de hand dan ze kiezers opleveren. Het overtuigt twijfelende kiezers niet. Kandidaten moeten zorg besteden aan hun politieke boodschap, en niet met een soort van vrijblijvend amateurisme aan de slag gaan."
Kleinste affiche van het land Als goed voorbeeld wijst Devos bijvoorbeeld op het campagnefilmpje van Gentenaar Steven Vromman (sp.a/Groen) waarin hij een oudere buurtbewoonster vraagt de "kleinste" affiche van het land in haar voortuin te plaatsen. "Dat is een geestig filmpje, er is over nagedacht en er zit een boodschap in." De professor denkt dat partijen in de toekomst onlinecampagnemateriaal meer gaan regisseren. "Wat op affiches komt, wordt duidelijk door partijen gecoördineerd, maar ik denk dat in de toekomst partijen ook gaan eisen dat online campagnemateriaal aan bepaalde kwaliteitseisen voldoet."