De drie verdachten die opgepakt zijn in de zaak rond de dood van Priscilla Sergeant (14) uit Huizingen, hebben bekentenissen afgelegd. Dat meldt het Brusselse parket. Volgens de advocaat van verdachte Johan D.V. valt het niet uit te sluiten dat de dood van Sergaent te wijten is aan een ongeval. "Mijn cliënt heeft geen enkele handeling gesteld die tot de dood van het meisje geleid heeft", zegt meester Warson.
De 41-jarige Johan D.V., de 16-jarige A. en de 12-jarige J. hebben toegegeven dat ze een rol hebben gespeeld bij de dood van het meisje dat op 20 juli dood werd aangetroffen in een veld in Dworp.
De drie zijn in verdenking gesteld voor doodslag en de 41-jarige D.V. is aangehouden terwijl de twee minderjarigen door de jeugdrechter geplaatst zijn, aldus nog het parket. Over de inhoud van hun verklaringen en de omstandigheden waarin Priscilla Sergeant om het leven is gekomen, kon het parket voorlopig niets meedelen. "Hun verklaringen moeten nog verder onderzocht worden en met elkaar vergeleken worden", zegt parketwoordvoerster Anja Bijnens.
Johan D.V. verschijnt aanstaande dinsdag voor de raadkamer. Die moet zich buigen over zijn verdere aanhouding maar D.V.'s advocaat, meester Gert Warson, heeft al aangekondigd dat hij een kort uitstel zal vragen. Volgens Warson valt het nog steeds niet uit te sluiten dat de dood van Sergeant te wijten is aan een ongeval en zijn cliënt heeft ook "geen enkele handeling gesteld die tot de dood van het meisje geleid heeft."
"Mijn cliënt is sinds 2001 pijnpatiënt en neemt zware pijnstillers", zegt meester Warson. "Dat maakt hem ongeschikt om toezicht te houden op minderjarigen en de jongeren uit de buurt maken daar misbruik van. Dat is ook die donderdagavond gebeurd. Mijn cliënt is gaan slapen terwijl de drie jongeren -Priscilla en die twee jongens- op de sofa zaten. 's Ochtends hebben de jongens hem wakker gemaakt om te zeggen dat er iets met Priscilla was gebeurd. Het meisje bleek dood."
Priscilla zou op haar buik gelegen hebben, met haar hoofd op een kussen en in een plas braaksel. Johan D.V. zou dan de bedoeling gehad hebben om de hulpdiensten te verwittigen maar de twee minderjarigen konden hem overtuigen het lijk te verbergen. Daarbij zou vooral de oudste van de twee, de 16-jarige A., het voortouw hebben genomen.
Hoe Priscilla precies om het leven is gekomen, weet D.V. dus niet, aldus zijn advocaat. "Daarom kan ik niet uitsluiten dat het een ongeval is", zegt meester Warson. "Ik weet wel dat het meisje gepest werd en zowat het zwarte schaap van de buurt zou geweest zijn. Heeft dat een rol gespeeld? "
|