21. Pelops.
Pelops nam het rijk van zijn vader over. Voor korte tijd slechts, want naburige volkeren verdreven hem van zijn troon. Pelops verliet Klein-Azië en trok naar Griekenland om er zijn geluk te zoeken, ´t is te zeggen: een vrouw vinden en een nieuw koninkrijk vestigen. Hij had vernomen dat de koning van Elis een knappe huwbare dochter had. Elis is een landstreek in het noordwesten van de Peloponnesos en de koning, Oinomaos, was een zoon van de oorlogsgod Ares. De knappe dochter heette Hippodameia. Eén probleem: Oinomaos wenste zijn dochter geenszins uit te huwelijken. Was het, zoals de enen zeggen, omdat het orakel hem zou voorspeld hebben dat een eventuele schoonzoon hem ter dood zou brengen? Of was het, zoals anderen beweren, omdat hijzelf verliefd was op zijn dochter? Iedere huwelijkskandidaat liet hij een proef doorstaan: in een renwagenwedstrijd diende hij het op te nemen tegen Oinomaos. Het was een wedstrijd over een lange afstand, met start in Elis en aankomst op de landengte in de buurt van Korinthe. De kandidaat kreeg een half uur voorsprong en hij moest Hippodameia meenemen in de wagen, ongetwijfeld om zijn aandacht af te leiden. Haalde Oinomaos de aspirant-schoonzoon in, dan doodde hij hem met zijn speer. In het ander geval kreeg de kandidaat Hippodameia tot bruid plus het koninkrijk van haar vader. Twaalf sommigen beweren dertien kandidaten hadden reeds hun kans gewaagd. Allen hadden het pleit verloren. Niet te verwonderen: de paarden van Oinomaos, die hij van zijn vader Ares had gekregen, waren de snelste van heel Griekenland, sneller dan de noordenwind. Bovenop de ingangspoort van de koninklijke burcht prijkten de hoofden van de twaalf of dertien ongelukkigen, ter afschrikking van nieuwe kandidaten. Het was dus wel even schrikken voor Pelops toen hij daar aankwam. Hij bleef nochtans vastberaden om zijn kans te wagen. Hij had het voordeel dat Hippodemeia de onderneming gunstig gezind was: ze was namelijk op slag verliefd op de mooie Pelops en ze wenste ook dat er een einde zou komen aan de slachtpartijen. Ze beraamde een gemeen plan. Ze kocht haar vaders wagenmenner Myrtillos om: hij moest de renwagen van zijn meester saboteren. Myrtillos verving de stalen aspinnen van Oinomaos´ wagen door wassen pinnen... Deze dienst werd vanzelfsprekend niet gratis bewezen. In geval van succes zou Myrtillos de helft van het rijk krijgen en daarenboven zou hij de eerste huwelijksnacht met Hippodameia mogen doorbrengen.
De kampers waren reeds zeer dicht bij de landengte van Korinthe genaderd en nóg was de wagen van Pelops en Hippodameia niet ingehaald. Niet te verwonderen, want de paarden van Pelops waren ook niet de eerste de beste: hij had ze gekregen van zijn begunstiger, de god Poseidon. En toen het dan toch stond te gebeuren en net toen Oinomaos op het punt stond Pelops met zijn speer te doorboren, waren de wassen pinnen gesmolten en stortte zijn renwagen in elkaar. Oinomaos raakte verstrengeld in het wrak en brak zijn nek. Het rijk Elis was nu aan Pelops. Noch hij noch Hippodameia waren geneigd Myrtillos zijn beloofde loon te schenken. Pelops nam Myrtillos mee naar een hoge rots, zogezegd om hun nieuwe rijk in ogenschouw te nemen. Op de top van de rots gekomen gaf Pelops de wagenmenner een duw zodat hij in de diepte te pletter stortte. Vóór hij de geest gaf sprak Myrtillos nog een vervloeking uit over Pelops en zijn nageslacht. Wees maar zeker dat die vervloeking in vervulling zou gaan...
Ik vergat nog te zeggen dat Myrtillos de zoon was van de god Hermes. Om verzoening voor zijn misdaad af te smeken bij Hermes en bij de andere goden, organiseerde Pelops Spelen in het naburige Olympia, in een heiligdom van Zeus: die Spelen zouden uitgroeien tot de grootste onder de Griekse Spelen, de Olympische!
|