ONDERWERP PASEN
Pasen Eerst zat je in een eitje. Daarbinnen was het
kaal. Toen groeide je een tijdje. "Krak" zei de eierschaal.
Je stapte uit het dopje En
keek eens om je heen. Je schudde met je kopje, daar stond je nu: alleen.
Je hebt een zacht geel
lijfje. Dat is helemaal van dons. En als je wilt dan blijf je gezellig
wat bij ons.
Weggelopen Een kipje en een kuikentje, die
liepen uit het hok. Piep, piep, zei het kleine kuikentje en het kipje zei,
tok, tok.
En vader haan dacht bij
zichzelf: wat moet dat met die twee die kip en dat kleine kuikentje ik
ga wel met ze mee.
Zo liepen ze te
wandelen van je kukeleku, tok, tok! Maar plotseling kwam de boer er
aan en joeg ze terug in het hok.
Pasen Lagen er bij jou ook eitjes zomaar
in het malse gras? In mijn tuintje lag er eentje midden in een grote plas.
En toen kwam meneertje
merel. Vrouwtje, riep hij, kom eens zien. Zeg eens, vrouwtje, zeg eens
even: Is dit ei van jou misschien?
Het Bruine merelwijfje
lachte. Gekke man, je hebt het mis. Kijk eens goed, dan zie je
zeker dat dit ei, een paasei is!
Paashaas Ik ben Paashaas Peter Moor. Ik rijd
met mijn karretje overal door. Ik breng bij ieder kindje een paasei met
een lintje. Ik breng bij ieder deurtje een paasei met een kleurtje.
Eitjes Eitjes in het kippenhok. Nee, zegt
de kip, tok tok tok, deze eitjes zijn van mij. Tok, tok, kom niet
dichterbij. tik, tik, piep, piep, hé wat nou? Kleine kuikentjes, kijk maar
gauw.
Tjoep zegt het
kippetje Tjoep zegt
het kippetje, en legt een eitje Tjoep zegt het kippetje, en legt een ei
zie je het kippetje
leggen? nog meer eitjes leggen?
Tjoep zegt het
kippetje, en legt een eitje Tjoep zegt het kippetje, en legt een ei
..
Paaseieren
zoeken Paaseieren
zoeken Wij willen zoeken in alle hoeken, onder de linden zullen wij 't
vinden: een nestje van hooi, een rood-gouden ei! Oh, paashaas, spring jij
soms hier voorbij?
|
|
Verrassing Beste kip doe je mij morgen een pleziertje? Leg dan een
groot ei in een zilverpapiertje. Want die harde eierdop, kan ik haast niet
pellen. En als je het doet dan zal ik jou eens een heel mooi verhaal
vertellen.
De jarige kip Onze kip heet Annemie maar op
zondags heet ze Therese op zaterdags legt ze een ei of drie maar op
zondags legt ze er zeven En als ze jarig is, oh jee, dan doet ze niets,
welnee, dan legt ze helemaal geen ei dan neemt ze fijn een dagje
vrij!
Het Paasei Elke dag komt kleine Klaasje langs
de bakkersetalage, maar nooit kan hij er voorbij. hij moet kijken naar het
ei.
't Is een ei met echte
ramen, drommen haasjes duwen samen kiepkarren vol eieren voort door de
chocolade poort.
Op en af een ladder
hippen gele kuikentjes en kippen, maar het mooist is bovenaan met zijn
hals gestrekt, de haan
En die duifjes dan, die
witte, die zo zoet op 't nestje zitten en die vlag daar in de
top Vrolijk Pasen staat erop.
Toch vraag ik, zegt kleine
Klaasje enkel maar zo'n suikerhaasje, want dat mooie wonderei is toch
veel te groot voor mij!
De kip Tokke, tokke tok ik kom al uit mijn
hok ik leg hier dan heel blij voor Pasen nog een ei.
Paashaasje Haasje, haasje hupla hop, kleur je
mooie eitjes op, breng ze rond met goede wensen: Vrolijk Paasfeest,
beste mensen!
Ik zag twee
hazen (zingen op de
melodie van "Ik zag twee beren"..) Ik zag twee hazen vlak voor Pasen
zitten in een weiland. Met een mandje vol met eitjes, vlug aan 't verven
met z'n beidjes. Kijk eens hier, kijk eens daar, nu zijn alle eitjes
klaar.
Ei, ei Kip, zei de boer wat zie ik
nou? Kip, zei de boer, zei de boer dit ei is blauw! Dat, zei de kip,
zei de kip komt door de kou: het vriest en daarom is mijn ei blauw van de
kou.
Kip, zei de boer ik schrik me
dood. Kip, zei de boer, zei de boer dit ei is rood! Dat, zei de kip,
zei de kip komt door de haan: ik moet steeds blozen want hij kijkt me zo
lief aan.
Hoi! riep de boer een ei van
goud! Hoi! riep de boer, riep de boer van zuiver goud! Nee, zei de kip,
zei de kip dat hebt u mis: het is geverfd omdat het bijna Pasen is.
|